0

2025

Is uw warehouse nog up-to-date? Kantoren in Amsterdam Rotterdam Tilburg Makelaars in logistiek vastgoed www.industrial.nl | 088 989 9898

Voorwoord Schaarste, scherpte en schakelen Wie in 2025 actief is in het logistiek vastgoed, opereert in een markt die fundamenteel veranderd is. De jaren van moeiteloze groei en lage rente liggen achter ons. Daarvoor in de plaats is een realiteit gekomen van schaarste aan ruimte, stroom en duidelijkheid. De nieuwe kernwoorden: scherpte en veerkracht. De logistieke vastgoedmarkt is nog altijd in beweging, maar de dynamiek is veranderd. De pieken in vraag en opname zijn afgevlakt. Gebruikers oriënteren zich kritischer. Beleggers rekenen strenger. En ontwikkelaars worden uitgedaagd om meer te doen met minder – minder ruimte, minder zekerheid, minder CO₂. Toch zijn er volop kansen. De behoefte aan moderne, duurzame en efficiënte logistieke gebouwen blijft onverminderd groot. Verduurzaming is inmiddels geen extraatje meer, maar een basisvoorwaarde. Herontwikkeling van bestaande locaties, circulair bouwen, energieneutrale concepten en slimme netwerken zijn de sleutelwoorden voor de komende jaren. In deze editie van Logistiek Vastgoed Nederland laten we zien hoe marktpartijen met deze uitdagingen omgaan. In het rondetafelgesprek delen vier experts hun visie op de huidige stand van zaken: van stikstof en rentestanden tot herontwikkeling en geopolitieke onzekerheden. Daarnaast leest u onder meer over houtbouw constructies, locatiekeuzes, circulaire betonproducten, klimaatadaptatie, crossdocking en slimme energietransities. Wat opvalt, is de volwassenheid van de sector. Er wordt niet geklaagd, maar geanalyseerd. Niet gemopperd, maar geschakeld. Natuurlijk is er frustratie over traag beleid of ondoorgrondelijke regelgeving. Maar er is ook realisme, inventiviteit en aanpassingsvermogen. Dat is precies wat deze tijd vraagt. De schaarste in middelen dwingt ons tot betere keuzes. De complexiteit van projecten maakt samenwerking belangrijker dan ooit. En de onzekerheden van vandaag vormen de kiem voor de innovaties van morgen. In die zin is deze tijd niet alleen spannend, maar ook kansrijk. Wij wensen u veel inspiratie bij het lezen van deze editie. D.A. Arthur Jager - crossmedia uitgever Logistiekvastgoed 2025 - 3

Logistiek & Vastgoed Nederland 2025 Logistiek en distributiecentra op de bedrijven- en industrieterreinen 22025 COVERPRESENTATIE “Een logistiek gebouw mag ook sexy zijn”Hung Tran, Heembouw Architecten New Logic III, eyecatcher langs de A58 en één van de meest duurzame distributiecentra ter wereld met een BREEAM score van 99,48%. New Logic III | Tilburg| Opdrachtgever Dokvast BV| Gebruiker Rhenus Contract Logistics| Realisatie & ontwerp: Heembouw en Heembouw Architecten. Vier experts vertellen over de staat van het logistiek vastgoed in Nederland. Lees hun verhaal op de pagina’s 6 t/m 9. VOORWOORD 3 D.A. Arthur Jager, crossmedia uitgever bij Jager Media BRANCHE- EN BELANGENORGANISATIES 14 Transport en Logistiek Nederland (TLN) 28 Nederland Distributieland (NDL) 50 Clean Energy Hubs (CEH) 63 NL Greenlabel PROJECTONTWIKKELING, BOUW, BELEGGINGEN EN LOCATIES 10 Delta Development Group 12 Heembouw 18 ProDelta Real Estate 20 Bouwbedrijf Van de Ven 22 VGP 32 SYSTABO 34 + 75 Logistics Capital Partners 38 Necron Group AG 39 De Vries en Verburg Bouw 40 Aannemingsbedrijf Wouters Schijndel / Van Grunsven Groep 47 AM 48 Dijkham Bouw 54 GLP 56 Hercuton 58 Intervest 64 Willy Naessens Industriebouw 70 Burgland Bouw 76 DHG BEDRIJFSMAKELAARS 2 + 10 + 16 + 47 Industrial Real Estate Partners 26 + 62 Dynamis Logistiek KENNISINSTITUTEN EN TOELEVERANCIERS 11 Vicoma Consultancy & Engineering 16 Rapportage Industrial Real Estate Partners 24 Van Berlo - smart concrete floors 30 Sweco Logistiek & Bedrijfshuisvesting 36 KiesZon 42 Hörmann Nederland 44 Hiber Betonvloeren 46 TRILUX 60 Sunrock 66 Walther Ploos van Amstel 68 DSG Renewables 72 Buck Consultants International 66

Deelnemers actief in het nieuwe communicatiejaar, mei 2025 tot mei 2026 www.heembouw.nl www.industrial.nl www.deltadevelopment.eu www.savillsim.com www.vicoma.nl www.tln.nl www.bouwbedrijfvandeven.nl www.prodelta.nl www.vgpparks.eu www.vanberlo.com www.dynamislogistiek.nl www.ndl.nl www.sweco.nl www.systabo.nl www.logisticscapitalpartners.com www.kieszon.nl www.necron.com hiber betonvloeren bv www.devriesverburg.nl www.wouters-schijndel.nl www.grunsvengroep.nl www.hormann.nl www.hiber.nl www.trilux.com/industry www.dijkhambouw.nl www.gelderland.nl www.eu.glp.com www.hercuton.nl www.intervest.eu www.sunrock.com www.nlgreenlabel.nl www.willynaessens.nl www.hva.nl www.dsg.nl www.burglandbouw.nl Redactie en 2024 Magazine Logistiek & Vastgoed Nederland communicatiejaar mei 2025 tot mei 2026 Logistiek & distributiecentra op de bedrijven- en industrieterreinen advertentie-exploitatie Jager Media D.A. Arthur Jager Postbus 2711 7301 EE Apeldoorn M 06 - 223 91 776 E arthur@jagermedia.nl www.jagermedia.nl www.rhenus.group Journalisten Pieter Pulleman, Marc van Rossum du Chattel, Dianne Huijskens, Ger Dreijer, Johan Koning en Sandra Put www.bciglobal.com Social Media Team - Blending Media - Monique Jager - Koos Luijk Vormgeving Studio Transparant Fotografie Jager Media www.dhg.nl Het magazine Logistiek Vastgoed Nederland wordt duurzaam geproduceerd. Logistiekvastgoed 2025- 5

‘Het kaf scheidt zich van het koren’ Ara Almelo | XL Businesspark Twente | Ontwikkeling: Stellar Development| Architect: Heembouw Architecten| Realisatie: Heembouw| Duurzaam en natuurinclusief logistiek center Rinus Verhey: “Met Stellar Development ontwikkelen we eerste klas logistieke bestemmingen, met 4 merkpijlers: natuur, architectuur, technologie en functionaliteit. Het ecologisch natuurscherm van Ara Almelo is de ontwerpoplossing op alle ontwikkelingsuitdagingen. Het geeft Ara een uniek karakter, voldoet aan alle eisen en draagt sterk bij aan de biodiversiteit van het gebied.” Vier experts over de staat van het logistiek vastgoed in Nederland 6 - Logistiekvastgoed 2025 Logistiek vastgoed staat onder druk. De marktomstandigheden zijn grillig, duurzaamheid is geen vrijblijvende ambitie meer, en schaarse ruimte, stikstofregels en onzeker beleid vormen stevige obstakels. Vier prominente spelers uit de sector gingen hierover in gesprek. “Als het makkelijk was, deed iedereen het.”

V.l.n.r: Rinus Verhey, Coert Zachariasse, Marcel Hoekstra en Marcel Fleminks Schaarste en herontwikkeling De schaarste aan geschikte ruimte is voor iedereen aan tafel een bekend gegeven. Hoekstra ziet dat locaties die vijf jaar geleden nog als oninteressant golden, nu volop in beeld zijn. “Kijk naar Lelystad, waar Jysk en Bestseller zich vestigen. Tegelijk zie je veel herontwikkeling van oudere locaties. Bijkomend voordeel is dat daar vaak al een aansluiting op het stroomnet ligt.” “Klopt,” reageert Verhey, “maar let op: de aansluiting hebben is één ding, het gecontracteerde vermogen is vaak het echte knelpunt.” D e setting is een vergaderruimte bij Heembouw in Roelofarendsveen. Aan tafel zitten Marcel Hoekstra, partner bij bedrijfsmakelaar Industrial Real Estate Partners, Coert Zachariasse, CEO van ontwikkelaar Delta Development Group, Marcel Fleminks, co-head bij investeerder Savills Investment Management, en gastheer Rinus Verhey, directeur Bedrijfsruimten bij bouwbedrijf Heembouw. De sfeer is open, kritisch en soms zelfs lichtelijk zelfbeschouwend. Volgens Fleminks is de schaarste deels een zelf gecreëerd probleem. “We mogen best kritisch naar onszelf kijken. De ophef over ‘verdozing’ is in zekere zin terecht. Niet altijd zijn de meest doordachte keuzes gemaakt.” Dat neemt niet weg dat er volop wordt geïnnoveerd, benadrukt hij. “Zeker als het gaat om energie: zelfvoorzienend zijn, individueel of collectief. Daarin loopt Nederland echt voorop.” Zachariasse herkent dat. “Het uiterlijk van logistiek vastgoed kreeg lange tijd weinig aandacht. Maar nu, mede door het personeelstekort, is er meer aandacht voor robotisering en een prettige werkomgeving. Die combinatie leidt tot verdichting én betere ontwerpen.” Fleminks vult aan: “Technisch en esthetisch lopen wij in Europa voorop.” Oneerlijk speelveld Toch zijn er ook frustraties. Vooral de complexe en nationale regelgeving steekt. “Er is nergens zoveel regelgeving als in Nederland,” stelt Fleminks. “Onze stikstofregels zijn internationaal gezien niet uit te “Het duurt allemaal langer, en de businesscases zijn moeilijker rond te krijgen.” leggen.” Zachariasse haalt een project aan waarin het uitmaakt of een bouwkraan tien meter verderop staat: “We maken elkaar gek. Natuurlijk moeten we de natuur beschermen, maar dit is niet meer uitlegbaar.” Hoekstra stelt nuchter vast: “Het is wetgeving, we zitten eraan vast.” De conclusie van de tafel is helder: zonder Europees beleid voor ruimtelijke ordening ontstaat er geen gelijk speelveld. En dat maakt Nederland als vestigingsland minder aantrekkelijk. Marktkoeling en rentestand Sinds de coronapiek is de markt duidelijk aan het afkoelen. Hoekstra ziet nog voldoende activiteit in de bekende hotspots zoals Schiphol, Rotterdam en Brabant, maar daarbuiten is het lastiger. “De opname stijgt licht en het niveau van beleggingstransacties stabiliseert.” Verhey merkt op dat veel opdrachtgevers op de pauzeknop drukken. Zachariasse ziet dat bestaande panden weer interessanter worden, terwijl nieuwbouwprojecten vertragen. Ook investeerders zijn terughoudender, stelt Fleminks. “De gebruikerskant draait vaak goed, met nauwelijks leegstand, maar het verlengen van huurcontracten verloopt stroef. Beleggers zoeken zekerheid, en die is er nu niet.” Hij noemt het een vervangingsmarkt. “Partijen kijken nu zelfs naar Limburg vanwege een nieuwe stroomaansluiting. Dan kom je toch weer uit bij die schaarste.” Logistiekvastgoed 2025 - 7

Brocacef| Amsterdam Osdorp | Investeerder: GLP| Architect: Heembouw Architecten| Realisatie: Heembouw | Duurzame stadsdistributie Rinus Verhey: “Dit DC is ontwikkeld met hoge duurzaamheidsambities, zowel van de kant van opdrachtgever Brocacef, als van ons. Het ontwerp is gestoeld op de drie pijlers duurzame bedrijfsvoering, groene kavelinrichting en een natuur inclusieve parkeergarage.” De impact op het ontwikkeltempo is voelbaar. Zachariasse: “Het duurt allemaal langer, en de businesscases zijn moeilijker rond te krijgen.” Verhey beaamt dat: “We sturen projecten soms terug omdat ze niet meer haalbaar zijn.” Duurzaamheid: meer dan techniek Duurzaamheid is allang geen niche meer. Verhey noemt houtbouw, koudgewalste profielen en biobased materialen als manieren om de CO₂-footprint te verlagen. “We zijn een ontwerpende bouwer met een eigen architectenbureau en kunnen dus actief sturen op deze thema’s.” Toch gaat het volgens Zachariasse niet alleen om techniek. “De uitdaging zit hem in de risico’s, zoals onderhoud op de langere termijn. Sommige zaken zijn ook niet in geld uit te drukken, zoals esthetiek of gezonde lucht. Maar investeren draait om rendement en risico. En dat laatste is lastig kwantificeerbaar.” Ook de keuze tussen nieuwbouw en herontwikkeling wordt steeds vaker in duurzaamheidstermen bekeken. “We hebben de CO₂-footprint van bijna-circulaire distributiecentra met BREEAM Excellent-certificering laten doorrekenen,” zegt Zachariasse. “De resultaten zijn schokkend. Je moet echt goed nadenken waar je mee bezig bent.” Fleminks sluit zich daarbij aan. “Herontwikkeling is aantrekkelijk. Bovendien liggen oude locaties vaak op logistiek sterke plekken.” 8 - Logistiekvastgoed 2025 Last-mile blijft lastig Het thema last-mile logistiek blijft actueel. Hoekstra ziet wel dat de grootste druk van de ketel is, maar geschikte locaties vinden blijft een uitdaging. “Je hebt ruimte nodig, een stroomaansluiting én je moet vervoersbewegingen kunnen maken.” Verhey merkt op dat er kleine hubs van zo’n twee hectare ontstaan, vaak elektrisch en stikstofarm. “Die zijn relatief goed inpasbaar.” Maar bij schaalvergroting wordt het lastiger, waarschuwt Hoekstra. Zachariasse ziet dat ook: “Stadsdistributie laat zich lastig combineren met hoge grondprijzen. Toch zijn er ook succesvoorbeelden, aldus Hoekstra, denk aan CTP Park Amsterdam City, waar inmiddels bijna 60% verhuurd is. Fleminks noemt het een kip-ei-verhaal: zonder massa geen rendement, maar zonder rendement geen massa. Zachariasse: “De nood is hoog, zeker aan de randen van steden, maar de realisatie blijft complex.” Herbestemming van bestaande gebouwen aan ringwegen kan volgens Fleminks uitkomst bieden. Investeringsklimaat onder druk De onzekerheid op geopolitiek, economisch en politiek vlak maakt beleggers kopschuw, zegt Fleminks. “Beleggers willen duidelijkheid. Die is er nu niet.” Hij ziet dat alleen beleggers met eigen vermogen nog ruimte hebben om kansen te pakken. “Zij kunnen hun rendement zelf doorrekenen.” Zachariasse verwacht op korte

“We hebben binnen Europa een uitstekend logistiek stelsel. Op ontwerp, kwaliteit en duurzaamheid lopen we voorop.” termijn een renteverlaging, maar op langere termijn juist stijgende rentes. “We zijn inmiddels gewend aan bijna nul procent rente, maar dat is niet normaal.” Fleminks nuanceert: “We hebben ook tijden gehad met elf procent rente. Misschien zitten we nu gewoon in een gezonde markt.” Maar op Europees niveau zijn er zorgen. “De regelgeving neemt toe, productiviteit daalt, en demografisch is het niet rooskleurig,” stelt Zachariasse. “In dat licht is het niet erg dat Trump ons dwingt om te bewegen.” Hij noemt Nederland bovendien een onbetrouwbare partner. “Stikstof, stroomtekorten, grillige politiek – dat maakt ons als investeringsland onaantrekkelijk.” Hoekstra ziet al concrete gevolgen: “Er zijn bedrijven die Nederland verlaten vanwege de stroomprijzen.” Realisme en kansen Toch is het geen somber verhaal, vinden de deelnemers. “Verandering creëert ook kansen,” stelt Zachariasse. “Maar je moet ze wel zien én durven pakken.” Fleminks besluit: “We hebben binnen Europa een uitstekend logistiek stelsel. Op ontwerp, kwaliteit en duurzaamheid lopen we voorop. Als we nu ook de onzekerheden rond regelgeving weten te reduceren, houden we die voorsprong vast.” Zachariasse: “Als het makkelijk was, zou iedereen het doen. Die periode hebben we ook gekend, trouwens.” Rotterdam Logistics Park |Kickersbloem 3, Hellevoetsluis| Ontwikkeling: Delta Development| Architect: Quadrant 4| Realisatie: Heembouw | 4 hoogwaardige duurzame warehouses, samen 52.000 m2 | Breeam Excellent Rinus Verhey: “Deze ontwikkeling ligt op een unieke plek in de Rotterdamse Haven. Eind 2023 hebben we RLP gebouw B & C opgeleverd; die zijn in gebruik door VDH Warehousing & Logistics en Top Group International; RLP A & D zijn inmiddels in uitvoering.” En zo eindigt het gesprek zoals het begon: kritisch, maar hoopvol. “Het kaf scheidt zich van het koren,” zegt Fleminks. “En dat is misschien wel goed ook.” CTPark Amsterdam City, multimodaal duurzaam stedelijke logistiek in het hart van Amsterdam. ‹‹ Logistiekvastgoed 2025 - 9

TE HUUR TOEKOMSTBESTENDIGE LOGISTIEK NABIJ PORT OF ROTTERDAM 2e fase Totaal ca. 52.000m2 Unit vanaf ca. 8.700 m2 Beschikbaar eind 2025 REGIO DEN HAAG WESTLAND MAASVLAKTE Europort Rotterdam A20 A15 REGIO ROTTERDAM N57 A15 Hellevoetssluis Rotterdam Logistics Park www.jll.nl 0104110440 www.industrial.nl 088 989 9898

Vicoma verbindt en verbetert Vicoma heeft specialisten binnen deze disciplines: Verspreid over 5 vestigingen, in Nederland en India, bedienen wij meer dan 150 klanten binnen de disciplines: • Consultancy • Architectuur & Bouwkunde • Civiele techniek • Elektrotechniek & Instrumentatie • Process • Projectmanagement • Productielijnen & Machinebouw • Piping • Mechanical & Structural Steel • Procurement Bel ons: +31 (0) 10 416 00 11 of mail ons: info@vicoma.com www.vicoma.nl

Nabuurs Osdorp | Gebruiker ABInbev | Ontwerp Heembouw Architecten. Het gebouw is mooi ingepast in een strook van een bestaand bedrijventerreinen en daarmee onderdeel geworden van het landschap. Nieuwe “Stepping Stones” in het bedrijvenlandschap Dubbele winst: economische groei en waardevast vastgoed Ruimte is schaars in Nederland; en waar nog ruimte is, wordt kritisch gekeken naar de impact van bouwplannen op het landschap en de leefomgeving. Dat geldt niet alleen voor greenfields, maar ook voor brownfieldlocaties (bebouwde bedrijfsgrond, beschikbaar voor herontwikkeling). En daar liggen wat Heembouw betreft de kansen. Door het verbeteren van de leefomgeving voor de langere termijn, en daarmee ruimte te creëren. Zodat ondernemingen toch kunnen groeien, uit breiden of verhuizen. Directeur Heembouw Rinus Verhey vertelt hoe. Verhey: “Als Heembouw maken wij ons hard voor verbetering van de werken leefomgeving voor de langere termijn. Brownfieldlocaties bestaan vaak uit niet meer dan beton en asfalt; er is nauwelijks aandacht voor vergroenen van de omgeving en het inpassen van het te realiseren gebouw in de natuur. We werken aan brownfield Stepping Stones om zo de economische waarde van een gebied en daarmee ook van het vastgoed in het gebied te verhogen. Hiermee maak je het verschil.” Waterbuffersysteem tegen extreme weersomstandigheden helpt ook de buurt Dit zijn niet alleen mooie woorden en voornemens, maar wordt ook waargemaakt in de praktijk. “Hydra Utrecht is een mooi voorbeeld. Mainfreight maakt hier inmiddels gebruik van een hoogwaardig logistiek center. Het is een brownfieldlocatie, tegen een woonwijk aan. Dat betekent zorgen voor een goede, nette overgang tussen wonen en werken. En goed luisteren wat er speelt; de wijk kampte met wateroverlast, en na een grondige analyse van het lokale bodem- en watersysteem, hebben we dit opgelost met een ondergronds waterbuffersysteem. Dat helpt niet alleen het logistiek center, maar de hele buurt bij de opvang van regenwater zonder extra ruimte in te nemen. Daarmee werd niet alleen het gebouw Daktuin Virgo Aalsmeer | Gebruiker Paardekooper Groep | Ontwerp Heembouw Architecten in samenwerking met Stellar Development

toekomstbestendig, maar ook de leefomgeving groener en beter bestand tegen extreme weersomstandigheden. Of neem ABInbev in Amsterdam Osdorp. Hier hebben we het pand heel mooi ingepast in een strook van een bestaand bedrijventerrein; een goed voorbeeld hoe een gebouw onderdeel kan zijn van het landschap.” Voor Verhey is het helder. Bestaande locaties zijn een goed alternatief voor ondernemingen op zoek naar ruimte. En wat Heembouw betreft, direct een kans om het verschil voor de omgeving te maken. “Gemeenten en provincies zijn positief om dit soort Stepping Stones in te vullen, met aandacht voor aspecten buiten de kavel. Het is voor alle partijen beter op de lange termijn. Inpassing van het gebouw in het landschap en aansluiting met de omgeving zorgt ervoor dat er een betere werkomgeving ontstaat; goed voor het aantrekken en behoud van personeel. Verder zorgen we ervoor dat de natuur en alle aspecten rondom de herontwikkel/brownfield locatie aansluiten op het gebied; zodat het een geïntegreerd geheel wordt, en de locatie in het landschap opgaat. “Aantrekkelijk voor je medewerkers en beter voor de vastgoedwaarde” Natuur toevoegen betekent ook een hogere vastgoedwaarde Aan de andere kant gaat het erom hoe deze aanpassingen, zich vertalen in vastgoed waarde. En dus voor de eigenaar/ belegger iets oplevert. Daarover zijn we in gesprek met taxateurs, om deze waarde toevoeging voor langere periode te waarborgen. Daarom nemen we het beheer en nazorg van het groen (gebruik en onderhoud) mee in de contractvorming, zodat de extra waarde die dit toevoegt aan het gebouw en de omgeving, door de taxatie branche op waarde wordt getaxeerd.” HEEMBOUW ALS EERSTE UTILITEITSBOUWER AANGESLOTEN BIJ NL GREENLABEL NL Greenlabel richt zich op het ontwikkelen en toepassen van methodieken en tools die duurzaamheid meetbaar maken en integreren in bouw- en gebiedsontwikkelingsprojecten. Maandag 14 april tekende Heembouw een partnerovereenkomst met NL Greenlabel en zet hiermee een belangrijke stap in het aantoonbaar meetbaar maken van de waarde van een natuurinclusieve leef- of werkomgeving. De overeenkomst werd namens Heembouw getekend door Heembouw Bedrijfsruimten, dat daarmee de primeur had als eerste utiliteitsbouwer bij NL Greenlabel aan te sluiten. Taxateurs zoeken harde data om hun taxatie op te baseren; hoe leg je die waarde vast? Verhey: “Breeam en de EU taxonomie nemen natuurinclusieve maatregelen nog niet volledig mee in hun beoordeling; daarom zijn we nu aangesloten bij NL Greenlabel. De methodieken en het register voor de duurzame leefomgeving die NLGreenlabel biedt, helpen ons om de waarde van dit soort maatregelen voor onze klanten meetbaar te maken en de kracht van onze concepten in een vroeg stadium zichtbaar te maken.” Directeur Heembouw Bedrijfsruimten Rinus Verhey (071) 332 00 50 www.heembouw.nl www.gronddatabank.nl

TLN bouwt aan de toekomst van logistiek vastgoed Logistiek en vastgoed zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Logisch, want alles wat vervoerd wordt, moet immers van A naar B. Maar ondanks dat heeft de combinatie logistiek en vastgoed met de nodige uitdagingen te maken. Ruimte wordt in Nederland steeds schaarser en er is kritiek op de zogeheten verdozing van het landschap. Daarnaast wordt het belang van logistiek niet overal even scherp gezien. Onderwerpen die Transport en Logistiek Nederland (TLN) nauw aan het hart liggen en die daarom stuk voor stuk de volle aandacht hebben. I n 2023 was 5,5 procent van de warehouses voorzien van een BREEAM-NL certificaat, het keurmerk dat de duurzaamheidsprestaties van bedrijfspanden aanduidt. En hoewel het aantal nieuwe logistieke panden - waaronder ook magazijnen en andere opslagruimtes - dat duurzaam gecertificeerd is, toeneemt, is er nog werk aan de winkel. TLN wil namelijk voor het segment Vastgoed en Organisatie, waar de warehouses ook onder vallen, in 2040 klimaatneutraal zijn. Groene samenwerking Mede daarom hebben TLN en Koninklijke Vereniging van Hoveniers en Groenvoorzieners (VHG) de krachten gebundeld om natuurinclusieve panden te stimuleren. Deze samenwerking, afgetrapt met een inspiratiesessie voor de achterban van TLN op 27 maart jl., biedt transport- en logistieke ondernemers onder meer ondersteuning bij het verkennen van subsidiemogelijkheden en inzichten hoe zij hierin 14 - Logistiekvastgoed 2025 kunnen samenwerken met leden van Koninklijke VHG. Ook maken TLN en Koninklijke VHG samen een gids, vol concrete handvatten voor eigenaren en huurders om hun warehouses te vergroenen. “Ondernemers inspireren en ondersteunen” Cees Pille, clustermanager Logistiek bij TLN: “Het vergroenen van warehouses maakt logistiek duurzamer en klimaatbestendiger. Bovendien kan een vergroeningsslag voor ondernemers ook kostenbesparend zijn – en maakt het hen een aantrekkelijker partner in het licht van de CSRD, een Europese richtlijn voor duurzaamheidsrapportages. We merken dat veel ondernemers mee willen in de vergroeningstrend, maar niet weten waar te beginnen of welke aanpassingen de meeste impact hebben. Ook zijn de kansen op het gebied van subsidies vaak onbekend. Wij helpen hen daarom graag met laagdrempelige groene innovaties voor een toekomstbestendige omgeving.”

“Het vergroenen van warehouses maakt logistiek duurzamer en klimaatbestendiger.” Marc Wichman, projectleider ketensamenwerking bij Koninklijke VHG: “De leden van Koninklijke VHG spelen een cruciale rol bij het vergroenen van distributiecentra. Door samen te werken met TLN kunnen we ondernemers inspireren en ondersteunen bij het benutten van deze groene kansen.” Beide brancheorganisaties denken dat veel meer distributiecentra een vergroeningsslag kunnen maken met eenvoudig te realiseren initiatieven. Denk hierbij aan het beplanten van de binnen- en buitenkant van de warehouses, maar ook nestkasten, insectenhotels en bijen- en vleermuiskasten. Naast de voordelen voor mens en natuur zijn groene warehouses ook goed voor de portemonnee. Zo zorgt vergroening voor lagere energiekosten en voor waardevermeerdering van het vastgoed. Plus, het laat zien dat de sector zich de kritiek over de ‘verdozing’ van het landschap niet alleen aantrekt, maar er ook actief mee aan de slag gaat. Zo geeft TLN invulling aan de missie om bij te dragen aan een schoner, slimmer en socialer Nederland. Ruimte voor logistiek Maar zoals algemeen bekend: de ruimte in Nederland wordt steeds schaarser. Niet alleen fysieke ruimte maar ook vraagstukken rondom milieuruimte en waterberging zijn bepalend voor de koers die Nederland de komende jaren kan varen. Ondertussen eisen geopolitieke spanningen dat Nederland strategische voorraden aanhoudt van essentiële zaken zoals voedsel, medicijnen en energiedragers. Anders gezegd: het belang van logistieke hubs - nodig om goederenstromen te optimaliseren, onnodige voertuigkilometers te voorkomen en bedrijven te bevoorraden - wordt alleen maar groter. TLN maakt zich daarom sterk voor ruimte voor logistiek vastgoed in Nederland. Bijvoorbeeld door de recente oproep aan de Tweede Kamer om logistiek meer ruimte te geven bij de ruimtelijke inrichting van Nederland als partner in de Logistieke Alliantie, een samenwerking tussen TLN en 16 andere organisaties die actief zijn in logistiek en handel(sketens). Volgens de Alliantie neemt logistiek vastgoed slechts 0,1 procent van de totale oppervlakte van Nederland in beslag, terwijl de sector essentieel is voor het draaiende houden van de economie en samenleving. “Logistiek is geen luxe,” aldus Alliantievoorzitter Elisabeth Post, “maar een noodzaak.” Dan maar de lucht in? Maar omdat zowel het ruimtegebrek als de almaar stijgende vraag naar beroepsgoederenvervoer een Logistiekvastgoed 2025 - 15 gegeven is, moet er buiten de box worden gedacht. Is bijvoorbeeld meerlaags bouwen de oplossing? Om die vraag te kunnen beantwoorden, vroeg TLN Kazu Boin, student aan de Technische Universiteit Eindhoven, om de voor- en nadelen te onderzoeken van bouwen de hoogte in. Boin concludeerde dat meerlaags efficiënt kan zijn als je je dicht bij een logistiek knooppunt wilt positioneren of wanneer je gebonden bent aan een bepaalde locatie. Daarnaast biedt een dubbellaags warehouse de mogelijkheid om meerdere logistieke operaties op één locatie te centraliseren. Daar staat tegenover, aldus Boin, “dat het een flinke investering is. Bij een dubbellaags warehouse liggen de bouwkosten per vierkante meter 25 tot 50 procent hoger ten opzichte van een enkellaags.” Zo is het ontwerp complexer: er moeten dragende vloeren op hoogte komen. Bovendien zijn er voorzieningen noodzakelijk zodat vrachtwagens de verdiepingen kunnen bereiken. Deze elementen nemen ruimte in beslag wat betekent dat een tweede verdieping geen automatische verdubbeling van de opslagcapaciteit oplevert. Daarnaast vormt de ondergrond een uitdaging. Door de beperkte draagkracht van de bodem in Nederland zijn heipaalconstructies vaak noodzakelijk om verzakkingen te voorkomen en de stabiliteit van het gebouw te waarborgen. Is meerlaags de toekomst? Op de korte termijn is meerlaags bouwen volgens Boin geen oplossing. Nederland heeft geen megaElisabeth Post “Logistiek is geen luxe, maar een noodzaak.” steden en de afstanden binnen onze steden zijn relatief kort. Bovendien beschikt Nederland over een goede infrastructuur, waardoor distributie efficiënt kan worden uitgevoerd. Maar op de lange termijn lijkt verticaal bouwen onvermijdelijk. De vraag naar opslagcapaciteit blijft immers groeien, terwijl de beschikbare grond steeds schaarser wordt. ‹‹ www.tln.nl

ProDelta en PI Impact maken duurzaam ondernemen concreet ProDelta heeft altijd oog gehad voor duurzaamheid. Binnen ProDelta Real Estate ligt de focus op duurzame logistieke gebouwen. Met de investeringstak PI Impact focust het op start-ups met een duurzame propositie in vastgoed. De jongste deelname van PI Impact maakt de cirkel rond: de circulaire betonproducten van C2CA kan ProDelta Real Estate toepassen in haar nieuwe bouwplannen. P roDelta is een echt familiebedrijf, dat zijn vleugels internationaal heeft uitgeslagen. Het bedrijf heeft meerdere takken. Naast een wereldwijd opererend kranenbedrijf bestaat ProDelta uit ProDelta Real Estate en PI-Impact. ProDelta Real Estate is ontwikkelaar van en belegger in duurzaam logistiek vastgoed. Samenwerken, duurzaamheid en kwaliteit staan centraal in de visie van het Rotterdamse familiebedrijf. ProDelta heeft een vastgoedportefeuille van meer dan 500.000 vierkante meter. Het zwaartepunt ervan ligt in de regio Rotterdam en de provincies Noord-Brabant en Gelderland, het natuurlijke achterland van de Rotterdamse haven. Maar ProDelta is ook actief buiten die regio’s. Lange termijn Adjunct-directeur Vastgoed Sander van Zwienen: “ProDelta is een familiebedrijf dat oog heeft voor de lange termijn. We willen niet alleen financieel rendement realiseren, maar ook duurzaam rendement.” Duurzaamheid krijgt op verschillende manieren vorm bij ProDelta. De nieuw gerealiseerde panden zijn allemaal BREAAM-gecertificeerd. Zonnepanelen zijn tegenwoordig standaard. “We willen graag goed met de planeet omgaan. Dat doen we ook door bijvoorbeeld veel bestaande locaties te herontwikkelen en niet zomaar voor greenfield te gaan.” PI Impact en duurzaam rendement Om meer duurzaam rendement te realiseren richtte ProDelta vijf jaar geleden PI Impact op. PI Impact investeert in bedrijven die naast een financieel rendement ook een positieve impact hebben op het milieu, of op de sociale context. De focus ligt daarbij op bedrijven die oplossingen bieden voor duurzaamheidsvraagstukken binnen de vastgoedsector. Leon van der Maas van PI Impact: “We zoeken de synergie met de vastgoedafdeling.” Van Zwienen: “Onze collega’s van PI kijken nadrukkelijk breder dan het gebouw. De netwerken van de afdelingen én die van onze relaties versterken elkaar hierbij.” 18 - Logistiekvastgoed 2025

“Wij brengen niet zomaar een zak met geld, maar ook ons netwerk en onze expertise.” Nieuwe grondstof uit betonpuin De jongste deelneming van PI in start-up C2CA past perfect in die visie. C2CA ontwikkelde namelijk een technologie om uit betonpuin nieuwe grondstoffen te halen voor de productie van cement. C2CA (Concrete 2 Cement and Aggregates) is een spin off van de TU Delft met als doel om duurzame vraag naar circulaire materialen in beton te creëren. De cementindustrie is verantwoordelijk voor acht procent van de mondiale CO2-uitstoot. Het doel is om honderd procent van end-of-life beton om te zetten in hoogwaardige grondstoffen voor nieuwe betonproductie en 100% circulair beton te creëren. Het C2CA-proces produceert, naast teruggewonnen grind en zand, een supplev.l.n.r. Leon van der Maas van PI Impact, Thomas Petithuguenin van C2CA en Sander van Zwienen van ProDelta Real Estate mentair cementeus materiaal, dat bij de productie van nieuw beton als vervanging kan dienen voor cement. Enorme potentie Thomas Petithuguenin, CEO van C2CA “De potentie van onze technologie is enorm. Het product kan concurreren met de traditionele alternatieven. We bouwen nu samen met Dura Vermeer een eerste plant in ’s Gravendeel. Die kan per jaar 150.000 ton betonpuin verwerken en met die fabriek besparen we 17.000 ton CO2-uitstoot. Ons proces is aan te passen aan het input-materiaal. Dat is belangrijk voor de geplande wereldwijde roll-out, omdat de samenstelling van beton varieert per regio.” Petithuguenin schat dat er ruimte is voor pakweg tienduizend fabrieken wereldwijd. “Maar die gaan wij niet allemaal bouwen. Er wordt nu eerst gekeken naar de beste locatie voor een tweede fabriek.” Bijdrage leveren Leon van der Maas over de samenwerking met C2CA: “Beton is belangrijk voor het bouwen van logistiek vastgoed, maar kent nog diverse duurzaamheidsuitdagingen. Dat is de reden voor ons om erin te investeren. Wij brengen niet zomaar een zak met geld, maar ook ons netwerk en onze expertise. We willen echt een bijdrage leveren.” Petithuguenin: “Vaak is de relatie met een investeerder steriel en draait het hoofdzakelijk om het halen van de doelen. PI Impact bestaat uit een klein maar fijn team, is family-owned en zit om de hoek. Voor mij is dat fijn werken.” Van der Maas: “Dat is inderdaad onze manier; we zitten er niet in voor de short-win, maar voor de lange termijn.” Petithuguenin: “Wij zijn een kleine start-up en hebben maar een handvol medewerkers. Daarom is het belangrijk dat onze aandeelhouders een verlengstuk vormen van ons team. PI Impact zit in Logistiekvastgoed 2025 - 19 hetzelfde ecosysteem als wij en helpt ons richting de markt, met hun netwerk, hun kennis én hun financiële bijdrage.” ‹‹ www.prodelta.nl www.pi-impact.com www.c2ca.tech

Van de Ven sleept prestigieuze logistieke bouwprojecten binnen Na een aantal redelijk rustige jaren binnen hun divisie logistieke bedrijfsbouw gaat Bouwbedrijf Van de Ven weer helemaal vol gas in dit segment. In de komende twee jaar realiseert dit Veghelse familiebedrijf een aantal prestigieuze logistieke bouwprojecten. “Daar kunnen we onze ziel en zaligheid helemaal in kwijt. En dat is precies wat we willen!” VTS Transport en Logistics in Boxmeer E én van de paradepaardjes is de bouw van een nieuw, temperatuur gecontroleerd, tweelaags warehouse van 33.000 m² voor VTS Transport en Logistics in Boxmeer. VTS verzorgt de opslag en distributie van farmaceutische middelen. “Wij zijn specialist in complexe bouwprojecten, waarbij het logistieke systeem en de bouw van het pand geïntegreerd worden gerealiseerd”, vertelt adjunct-directeur Frank Smits. “Dit VTS-project past helemaal in dat plaatje, met een aantal mooie uitdagingen. Zo bouwen we dit DC tegen het bestaande DC VTS-4 aan en maken we een helPrologis Almere lingbaan als toegang tot een groot parkeerdek op de bovenste bouwlaag. Met ruimte voor 231 personenauto’s en 51 busjes. Hier komen ook 28 laadstations.” Fijn samenwerken met familiebedrijf VTS Van de Ven bouwde al eerder voor VTS. “Het is fijn samenwerken met een familiebedrijf als VTS. Ze zijn nauw betrokken bij het hele project en investeren voor de lange termijn. Duurzaamheid speelt een belangrijke rol. Op alle mogelijke manieren willen ze hun ecologische voetafdruk verkleinen. Het pand krijgt een hoge isolatiewaarde, is gasloos, heeft zonnepanelen en energiezuinige verlichting. Kantoor en warehouse worden verwarmd met de restwarmte van de koelinstallatie. We maken zoveel mogelijk gebruik van recyclebare bouwmaterialen. Tevens gaan we zo efficiënt mogelijk om met de beschikbare bouwgrond en houden we rekening met ernaast gelegen flora en fauna. Het streven is om de BREAAM-EXCELLENT certificering te behalen.” Optimaal gebruik maken van ruimte Het nieuwe VTS warehouse is zo ontworpen dat er optimaal gebruik wordt gemaakt van de ruimte, met straks logistieke activiteiten op meerdere ver20 - Logistiekvastgoed 2025

diepingen. Het bestaat uit een hoogbouwmagazijn met een opslagcapaciteit van ca. 50.000 palletplaatsen, geschikt voor opslag van medicijnen op kamer- en koeltemperatuur. De begane grond wordt ingericht voor het cross docken van internationale zendingen. Op de verdieping en het parkeerdek worden de goederen voorbereid tot last-mile leveringen. Daar worden ook de pakketzendingen gesorteerd en in de juiste voertuigen geladen. Robotisering en automatisering spelen straks een grote rol binnen de warehouse processen. Alle hiervoor benodigde infrastructuur wordt in de bouw meteen meegenomen. Prologis DC’s Een andere grote opdrachtgever is Prologis. Weliswaar geen familiebedrijf, maar toch is Frank Smits zeer te spreken over de samenwerking met deze investeerder. “Zij bouwen voor eigen portefeuille, waardoor we vaak al weten wie de eindgebruiker van het gebouw wordt. Dan kun je beter maatwerk leveren.” In Almere realiseert Van de Ven voor Prologis een DC van 20.000 m². In Lisse beginnen ze in juni 2025 met de bouw van een DC van 23.000 m². ampullen, flacons en buizen uit buisglas, die o.a. worden gebruikt in de farmaceutische industrie, ziekenhuizen, laboratoria, in de bouw en in de voedselindustrie. Voor deze turn-key opdracht van het bedrijfspand, op een nieuwe locatie in Beugen, verzorgt Van de Ven de engineering, vergunningen, de bouw incl. infra en installaties t/m de oplevering en de nazorg. Het gebouw bestaat uit een kantoorruimte, productieruimte en opslagruimte in diverse compartimenten. • ELEO, Automotive Campus in Helmond: 8.000 m² ELEO is onderdeel van de multinational Yanmar en ontwikkelt en maakt accu’s voor de diverse voertuigen die Yanmar produceert. Van de Ven ontwikkelt en bouwt voor hen een bedrijfspand bestaande uit een kantoortoren, 2.600 m² kantoorfunctie verdeeld over verschillende verdiepingen, met ruimte voor zo’n 80 personeelsleden. De bedrijfshal bestaat uit een grote open hal als opstelplaats voor de productiemachines, een grote opslag en 3 kleinere opslagen voor gevaarlijke stoffen (PGS-15). Het pand wordt voorzien van een laad- en loskuil, lekbakken voor buitentanks, losplaats, een eigen bluskelder, een tweetal sprinklertanks en een ATEX ruimte. • Herontwikkeling GIANT (Garbe) in Veghel: 20.000 m² laboratoria, assemblage, PGS-ruimte en opslag voor de accu’s. Door de diversiteit van de gebouwen, worden er verschillende bouwmethodes toegepast. Het nieuwe pand wordt gekoppeld aan het bestaande bedrijfspand. Vanwege de hightech activiteiten wordt er een uitgebreide en moderne installatie geïnstalleerd. Voor ontwikkelaar Garbe realiseert Van de Ven een BREAAM-EXCELLENT warehouse met inpandig kantoor waar, in de toekomst, hetzelfde volume tegenaan gebouwd kan worden. Het warehouse wordt 17 meter hoog, waardoor maximale vrije stapelhoogte wordt gerealiseerd, met enkel daknet sprinklers. Lest best… Bestseller in Lelystad En dan is er natuurlijk ook nog die megagrote opdracht die Van de Ven als hoofdaannemer eind 2024 binnen wist te slepen: de bouw van het grootste Europese distributiecentrum van massief Vekoma Vlodrop Eurofast Deurne Projecten dichterbij huis Iets dichterbij huis, in het Limburgse Vlodrop, leverde Van de Ven in januari 2025 een nieuwe productiehal ter grootte van 8.000 m² op voor Vekoma, de Nederlandse specialist in achtbanen, die over heel de wereld exporteert. “Dat bedrijf ontwikkelt een nieuwe locatie, waarop straks ook het nieuwe hoofdkantoor van 5.000 m² een plek krijgt. Wij spelen een rol in de herontwikkeling van de oude productielocatie.” Ook in de eigen provincie Noord-Brabant kan Van de Ven in 2025 vol aan de bak met de volgende projecten: • NAF-VSM in Beugen: 10.000 m² NAF-VSM is een gespecialiseerde fabrikant van hoge kwaliteit glasverpakkingen. Zij produceren • BAS World FoodPark Veghel: 4.400 m² Dit nieuwbouwproject bestaat uit 3.500 m² werkplaats, 550 m² showroom en 350 m² kantoor. Er worden 3 break-outs gerealiseerd. In deze, over het water uitspringende, bouwdelen kunnen vrachtauto’s of werkbussen tentoongesteld worden. • Intracare in Veghel: 8.500 m² Intracare ontwikkelt, produceert en levert wereldwijd effectieve diergeneesmiddelen, biosecurity, hygiëneproducten en nutriënten voor de veehouderij, tuinbouw en aquacultuur. Hun producten dragen bij aan een betere diergezondheid en verminderen het gebruik van antibiotica en pesticiden. Het nieuwbouwpand wordt gerealiseerd tegenover het bestaande pand aan de Voltaweg in Veghel. Het bestaat uit ca. 5.900 m² industriefunctie en hout, voor de Deense modegroep Bestseller in Lelystad. Een duurzaam DC van 155.000 m², met ca. 40.000 m² gevelsystemen gemaakt van stro en hout, ca. 26.000 m² groene gevel en een groen dak met daarop weides en fruitbomen. Tot eind 2026 zal Van de Ven met een groot team (en met heel hun ziel en zaligheid) op deze bouwlocatie werken. Maar daarover meer in de volgende editie van dit blad. ‹‹ www.bouwbedrijfvandeven.nl Logistiekvastgoed 2025 - 21

Building Tomorrow Today • Bouwvergunningen • Stikstofrechten • Stroomaansluitingen • Breeam Excellent • Industrieel vastgoed • Strategische ligging • 10.000 tot 100.000m² • Maatwerk oplossingen

Where space meets opportunity! www.vgpparks.eu VGP Nederland Reitscheweg 1 5232 BX ’s-Hertogenbosch Nederland Raymond Van Delden Commercieel Directeur Nederland +31 614 23 06 62 raymond.van.delden@vgpparks.eu

Van Berlo legt sterke basis voor duurzame langetermijnstrategie Trots, dat stralen ze uit bij Van Berlo in Veghel. En daar heeft deze koploper in duurzame betonvloeren dan ook alle reden voor! Niet alleen vanwege het prachtige project LCW Bestseller (155.000m2) in Lelystad, waar Van Berlo duurzame Greymatter vloeren gaat realiseren in het grootste en duurzaamste distributiecentrum van Nederland. Trots zijn ze ook op hun onlangs geverifieerde levenscyclusanalyse (LCA), afgegeven op een andere Greymatter vloer in Lelystad, op hun vervolgstappen naar internationalisering en op hun groeiende rol als kenniscentrum voor smart concrete floors. Vol enthousiasme vertellen Daniël Toonen (senior sales engineer) en Tom Klaassen (commercieel manager) over deze mooie, nieuwe ontwikkelingen. Deze, in februari 2025, opgeleverde vloer voor GLP Europe in Lelystad maakte Van Berlo met de Greymatter technologie. Hierdoor werd 27% CO2 uitstoot bespaard. Voor dit project geeft Van Berlo een geverifieerde LCA af ter onderbouwing. D uurzaamheid is sinds jaar en dag een belangrijk speerpunt bij Van Berlo. In april 2025 werd op dit gebied een nieuwe mijlpaal bereikt. Het bedrijf kreeg een onafhankelijk geverifieerde EPD (LCA). Daniël Toonen legt uit waarom dit zo belangrijk is. “In een levenscyclusanalyse analyseer je het totale proces van het maken van een product, in ons geval een betonnen vloer. Je kijkt onder andere naar het materiaal, het transport, de energie om te produceren, maar ook de sloop en het verwerken van het sloopmateriaal aan het einde van de levenscyclus. Met zo’n analyse kun je de impact die jouw product heeft op het milieu uitrekenen. Dat vertaalt zich in een MKI-score (Milieu Kosten Indicator). Hoe lager die is, hoe minder belastend jouw product is voor het milieu. Zo’n LCA krijgt pas echt waarde als je die laat checken door een onafhankelijke partij. Zo voorkom je dat je bepaalde onderdelen net iets gunstiger weergeeft dan ze in werkelijkheid zijn. Wij hebben onlangs de eerste LCA’s laten reviewen. Die werden met een positief resultaat beoordeeld. Hiermee zijn wij uniek in onze branche.” Meten is weten Naar hoofdaannemers, ontwikkelaars, pandeigenaren en investeerders in logistiek vastgoed toe kan Van Berlo, met deze geverifieerde en allesomvattende LCA, nu exact aantonen dat hun vloeren een bepaalde duurzaamheid vertegenwoordigen. Bij vloeren die zij met hun Greymatter technologie ontwikkelen, kan dit tot wel 50% CO₂ reductie leiden. “Dit past bij onze ‘meten is weten’ filosofie”, legt Tom Klaassen uit. “Een vloer is veel meer dan alleen het beton. Vaak zie je dat 24 - Logistiekvastgoed 2025

Tom Klaassen (l) en Daniël Toonen Greymatter facts: scheurvrije vloeren tot 50% CO2 reductie tot 20 jaar garantie dat het enige is dat wordt geanalyseerd als het over vloeren gaat. In onze LCA zijn echt álle aspecten van het maken van een vloer meegenomen. En die verschillen per project en zelfs per vloerdeel. Dus we maken ook steeds opnieuw, per project, nieuwe LCA’s, zodat deze informatie gedeeld kan worden met de stakeholders. Uiteindelijk streven we ernaar dat we op onze offertes niet alleen de financiële kostprijs vermelden, maar ook de MKI-score die bij een vloerdeel hoort.” Internationalisering Als onderdeel van hun langetermijnstrategie zet Van Berlo vanaf 2024 in op internationalisering. “We willen de Van Berlo kwaliteit ook in het buitenland beschikbaar maken,” vertelt Tom Klaassen. “Een nieuw internationaal netwerk bouwen kost tijd en inspanning. Toch zijn we erin geslaagd om het aantal aanvragen substantieel te verhogen. Inmiddels hebben we al twee mooie buitenlandse projecten weten binnen te halen: één in Duitsland en één in Denemarken. Ook daar zijn we best trots op!” Team Buitenland Om de buitenlandse groeistrategie goed van de grond te krijgen werd binnen Van Berlo een nieuw team samengesteld, dat momenteel bestaat uit vier specialisten, inclusief Daniël en Tom. “Voegloze vloeren kennen ze in veel landen nog niet. Daar werken ze nog altijd met dilatatievoegen. Met onze techniek kunnen wij een flinke meerwaarde voor de vloeren leveren en kostenbesparingen in het gebruik van de vloeren realiseren. Onze vloeren zijn uitermate geschikt om met geautomatiseerd materieel op te rijden. Omdat er geen voegen zijn, slijt het logistiek materieel bijvoorbeeld minder snel en zijn er minder trillingen, wat vanuit ergonomisch perspectief zeer wenselijk is. De vloeren zijn hygiënisch en goed schoon te houden en geven een ontwikkelaar/pandeigenaar veel flexibiliteit in geval het anders ingericht moet worden voor een nieuwe huurder. Als je die voordelen eenmaal ervaren hebt, wil je niets anders meer.” Voor het project in Denemarken bezocht Van Berlo verschillende lokale betoncentrales en nam monsters mee om in hun eigen laboratorium te testen. “Zo weten we zeker dat we de kwaliteit kunnen garanderen die partijen van ons gewend zijn. Na grondig onderzoek door onze R&D afdeling hebben we gekozen voor één bepaalde lokale betoncentrale. Verder gaan onze eigen specialisten en ons eigen materieel daar naartoe om de klus te klaren. En dat lukt, ook zonder kennis van de Deense taal, heel goed”, lacht Daniël. Kennispartner Een andere keuze binnen de langetermijnstrategie van Van Berlo is het positioneren van het bedrijf als kennispartner op het gebied van voegloze en duurzame vloeren. “Wij denken daarbij aan een onestop-shop concept”, legt Daniël uit. “Dus één loket waar partijen zoals ontwikkelaars, aannemers, material handling suppliers & integrators, architecten en anderen die in de logistieke bouw werkzaam zijn, terecht kunnen voor advies, oplossingen en uitvoering. Al vanaf een eerste idee of om te sparren kun je bij ons terecht. Een goede vloer is zó belangrijk voor je logistieke proces. Daar moet je vanaf het allereerste begin heel goed over nadenken. We hebben onlangs weer een voorbeeld gezien van een bedrijf dat een bestaande hal wilde betrekken en daar automatisering in wilde zetten. Het project liep al enkele jaren, maar pas zes weken voordat ze de hal gingen inrichten rees de vraag of de vloer eigenlijk wel toereikend was voor al dat equipment. Niemand had daar nog bij stil gestaan. Een vloer wordt, plat gezegd, vaak gezien als een grijze betonnen plaat. Maar als je gaat werken met geautomatiseerde systemen, is een vloer daar een heel belangrijk onderdeel van. Zonder een goede vloer functioneert het systeem niet optimaal. Als wij hier vanaf het begin bij betrokken waren, had dit bedrijf veel extra kosten kunnen voorkomen. Wij hebben de kennis, de specialisten én de beste vloeren. Al met al, reden genoeg om trots te zijn, toch?” ‹‹ www.vanberlo.com Logistiekvastgoed 2025 - 25

Living Lab City Logistics: Rotterdam test de toekomst van zero-emissie logistiek Hoe Rotterdamse Universiteiten en Bedrijven Samenwerken aan Duurzamere Stadslogistiek D e stedelijke distributie in Nederland staat voor een grote transitie. Vanaf 2025 zijn in 29 Nederlandse steden, waaronder Rotterdam, Zero Emissie Zones (ZE-zone) ingevoerd. Dit betekent dat dieselvoertuigen niet langer welkom zijn in de stad, wat bedrijven en instellingen dwingt om anders na te denken over hun logistiek. Om een oplossing te vinden voor de duurzame bevoorrading van stedelijke campussen, hebben de Hogeschool Rotterdam en de Erasmus Universiteit Rotterdam samen met logistieke partijen, leveranciers en de gemeente Rotterdam het Living Lab City Logistics opgezet. De centrale vraag: Kan een logistieke hub aan de rand van de stad zorgen voor efficiëntere en schonere leveringen? Door samenwerking en praktijkonderzoek heeft dit project waardevolle inzichten opgeleverd die kunnen dienen als blauwdruk voor duurzame stadslogistiek. Een Living Lab voor slimmere stadslogistiek Een Living Lab is een innovatieve onderzoeksmethode waarbij bedrijven, onderzoekers en beleidsmakers samenwerken in een realistische testomgeving. In dit project stond de vraag centraal hoe de facilitaire leveringen naar de campussen van de universiteiten slimmer en duurzamer georganiseerd kunnen worden. Momenteel worden producten zoals koffie, hygiëne-artikelen en kantoorbenodigdheden meerdere keren per dag door verschillende leveranciers afzonderlijk geleverd. In de geteste oplossing worden alle goederen geconsolideerd in een hub buiten de ZE-zone, waarna ze met elektrische voertuigen in één keer per dag worden afgeleverd. Het project ging in september 2023 van start en is een jaar lang getest in de praktijk. De acht belangrijkste stakeholders waren: 1. Erasmus Universiteit Rotterdam – Inkoper en kennisinstelling 2. Hogeschool Rotterdam – Inkoper en kennisinstelling 3. CWS – Leverancier van hygiëne-artikelen 4. Maas Coffee – Leverancier van koffie en vendingmachines 5. Dachser – Logistiek dienstverlener 6. Hubbel – Exploitant van logistieke hubs 7. Kappa Koeriers – Stadslogistiek dienstverlener 8. Gemeente Rotterdam – Regelgever en beleidsmaker 28 - Logistiekvastgoed 2025

Coffee zien ook de voordelen, maar geven aan dat er flexibiliteit nodig is in contracten en operationele processen om de overstap naar hubs succesvol te maken. Wat nu? De volgende stap Met positieve reacties van de stakeholders wordt nu gekeken naar vervolgstappen om het model verder te ontwikkelen. De belangrijkste aandachtspunten zijn: • Financiële prikkels: Hoe zorgen we ervoor dat leveranciers profiteren van lagere kosten? • Standaardisatie van hubs: Om logistiek efficiënter te maken in meerdere steden. • Balans tussen service en efficiëntie: Klanten verwachten betrouwbare leveringen, ondanks minder frequente bezorgingen. Een bijzondere prestatie van dit project is dat het ook binnen de onderwijsinstellingen zelf tot concrete verandering heeft geleid. Dankzij de aandacht die het project kreeg op de Hogeschool Rotterdam, zijn de studenten erin geslaagd de ZE-zone in Rotterdam uit te breiden en is de eigen campus op de Kralingse Zoom hieraan toegevoegd. Daarnaast wordt gekeken of emissievrij leveren en Zero Emmisie Zone Rotterdam Het project werd begeleid door Ewoud Moolen burgh (Hogeschool Rotterdam), een van de drijvende krachten achter het onderzoek. “De inzet van een hub kan een groot verschil maken in de reductie van emissies en voertuigbewegingen in de stad. Maar succes hangt af van hoe goed alle betrokken partijen samenwerken en hun processen aanpassen.” – Ewoud Moolenburgh Belangrijkste resultaten: Minder emissie, meer logistieke uitdagingen Uit de kwantitatieve analyse bleek dat de hub-aanpak grote voordelen biedt voor duurzaamheid: • 40-80% minder CO₂ en NOx-uitstoot dankzij emissievrije laatstemijlleveringen. • 30-60% minder ritten door gebundelde leveringen. • Minder verkeersdrukte en congestie op de campus, wat de bereikbaarheid en leefbaarheid verbetert. Toch bleek uit de kwalitatieve analyse dat de voordelen niet gelijk verdeeld zijn over de verschillende stakeholders. Voor universiteiten en de gemeente is de winst duidelijk: minder verkeer, lagere emissies en een duurzamer logistiek proces. Voor leveranciers en logistieke bedrijven brengt de nieuwe aanpak echter uitdagingen met zich mee: • Langere levertijden: Leveringen kunnen 1 tot 2 dagen vertraging oplopen. • Minder flexibiliteit: Leveringen worden minder frequent, wat intern meer planning vereist. • Onzekere kostenstructuur: Sommige partijen besparen kosten, terwijl anderen juist te maken krijgen met extra uitgaven voor handling in de hub. Volgens Moolenburgh was dit een cruciaal punt in het onderzoek: “Een hub is niet per definitie goedkoper of efficiënter voor iedere partij. De winst zit in de totale keten, maar de verdeling van die winst moet goed worden afgestemd tussen de stakeholders.” Voor de gemeente Rotterdam is deze transitie noodzakelijk om aan de ZEZ-wetgeving te voldoen. Leveranciers zoals CWS en Maas Logistiekvastgoed 2025 - 29 leveren via een hub in de toekomst als voorwaarde kan worden meegenomen in de inkoopcontracten. Het Living Lab City Logistics heeft laten zien dat samenwerking tussen bedrijven, kennisinstellingen en overheden noodzakelijk is om tot succesvolle innovaties in stadslogistiek te komen. De volgende stap is het opzetten van een pilot om de oplossing op grotere schaal te testen. Conclusie: Een model voor duurzame stadslogistiek Het Living Lab Stadslogistiek toont aan dat een consolidatiehub met elektrische laatste-mijlleveringen een effectieve manier kan zijn om emissies en verkeersdrukte in steden te verminderen. Maar de juiste verdeling van kosten en voordelen tussen alle betrokken partijen blijft een uitdaging. Met de invoering van Zero Emissie Zones in 29 Nederlandse steden bieden de resultaten van dit onderzoek een belangrijke routekaart voor bedrijven en beleidsmakers die willen inspelen op de nieuwe realiteit van stedelijke logistiek. ‹‹ Over NDL en de sectorverbinding NDL (Nederland Distributieland) is een vereniging die de Nederlandse logistieke sector in het buitenland promoot met als doel nieuwe logistieke kansen naar Nederland te halen en de internationale concurrentiepositie te versterken. Dit artikel is tot stand gekomen in samenwerking met NDL, dat actief innovatieve stedelijke logistieke oplossingen ondersteunt. Het Living Lab Stadslogistiek-project werd in februari 2024 gepresenteerd door Ewoud Moolenburgh tijdens het NDLevenement “The future of e-fulfilment”. Dit onderstreept de relevantie van het project voor bedrijven die zich voorbereiden op zero-emissie logistiek. www.ndl.nl

Sweco werkt aan steeds duurzamere distributiecentra De nieuwe Sweco business unit Logistiek & Bedrijfshuisvesting (het voormalige DENC) werkt aan steeds duurzamere distributiecentra, onder andere met hout in de hoofdrol. “Veel van wat we op dat vlak doen, bestaat nog niet,” zegt Eric Thoma. H et multidisciplinaire architecten- en ingenieursbureau DENC werd begin 2024 overgenomen door Sweco Nederland. Sinds maart is DENC volledig geïntegreerd en gaat het verder als de business unit Logistiek & Bedrijfshuisvesting van Sweco. Breder en dieper adviseren Inhoudelijk en organisatorisch is er weinig veranderd, legt Peter van Meerwijk, manager van de vestiging in Oisterwijk, uit. “We opereren nog steeds als zelfstandige unit, met dezelfde mensen en structuur als voorheen.” Joost van Gilse, verantwoordelijk voor de nieuwe business unit, vult aan: “Het verschil is dat we nu kunnen terugvallen op de brede expertise van Sweco. We kunnen projecten breder aanpakken en klanten dieper adviseren. Denk aan milieu, ecologie, verkeersadvies, akoestiek, houtconstructies of complexe energievraagstukken.” Het gaat daarbij niet alleen om inhoudelijke kennis, maar ook om extra capaciteit. “Dat maakt het makkelijker om op te schalen,” aldus Van Gilse. Van Meerwijk: “Overigens is het geen gedwongen winkelnering. We werken ook nog steeds met onze vaste DENC-partners.” Duurzame oplossingen Een van de speerpunten van de nieuwe business unit is het realiseren van duurzame oplossingen in logistiek vastgoed. Denk aan intensief en dubbel grondgebruik, functiemenging, energie-efficiëntie en ecologische inpassing. Ook het gebruik van duurzame bouwmaterialen hoort daarbij. Een sprekend voorbeeld is een nieuw grootschalig distributiecentrum voor een internationale opdrachtgever. Projectmanager Eric Thoma van Sweco Bussum: “De duurzame visie is ontwikkeld door de opdrachtgever met zijn vaste architecten-/ ingenieursbureau. Wij zijn hun Nederlandse partner voor de vergunningsstukken, technische uitwerking en de uitvoeringsbegeleiding van dit project.” 30 - Logistiekvastgoed 2025 Houtconstructies Het XXL distributiecentrum bestaat uit een aantal delen voor compacte gemechaniseerde opslag, die in beton en staal zijn uitgevoerd. Een groot deel bestaat echter volledig uit houtconstructies met CLT-verdiepingsvloeren (cross-laminated timber). De houten vloeren krijgen een losliggende druklaag van beton. Op de bovenste verdieping wordt zelfs een complete daktuin gerealiseerd met bomen, wandelpaden en terrassen. Een ander opvallend aspect: de gevels worden geïsoleerd met geperst stro en aan de buitenzijde wordt de gevel afgewerkt met thermisch verduurzaamd hout. Veel onderzoek doen “Belangrijk bij houtbouw is het vertalen van de duurzame architectonische visie naar techniek en praktijk,” vervolgt Van Gilse. “Dat begint bij engineering, vergunningen en attesten, tot aan het overleg

met de brandweer en de verzekeraar, die vanaf dag één betrokken moeten zijn.” Thoma: “Omdat veel van wat we op dit vlak doen nieuw is, kun je het niet altijd toetsen aan bestaande normen. Daarom kan het belangrijk zijn om, zoals onlangs, een levensgrote testopstelling te laten maken om te zien wat er bijvoorbeeld gebeurt als er een heftruck overheen rijdt. Wat zijn de trillingen? Hoe zit het met geluid en brandveiligheid? Er is veel onderzoek nodig om aan te tonen dat voldaan wordt aan het Besluit Bouwwerken Leefomgeving (BBL) en aan aanvullende eisen van verzekeraars.” “Houtbouw stelt andere eisen,” vervolgt Van Gilse. “Er is bijvoorbeeld een speciaal vochtbestek nodig voor productie, transport, opslag en montage op de bouwplaats.” Thoma: “Horizontaal bouwen is gangbaar, maar voor houtconstructies werk je liever verticaal om snel een dak aan te kunnen brengen. Ook dat vraagt om een aangepaste bouwvolgorde.” Energiescan essentieel “Vanwege de druk op het elektriciteitsnet is een energiescan tegenwoordig standaard bij onze projecten” aldus Van Meerwijk, “Voor een project wordt als eerste de netaansluiting of verzwaring ervan aangevraagd en zijn we continu in overleg met de netbeheerder. We analyseren altijd eerst het contractueel vermogen – vaak is dat onduidelijk. Daarna maken we op basis van onze uitgebreide ervaring met gemechaniseerde dc’s aan de hand van onze energiescan een energieprofiel. Opdrachtgevers hebben daar in een vroeg stadium vaak nog geen zicht op.” Het energieprofiel modelleert Sweco op basis van de maximale contractvermogens, het te verwachtte gebruik van Eric Thoma Peter van Meerwijk Joost van Gilse “Duurzaamheid wordt steeds meer een integraal onderdeel van de bedrijfsvoering van onze opdrachtgevers. Die ambitie herkennen we en past goed bij ons” de opdrachtgever én de toepassingen van duurzame energieopwekking en -opslag. “We kunnen op basis van de verschillende functiegebieden en gewenste logistieke systemen al vroegtijdig inzicht bieden in zowel het te verwachtte energieverbruik per moment, als in de eventueel toe te passen optimalisaties van het energieprofiel en het energieverbruik (zoals PV-panelen en energieopslagsystemen). Ook de elektrificatie van de logistieke vervoersbewegingen nemen we hierin mee. We kijken naar de verwachtte groei van de vloot, het gemiddelde laadprofiel van de vloot gebaseerd op korte en lange ritprofielen en de laadinfrastructuur die hiervoor aanwezig dient te zijn.” Stikstof Soms kan (tijdelijk) een noodstroomvoorziening in het energiesysteem nodig zijn om met name in winterperiode voldoende vermogen te garanderen. Omdat dit van invloed is op de stikstofuitstoot, beïnvloedt dit ook het aantal vrachtbewegingen. Eric Thoma: “Daarom kunnen we tegelijkertijd ook een stikstofanalyse maken om het aantal vervoersbewegingen te analyseren en te zien of dit een knelpunt vormt. Ons advies strekt zich uit over verschillende niveaus van energiebeheer. We analyseren piek- en daluren in energieverbruik, we identificeren potentiële besparingsmogelijkheden door middel van slimme laadstrategieën en we integreren duurzame energieoplossingen zoals zonnepanelen en energieopslag. Alles met een integrale benadering die niet alleen voldoet aan de stikstofwetgeving, maar ook de operationele efficiëntie van de distributiecentra optimaliseert.” Daarnaast kan Sweco de mogelijkheden van een eventueel microgrid in beeld brengen, waarbij het energieprofiel van meerdere bedrijven in een gebied gecombineerd en geoptimaliseerd kan worden. Samenwerking en ambitie Van Gilse: “We zien dat onze opdrachtgevers duurzaamheid steeds meer als integraal onderdeel van hun bedrijfsvoering en van hun huisvesting zien. Die ambitie herkennen we en past goed bij ons.” Ons dienstenpakket voor het ontwerpen en engineeren van duurzame bedrijfshuisvesting en logistieke processen strekt zich uit tot CO2 portages of een volledige Life Cycle Analysis (LCA) rap– van grondstofwinning tot hergebruik. “Binnen Sweco kunnen we veel extra kennis en ervaring betrekken op het gebied van bijvoorbeeld milieu, energie en houtbouw. Daar zie je de toegevoegde waarde van onze overname door Sweco.” www.sweco.nl ‹‹ Logistiekvastgoed 2025 - 31

Systabo bouwt toekomstbestendig DC op een ‘brownfield’ in Drunen Tussen de restanten van een roemrucht industrieel verleden is in Drunen een hoogwaardig distributiecentrum verrezen. Op het voormalige Lips-terrein, waar ooit scheepsschroeven werden gegoten, bouwde Systabo in opdracht van VolkerWessels Logistics Development en Vestum een logistiek centrum van formaat, ontworpen door Kern Architecten. “We combineren logistieke vakkennis met solide relaties in de branche om projecten succesvol voor onze opdrachtgevers uit te voeren.” M et 32.500 vierkante meter vloeroppervlak, een supervlakke vloer, 4 PGS-15 kluizen voor opslag van brandgevaarlijke goederen én een flinke duurzaamheidsambitie is het nieuwe DC meer dan een knap staaltje logistiek vastgoed. “In slechts negen maanden realiseerden we een distributiecentrum op vervuilde grond, waarbij we tijdens de casco bouwfase zorgvuldig invulling gaven aan uiteenlopende huurderswensen.”, zo legt directeur Erik Achterberg van Systabo uit. Bouwen op historische grond Het terrein in Drunen kende een lange industriële geschiedenis. De naam Lips is in de regio nog steeds bekend. “De fabriek was indrukwekkend, met grote hallen, diepe kelders en een markante schoorsteen,” vertelt Achterberg. De verkopende partij sloopte de voormalige opstallen. Wat achterbleef was een deels gesaneerde locatie en funderingsresten. Dankzij een slimme fasering en een nauwe samenwerking met onze bodemadviseur is de laatste saneringsfase tijdens de bouw afgerond”. Juist daar ligt volgens Achterberg de kracht van Systabo. “Je kunt op papier mooie plannen maken, maar als je niet op de hoogte bent van de diverse omgevingsfactoren, loop je tijdens de uitvoering geheid tegen verrassingen aan. Daarom steken wij veel tijd in de voorbereiding om risico’s te onderkennen en de juiste beheersmaat32 - Logistiekvastgoed 2025 regelen te treffen tijdens de bouwfase.” Voor Drunen betekende dat onder meer het vroegtijdig opstellen van een plan van aanpak voor het werken in vervuilde bodem. De vrijgekomen grond hebben we op verantwoorde wijze op de locatie gehouden. Veiligheid staat daarbij altijd voorop. “We hebben gezorgd voor heldere procedures voor werken en omgaan met vervuilde grond. Alleen dan kun je verantwoord bouwen onder dit soort omstandigheden.” Waterberging en infiltratie als integraal onderdeel Een tweede uitdaging was de waterhuishouding: hoe ga je om met schoon hemelwater op een vervuild terrein dat ondergronds opgelost moest worden? Er is uiteindelijk gekozen voor een toegankelijke berging met infiltratievoorziening van ongeveer 3.000 m³ onder de parkeerplaats. Snel bouwen, mét oog voor de gebruiker De tijdsdruk in Drunen was hoog. Tegelijkertijd waren er specifieke wensen vanuit de toekomstige huurder, waaronder een voorziening voor de opslag van milieugevaarlijke stoffen volgens PGS-15. De uiteindelijke gebruiker heeft namelijk ook cosmeticaproducten in opslag. “Daar zijn strikte regels voor,” legt Achterberg uit. “Wij hebben ervoor gekozen om vier kleinschalige ADR-kluizen te maken van totaal 450 m² op de betonvloer van de hal. Daardoor konden de bouwwerkzaamheden en het vergunningstraject deels parallel lopen.”

Erik Achterberg “Een goede buur is soms belangrijker dan een snelle bouwkraan.” Het DC biedt in totaal 28.000 m² opslagruimte, 3.000 m² mezzanine en 1.500 m² kantoorruimte. Een supervlakke vloer volgens DIN 15185 garandeert optimale inzetbaarheid van intern transportmaterieel. Duurzaamheid en ecologie Bij de ontwikkeling van het DC zijn vanaf de initiatieffase diverse duurzaamheidsaspecten meegenomen Het gebouw is all-electric, met voorzieningen voor verwarming en koeling zonder gas. Verlichting is volledig LED en werkt op basis van sensoren. “Omdat er in het verleden zware industrie gevestigd was op deze locatie, was er de beschikking over een grote aansluiting en een hoog transportvermogen.” Dit maakt het in de toekomst ook mogelijk om elektrisch te laden met trucks. In het terrein dragen de groenstroken en beplanting bij aan ecologische waarde en verbeteren de waterhuishouding. “Het streven is dat het gebouw de omgeving niet belast, maar juist versterkt,” zegt Achterberg. Bouwen in bewoond gebied De bouwplaats grensde direct aan bestaande bedrijven. Dat vergde volgens Achterberg meer dan alleen technische maatregelen. “We hebben actief contact onderhouden met de buren, bijvoorbeeld over werktijden, transportbewegingen en geluidsbelasting.” Systabo ziet deze communicatie niet als extra werk, maar als randvoorwaarde voor een soepel projectverloop. “Een goede buur is soms belangrijker dan een snelle bouwkraan.” Samenwerken vanuit vertrouwen Het DC werd ontworpen door Kern Architecten. Hoofdconstructeur bij dit werk was Aveco de Bondt, tevens onderdeel van VolkerWessels.. Systabo fungeerde als integraal coördinator en uitvoerder. De lijnen binnen VolkerWessels bleken daarbij kort en effectief. “We zijn goed op elkaar ingespeeld. Daardoor kun je snel schakelen, zonder in te boeten op kwaliteit.” Volgens Achterberg is dat precies waarom projecten als deze slagen. “De ervaringen die we hebben opgedaan in verschillende projecten, bijvoorbeeld Drunen, gebruiken we weer voor andere projecten, zoals bij een locatie in Schiedam. We krijgen de risicos zo beter beheersbaar. Zeker in het geval van brownfield locaties is dat van belang. Door de schaarste van grond zullen we in de toekomst steeds meer brownfield-locaties herontwikkelen”. www.systabo.nl ‹‹ Logistiekvastgoed 2025 - 33

Toekomstbestendig ontwikkelen met Logistics Capital Partners Logistics Capital Partners is een projectontwikkelaar en beheerder van vastgoed, gespecialiseerd in de verwerving, ontwikkeling en het beheer van gebouwen die geschikt zijn voor logistieke en licht-industriële activiteiten of datacenters. Geografisch gezien worden de activiteiten uitgevoerd in België, Nederland, het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en Italië. Het is de ambitie van de groep om een portefeuille op te bouwen van strategisch gelegen grondpercelen die de ontwikkeling van dergelijke hoogwaardige projecten mogelijk maken. LCP is eigendom van 8 partners, die alle nog altijd werkzaam zijn in het bedrijf, en onderscheidt zich daardoor van vele andere spelers in de markt die vaak vast verbonden zijn aan investeringsfondsen. Daarmee is het volledig vrij om zelf te bepalen in welke projecten het investeert. Dit kan zijn op eigen kracht als ook in Joint Venture met een co-investeerder, zoals de eindgebruiker zelf. In het geval van een brownfield ontwikkeling bestaat de mogelijkheid om samen met de vastgoedeigenaar op te trekken om tot een nieuwe hoogwaardige invulling van de locatie te komen. Ook een geïntegreerd concept inclusief realisatie van en investering in de door de klant gewenste gebouwautomatisering behoort tot de mogelijkheden. Logistics Capital Partners heeft de capaciteit om het gehele palet van logistieke ontwikkeling te bieden in een vorm die past bij de locatie en de marktbehoefte: van greenfield tot brownfield, van speculatief tot built-to-suilt en van een enkel DC met individueel verhuurbare units van 6.000m2 (Amilly, FR) tot een logistiek complex van 120.000m2 (DC Campus A58, NL) of zelfs een volledige gebiedsontwikkeling van 300 hectare (West Midlands Interchange, UK). Logistics Center - Amilly (FR) Distribution Center Campus A58 - Roosendaal (NL) 34 - Logistiekvastgoed 2025

“Logistieke huisvesting gaat al lang niet meer over alleen het gebouw zelf. Het is de kunst om alle in het project betrokken aspecten te smeden tot één optimale oplossing. Alleen zo kan het resultaat duurzaam en daarmee toekomstbestendig zijn.” Justin van Esch Asset & Development Director NL Brede Welvaart Toekomstbestendig ontwikkelen betekent in de ogen van LCP het realiseren van een kwalitatief hoogwaardig product, dat zo is ontworpen, dat het flexibel aan te passen is aan de klantvraag. Duurzaamheid en een goede ruimtelijke inpassing zijn hierin inmiddels basisvoorwaarden geworden. Behalve het logistieke ruimtelijke vraagstuk, zijn tegenwoordig ook het economische en sociale perspectief van de opgave belangrijke factoren geworden voor overheden en gebruikers bij hun selectie en besluitvorming. LCP vertaalt dit in bijvoorbeeld kennisdeling & samenwerking met scholen en opleidingen, transparant overleg met overheden & omwonenden en het bijdragen aan een prettige werkomgeving voor het personeel van de eindgebruiker. Meerwaarde door zorgvuldigheid Kenmerkend voor LCP is een weloverwogen werkwijze. “Wie met ons eerder heeft samengewerkt, zal dit herkennen. In plaats van ons te richten op quick wins, proberen we altijd een paar stappen vooruit te denken. We zijn ervan overtuigd, dat we door de lat soms net iets hoger te leggen, we significante meerwaarde kunnen bieden voor zowel de gebruiker als investeerder. Voor onze leveranciers kan dat op het moment zelf soms veeleisend lijken, maar wij geloven er in daarmee een meer betrouwbare partner te kunnen zijn.” Justin van Esch Kim Cornille Koen Symus Distribution Center Primark - Roosendaal (NL) Als voorbeeld noemt Koen Symus, Technical Development Director Benelux bij LCP, het voorschrijven van een waterdichtheidstest van het hemelwaterafvoersysteem voorafgaand aan de oplevering. “Hoewel dit volgens de meeste leveranciers niet standaard is in de markt, is onze ervaring dat er altijd wel ergens een lekkage wordt gevonden. Met de honderden verbindingen en lassen, die voorkomen in een PE-afvoerleidingen systeem van een gemiddeld DC, is het statistisch gezien ook helemaal niet vreemd, dat het ergens een keer misgaat in de uitvoering. Wat dus ook helemaal niets zegt over de professionaliteit en deskundigheid van de uitvoerende partijen. Maar zonder deze test vooraf, zouden de lekkages pas op veel later moment aan het licht zijn gekomen. En misschien pas na ingebruikname van het pand met mogelijke bijkomende schade als gevolg. Niet Logstics Businesspark - West Midlands Interchange (UK) “Op dit moment werken we ook in Nederland aan diverse gebiedsontwikkelingen. Juist doordat we in het vroegste stadium met alle stakeholders aan tafel zitten, zijn de belangen en ambities optimaal te integreren. Waarbij we deze met onze organisatie zelfs grensoverschrijdend kunnen benaderen.” Kim Cornille Asset & Development Director BE in het belang van de gebruiker en eigenaar, maar juist ook niet van de leverancier zelf!” Justin van Esch, vult aan: “In de filosofie van LCP past het daarom ook niet om producten toe te passen zoals immobilisaat, een gerecycled afvalproduct, dat door sommige partijen wordt gebruikt als fundering van bedrijfsvloeren. Voor de ontwikkelaar en bouwer is het kostentechnisch zeer aantrekkelijk, maar ondertussen wordt er door het doorschuiven van milieurisico’s feitelijk een hypotheek op de toekomst gelegd. Dit conflicteert ten eerste al met het belang van de investeerder, maar ook met dat van de maatschappij in het algemeen.” ‹‹ Meer informatie: Logistics Capital Partners www.logisticscapitalpartners.com info@logisticscapitalpartners.com Logistiekvastgoed 2025 - 35

Van netcongestie tot elektrische vloot: één partner voor alle energievraagstukken KiesZon: totaaloplossing voor energiebehoefte in de logistiek De energietransitie stelt ondernemers voor complexe uitdagingen. Netcongestie beperkt de groei, terwijl duurzaamheidsdoelen en strengere regelgeving juist vragen om meer elektrisch vermogen. KiesZon, onderdeel van Greenchoice, biedt een geïntegreerde aanpak waarbij ondernemers één aanspreekpunt hebben voor hun complete energievoorziening. H edendaagse ondernemers staan voor veel en complexe energievraagstukken: van het voldoen aan nieuwe wetgeving tot het elektrificeren van hun vloot. De grootste kopzorg? Het vinden van voldoende vermogen voor al deze ontwikkelingen. Van uitdaging naar oplossing “In deze complexe energiemarkt liggen er oplossingen voor ondernemers die slim omgaan met hun energievoorziening,” vertelt Mathijs Gajentaan, Senior Accountmanager New Business bij KiesZon. “Door hun energiehuishouden slim aan te pakken, kunnen bedrijven voldoen aan zowel hun groeiwensen als duurzaamheidseisen, maar ook nieuwe inkomstenbronnen aanboren.” KiesZon ontwikkelde zich, in samenwerking met Greenchoice, van specialist in zonne-energie tot integrale energiepartner die alle aspecten van de moderne energievoorziening beheerst. Precies op tijd voor ondernemers die worstelen met de energietransitie en toenemende netcongestie. Vier pijlers van moderne energievoorziening De aanpak van KiesZon rust op vier fundamenten die aansluiten bij de belangrijkste uitdagingen van ondernemers: netcongestie het hoofd bieden, verduurzaming, compliance met wet- en regelgeving en leveringszekerheid. Slimme aanpak Het geheim van KiesZon schuilt in de integrale aanpak. Hoe doen ze dat? “Dat begint altijd met een goed adviesgesprek”, vervolgt Gajentaan. “Daarin achterhalen we wat de werkelijke energie-uitdaging is. Het energiepatroon gedurende de dag, de week, de seizoenen; het complete gebruiksprofiel brengen we in kaart. 36 - Logistiekvastgoed 2025 Vervolgens gaan onze engineers en ontwikkelaars daarmee aan de slag.” “Wij benaderen elke oplossing vanuit meerdere invalshoeken om deze optimaal te maken”, legt Tom Hellevoort uit. “Denk aan het toepassen van subsidies of het strategisch in en verkopen van energie. Dit kan omdat wij alle expertise onder 1 dak hebben.” Mathijs Gajentaan (l) en Tom Hellevoort Tom Hellevoort is business developer bij KiesZon. Met zijn team ontwikkelt hij innovatieve proposities om de uitdagingen van de energietransitie voor ondernemend Nederland aan te pakken. Hun doel is ondernemers te voorzien van gegarandeerd beschikbaar vermogen tegen een stabiele, lage kWh-prijs, geleverd op een zo duurzaam mogelijke manier.

“Economisch rendement is noodzaak, net als verduurzaming. Dus de businesscase moet ook kloppen.” Simulaties Steeds complexere gebruiksprofielen, gecombineerd met netcongestie en talloze technische, juridische, logistieke en organisatorische factoren, maken het vinden van de juiste oplossing een uitdagende puzzel. Toch slaagt KiesZon er telkens in om deze succesvol te leggen. “Onze zelf ontwikkelde simulatietools helpen daarbij”, vertelt Hellevoort. “Eerst voeren we daar het energieprofiel in. Vervolgens simuleren we de complete energiehuishouding van de klant door zowel de aanwezige als nieuwe assets in te voeren. Denk hierbij aan bijvoorbeeld extra machines, zonnepanelen, DC en AC laadvoorzieningen of batterijopslagsystemen. Zo kunnen we het gewenste vermogen voor nu en in de toekomst plannen en realiseren. We zien direct het resultaat van verschillende opties en gaan samen in gesprek of de uitkomsten passen bij de ondernemer.” Deze simulaties bieden ondernemers helder inzicht en een stevige basis voor zowel directe als toekomstige investeringsbeslissingen. Ze resulteren in haalbaarheidsstudies die aantonen in hoeverre zij hun economische en duurzaamheidsdoelen kunnen behalen. “Economisch rendement is noodzaak, net als verduurzaming. Dus de businesscase moet ook kloppen.” Veranderende wet- en regelgeving Een belangrijk puzzelstuk in de energietransitie is de veranderende wet- en regelgeving. KiesZon volgt de ontwikkelingen op de voet, zoals de invoering van de nieuwe Energiewet. Deze wet biedt nieuwe kansen, en KiesZon is volledig voorbereid om hierop in te spelen. “Uiteraard houden wij rekening met de geldende wet- en regelgeving”, vervolgt Hellevoort. “Neem bijvoorbeeld de nieuwe Energiewet. Deze creëert meer mogelijkheden om de uitdagingen van een overvol elektriciteitsnet aan te pakken. Zo wordt het mogelijk om als collectief een aansluiting te delen via een groepstransportovereenkomst (GTO) of door middel van cable pooling.” Met onze oplossingen en expertise spelen we proactief in op de kansen die deze wet biedt. Neem bijvoorbeeld capaciteitsbeperkende contracten (CBC) of groepstransportovereenkomsten “Wij hebben alle kennis, kunde en onderdelen in huis om klanten het juiste vermogen op het juiste moment te leveren in één geïntegreerd aanbod, met of zonder energiehandel.” (GTO). Zodra een door ons ontwikkeld en geïmplementeerd systeem operationeel is en een CBC of GTO beschikbaar komt, kunnen wij de parameters eenvoudig aanpassen om het systeem optimaal te laten functioneren binnen deze voorwaarden. Zo kunnen ondernemers vandaag al groeien en verduurzamen, terwijl ze tegelijkertijd toekomstbestendig ondernemen. Daarnaast helpen wij ze in de gehele exploitatie tijd om waar nodig te optimaliseren.” Eén aanspreekpunt Oei, nu wordt het technisch en ingewikkeld. En dat is nèt wat ondernemers niet willen. Focus op core business en niet op energie. “Precies daarom zijn wij er”, meent Gajentaan. “Wij hebben alle kennis, kunde en onderdelen in huis om klanten het juiste vermogen op het juiste moment te leveren in één geïntegreerd aanbod, met of zonder energiehandel, zonder dat ze daar zelf omkijken naar hebben.” Maximale synergie Dat ene aanspreekpunt is wel zo prettig. Vooral omdat de energiemarkt steeds complexer wordt. Ondernemers hebben doorgaans met wel derLogistiekvastgoed 2025 - 37 tien verschillende partijen te maken voor hun energievoorziening. KiesZon biedt alle diensten onder één dak. “We kunnen ook prima aanhaken bij bestaande oplossingen of een deel van de oplossing leveren”, benadrukt Gajentaan. “Maar de grootste waarde creëren we wanneer we het complete pakket mogen verzorgen. Dan kunnen we alle onderdelen optimaal op elkaar afstemmen en de dienstverlening verpakken in één helder kilowattuur-tarief.” Deze geïntegreerde aanpak resulteert in een energievoorziening die niet alleen voldoet aan alle moderne eisen, maar ook maximaal rendement oplevert voor zowel de ondernemer als de maatschappij. In een tijd waarin de energievoorziening steeds complexer wordt, biedt KiesZon daarmee precies wat ondernemers nodig hebben: ontzorging én optimalisatie in één. << www.kieszon.nl

Seamless sea access. Direct European connections. Eemshaven is not just Europe’s hub for renewable energy and hydrogen, it’s the gateway to Europe’s key markets. With direct access to the North Sea, your business can unlock the potential of the leading economies in Germany and Scandinavia. The opportunity to expand your reach with shorter lead times and lower transport costs is just one of the strategic advantages of relocating to Eemshaven. Explore the benefits of a forward-thinking environment that supports your ambitions. EXPAND WI THOUT LIMI TS . V ISIT NECRON.COM/EEMSHAVEN A PLUS IN REAL ESTATE

BOUWEN OP KARAKTER www.devriesverburg.nl DHG Vetus - Schiedam 8,3 KLANTTEVREDENHEID Rijk Zwaan Seed Connect Centre - De Lier Zijderlaan - Dinteloord Vrachtgebouw 17 - Schiphol ONTWIKKELEN BOUWEN SERVICE EN ONDERHOUD

Wouters Schijndel: van pionier tot perfectie in de bouw van logistiek vastgoed Ruim vijfendertig jaar geleden is Aannemingsbedrijf Wouters Schijndel opgericht. Wat in 1990 begon als een aannemer in de agrarische sector, groeide uit tot een bouwer van logistiek vastgoed. O prichter Jan Wouters bouwde in 1998 zijn eerste logistieke hal, toen deze sector nog niet de aandacht kreeg die ze nu heeft. “Logistiek was nog niet echt sexy”, vertelt Wouters met een glimlach. Inmiddels heeft het bedrijf tientallen grote distributiecentra op zijn naam, waaronder een XXL DC van maar liefst 140.000 vierkante meter. Kennis en ervaring als onderscheidende factor Wat Wouters Schijndel onderscheidt van andere aannemers is de jarenlange interne doorontwikkeling van het bouwen van logistiek vastgoed. “Als één van de eerste in dit vakgebied, moesten we alles zelf leren. Van de eenvoudige magazijnhallen toen tot de innovatieve, duurzame logistieke DC Picnic Geldermalsen DC WDP Raamsdonksveer distributiecentra van nu: alle kennis hebben we in huis vergaard en doorontwikkeld”, aldus de oprichter. Die ontwikkeling heeft zich vooral de laatste 10 tot 15 jaar versneld, toen de bouw van logistiek vastgoed steeds complexer werd en er hogere eisen werden gesteld. Langdurige samenwerking Jan Wouters werkt al vanaf 2006 intensief samen met een logistiek vastgoedontwikkelaar en realiseert voor deze ontwikkelaar/belegger veel van deze logistieke gebouwen. Wouters Schijndel werkt met een klein maar hoogwaardig kernteam van zo’n 25 professionals, voornamelijk projectteams, uitvoerders en maatvoerders “We zijn eigenlijk maar een relatief klein bedrijf maar we bouwen wel grote logistieke centra”, zegt Wouters. Juist die compacte organisatie maakt het bedrijf wendbaar en zorgt voor korte lijnen. Recente projecten tonen ontwikkeling In Geldermalsen bouwde Wouters Schijndel een distributiecentrum van ruim 39.000 m² voor een online supermarktketen. Specifiek waren de verschillende temperatuurzones in het gebouw. In Maastricht verrijzen momenteel twee geschakelde warehouses van respectievelijk 33.000 en 13.000 m². Vanwege de opslag van ADR-goederen in een deel van het gebouw is het warehouse gecompartimenteerd en deels uitgevoerd in een volledige betonconstructie, en het andere deel 40 - Logistiekvastgoed 2025

in een staalconstructie. Daarnaast is er een gasblusinstallatie in de ADR-units geïnstalleerd. In het ontwerp van het gebouw is veel aandacht besteed aan duurzaamheid, ecologie en het esthetische karakter van het gebouw. Voor een leasemaatschappij bouwt Wouters Schijndel momenteel in Veghel een hal van 8.000 m² met daarbij overkapte parkeerplaatsen voor personenauto’s op een kavel van bijna 10 hectare, specifiek voor schoonmaak en reparaties van circa 50.000 auto’s per jaar die terugkomen uit de lease en klaargemaakt worden om opnieuw de weg op te gaan. In Beuningen realiseert Wouters Schijndel een bedrijfsruimte van 7.500 m² voor volumineuze detailhandel en Leisure. Zo realiseerde bouwbedrijf van Grunsven de afgelopen jaren veel toonaangevende projecten. Eén van de meest recente is een distributiecentrum van ruim 10.000 m² in Raamsdonksveer met een volledig duurzame energiehub bestaande uit zonnepanelen en batterij-energieopslagsysteem (BESS). De opgeslagen energie wordt gebruikt voor het gebouw en de oplaadpunten voor elektrische voertuigen. Voor extra energiezekerheid is een HVO100-generator beschikbaar. Deze fossielvrije en CO₂-neutrale oplossing zorgt voor een betrouwbare stroomvoorziening, volledig in lijn met de duurzame visie van de klant. Terwijl veel partijen over energiehubs praten, maakt van Grunsven de belofte waar. “Voor ons een van de eerste projecten waar we dit daadwerkelijk realiseren”, vertelt Rob van Grunsven, directeur bij van DC Aviation Valley, Maastricht Grunsven Groep, waarmee Wouters Schijndel sinds vier jaar een strategische samenwerking heeft. Realistische visie op duurzaamheid Waar veel partijen inspringen op de laatste innovaties in duurzaam bouwen blijft van Grunsven realistisch. “Er zijn veel misvattingen over wat daadwerkelijk duurzaam is”, waarschuwt Van Grunsven. “Als aannemer zijn wij een soort gatekeeper voor onze klanten. We wijzen op de praktische consequenties van bepaalde keuzes. Groen is natuurlijk goed en tot op zekere hoogte gewenst, maar niet als je daardoor in de rode cijfers duikt.” Het bedrijf ziet dat sommige innovaties hun doel voorbijschieten. “Je moet wel realistisch blijven, uiteindelijk betaalt de consument, bovendien houden wij de bouwkwaliteit bij gebruik van innovatieve materialen goed in de gaten.” Distributiecentra van 25 jaar oud of ouder hebben een heel andere uitstraling dan nieuwe logistieke centra van deze tijd. Deze gebouwen zijn vaak een stuk groter, op ruimere kavels met meer parkeervoorzieningen, hoogwaardige architectuur en voorzien van duurzame materialen en installaties. Nieuwe generatie staat in de startblokken De samenwerking van Wouters Schijndel met Van Grunsven heeft zich inmiddels ontwikkeld tot een dubbele toekomstgarantie. Zocht Wouters die samenwerking eerst voor de continuïteit, nu zijn zes zonen actief binnen het familiebedrijf. De volgende generatie staat in de startblokken zegt Jan Wouters trots, zonen Tom en Jan ontwikkelen Links Jan Wouters jr., rechts Rob van Grunsven zich als sleutelfiguren binnen de onderneming. Rob van Grunsven herkent dit: “Ook ik ben intern opgeleid en groei al tien jaar in mijn functie. Het is de beste leerschool.” Toekomstperspectief Met de combinatie van jarenlange specialistische ervaring, de strategische alliantie met Van Grunsven en een nieuwe generatie die klaarstaat, heeft Wouters Schijndel een sterke positie en is klaar voor de toekomst. Het bedrijf onderscheidt zich door een pragmatische aanpak, vakmanschap, persoonlijke betrokkenheid en kwaliteiten die kenmerkend zijn voor succesvolle familiebedrijven. Ondertussen verloopt de overdracht naar de volgende generatie op een natuurlijke manier. Zodat de opgebouwde expertise behouden blijft, terwijl de onderneming zich blijft vernieuwen. Met zes zonen in het bedrijf en een strategische partner, is de toekomst van Wouters Schijndel als specialist in logistieke bouw stevig verankerd. ‹‹ www.wouters-schijndel.nl www.grunsvengroep.nl Logistiekvastgoed 2025 - 41

Hörmann gaat vanuit Apeldoorn door met het leveren van maatwerk in hoogwaardige deursystemen “We waren in Barneveld flink uit ons jasje gegroeid.” Omdat er bij specialist in hoogwaardige deursystemen, dockequipment en toegangscontrolesystemen Hörmann steeds weer nieuwe producten bijkomen, moest het bedrijf op zoek naar een nieuw onderkomen. Dat werd gevonden in Apeldoorn. Daar treffen we commercieel manager industrie Bart van der Steen en zijn collega Marcel de Leeuw (projectmanager realisatie). “W e staan voor kwaliteit, in de breedste zin van het woord. Daar hoort ook een representatief pand met showroom bij. We namen voorheen klanten mee naar de uitgebreide showroom in Duitsland, of de fabriek voor dockequipment in Alkmaar.” Showroom echte aanvulling De showroom in Apeldoorn is een mooie aanvulling geworden blijkt uit de rondgang door het bedrijfsgebouw dat Hörmann vorig jaar april betrok Niet alleen is er voldoende vergader- en expositieruimte, ze beschikken nu ook over voldoende capaciteit om trainingen te geven aan monteurs, klanten en personeel. “We hebben nu de mogelijkheid om relaties, klanten, bouwbedrijven en architecten uit te nodigen. De showroom maakt onze producten tastbaar en versterkt ons verhaal”, vertelt Van der Steen. “Je ziet”, zo gaat hij verder, “dat klanten nu sneller kunnen beslissen, doordat ze het product ook echt kunnen zien en ervaren. Bovendien: je wilt als bedrijf dat bezig is met innovatie, zelf ook in een modern gebouw zitten.” Die innovaties van Hörmann zitten soms aan de buitenkant – door ontwikkeling van compleet nieuwe producten -, maar nog vaker aan de binnenkant. “Het gaat vooral om de onderdelen die we gebruiken”, stelt De Leeuw. “We gebruiken bijvoorbeeld naaldlagers, terwijl de meeste andere bedrijven in de markt kogelladers gebruiken. Onze deuren lopen soepeler en zijn betrouwbaarder hierdoor. Dit is slechts één van de onzichtbare kwaliteiten van de Hörmann-productoplossingen.” Montage als sleutel tot succes Waar Hörmann ook echt een slag slaat in vergelijking met andere bedrijven, is de manier van monteren. Daar werd altijd al veel aandacht aan geschonken, maar nu de nieuwe locatie ook meer ruimte biedt voor training, is dat nog meer. De Leeuw ziet de voordelen in de praktijk: “Als je een Draaideur HID-80 voor koelruimte deur verkeerd monteert, presteert hij slechter. Zo simpel is het. Wij trainen onze monteurs hier ter plekke: ze kunnen met alle deuren die we leveren aan de slag in de trainingsruimtes.” Van der Steen vult aan: “Een goede monteur moet mechanisch sterk zijn en elektrische installaties goed begrijpen. Er zijn geen specifieke opleidingen voor ons werk. Scholing gaat dus in de praktijk.” Dan over die innovaties, waar De Leeuw en Van der Steen al even over spraken. Eén van de belangrijkste betreft het nieuwe assortiment geïsoleerde deuren voor koel- en vriescellen. Het internationale bedrijf - met de hoofdvestiging in Duitsland - komt regelmatig met innovaties op de proppen. “We hebben meer dan negentig nieuwe ontwikkelingen mogen laten zien sinds afgelopen januari. We maken het palet steeds breder.” Nieuwe deurenserie voor koel- en vriesruimtes De HID-80 draaideuren en HIS-80 schuifdeuren voor koelruimtes zijn ontworpen voor gebruik bij 42 - Logistiekvastgoed 2025

Speed-sectionaaldeur IsoSpeed Cold V 100 temperaturen tot 0 graden Celsius. “Ze zijn ideaal voor het afsluiten van koelcellen, ook grotere in supermarkten, slagerijen, de voedingsindustrie of de voedingslogistiek.” Beide deuren hebben een dik deurblad van 80 millimeter, geschuimd met PU. Ze kunnen worden afgewerkt met roestvrij staal of gegalvaniseerd staal. De laatste standaard in RAL 9002, maar andere RAL-kleuren behoren tot de mogelijkheden. De HID-120-draaideuren van Hörmann kunnen dienen als afsluiting van diepvriescellen tot -28 graden Celsius, net als de HIS-120diepvriesschuifdeuren. De 120 millimeter dikke deurbladen met PU-schuim zorgen voor betrouwbare isolatie. Gesloten deuren voorkomen luchtuitwisseling. “Ook deze deuren zijn in de twee genoemde uitvoeringen beschikbaar.” Hormann Pendeldeuren – robuust, hygiënisch en klaar voor intensief gebruik Ook nieuw in het assortiment zijn slijtvaste pendeldeuren van polyethyleen (PE 500) en roestvrij staal, speciaal ontwikkeld voor de levensmiddelenen logistieke sector. Deze deuren zijn bestand tegen zware belasting, zoals heftruckverkeer, en voldoen aan de hoogste hygiënestandaarden. “Dankzij het stootvaste materiaal en het temperatuurbereik van –30 °C tot +60 °C zijn ze ideaal Schuifdeur HIS 80 voor koelruimte, in combinatie met pendeldeur HP-180, 2-vleugelig voor koelhuizen, magazijnen en doorgangen met intensief gebruik. Een duurzame oplossing voor elke omgeving waar snelheid, hygiëne en robuustheid centraal staan.” Maatwerk leveren Ook op het gebied van veiligheid denkt Hörmann mee met de klant. Het bedrijf biedt zowel handmatige als automatische systemen om ongelukken bij het docken te voorkomen. “Dat is afhankelijk van de wensen en het budget van de opdrachtgever”, vertelt De Leeuw. “We hebben nu een volautomatisch systeem , dat het hele aan- en afkoppelen bij een dock regelt en aanstuurt.” Sowieso gelooft het bedrijf niet in one-size-fits-all. “Ieder project vraagt om een unieke oplossing en een eigen benadering. Afgestemd op de klantwens, het wagenpark, het type goederen en het budget. Daarbij gaan we er niet voor om zoveel mogelijk snufjes te verkopen om een hoge omzet te halen, maar om de béste snufjes te verkopen. Daar adviseren we ook in. Voertuigen verschillen in hoogte, daar moeten we vaak een compromis sluiten. Er blijft altijd een stuk maatwerk, geen enkele opdracht, applicatie en/of klantvraag is hetzelfde. We starten ieder project met het in kaart brengen van de klantbehoefte én de toekomstplannen.” ‹‹ www.hormann.nl Logistiekvastgoed 2025 - 43

Hiber Betonvloeren: Vlakheid naar een nog hoger niveau! In Boxmeer wordt momenteel door Bouwbedrijf Van de Ven uit Veghel het inmiddels zesde pand van VTS Transport & Logistics gebouwd. Hiber Betonvloeren is hier als bouwpartner bij betrokken voor het ontwerpen en uitvoeren van alle betonvloeren. V TS omschrijft deze nieuwbouw als “een plek waar innovatie en efficiëntie samenkomen om onze klanten nog beter van dienst te kunnen zijn.” Deze uitspraak sluit naadloos aan bij de bedrijfsvisie van Hiber Betonvloeren, en ook bij de samenwerking met de hoofdaannemer op de bouwplaats, die verloopt als een geolied logistiek proces. Onder de strakke aansturing van de uitvoerders van Van de Ven vormt zich een team dat prestaties naar een topniveau brengt, waarbij alle planningen strak worden gehaald. Super supervlakke vloeren Voor een vloerenbedrijf is dit project een enorme uitdaging. Vrijwel alle soorten en maten betonvloeren komen erin voor. Het totale projectoppervlak bedraagt maar liefst ruim 55.000 m², waarvan de vloeren van het stellingmagazijn supervlak moeten zijn. Dit vraagt om een specialistische aanpak. Het stellingmagazijn wordt ingericht als een smalle gangen-magazijn, waarbij de heftruck aangestuurd wordt door inductiegeleiding en direct op de betonvloer rijdt. Dit komt vaker voor, maar wat dit project bijzonder maakt, is dat de hal zo hoog is dat er pallets tot op een maximale afzethoogte van 16 meter worden weggezet. “Dit vraagt om een super supervlakke vloer,” vertelt Hiber-directeur Jan Baijens. “De lat wordt hiermee weer wat hoger gelegd; de vloer moet nog vlakker zijn dan men normaal al van ons gewend is.” Speciaal voor dit project werd nieuwe afwerkapparatuur aangeschaft en heeft de innovatieafdeling van Hiber Betonvloeren nog iets nieuws bedacht. “Maar wat dat is, houden we nog even voor ons,” 44 - Logistiekvastgoed 2025

zegt de voor realisatie verantwoordelijke directeur Ad Raaijmakers. “Door innovatie blijven we de concurrentie tenslotte een stap voor en dat willen we graag zo lang mogelijk zo houden.” Meedenken vanaf het begin Hiber Betonvloeren werd in 2017 opgericht door twee door de wol geverfde betonspecialisten, Jan Baijens en Ad Raaijmakers. Ze verzamelden een team van ervaren mensen om zich heen, dat zich steeds verder uitbreidt met jonge, leergierige aanwas. Eén van de uitgangspunten van hun bedrijf was om zo vroeg mogelijk in het engineeringproces betrokken te zijn. “De kracht van een goed vloerontwerp schuilt vaak in het begin van het engineeringsproces,” legt Jan uit. “Als we daarin al kunnen meedenken en adviseren, dan krijg je een optimaal resultaat.” Hiber Rigid Een duidelijk voorbeeld hiervan zijn de magazijnen die worden ingericht met een automatisch casepicking-systeem. In deze magazijnen worden zeer hoge eisen gesteld aan de betonvloer, die fungeert als fundering van de magazijninrichting. Naast vlakheid zijn hier ook vervormingseisen van toepassing. “De vervormingseis is vaak zo maatgevend dat een veel diepgaander ontwerpproces nodig is om uiteindelijk tot een quasi-rigid vloerontwerp te komen,” vertelt commercieel manager Justin Linthorst, “maar gelukkig beschikken wij op kantoor over professionals die dat begrijpen en kunnen aansturen.” “Om dit ontwerpproces goed te laten verlopen is het echter van cruciaal belang om ons vroegtijdig van de juiste informatie te voorzien en om ons bij dit ontwerpproces te betrekken,” vult Jan aan. “Wanneer de ontwerper van de magazijninrichting klaar is, begint feitelijk ons ontwerptraject. Dit is iets waar opdrachtgevers zich nog wat meer bewust van moeten worden. Omdat wensen en mogelijkheden meestal niet direct op elkaar aansluiten, volgt er een iteratief traject om als leveranciers tot een gezamenlijk ontwerp te komen, en dit kost nu eenmaal extra tijd.” Hiber Green Minder milieubelastend bouwen is al jaren een leidend principe binnen Hiber Betonvloeren. Om dit naar buiten toe meer zichtbaar te maken, is het “Hiber Green”-concept geïntroduceerd. “Eigenlijk is het voornamelijk met gezond verstand zo optimaal mogelijk kijken waar het minder kan. Op dit vlak blijven wij ook innoveren, zowel als het gaat om elektrificeren van materieel, als om het groener maken van vloerontwerpen.” Hiber Betonvloeren heeft recentelijk een grootschalig proefproject mogen uitvoeren waarbij verschillende vloertypes op basis van CO₂uitstoot met elkaar vergeleken zijn. Hierbij zijn grote stappen gezet in het door ontwikkelen en toepassen van krimpvrije betonmortel en het reduceren van vloerdikte, waardoor een theoretische CO₂reductie tot wel 70% mogelijk zou kunnen zijn. “Of deze waarden werkelijk haalbaar zullen zijn, dat moet nog blijken,” zegt Jan Baijens. “We moeten wel realistisch blijven en we mogen de andere eigenschappen van de vloer natuurlijk ook niet vergeten. De klantvraag blijft hierbij in ieder geval in alle gevallen bij ons centraal staan en of een vloer nu groot of klein is, wij verzorgen altijd een oplossing op maat!” ‹‹ hiber betonvloeren bv hibercon constructie | advies | betonvloer Meer informatie: Jan Baijens, commercieel directeur Ad Raaijmakers, directeur realisatie Eimbert 7, 5492 NH Sint-Oedenrode 085 - 9023968 info@hiber.nl www.hiber.nl Logistiekvastgoed 2025 - 45

DUURZAME VERLICHTING VOOR LOGISTIEK & INDUSTRIE trilux.com/industry

TE HUUR TOPLOCATIE OP SCHIPHOL TRADE PARK 45.000 m² verdeeld over drie units vanaf 10.000 m² Beschikbaar vanaf Q4 2026 Schiphol Amsterdam Airport A4 Laatste beschikbare kavel op Schiphol Trade Park www.cbre.nl 020 626 2691 www.industrial.nl 088 989 9898

Dijkham Bouw: herontwikkeling Pioneer-gebouw voor logistiek grote elektronicadistributeur Wat jarenlang een lastig te verhuren kantoorgebouw was, ontwikkelt zich aan de Gooisekant in Almere tot een toekomstgerichte logistieke hub. In opdracht van vastgoedinvesteerder Sagax wordt hier door Dijkham Bouw een op maat gemaakte hal gerealiseerd voor één van de grootste online elektronicaleveranciers van Nederland. De aanpak is zakelijk doordacht, duurzaam in uitvoering en gericht op lange termijn gebruikswaarde. “We bouwen hier niet voor het snelle rendement,” zegt Fedde Meesters, die namens Stone Projects het bouwmanagement uitvoert. “We bouwen iets wat over tien jaar nog steeds relevant is.” S agax, een Zweedse beursgenoteerde investeerder, kiest voor projecten die langdurige waarde toevoegen aan hun vastgoedportefeuille. “Doelmatigheid staat voorop,” aldus Meesters. “Geen overmaat aan installaties, maar juist robuust en gericht op gebruikerscomfort en beheersbaarheid.” Strategische ligging De strategische ligging aan de A6 in Almere, gecombineerd met de mogelijkheid tot herontwikkeling van een bestaand pand, maakte deze locatie aantrekkelijk. Waar voorheen het kantoor van Pioneer Nederland stond, wordt nu een volledig nieuwe hal gerealiseerd, afgestemd op de logistieke behoeften van de opdrachtgever. “Het oude gebouw was economisch en functioneel afgeschreven,” zegt Stefan Nijland van Dijkham Bouw. “De grond was wél interessant, plus de elektra-aansluiting. Door opnieuw te bouwen, maken we optimaal gebruik van wat hier wél werkt.” Functioneel ontwerp: gebouwd voor gebruik De hal is ontworpen met de eindgebruiker in gedachten. Dat bedrijf ontvangt en verwerkt op deze locatie straks zowel nieuwe goederen als retourstromen. “Er is een aparte overkapping voor recycling van witgoed,” legt Meesters uit. “De docks zijn verhoogd, waardoor een waterkering overbodig is. Het hele ontwerp is afgestemd op efficiënte logistiek.” “We hebben in het ontwerp ook gekeken naar gebruikscomfort en onderhoud,” vult Nijland aan. “Dat betekent onder andere een lichte hal, dankzij wit gecoate dakbeplating en minimale behoefte aan kunstlicht.” Duurzaamheid als uitgangspunt, niet als marketing In plaats van een gecertificeerde nieuwbouwscore, kiest Sagax voor een BREEAM In-Use benadering. “Dat sluit beter aan op hun beleggingsfilosofie,” zegt Marjon Hemmelder, bij Dijkham Bouw 48 - Logistiekvastgoed 2025

bestaande bedrijfshal bestaande bedrijfshal laden/lossen bestaande bedrijfshal boom B 12.000 75.000 15.000 overheaddeur nieuwe bedrijfshal overheaddeur hoofdentree personeel parkeren kantoor / bezoekers 4.000 4.000 4.000 4.000 4.000 kantoor entree hal en proceskantoor maaiveld = 0 1 20 boom 17.000 boom boom boom boom boom boom boom boom 15.000 +1.200 +1.200 overheaddeur boom overkapping 6.400 boom Stefan Nijland (links) en Fedde Meesters verantwoordelijk voor dit soort vraagstukken. “De investeringen gaan naar zaken die écht bijdragen aan gebruikswaarde, zoals extra isolatie, natuurlijke ventilatie en energie-efficiënte installaties.” De materiaalkeuze is daar ook op afgestemd. “We gebruiken bestaande aansluitingen, hergebruiken puin uit de sloop voor ophoging van het terrein en kiezen voor installaties met een bewezen lange levensduur,” aldus Meesters. Snelle realisatie dankzij duidelijke rolverdeling Het project startte met de sloop in de kerstvakantie van 2024 en wordt opgeleverd in september 2025. Die snelheid is mogelijk door de samenwerking tussen Dijkham Bouw, Stone Projects en Sagax. “De korte lijnen tussen opdrachtgever, directievoerder en bouwer maken dat we slagvaardig kunnen werken,” zegt Nijland. “Iedereen weet zijn rol, de verwachtingen zijn helder en dat voorkomt vertraging.” BIM (Building Information Modeling) speelt hierin een cruciale rol. “Alles wordt vooraf digitaal gemodelleerd,” aldus Nijland. “Dat voorkomt fouten, versnelt de besluitvorming en maakt het makkelijker om wijzigingen snel te implementeren.” Lokale omstandigheden vragen om technische finesse De bouwlocatie ligt op opgespoten land. Dat betekent dat de eerste 8 à 9 meter bodem nauwelijks draagkracht biedt. “We heien hier zo’n 340 palen tot aan de vaste grond,” legt Nijland uit. “Dat is essentieel voor stabiliteit en lange levensduur.” De fundering is afgestemd op de specifieke belasting van het gebouw, inclusief transportbewegingen en opslagdruk. “We combineren technische kwaliteit met duurzame keuzes in beton en wapening”. Bestaande bedrijfshal Brede benadering van kwaliteit Duurzaamheid wordt niet alleen technisch ingevuld, maar ook procesmatig. Dijkham Bouw werkt volgens het Bewuste Bouwersprotocol. “Netheid, veiligheid, communicatie met omwonenden – dat hoort er allemaal bij,” zegt Nijland. “We streven naar een score van minimaal 7,9 op onze bouwplaatsen.” De omgeving profiteert van deze aanpak. “Er zijn nauwelijks omwonenden, maar we hebben wél actief contact met bedrijven in de directe omgeving,” aldus Nijland. “Dat maakt dat je overlast voorkomt en draagvlak behoudt. Ook als je, zoals nu gebeurt, aan het heien bent. Ja, het geeft overlast, maar het valt en staat bij goede communicatie.” “De gebruiker krijgt op deze manier een pand dat precies doet wat nodig is,” zegt Meesters. “En Sagax investeert in een gebouw dat past binnen hun lange termijn strategie. Het draait uiteindelijk om vertrouwen,” besluit Nijland. “Tussen opdrachtgever, bouwer, gebruiker. En dát hebben we hier gevonden.” ‹‹ www.dijkhambouw.nl Logistiekvastgoed 2025 - 49 P P P P P P P P P P 10 1 P P P P P P P P P P 10 1 12.200 7.000 trailer/bus dock trailer/bus dock trailer/bus dock bus dock bus dock 16.500 fiets P P P P P 8.000 P P P P P P P P P P P P P P P P 6.000 5.000 R 6.250 R 10.000 Versterkerstraat

Clean Energy Hub van NXT Mobility in Alkmaar Onze doelstelling: honderd Clean Energy Hubs in 2030 Een Clean Energy Hub (CEH) is een openbaar toegankelijke tank-, laad- of bunkerfaciliteit met voor de weg een mix van ten minste twee hernieuwbare brandstoffen en/of energiedragers waarvan er ten minste één zero-emissie dient te zijn en voor binnenvaart minimaal één hernieuwbare brandstof en/of energiedrager. Die bronnen kunnen HVO100, Bio-CNG en Bio-LNG (groen gas), (groene) elektriciteit of (groene) waterstof zijn. Hiermee is het goed te weten dat iedere energiedrager ook zijn eigen transitie kent naar 100% groen. Locatieafhankelijk in combinatie met andere faciliteiten, zoals horeca, truck parking, duurzame truckwash, betaalbare overnachtingsformule, walstroom, vergaderruimtes, openbaar vervoer, pakketvoorzieningen, etc. 50 - Logistiekvastgoed 2025

D e ideale locatie van een CEH is bij de ontsluiting van een bedrijven- of distributiepark, tussen de hoofdweg en het betreffende park. Wetende dat 95% van het goederenvervoer van en naar deze parken gaat. Hiermee wordt tevens invulling gegeven aan de doelstelling van de European Alternative Fuel Infrastructure Regulation (AFIR) – de Verordening betreffende infrastructuur voor alternatieve brandstoffen. Anticiperen op nieuwe ontwikkelingen De definitie van een Clean Energy Hubs is in de loop van de jaren op een paar punten aangepast. Net zoals er in de energietransitie geanticpeerd moet worden op ontwikkelingen, moeten wij dat als programma ook! Onze doelstelling is honderd Clean Energy Hubs in 2030. Nu zijn dat er 55, verspreid over heel Nederland. Dit jaar komt er weer een aantal bij. Kansen benutten Waar mogelijk wordt het leveren van brandstof en energie op die locaties gecombineerd met andere functies, zoals eerder omschreven. Er is geen bauwdruk voor een Clean Energy Hub. Het is maatwerk. Het idee is, dat de Clean Energy Hubs met hun aanbod van alternatieve energiebronnen gaan bijdragen aan de verduurzaming van zwaar goederenvervoer. De gecombineerde functies zorgen ervoor dat het aanbieden daarvan, ondanks het nog geringe aantal afnemers van die duurzame bronnen, nu al commercieel haalbaar en aantrekkelijk is. Wat ook belangrijk is om te beseffen dat de grond in Nederland duur en schaars is. Door een aantal zaken samen te brengen creëer je een soort van facility center voor bedrijvenparken en distributiecentra. Het is belangrijk en interessant de beschikbare ruimte zo efficiënt mogelijk te benutten in plaats van allemaal stand-alone oplossingen te bedenken, die uiteindelijk veel meer ruimte innemen. Omgevingsvisie Provincies kunnen hierbij een belangrijke rol spelen door het concept van Clean Energy Hubs in hun omgevingsvisies op te nemen. Deze worden nu opgesteld. Daarmee kunnen provincies een efficiënter Clean Energy Hub van Greenpoint in Veghel Theo Heinink, business developer Clean Energy Hubs ruimtegebruik door het combineren van functies stimuleren. Het is belangrijk het kip-ei-probleem op te lossen, dat al jaren speelt bij het verduurzamen van het zware wegtransport. Zonder vraag geen aanbod en zonder aanbod geen vraag. In dit programma zetten we ons daarom in voor de komst van een dekkend landelijk netwerk van Clean Energy Hubs. Daarmee creëren we de infrastructuur die transporteurs nodig hebben voor het verduurzamen van hun wagenpark. Met hen gaan we ook actief het gesprek aan over de kansen en mogelijkheden die er voor hen zijn om te vergroenen. Ook willen wij helpen samen met overheden en bedrijfsleven te zorgen dat de Clean Energy Hubs op plekken komen die praktisch en aantrekkelijk zijn voor transportbedrijven. Dat zijn hoofdzakelijk locaties aan de rand Logistiekvastgoed 2025 - 51

Ook vlak over de grens worden er Clean Energy Hubs gerealiseerd. Een mooi voorbeeld is deze CEH van DCB in aanbouw tussen Breda en Antwerpen van bedrijventerreinen die langs ontsluitingswegen liggen die naar snelwegen leiden. Op de website www.gelderland.nl/projecten/ clean-energy-hub staat daarvoor een handige tool, een locatietool. Ondernemers kunnen daarmee de kansrijke locaties in Nederland voor de aanleg van een Clean Energy Hub bekijken. Haalbaar, schaalbaar en betaalbaar Ons motto is, dat we de noodzakelijke verduurzaming tot stand kunnen brengen als de keuzes die gemaakt moeten worden haalbaar, schaalbaar en betaalbaar zijn. Het programma is een samenwerking tussen de twaalf Nederlandse provincies, het ministerie van Infrastructuur en Rijkswaterstaat. Al deze partijen zijn aangesloten bij het programma Clean Energy Hubs. Het initiatief maakt deel uit van het MIRT-programma (Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport) Topcorridors en richt zich behalve op het wegvervoer ook op de binnenvaart. Het programma vindt zijn oorsprong in de provincie Gelderland. Het programmateam werkt nu namens alle provincies en is dus losgemaakt van de provincie Gelderland om op die manier ook har onafhankelijkheid te waarborgen. Bij ieder van de twaalf provincies is er een collega actief met dit programma. Samen trekken we op, delen kennis en informatie en ontwikkelen wij een visie en de te volgen strategie. Verbindingen leggen Als business developer van het programma Clean Energy Hubs is Theo Heinink de schakel tussen politiek en het bedrijfsleven. Hij legt verbindingen tussen partijen en zorg samen met de provincies dat er op de meest kansrijke locaties ontwikkelingen met Clean Energy Hubs kunnen plaatsvinden. De kennis die met dit programma wordt opgedaan wordt gedeeld met andere Europese landen met 52 - Logistiekvastgoed 2025 wie wordt samengewerkt via de internationale goederencorridors, zoals de Rhine Alpine Corridor, de Mediterranean Corridor en de Nothsea Baltic corridor. Probeer bij feiten te blijven. Wensdenken helpt niet Om stappen te maken in het programma is het belangrijk een eerlijk verhaal te vertellen. Zero-emissie is bijvoorbeeld een norm die op twee manieren kan worden uitgelegd. Volgens het tank-towheelpricipe (alleen emissies vanuit “de uitlaat”) of het well-to-wheel principe (ook de emissies die ontstaan bij productie, transport, gebruik en recycling van het voertuig en de energiedragers). Op welke brandstof of met welke energiedrager je ook rijdt, er komen op basis van het well-to-wheel pricipe altijd emissies vrij. Door de Het volgen van het transitiepad is essentieel om te komen tot de gewenste verduurzamingsresultaten. We hebben tijd nodig en die tijd moeten wij vooral benutten om de noodzakelijke stappen te zetten. Biogas Blendings tot 100% Electrisch Naar 100% groen Biodiesel Blendings tot 100% Waterstof Naar 100% groen Aardgas Aardolie Nucleaire batterij ?

De allereerste Clean Energy Hub in Nederland was een initiatief van Green Planet in Pesse Clean Energy Hub van Kuster Olie, Groenlo juiste stappen te nemen in het transitiepad, kunnen de beste keuzes gemaakt worden. Dat is vaak niet de gewenste gedachte dat er slechts één silver bullet is! Probeer ook een realistisch beeld te schetsen voor wat betreft de verschillende energiedragers. Niet alleen de prijzen van voertuigen en energiedragers zijn belangrijk, maar vooral ook de echte cijfers ten aanzien van vul- en laadcapaciteit en de snelheden die daarmee gepaard gaan. Dat is een boodschap die niet iedereen graag hoort. Hetzelfde geldt voor een Clean Energy Hub met alleen maar niet fossiele energiedragers. Sommige gemeenten willen alleen daaraan een vergunning verlenen. Het resultaat is dan dat er geen Clean Energy Hub komt, want zonder fossiele brandstoffen is een Clean Energy Hub voorlopig niet levensvatbaar. Biobrandstoffen zullen ook een belangrijke rol spelen om de klimaatdoelstellingen van 2030 en daarna in het transport te kunnen halen. We zullen het momenteel, en nog heel wat jaren, echt moeten doen met de beschikbare mix aan energiebronnen. Er is niet één alternatief, maar er zijn er meer en die zijn allemaal nodig om stappen te kunnen zetten in het verduurzamen van, in dit geval, het goederenvervoer. Dus daarom dat wordt ingezet op haalbaar, schaalbaar en betaalbaar. Dat van die mix hoeven wij ondernemers nooit uit te leggen. Die komen weer met andere vragen. Over de haalbaarheid bijvoorbeeld. Voor vragen kan altijd contact met het programmateam worden opgenomen via t.heinink@gelderland.nl. ‹‹ Logistiekvastgoed 2025 - 53

Lelystad Airport Business Park (LAB) forms part of the Amsterdam region. Its location by the highways, railroads, waterways and airways, makes the (municipality of) Lelystad a unique and fine business location for logistic companies It also lies on the central logistic axis from Amsterdam to Northern Germany and Scandinavia. Over 170 million consumers reside within a 500 kilometer radius of Lelystad Airport Businesspark Direct connection to the A 6. First phase of the N 727 is realized, connected to the N 302 and to the Airport. Several secondary roads and waterways linked to the Businesspark

The location of Culemborg and its business park forms part of the established logistics region Rivierenland Its location by the highways, railroads, waterways and airways, makes the Culemborg region a unique and fine business location for logistic companies Logistiekvastgoed 2025- 55

Duurzaamheid configureren in je nieuwe logistieke bedrijfspand: appeltje-eitje! Duurzaamheid is wat de klok slaat en ook bij onze opdrachtgevers is het behalen van duurzaamheidsambities via een nieuw of herontwikkeld bedrijfspand aan de orde van de dag. Ga er maar aan staan: een (ver)nieuw(d) logistiek centrum, rekening houden met de bedrijfsdoelstellingen op het gebied van duurzaamheid én de uitgaven binnen de perken houden. W e zijn als samenleving gewend om onze aangekochte spullen “snel” in gebruik te kunnen nemen, of het nou boodschappen of pakketjes zijn. De logistieke dienstverlening die hieraan ten grondslag ligt is dus van essentieel belang voor een goed functionerende samenleving. En dat betekent dat de behoefte aan warehouses blijft, terwijl we tegelijkertijd zien dat de uitgifte van nieuwe bedrijventerreinen beperkt is. Dat vraagt om herontwikkeling van bestaande locaties en efficiënter grondgebruik door middel van meerlaags-concepten. Herontwikkeling en nieuwbouw Of er nou sprake is van een bestaande situatie of van nieuwbouwplannen, in beide situaties is het zoeken naar de balans tussen budget en duurzaamheidsambitie. Daar komt nog bij dat ook de schaarste van (virgin) bouwmaterialen ervoor zorgt dat we op een andere manier moeten gaan kijken naar de mogelijkheden voor de logistieke sector. Kortom: de uitdagingen zijn gedefinieerd, en opdrachtgevers hierdoorheen helpen te naviBeeld via ontwikkelaar/eigenaar EQT Exceter geren is een rol die wij als full-service bouwbedrijf graag op ons nemen. Hercuton heeft zich bewezen als een toonaangevende speler op het gebied van logistiek door niet alleen te focussen op efficiency, maar ook op duurzaamheid en klanttevredenheid. BREEAM-certificering Een goed voorbeeld van deze succesvolle driehoek (efficiency, duurzaamheid en klanttevredenheid) zijn de DHL CityHubs en de DHL sorteercentra door heel Nederland. Deze zijn allen gecertificeerd volgens de certificeringsmethode BREEAM-NL, dat projecten beoordeelt op integrale duurzaamheid. Zo hebben we inmiddels al meer dan 10 panden gerealiseerd die volgens de hoogste BREEAMstandaarden zijn gebouwd. Panden die stuk voor stuk voorzien in de brede behoefte aan dienstver56 - Logistiekvastgoed 2025

lening vanuit de samenleving én daarnaast dus ook nog eens enorm duurzaam zijn gebouwd. Naast dat we duurzaamheidsspecialisten in dienst hebben die hierin begeleiden tijdens een bouwtraject, werken we ook succesvol met een aantal tools die inzicht geven in alle duurzaamheidsopties die een nieuw pand kent. Duurzaamheidsconfigurator Één van die tools is de duurzaamheidsconfigurator. De meeste CO2-uitstoot in de gebouwde omgeving wordt voorkomen in een vroeg stadium van het bouwproces. Het moment waarop nog brede keuzes gemaakt kunnen worden. Door in die fase al inzicht te krijgen in de impact van die keuzes, is het makkelijker beslissingen te nemen en voorkomen we verrassingen in een later stadium. De duurzaamheidsconfigurator geeft al in de kavelstudiefase inzicht in de CO2-uitstoot (Paris Proof indicator), MPG-score (Milieu Prestatie Gebouwen) en de kosten van een project. Bij elke keuze is meteen inzichtelijk welke materialen er worden toegepast én geeft de tool aan of met het gekozen ontwerp recht is op subsidie. Zo is direct duidelijk wat het effect is van de duurzaamheidsambities van een opdrachtgever op de CO2-footprint en kosten van het bouwwerk. “We stellen niet ieder duurzaam product voor als alternatief, ze zijn altijd financieel aantrekkelijk geprijsd én hebben hun succes al bewezen in het verleden. En een mooie bijkomstigheid? We prikkelen hierdoor ook onze leveranciers om het beter te doen: bij een gelijkwaardig aanbod, wint de duurzaamste optie namelijk altijd.” Circulaire menukaart Vaak maken opdrachtgevers pas verder in het bouwproces specifieke keuzes over materiaalgebruik of type isolatie. De circulaire menukaart helpt in het vergelijken van opties. Hiermee kunBeeld via DHL eCommerce Nederland Beeld eigen archief nen onze planontwikkelaars soms zelfs zonder of met minimaal effect op het budget grote impact maken op de uiteindelijke footprint van het nieuwe pand. Daarbij is het goed te realiseren dat we onze opdrachtgevers (maar ook een eventuele architect) graag informeren over de “betere” producten om te gebruiken, die ook nog financieel aantrekkelijk zijn én hun succes al hebben bewezen in het verleden. Tegelijkertijd prikkelt het onze leveranciers om het elke dag een beetje beter te doen: een top drie van betere keuzes zoals je die in de circulaire menukaart kunt vergelijken, bereik je als leverancier tenslotte alleen wanneer je ook daadwerkelijk een solide duurzaam product kunt leveren. Stapsgewijs verduurzamen Bij zowel herontwikkeling als nieuwbouw is het daarnaast ook een optie om stapsgewijs te verduurzamen. Wij laten in de aanloopfase zien welke mogelijkheden welke effecten hebben, het is aan onze opdrachtgever om hierin keuzes te maken die aansluiten op de wensen en het budget. Dakisolatie heeft bijvoorbeeld veel impact en is later niet gemakkelijk meer aan te passen. Het dak voorbereiden op zonnepanelen, ook als die nog niet direct geplaatst worden, is daarentegen gemakkelijk mee te nemen in het bouwproces. De opdrachtgever kan ze vervolgens op een later moment installeren. Zo voegen we nu in Hulst bijvoorbeeld een jaar na oplevering nog 23.000 m² aan zonnepanelen toe. “Wist je dat duurzaamheidsmaatregelen toevoegen ook stapsgewijs kan? Voor Park 34 Crossings in Hulst was het dak al voorbereid en leggen we nu, een jaar na oplevering het volledige dak vol met zonnepanelen. 118.000 m2 bedrijfspand is zo in één klap energieneutraal én het gaat van een BREEAM Very Good naar BREEAM Excellent certificering.” Partnerschap Kortom: samen bouwen we aan de bedrijfspanden van morgen. Ons doel is hierbij dat je het gehele bouwtraject aan één partner kunt toevertrouwen. Een partner die je inspireert en blijft innoveren. Een bouwtraject brengt al genoeg moeilijke keuzes met zich mee. Dus waar we kunnen - helpen we je voortdurend vooruit. En zoals gezegd: met onze tools wordt dat appeltje-eitje! Over Hercuton Hercuton is een full-service bouwbedrijf dat highend bedrijfspanden bedenkt, ontwerpt, bouwt, renoveert en onderhoudt. Hercuton is een dochteronderneming van JAJO. www.hercuton.nl ‹‹ Logistiekvastgoed 2025 - 57

De logistieke ontwikkeling DC Celsiusweg in Venlo nadert de eindfase; oplevering is gepland voor de zomer Intervest slaat nieuwe weg in Logistiek vastgoedinvesteerder Intervest is volop in beweging. Sinds vorig jaar is het niet langer beursgenoteerd en is TPG de enige aandeelhouder geworden. Vorige maand begon er een nieuwe Country Director in Nederland en er zijn uitbreidingsplannen richting Duitsland, Frankrijk en Italië. S inds de beursexit in april 2024, gaat Intervest – met hoofdkantoor in Antwerpen – verder met slechts 1 aandeelhouder, de Amerikaanse private equity-onderneming TPG. Met TPG aan hun zijde hoeft Intervest zich geen zorgen te maken over de funding en kapitaal, legt CEO Joël Gorsele uit. Vanuit Antwerpen worden de Europese groeiplannen vormgegeven. “We willen groeien naar vier à vijf miljard euro. Nu we niet meer beursgenoteerd zijn, zijn we flexibeler geworden.” Impressie nieuwbouwontwikkeling Koenendelseweg, Den Bosch Twee nieuwe logistieke sites De portefeuille van Intervest beslaat zo’n 1,5 miljard euro, waarvan ongeveer vierhonderd miljoen in Nederland, verdeeld over negentien sites. Dit jaar komen daar nog twee sites bij. In Venlo ontwikkelt Intervest momenteel een distributie center van circa 10.000 vierkante meter. De planning is dat deze voor de zomer opgeleverd wordt. In Den Bosch loopt de vergunningsaanvraag voor een nieuwbouwontwikkeling aan de Koenendelseweg. Dit pand zal ook circa 10.000 vierkante meter logistieke oppervlakte omvatten en naar verwachting voor het einde van het jaar opgeleverd worden. Beide dc’s streven naar een BREAAM Excellent label en voldoen aan de laatste eisen op het gebied van duurzaamheid. Nieuwe Country Director Nederland De 21 Nederlandse logistieke sites zijn voortaan de verantwoordelijkheid van Marieke de Jong. Zij werd afgelopen april aangesteld als nieuwe Country Director voor Nederland. De Jong was eerder werkzaam voor vermogensbeheerder Realterm waar ze verantwoordelijk was voor de investeringen in de Benelux. De Jong: “Ik ben aangesteld om de groei van Intervest verder door te zetten in Nederland. Er zijn nog veel kansen in de Nederlandse markt, bijvoorbeeld doordat ontwikkelaars er vaker voor kiezen om locaties te verkopen in plaats van aan te houden voor eigen portefeuille.” 58 - Logistiekvastgoed 2025

“Nu we niet meer beursgenoteerd zijn, zijn we flexibeler geworden.” Snel schakelen en scherp blijven Gorsele: “Investeringsbeslissingen in Nederland liggen voortaan mee bij Marieke. Zij zal mogelijke transacties evalueren en aanbevelen, met ondersteuning van het transactieteam onder leiding van onze CCO Kevin Raes. Marieke is daarbij verantwoordelijk voor haar eigen portefeuille en P&L.” Gorsele vervolgt: “Ons doel is niet om een groot kantoor te hebben in Nederland, maar wel om met een lokaal team van logistieke vastgoedexperts snel te kunnen schakelen. Er zijn korte lijnen tussen ons kantoor in Eindhoven en kantoor Antwerpen.” Raes: “Een andere reden dat het team in Nederland is versterkt met Marieke is dat wij leven bij de gratie van de klant. Service verlenen en ontzorgen horen daarbij en daarvoor heb je een lokaal team nodig. Als onze groeiplannen in Frankrijk, Duitsland en Italië vorm krijgen, zullen we daar ook Country Directors aanstellen.” Gorsele: “De Country Leads zullen onderdeel zijn van de jaarlijkse evaluatie van de panden, in relatie tot het asset management en het commercieel management. Deze manier van werken helpt ons om scherp te blijven.” V.l.n.r. Joël Gorsele , Kevin Raes en Marieke de Jong Regionale clusters Voorheen was Intervest in Nederland voornamelijk actief in het Zuiden. Die focus is niet meer, legt Gorsele uit. “We zijn nu actief in heel Nederland en richten ons ook op grotere transacties. Dat kan nu, mede omdat Marieke aan boord is.” Wat niet veranderd is, is de focus op de klant. Raes: “Wij stellen de klant altijd centraal. Daarom investeren wij bijvoorbeeld in clusters in een bepaald gebied, omdat dat flexibiliteit brengt. Als je voldoende aanwezigheid in hetzelfde gebied hebt, groeien de mogelijkheden om klanten een regionaal alternatief te bieden, bijvoorbeeld bij uitbreiding, of inkrimping.” Duurzaamheid Vele panden van Intervest hebben een BREEAM Excellent-certificering of beter. Gorsele: “Duurzaamheid was altijd al belangrijk bij Intervest en dat blijft zo. Wij proberen wel altijd die maatregelen te nemen die het meest bijdragen aan onze huurder, zodanig dat de kosten binnen de perken blijven.” Raes: “Vaak heeft de klant ook een eigen visie Impressie DC Celsiusweg, Venlo op duurzaamheid. Die nemen wij dan graag mee in onze plannen.” Gorsele: “Bij een pand in Den Bosch lieten wij het dak wit schilderen om de temperatuur lager te houden. Dat wordt niet gevraagd in BREAAM en is een investering die we doen voor de klant.” De nieuwe panden in Venlo en Den Bosch zijn nog niet verhuurd, maar dat komt wel goed, aldus De Jong. “Wij hebben er veel vertrouwen in, vooral wanneer het einde van de bouw in zicht komt. Naar verwachting zal er voldoende vraag zijn naar goede hallen op de juiste locaties.” www.intervest.eu ‹‹ Logistiekvastgoed 2025 - 59

Sunrock helpt ondernemers om hun business draaiende te houden Meer dan twintigduizend bedrijven wachten op dit moment op een aansluiting op het stroomnet. Dat zijn er tienduizend meer dan vorig jaar en dat aantal zal alleen maar toenemen, voorspelt Daan Terlingen van Sunrock. “Wij helpen bedrijven om hun energievraagstuk op te lossen.” “H et energieverbruik van bedrijven neemt toe, doordat ze bijvoorbeeld elektrisch gaan verwarmen, elektrische vrachtwagens moeten opladen of de operatie uitbreiden. Als bedrijf loop je dan direct tegen de limieten van het stroomnet op”, legt senior business development manager Terlingen uit. Daarnaast zijn er de nieuwe regels vanuit netbeheerders die het voor de afnemers van energie niet eenvoudiger maken. “Bijvoorbeeld door het wegnemen van ongebruikte capaciteit die je als bedrijf over hebt op je netaansluiting Sunrock projekt met Prologis in Tilburg DC4 (ook wel GOTORK of ‘gebruik op tijd of raak het kwijt genoemd’). Kortom; het probleem is enorm en wordt alleen maar groter.” Zelf actie ondernemen Sunrock is een Nederlandse onderneming die vastgoed, logistiek en industriële bedrijven helpt om hun energievraagstukken op te lossen. Sunrock is actief in Nederland, Frankrijk en Duitsland. “De wachtlijst voor capaciteit op een bestaande of nieuwe netaansluiting is nu al snel tien jaar. Je moet dus als ondernemer zelf actie ondernemen en een oplossing inrichten. Wij helpen daarbij met het installeren van zonnepanelen, batterijen en een Energie Management Systeem (EMS) voor het optimaliseren van de beschikbare energie op locatie.” Vraag en aanbod balanceren De eerste stap naar een oplossing is het in kaart brengen van de huidige energiesituatie bij een bedrijf. Welke systemen zijn er in gebruik, wat is het verbruik, zijn er piekmomenten en waardoor worden die veroorzaakt. “We kijken vervolgens naar de hoeveelheid energie die in de toekomst nodig is op locatie, en als we dat samen brengen ontwikkelen we een scenario met het benodigde 60 - Logistiekvastgoed 2025

Daan Terlingen “Stroom is cruciaal voor de lokale operatie en het systeem moet dus altijd werken.” Sunrock projekt met Panattoni in ‘s Heerenberg aantal zonnepanelen en batterijcapaciteit. Om alle systemen goed te integreren, zorgen we voor aansturing met een Energie Management Systeem.” Soms blijkt uit een inventarisatie dat het probleem zich eenvoudig laat oplossen. “We hadden laatst een aanvraag waarbij aan het licht kwam dat de piekbelasting van het bedrijf werd veroorzaakt door het gelijktijdig opladen van alle heftruck accu’s aan het einde van een shift. Dat is snel op te lossen en daarvoor heb je geen extra zonnepanelen of batterijen nodig.” Hoge garantiegraad Sunrock ziet zichzelf als betrouwbare partner voor zijn klanten. “Stroom is cruciaal voor de lokale operatie en het systeem moet dus altijd werken. Wij verzorgen dat met een hoge garantiegraad, een waarschuwingssysteem, dubbele signalen en een snelle reactietijd als een situatie zich toch voordoet.” Sunrock neemt zijn klanten alles uit handen. “Wij zijn meer dan een projectontwikkelaar. Wij verzorgen tevens de financiering en het beheer. Het installeren en onderhouden gebeurt door betrouwbare partners waarmee wij al lang samenwerken. Dat is allemaal netjes geborgd.” Het uitdenken van een scenario en het balanceren van vraag en aanbod is ingewikkelder dan men denkt, meent Terlingen. “Terwijl het belang voor de klant heel groot is. Je moet dus goed weten waar je rekening mee moet houden. Wij opereren inmiddels op meer dan 260 projectlocaties en hebben ruim dan anderhalf miljoen zonnepanelen in eigendom. Een aantal dat overigens in rap tempo toeneemt. Ik durf dus wel te stellen dat we een serieuze partij zijn. Bovendien zijn wij flexibel genoeg om mee te bewegen met de klant en de markt.” Zonne-installatie omgebouwd Terlingen haalt een recent praktijkvoorbeeld aan van een grote logistieke dienstverlener die wilde uitbreiden, maar al aan zijn maximale capaciteit zat qua netaansluiting. Er lagen al zonnepanelen van Sunrock op het dak, vertelt Terlingen. “Dat was de klassieke constructie waarbij wij ‘gewoon’ stroom aan het net leveren en wij de pandeigenaar huur betalen voor het gebruik van zijn dak. We hebben de installatie zo omgebouwd dat die de opgewekte stroom nu direct aan het pand levert. Daarnaast hebben we een batterij geplaatst voor als de zon niet schijnt en met een door ons ingeregeld EMS monitoren we het geheel. Dit alles was binnen een half jaar gerealiseerd, inclusief levertijden van materialen, het opstellen van contracten en het aanvragen van vergunningen.” Sunrock verzorgt ook de financiering voor projecten. ‘’Voor het uitrollen van onze projecten heeft Sunrock een grote krediet faciliteit beschikbaar welke ons in staat stelt om snelle doorlooptijden te realiseren. Zodat onze klanten zich kunnen richten op waar ze goed in zijn.” Klanten krijgen via een operational lease-constructie een vaste prijs voor een PV-systeem met batterij die bij hun afname profiel past “Bijkomend voordeel is dat je als afnemer voor lokaal opgewekte stroom geen energiebelasting en transportkosten betaalt, terwijl juist die kosten heel hard stijgen.” Terlingen, tot slot: “Voorheen ging het vooral om het behalen van een financieel voordeel voor de klant. Nu helpen we hem om zijn business draaiende te houden. Dat is een veel complexer vraagstuk, maar dit brengt ook veel meer voldoening.” ‹‹ Batterij Sunrock x Delta Development www.sunrock.com Logistiekvastgoed 2025 - 61

GRONINGEN/EEMSHAVEN Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Vere wachting LEEUWARDENA E-22 E-22 DEN HELDER E-232 ALKMAAR Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Vere wachting NEEDERLAND E-22 E-35 E-22 --SCHIPHOL Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Erfpacht canon Yield (%) Vere wachting DEN HAAG E-30 E-19 E-25 • BETUWE ROUTE E-19 ROTTERDAM Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Erfpacht canon Yield (%) Vere wachting E-311 E-3 E-31 • BETUWE ROUTE • WAAL OSS/UDEN/VEGHEL Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs E-3 EINDHOVEN Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Vere wachting TIEL Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Vere wachting E-35 ARNHEM Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Vere wachting • BETUWE ROUTE NIJMEGEN Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Vere wachting E-25 E-19 E-231 E-35 UTRECHT Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Vere wachting E-30 E-30 E-232 APELDOORN Logistiek Bedrijfsruimte E-30 Grondprijs Yield (%) Vere wachting E-312 7%  70-80 70-90 AMSTERDAM Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Erfpacht canon Yield (%) Vere wachting LELYSTAD (AIRPORT) Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Vere wachting E-233 E-232 ZWOLLE Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Vere wachting TWENTE Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Vere wachting E-30 ENSCHEDE • MAAS E-34 E-25 VENRAY/VENLO Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Vere wachting E-314 MAASTRICHT Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Ve erwachting Huurprijzen en rendementen Logistiek vastgoed GRONINGEN/EEMSHAVEN Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Verwachting LEEUWARDEN E-22 E-22 DEN HELDER E-232 ALKMAAR Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Verwachting NEDERLAND E-22 E-35 E-22 NOORDZEE SCHIPHOL Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Erfpacht canon Yield (%) Verwachting DEN HAAG E-30 E-19 E-25 • BETUWE ROUTE E-19 ROTTERDAM Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Erfpacht canon Yield (%) Verwachting E-312 VLISSINGEN ROOSENDAAL Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Verwachting E-19 E-312 BREDA Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Verwachting E-19 E-312 E-311 E-31 • BETUWE ROUTE • WAAL OSS/UDEN/VEGHEL Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Verwachting E-25 TILBURG/WAALWIJK Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Verwachting EINDHOVEN Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Verwachting E-31 TIEL Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Verwachting E-35 ARNHEM Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Verwachting • BETUWE ROUTE E-31 NIJMEGEN Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Verwachting SNELWEG (TOEKOMSTIG) DUITSLAND E-25 --E-19 E-231 E-35 UTRECHT Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Verwachting E-30 E-30 E-232 APELDOORN Logistiek Bedrijfsruimte E-30 Grondprijs Yield (%) Verwachting E-312 7%  E-19 70-80 70-90 AMSTERDAM Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Erfpacht canon Yield (%) Verwachting LELYSTAD (AIRPORT) Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Verwachting E-233 E-232 ZWOLLE Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Verwachting TWENTE Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Verwachting E-30 ENSCHEDE • MAAS E-34 E-34 E-25 VENRAY/VENLO Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Verwachting E-314 MAASTRICHT Logistiek Bedrijfsruimte Grondprijs Yield (%) Verwachting

Meetbare impact op bedrijventerreinen en logistiek vastgoed met NL Greenlabel NL Greenlabel staat voor een groene en klimaatadaptieve gebouwde omgeving. Onze filosofie is dat doelstellingen op het gebied van duurzaamheid pas zin hebben wanneer ze concreet en meetbaar zijn. Daarom werken we met een labelsystematiek waarmee de integrale duurzaamheid van terreinen en gebieden beoordeeld kan worden. We voorzien terreinen en gebieden van een integrale labelscore vergelijkbaar met het energielabel (A t/m G). Terrein- en Gebiedslabel Klimaatadaptatie, een gezonde leefomgeving en biodiversiteit zijn belangrijke thema’s voor de toekomstige ontwikkeling van vastgoed. Vergroening draagt bij aan al deze aspecten: meer groen zorgt voor minder hittestress, heeft positieve effecten op het welzijn, en draagt bij aan het herstel van biodiversiteit in de gebouwde omgeving. Met het Terrein- en Gebiedslabel maak je de impact van groen op de leefomgeving meetbaar. Gegevens uit meer dan 70 databronnen, aangevuld met kwalitatieve bevindingen van een expert, worden vertaald naar een integrale labelscore. Transferium Deutersestraat Den Bosch Door te meten en te monitoren wordt de impact van groene maatregelen inzichtelijk voor elk project. De labelsystematiek is ook toe te passen bij mobiliteitsoplossingen. Zo is het Transferium Deutersestraat in Den Bosch beoordeeld met het Gebiedslabel. ‘Het groenste transferium van Nederland’ biedt plek voor 1100 auto’s en 240 fietsen, én huisvesting aan bijen, vogels en vleermuizen. Zonnepanelen op het dak leveren meer stroom op dan wordt gebruikt terwijl gevelbeplanting het gebouw op den duur laat opgaan in het aangrenzende Natura 2000-gebied Moerputten. Door deze en andere inspanningen werd het project beoordeeld met een Gebiedslabel A. Werklandschappen van de toekomst In het programma Werklandschappen van de Toekomst werken we samen met een brede coalitie aan het omvormen van traditionele bedrijventerreinen tot werklandschappen: gebieden waar ruimte is voor mens en natuur, waar werknemers gelukkiger, productiever en gezonder zijn. Ook in het kader van dit programma wordt een labelsystematiek ontwikkeld om de integrale duurzaamheid van bedrijventerreinen in kaart te brengen (Werklandschappenlabel), NL Greenlabel staat hiervoor aan de lat. Energie en nature-based solutions Groen, en in het bijzonder nature-based solutions, kan ook een bijdrage leveren aan de energietransitie. Bijvoorbeeld: door tegen gevels groen aan te planten waardoor de airco minder hard hoeft te draaien op warme dagen. Op bedrijfspanden kan zonne-energie gecombineerd worden met groen. Dit groen helpt om de daktemperatuur zo laag mogelijk te houden. Wanneer deze onder de 25 graden Celsius blijft, zorgt dit voor optimale energieopwekking van zonnepanelen. ‹‹ www.nlgreenlabel.nl Logistiekvastgoed 2025 - 63

Willy Naessens Nederland viert 10-jarig jubileum In 2025 markeert Willy Naessens Nederland een bijzondere mijlpaal: 10 jaar toonaangevend in de Nederlandse markt van bedrijfshuisvesting. Wat begon als een ambitieuze uitbreiding van de Belgische Willy Naessens Group, is uitgegroeid tot een gevestigde naam in de sector. Gedreven door een duurzaamheidsvisie en ondersteund door de solide basis van de Willy Naessens Group, blijft het bedrijf duurzaam groeien in de markt van bedrijfshuisvesting. Een decennium van groei en innovatie Sinds de oprichting heeft Willy Naessens Nederland zich onderscheiden door een unieke combinatie van prefab betonbouw, verticale integratie en klantgerichte oplossingen. Deze aanpak heeft geleid tot de realisatie van vele projecten, variërend van distributiecentra tot kantoorgebouwen en van hotels tot bioscopen. De kracht van het bedrijf ligt in het vermogen om het volledige bouwproces van bedrijfshuisvesting in eigen beheer te houden, van ontwerp tot oplevering. Alles onder één dak en slim vanaf het begin. Bedrijfshuisvesting in de breedste zin van het woord Hoewel Willy Naessens Nederland een indrukwekkend track record heeft opgebouwd in de bouw van logistiek vastgoed, reikt hun expertise veel verder. Het bedrijf realiseert namelijk bedrijfs64 - Logistiekvastgoed 2025

“Wij geloven dat je pas écht impact maakt met duurzaam bouwen, als je duurzaam denken en doen integreert in álle onderdelen van het bouwproces” aldus Erik Koremans, CSCO bij Willy Naessens Nederland huisvesting in de breedste zin van het woord. Bijvoorbeeld ook complexe projecten in de fooden farmaceutische sector, waar strenge hygiëneen kwaliteitseisen gelden, maken een belangrijk deel uit van het portfolio. Door de volledige controle over ontwerp, productie en bouw te combineren met specialistische kennis van uiteenlopende sectoren, weet Willy Naessens Nederland voor elk type bedrijfshuisvesting een passende oplossing te bieden. Deze veelzijdigheid en sectorspecifieke ervaring maken hen tot een betrouwbare partner voor bedrijven die specifieke eisen stellen aan een gebouw – of het nu gaat om geconditioneerde opslag, opslag van gevaarlijke stoffen, dubbel logistiek, cleanrooms of representatieve hospitality-projecten. Zoals Erik Koremans het verwoordt: “Het mooie van een familiebedrijf als de Willy Naessens Group, is dat zij altijd verantwoord bouwen voor hun achterkleinkinderen. Een toekomstgerichte visie, die daarmee in alle opzichten duurzaam is.” Duurzaamheid als kernwaarde De duurzaamheidsvisie van Willy Naessens Nederland benadrukt de verantwoordelijkheid om bij te dragen aan een duurzame toekomst. De focus ligt op het verminderen van de ecologische voetafdruk door middel van innovatieve bouwmethoden en materialen. Zo wordt er ingezet op het circulaire bouwconcept The Circle® en het optimaliseren van de levenscyclus van gebouwen. Ook concrete maatregelen, zoals het doorontwikkelen van een samenstelling van beton waarmee een forse CO2-reductie behaald wordt, energieneutrale productiefaciliteiten, elektrisch transport en hergebruik van prefab-elementen, maken integraal onderdeel uit van de nieuwe koers. “Wij passen ons aan, aan veranderende marktomstandigheden. Onze klanten hebben eisen als het gaat om duurzaam bouwen. Met onze propositie van The Circle® en het continue verlagen van onze ecologische voetafdruk hebben wij een passend antwoord.” Erik Koremans Willy Naessens Group Willy Naessens Nederland maakt onderdeel uit van de Willy Naessens Group, actief in zes landen en met meer dan 2.500 medewerkers. Onderdeel uitmaken van de Willy Naessens Group maakt het mogelijk om te investeren in duurzame innovaties en om te voldoen aan de hoogste kwaliteits- en milieustandaarden. De verticale integratie binnen de Group zorgt voor volledige controle over het bouwproces: van een eigen R&D afdeling, productielocaties voor beton in eigen beheer tot het gezamenlijk werken aan certificering, wat leidt tot efficiënte en toekomstbestendige oplossingen. De onderlinge samenwerking tussen alle bedrijfsonderdelen van de Group stimuleert niet alleen kennisdeling, maar versnelt ook de implementatie van duurzame technologieën door de gehele keten heen. Toekomstgericht bouwen Met het oog op de toekomst blijft Willy Naessens Nederland zich richten op het ontwikkelen van duurzame en innovatieve bouwoplossingen in relatie tot bedrijfshuisvesting. Het bedrijf streeft ernaar om in alle opzichten mee te doen op het hoogste niveau, “Wij spelen Champions League”. De focus ligt daarbij niet alleen op het realiseren van energiezuinige gebouwen, maar ook op een bredere maatschappelijke verantwoordelijkheid: bijdragen aan een circulaire economie en duurzame leefomgevingen. Tien jaar na de oprichting staat Willy Naessens Neder land sterker dan ooit. Met een duidelijke visie op duurzaamheid, ondersteund door de kracht van de Willy Naessens Group, blijft het bedrijf een betrouwbare en innovatieve partner in bedrijfshuisvesting. De komende jaren beloven verdere groei en ontwikkeling, met duurzaamheid als leidraad voor alle activiteiten. ‹‹ www.willynaessens.nl Logistiekvastgoed 2025 - 65

Klimaatadaptatie op logistieke bedrijventerreinen Beter een goede buur dan een verre vriend Klimaatverandering heeft een steeds grotere impact op Nederland. Waar we vroeger gemiddeld tien tropische dagen per jaar kenden, kan dit in de toekomst oplopen tot dertig of zelfs vijftig dagen boven de dertig graden. Ook extreme hitte boven de veertig graden komt steeds vaker voor. Daarnaast nemen intense zomerbuien in frequentie en hevigheid toe, wat kan leiden tot overstromingen, hogere waterstanden en droogte. Volgens een recent rapport van de NVM zijn met name bedrijventerreinen in steden als Tiel, Den Bosch, Zwolle en de WestBetuwe extra kwetsbaar voor deze klimaatontwikkelingen. O m Nederland veilig en economisch veerkrachtig te houden, zijn ingrijpende maatregelen noodzakelijk. Bedrijventerreinen zijn vaak niet voorbereid op klimaatverandering. Hittestress en wateroverlast kunnen schade veroorzaken aan infrastructuur en gebouwen, de gezondheid van werknemers beïnvloeden en leiden tot een tekort aan zoetwater voor bedrijven. Bewustwording en robuustheid Ondanks de toenemende risico’s zijn veel bedrijven nog niet ‘klimaatgeletterd’. Hoewel sommige organisaties een bedrijfscontinuïteitsplan hebben, is er vaak weinig kennis over gedeelde risico’s en mogelijke collectieve oplossingen. Robuustheid betekent het vermogen om problemen te voorkomen, zich te herstellen na verstoringen en de bedrijfsvoering snel weer op te pakken. Dit begint met een Climate Risk Management-analyse, een vereiste onder de nieuwe CSRD-regels. Een klimaatrisicoanalyse voor logistiek vastgoed richt zich op de fysieke en transitierisico’s die klimaatverandering met zich meebrengt. Dit proces omvat de identificatie van risico’s, het beoordelen van de impact en waarschijnlijkheid, het ontwikkelen van beheersmaatregelen en de monitoring van de voortgang. Fysieke en transitierisico’s Fysieke risico’s omvatten acute gevaren zoals overstromingen door extreme neerslag, stormen en hittegolven die zorgen voor verhoogde koelingskosten. Daarnaast zijn er chronische risico’s, waaronder stijgende gemiddelde temperaturen die leiden tot hogere energiekosten, watertekorten die de werking van koelinstallaties beïnvloeden en infrastructurele schade als gevolg van veranderende weerspatronen. Transitierisico’s betreffen onder andere strengere regelgeving rondom CO₂-uitstoot en energieneutraal bouwen, veranderende marktvraag waarbij huurders steeds vaker duurzame gebouwen eisen, stijgende kosten voor energie en bouwmaterialen, en technologische innovaties die een snellere verduurzaming van transport afdwingen. Beheersmaatregelen Om de impact van deze risico’s te verkleinen, wordt een scorematrix gebruikt die de waarschijnlijkheid en ernst van elk risico in kaart brengt. Overstromingen kunnen bijvoorbeeld als een hoog risico met kritische impact worden aangemerkt, terwijl stijgende energiekosten een middelhoog risico vormen. Voor fysieke risico’s kunnen maatregelen zoals waterbestendige bouwmaterialen, ophoging van gebouwen in risicogebieden en extra isolatie tegen hitte worden ingezet. Ook duurzame energievoorzieningen en noodstroominstallaties helpen bedrijven weerbaarder te maken. Transitierisico’s kunnen worden beheerst door te investeren in energiezuinige gebouwen met certificeringen zoals BREEAM of LEED, CO₂-reductie te realiseren via zonnepanelen en warmtepompen, en 66 - Logistiekvastgoed 2025

samen te werken met duurzame transportpartners. Monitoring en rapportage zijn cruciaal om de effectiviteit van deze maatregelen te waarborgen. De TCFD-richtlijnen (Task Force on Climaterelated Financial Disclosures) bieden houvast voor gestructureerde rapportage, terwijl KPI’s zoals CO₂-reductie, energieverbruik en waterbeheer regelmatig moeten worden geëvalueerd. Klimaatadaptatie in investeringsbeslissingen Bij investeringen in logistiek vastgoed spelen klimaatrisico’s tot nu toe een beperkte rol, maar dit begint te veranderen. De Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) verplicht bedrijven om de gevolgen van klimaatverandering voor de komende decennia in kaart te brengen. Daarbij spelen factoren als de kwetsbaarheid van faciliteiten, onzekerheden in energievoorziening en waterbeschikbaarheid, en veranderende wereldwijde supply chains een grote rol. Daarnaast heeft de EU een lijst van duurzame economische activiteiten opgesteld in de EU Taxonomie. Klimaatadaptieve maatregelen vallen binnen deze richtlijnen, waardoor groene investeringen worden gestimuleerd. Toch ontbreken er momenteel voldoende financiële prikkels om bij de selectie van bedrijventerreinen rekening te houden met waterbeheer, bodemgesteldheid en klimaatverandering. De lange termijnkosten van klimaatadaptatie – zoals waterberging, droogtemaatregelen en onderhoud aan verzakkende infrastructuur – blijven vaak buiten beschouwing. Een oplossing is de invoering van een ‘waterLogistiekvastgoed 2025 - 67 kalender’, waarin wordt aangegeven tot wanneer bepaalde activiteiten op specifieke locaties mogelijk blijven. Dit helpt bedrijven en overheden beter inzicht te krijgen in toekomstige risico’s en noodzakelijke maatregelen. De rol van parkmanagement Parkmanagement kan een cruciale rol spelen bij klimaatadaptatie op bedrijventerreinen. Naast beveiliging en onderhoud kan samenwerking tussen bedrijven bijdragen aan effectieve crisismaatregelen. Denk aan gezamenlijke nood- en evacuatieplannen, wateropslag en -hergebruik, industriële watervoorziening, hitteprotocollen voor werknemers en gedeelde middelen bij calamiteiten. Ook kan in samenwerking met de lokale veiligheidsregio worden bekeken welke rol een bedrijventerrein kan spelen bij regionale crises. Bedrijven die proactief aan de slag willen, kunnen beginnen met de klimaatscenario’s van het KNMI en analyseren welke impact deze hebben op hun processen. Dit gesprek moet niet alleen intern, maar ook met buren en ketenpartners worden gevoerd. Wellicht maken zij zich dezelfde zorgen en kunnen gezamenlijke oplossingen worden ontwikkeld. Tot slot is het essentieel om niet alleen te reageren op klimaatverandering, maar deze ook af te remmen door verduurzaming. Ook dat kan samen met de buren worden aangepakt. ‹‹ Walther Ploos van Amstel

DSG Renewables: dé congestiepartner voor uw toekomst Energieopslag en -opwekking vormen samen de sleutel tot een volledig duurzame energievoorziening. De Schoenmakers Group (DSG) biedt innovatieve oplossingen met grootschalige zonne-energieprojecten en krachtige batterijsystemen, waarmee het bedrijf actief inspeelt op netcongestie. Voor grondeigenaren en dakeigenaren betekent dit niet alleen een bijdrage aan de energietransitie, maar ook een financieel voordeel: zij ontvangen via DSG een zeer aantrekkelijke grond- en dakhuurvergoeding. Hoe werkt dat? Gerealiseerd PV-systeem N etbeheer Nederland verwacht dat er in 2050 maar liefst 23 tot 33 km² aan batterijen nodig is om de energietransitie mogelijk te maken – een gebied ter grootte van de gemeente Haarlem. DSG vervult hierin een sleutelrol. Als innovatieve ontwikkelaar van hernieuwbare energieoplossingen loopt DSG voorop in de inzet van grootschalige batterijsystemen. Alleen al in 2022 investeerde het bedrijf tientallen miljoenen euro’s in batterijprojecten verspreid over Nederland. “Batterijen zijn een onmisbaar onderdeel van ons energie-aanbod”, zegt Maurice Schoenmakers, directeur en eigenaar van DSG. “We doen dit onder de noemer We build the future. – en dat bouwen we vandaag, morgen én in de toekomst.” De keuze voor batterijen is voor DSG een logische én noodzakelijke stap. “De batterij heeft zich de afgelopen tweeënhalf jaar razendsnel ontwikkeld tot een sleuteltechnologie”, legt Schoenmakers uit. “Dat komt door de toenemende druk op het elektriciteitsnet. Waar we vroeger de eindigheid van fossiele brandstoffen als het grootste probleem zagen, is dat nu verschoven naar netcongestie: filevorming op het stroomnet door de snelle toename van duurzame energie.” 68 - Logistiekvastgoed 2025 Met slimme batterijopslag biedt DSG een krachtige oplossing voor dit probleem – en versnelt het de overgang naar een duurzaam en stabiel energiesysteem. Slimme vermogensbalancering met zonne-energie en batterijen De opwek van hernieuwbare energie — met name via zonnepanelen — is sterk wisselend. “Zonne-energie piekt rond het middaguur, maar op bewolkte dagen valt de productie fors terug”, zegt Schoenmakers. “In tegenstelling tot fossiele bronnen is duurzame opwek niet stuurbaar, wat een uitdaging vormt voor de stabiliteit van het elektriciteitsnet.” Juist om deze variabiliteit op te vangen, zijn slimme opslagoplossingen essentieel. “Twee identieke panden van 10.000 m². Eén met verouderde eigen zonnepanelen, het ander met nieuwe systemen van DSG en € 15.000 dakhuur per jaar. Welk pand is waardevoller?” – Schoenmakers

“DSG is door de inzet van onder meer laadpleinen, ook uw partner in mobiliteitsvraagstukken.” DSG biedt hierin een krachtige oplossing: batterijsystemen die perfect samengaan met zonneinstallaties. “Onze batterijen maken het mogelijk om tijdelijke overschotten op te slaan en terug te leveren op momenten dat het net daar ruimte voor heeft”, legt Martijn Vermeer, Chief Assets & Innovation Officer bij DSG, uit. “Zo voorkomen we overbelasting van het net én creëren we ruimte voor nieuwe initiatieven en verduurzaming.” De voordelen gaan verder dan alleen balancering. “Wanneer een bedrijf wil uitbreiden, maar de netcapaciteit dit niet toelaat, kunnen wij met onze batterijen tóch extra vermogen beschikbaar stellen”, zegt Schoenmakers. “Zo wordt groei mogelijk zonder te hoeven wachten op netverzwaring.” DSG verzorgt het hele traject: van advies en ontwerp tot installatie en beheer. Met een geïntegreerde oplossing voor opwek, opslag en netoptimalisatie helpen ze bedrijven hun duurzame ambities waar te maken — zonder concessies te doen aan betrouwbaarheid of uitbreidingsplannen. Slim verdienmodel voor vastgoed én energie: dakhuur, opslag en hubs in één concept DSG biedt een geïntegreerde energieoplossing die vastgoedeigenaren, projectontwikkelaars én huurders direct voordeel oplevert. “Door ongebruikte dak- of grondruimte te verhuren voor zonnepanelen en batterijen, creëren we waarde zonder investering of risico aan hun kant.” Voor beleggers en eigenaren van logistiek vastgoed betekent dit: een extra inkomstenstroom via dakhuur, géén onderhouds- of servicekosten en géén financieel of technisch risico. Ook voor huurders biedt dit voordelen: lagere energiekosten, geen investeringen en maximale flexibiliteit, want de systemen blijven eigendom van DSG. Alles wordt gefaciliteerd van ontwerp tot beheer. Met ruim 1,6 miljoen zonnepanelen in eigendom en beheer, en actieve batterijsystemen bouwt DSG aan de energie-infrastructuur van morgen. “Onze experts werken intensief samen met netbeheerders als Liander en Enexis om slimme, schaalbare oplossingen te bieden voor netcongestie”, vertelt Schoenmakers. In diverse Nederlandse regio’s, waaronder Hapert, Emmen en Zuid-Holland, realiseert DSG energiehubs: collectieve energienetwerken waarin bedrijventerreinen zonne-energie, wind en opslagcapaciteit slim delen. Overcapaciteit bij de één wordt benut door de ander — duurzaam én efficiënt. Logistiekvastgoed 2025 - 69 CEO & Founder Maurice Schoenmakers Chief Assets & Innovation Officer Martijn Vermeer “Onze zonne-energie en batterijtechnologie maken directe netverlichting mogelijk én versnellen regionale verduurzaming.” – Schoenmakers Vooroplopen in innovatie: energieopslag van de toekomst Bij DSG staat innovatie centraal. Ze volgen de nieuwste ontwikkelingen in batterijtechnologie op de voet en vertalen die razendsnel naar praktische toepassingen. “De batterijen van vandaag zijn nog maar het begin”, zegt Martijn Vermeer. “We kijken vooruit naar technieken zoals waterstofopslag, zoutwateroplossingen en siliciumbatterijen met hogere capaciteit en snellere laadtijden.” Doordat de kosten van batterijtechnologie blijven dalen, wordt energieopslag steeds toegankelijker. Hierdoor kan DSG klanten steeds slimmere, duurzamere en financieel aantrekkelijke oplossingen bieden — of het nu gaat om zonneparken, industriële daken of energiehubs. DSG is méér dan een energiepartner. “We bouwen actief mee aan een toekomstbestendig ecosyEnergieopslagsysteem steem, waarin hernieuwbare energie, vastgoedontwikkeling, vertical farming en PV-recycling samenkomen. Door afgeschreven zonnepanelen verantwoord te recyclen, verlengen we de levenscyclus van waardevolle materialen en minimaliseren we de ecologische voetafdruk van zonneenergie. Onze missie? Ruimte, energie en technologie optimaal inzetten om duurzame groei mogelijk te maken — vandaag, morgen én de toekomst. We build the future.” ‹‹ www.dsg.nl

Rhenus Road en Burgland Bouw realiseren logistieke toplocatie ‘Samen hebben we in recordtijd iets heel bijzonders én duurzaams neergezet’ In Venlo is in oktober 2024 het nieuwe state-of-the-art warehouse en crossdock van Rhenus Road in gebruik genomen. Deze hypermoderne faciliteit - ook wel ‘Gateway to Europe’ genoemd - in het Greenport Venlo-gebied werd samen met Burgland Bouw uit Dodewaard binnen één jaar gerealiseerd. Dat was een uitdaging, maar beide partijen kijken terug op een prettige en betrouwbare samenwerking. Het afgelopen halfjaar zijn met elkaar de puntjes op de i gezet. Dit voorjaar vindt de officiële opening plaats. M et de nieuwe locatie is Rhenus Road Venlo, onderdeel van het internationale familiebedrijf Rhenus, klaar voor verdere groei. Technisch direc teur Hubert van Velden en projectleider Dennis Mentink van Burgland Bouw nemen op hun beurt de ervaring uit Venlo mee naar toekomstige projecten. “Duurzaamheid en welzijn hebben in dit project echt centraal gestaan”, aldus Van Velden. “Het nieuwe pand van Rhenus Road voldoet aan de hoogste normen.” Duurzaam én gezond bouwen Nick van Loon, Divisie Directeur bij Rhenus Road, geeft aan dat de nieuwe locatie aan zowel de BREEAM- als de WELL-certificering moest voldoen. “Het BREEAM-certificaat met de kwalificatie Excellent hebben we al binnen. Daarmee werken we zichtbaar en meetbaar aan het behalen van onze duurzaamheidsambities.” BREEAM-NL is de certificeringsmethode voor een duurzaam gebouwde omgeving. Met deze methode is het nieuwe pand beoordeeld op de integrale duurzaamheid. De WELL Building Standard is een krachtig middel om een gezonde werkomgeving te creëren. “WELL laat ook zien dat het een gezond gebouw is”, vult Dennis Mentink van Burgland Bouw aan. “Een gezonde werkomgeving draagt bij aan het welzijn en de productiviteit van medewerkers.” Van Loon bevestigt dat er veel aandacht is besteed aan onder meer het binnenklimaat, de ventilatie en de lichtinval. “We verwachten dat we nog dit najaar de bevestiging krijgen dat de nieuwe locatie aan het WELL-certificaat voldoet. Die certificering kijkt nadrukkelijk naar de impact op medewerkers, zoals luchtkwaliteit, daglicht, akoestiek en ergonomie. Er wordt zelfs naar kleurgebruik gekeken, want ook dat speelt een rol in hoe prettig mensen zich voelen.” Eén locatie, alle activiteiten Van Loon is enthousiast over het resultaat: “De sfeer in het pand is heel prettig. Het went snel. Je vergeet bijna hoe onze oude locaties waren. Die voldeden echt niet meer. Ik zei bij mijn aantreden drie jaar geleden al dat we moesten verhuizen. Nu hebben we alle werkzaamheden onder één dak, in een pand dat voldoet aan alle eisen van deze tijd én dat klaar is voor de toekomst.” Ook volgens Burgland Bouw is de nieuwe faciliteit een toonbeeld van moderne logistieke bouw. “Duurzaamheid, efficiëntie en veiligheid komen hier samen”, zegt Van Velden. “Met een kavel van 71.980 vierkante meter aan ruimte biedt het pand geavanceerde logistieke oplossingen. Er is een crossdock van 12.000 vierkante meter, speciaal voor inkomende en uitgaande groupage-transporten en de regionale distributie.” Mentink vult aan: “Daarnaast zijn er 16.000 vierkante meter magazijnruimte, 12.000 vierkante meter overslagruimte, 2.600 vierkante meter entresolvloeren en 2.150 vierkante meter kantoorruimte. Het pand biedt plaats aan zo’n 28.000 pallets. Samen met Rhenus is het complete afbouwpakket voor de kantoren uitgewerkt toegevoegd! Ondanks de extra wensen die er tijdens de bouw bijkwamen en de afbouw van de kantoren, hebben we alles binnen een jaar kunnen realiseren. Dat vraagt om een goede samenwerking met alle betrokken partners, van ontwerp tot realisatie.” Duurzame toekomst in zicht Onderdeel van de vernieuwing is een elektrisch laadplein. “Dat is een van de eerste in Nederland 70 - Logistiekvastgoed 2025

met oplaadmogelijkheden voor vrachtwagens”, aldus Van Loon. “Er kunnen nu zes trucks tegelijk worden opgeladen. Dat breiden we op termijn uit naar elf trucks.” Ook het laden tijdens het docken is al voorbereid voor de toekomst. “Dat verhoogt onze efficiëntie én dat maakt het ook voor kleinere vervoerders mogelijk om te verduurzamen. Met sommige vervoerders werken we al twintig jaar samen, die relatie willen we graag behouden. Dit is een manier om kleinere vervoerders te ondersteunen bij het voldoen aan de eisen van de markt, zoals verduurzamen.” Het nieuwe pand draagt volgens Van Loon verder sterk bij aan het verlagen van de CO₂-uitstoot. “Uiteindelijk willen we volledig energieneutraal werken. Dat verwachten onze klanten ook van ons.” Slim energiemanagement en veiligheid Met diverse partners is in het kader van duurzaamheid ook gewerkt aan een energiemanagementsysteem. Dat gaat slim om met de energie van de zonnepanelen. Die zonne-energie wordt gebruikt of opgeslagen afhankelijk van de actuele energietarieven. “Veiligheid was eveneens een belangrijk speerpunt”, zegt Mentink. “Het pand is onder andere voorzien van een geavanceerde sprinklerinstallatie.” Van Loon voegt toe: “Daarnaast hebben we een mobile ADR-bunker ontwikkeld, voor het opslaan van gevaarlijke stoffen. Ook is een cameravolgsysteem gerealiseerd waarmee we elke zending kunnen traceren: van binnenkomst tot vertrek. Dat verhoogt de controle, ook bij eventuele schade.” Gezamenlijk verder groeien Met de succesvolle realisatie van de logistieke toplocatie in Venlo laten Rhenus Road en Burgland Bouw zien wat mogelijk is met een gedeelde visie op duurzaamheid, innovatie en efficiëntie. Beide partijen kijken met trots terug op een intensieve en tegelijkertijd soepele samenwerking. “We hebben niet alleen een hoogwaardig pand gebouwd, maar ook een fundament gelegd voor verdere gezamenlijke groei”, aldus Van Velden. Van Loon vult aan: “Dit project is voor ons een nieuwe standaard geworden. Dit pand laat zien hoe we willen werken, bouwen én bijdragen aan de toekomst van de logistiek.” ‹‹ www.rhenus.group www.burglandbouw.nl Logistiekvastgoed 2025 - 71

State-of-the-art warehouses als groeimotor in grensregio’s: kansen en uitdagingen Auteur: Kees Verweij, Partner bij Buck Consultants International De ruimtelijke dynamiek voor nieuwe warehouses in Nederland is de laatste jaren snel veranderd. Waar in de Randstad gebrek aan ruimte, personeel en hoge grondprijzen de boventoon voeren, bieden regio’s waar de bevolkingsgroei achterblijft in de praktijk steeds meer kansen voor de ontwikkeling van state-of-the-art warehouses. Deze regio’s kunnen dankzij hun ligging aan de grens van Nederland, infrastructuur en beschikbaarheid van ruimte een aantrekkelijk alternatief vormen voor grootschalige logistieke operaties. Maar er zijn ook stevige uitdagingen: er kan door de beperkte bevolkingsgroei krapte op de arbeidsmarkt zijn, en ook huisvesting voor arbeidsmigranten moet gerealiseerd kunnen worden. Wat is de potentie van warehouses in regio’s met achterblijvende bevolkingsgroei? Strategisch belang van warehouses voor regionale economieën. Warehouses vormen de ruggengraat van flexibele logistieke ketens. Ze zijn essentieel voor bedrijven voor just-in-time belevering, voorraadbeheer en als schakel tussen productie en distributie. In regio’s waar de economische activiteit door achterblijvende bevolkingsgroei onder druk staat, kunnen warehouses ook een aanjaagfunctie vervullen: ze laten lokale bedrijven meeprofiteren van de dynamiek, kunnen toeleveranciers aantrekken, en zetten regio’s meer op de kaart als logistieke hotspots. Cruciaal is wel dat de ruimtelijke inpassing van warehouses zorgvuldig gebeurt – afgestemd op lokale landschappelijke 72 - Logistiekvastgoed 2025 waarden, capaciteit van bedrijventerrein en wegen en maatschappelijke en economische doelen. Economische herontwikkeling van grensregio’s. De vestiging van een logistiek warehouse brengt directe en indirecte werkgelegenheid met zich mee: van orderpickers tot IT-specialisten, en van transporteurs tot onderhoudspersoneel. Zeker in regio’s met afnemende bevolkingsgroei aan de grenzen van Nederland, waar de werkgelegenheid in de traditionele industrie vaak is afgenomen, kunnen logistieke warehouses zo nieuwe perspectieven bieden. Gemeenten in deze regio’s investeren dan ook steeds vaker in herontwikkeling van strategisch gelegen bedrijventerreinen, juist om deze economische impuls aan te trekken en lokale bedrijven extra kansen te geven. Voorbeeld 1: Farma warehouse Yusen Logistics in Hulst (Zeeuws-Vlaanderen) Het in augustus 2024 geopende warehouse van 25.000 m2 van deze Japanse dienstverlener in Hulst is gericht op farmaceutische logistiek, een sector waarin betrouwbaarheid, temperatuurbeheersing en veiligheid essentieel zijn. De locatie – vlak bij de Belgische grens en met goede verbindingen naar Antwerpen, Gent en het Duitse achterland – maakt van Hulst een strategisch knooppunt voor Noordwest-Europa. “Dat zijn in ieder geval slímme bedrijven”, zegt wethouder Jean-Paul Hageman. “Want ze kiezen voor Hulst, het balkon van Europa.”

Naast het Ikazia Ziekenhuis in Rotterdam en huurder JD Sports maken straks ook zo’n 2.000 omwonenden en het bedrijf Froster uit Waalwijk gebruik van de zonne-energie afkomstig van het dak van het distributiecentrum Panattoni Park Heerlen Duurzaamheid als integraal warehouse onderdeel. Nieuwe warehouses in Nederland worden tegenwoordig vrijwel zonder uitzondering duurzaam ontworpen. Denk aan BREEAM-certificering, zonnepanelen, warmte-koudeopslag, regenwateropvang en slimme LED-verlichting. Dit geldt onverkort ook voor vestiging van een warehouse in een regio met beperkte bevolkingsgroei. Door een duurzame bouw te combineren met toepassing van circulaire materialen en goede lokale inpassing wordt de kans op maatschappelijk draagvlak voor warehouses vergroot. Voorbeeld 2: Europees warehouse JD Sports in Heerlen (Zuid-Limburg) Op het bedrijventerrein De Beitel in Heerlen herontwikkelde Pannattoni een nieuw warehouse van bijna 70.000 m² op een oude industriële locatie. Dienstverlener GXO Logistics is gebruiker van het warehouse voor klant JD Sports, dat deze locatie als uitvalsbasis voor de Noordwest Europese markt kiest. Het gasloze gebouw is ontworpen volgens BREEAM ‘Very Good’ standaarden, met duurzame kenmerken zoals zonnepanelen die niet alleen het warehouse van energie voorzien, maar ook 2.000 huishoudens in de omgeving hetgeen bijdraagt aan het maatschappelijk draagvlak. Jeroen Gerritsen, Algemeen Directeur Panattoni Nederland: “Het bruikbare materiaal van de sloop, zoals het beton en de bakstenen, hebben we ter plekke verwerkt en hergebruikt in het nieuwe gebouw.” Warehouses dragen bij aan vitaliteit en werkgelegenheid. De vestiging van warehouses in regio’s waar traditionele industriële activiteiten langzaam verdwijnen is van cruciaal belang voor het behoud van economische vitaliteit. Deze warehouses bieden niet alleen nieuwe werkgelegenheid aan lager- en middelbaar opgeleiden, maar trekken indirect ook investeringen in infrastructuur en onderwijs aan. Zo zorgen ze voor stabiliteit in lokale arbeidsmarkten en geven jongeren perspectief op werk in hun eigen regio. Bovendien kunnen ze het gebruik van bestaande infrastructuur – zoals inland terminals en havens – nieuw leven inblazen en zo bijdragen aan bredere gebiedsontwikkeling in provincies waar de bevolking beperkt groeit. Voorbeeld 3: E-commerce warehouse Radial in Groningen Op bedrijventerrein Westpoort is hier enkele jaren een e-commerce distributiecentrum van 26.000 m² gerealiseerd door ontwikkelaar Panattoni voor Radial, een e-commerce dochter van het Logistiekvastgoed 2025 - 73

Frank van Hulle, wethouder: “Arbeidsmigranten zijn essentieel voor de economie in deze regio. Maar het zijn wel mensen die huis en haard verlaten. Ze verdienen het om zo goed mogelijk en menswaardig te worden behandeld en ondersteund op een goede locatie.” Van Hulle benadrukt daarbij het belang om de omgeving zo vroeg mogelijk mee te nemen in de plannen. Dit is onder meer gedaan via een klankbordgroep zodat zorgen, klachten en problemen van bewoners snel bij de projectleiders komen. “Neem de tijd om mensen te informeren. Neem hun zorgen en wensen serieus en kom ook met oplossingen voor problemen” Toekomstverwachtingen: groei met beleid De verwachting is dat de vraag naar warehouses in regio’s met beperkte bevolkingsgroei zal toenemen, zeker nu de vestiging van nieuwe warehouses in andere provincies op weerstand stuit. Voorwaarde is wel dat de ontwikkeling zorgvuldig plaatsvindt: waar mogelijk herontwikkeling, landschappelijk verantwoord en sociaal ingebed. Ook digitalisering, robotisering en schaalvergroting zullen hun invloed uitoefenen op hoe warehouses worden ingericht én waar ze komen. Deze regio’s kunnen hierin de komende jaren een innovatieve voortrekkersrol vervullen, omdat hier nog mogelijkheden liggen. De ontwikkeling van warehouses in deze regio’s is hiermee geen vanzelfsprekendheid, maar een kans die met visie en samenwerking benut kan worden. Samenvattend zijn de twee belangrijkste kansen en uitdagingen de volgende: Belgische bpost. Een groot deel van alle medewerkers woont in de stad Groningen en kan in 20 minuten naar het werk fietsen. Menno Sluiter, Site Manager Radial Nederland: “We hebben gekozen voor het distributiecentrum in Groningen om onze activiteiten in Nederland te centraliseren. Deze nieuwe duurzame locatie in de stad Groningen is goed bereikbaar en we zien kansen om bij te dragen aan de werkgelegenheid in deze regio en ook om te investeren in technologische logistieke oplossingen.” Arbeidsmigratie als motor én vraagstuk. De realiteit in veel grotere warehouses in Nederland is dat een aanzienlijk deel van het werk wordt gedaan door arbeidsmigranten, met name uit Middenen Oost-Europa. Voor regio’s met afnemende bevolkingsgroei is dit een uitdaging maar ook een kans: zij kunnen deze mensen niet alleen werk, maar ook ruimte voor woningen met voldoende leefkwaliteit bieden. Zo wordt op termijn bijgedragen aan revitalisatie van de regio, omdat arbeidsmigranten zich thuis kunnen gaan voelen. Waar ruimte schaars is in stedelijke gebieden is 74 - Logistiekvastgoed 2025 in deze regio’s nog ruimte voor huisvesting te vinden. Maar dit vergt regie – tussen gemeenten, werkgevers en huisvestingontwikkelaars. Veel gemeenten worstelen met het vinden van een balans tussen tempo, kwaliteit en draagvlak, maar er zijn wel degelijk goede voorbeelden van integrale aanpakken, met duurzame huisvesting, begeleiding en voorzieningen zoals taalonderwijs en sportfaciliteiten. Voorbeeld 4: Huisvesting voor arbeidsmigranten in Sluiskil In Sluiskil, gelegen in de gemeente Terneuzen, heeft HomeFlex in 2022 een appartementencomplex gerealiseerd voor arbeidsmigranten. Het project bestaat uit 32 appartementen, met varianten van drie en vier slaapkamers. Deze modulaire woningen zijn snel en efficiënt gebouwd, met aandacht voor kwaliteit, veiligheid en privacy. Het complex biedt huisvesting aan werknemers die werkzaam zijn in de regio, waar veel economische groei en bedrijvigheid is rondom Terneuzen. Voor het aantrekken van de benodigde werknemers is het van belang om goede huisvesting te bieden. 1. Kans 1: Beschikbare ruimte en lagere grondprijzen op goede (multimodaal) ontsloten locaties, wat hoogwaardige en duurzame logistieke operaties mogelijk maakt zonder het ruimtedrukprobleem van de Randstad. 2. Kans 2: Nieuwe werkgelegenheid (op verschillende opleidingsniveaus) en economische stimulans voor regio’s die te maken hebben met afname van traditionele industrie en vergrijzing. 3. Uitdaging 1: Beschikbaarheid van personeel voor economische ontwikkeling, vooral in combinatie met beperkte instroom van jongeren in krimpregio’s. 4. Uitdaging 2: Woningbouw en huisvesting voor arbeidsmigranten, waarbij kwaliteit, draagvlak en integratie essentieel zijn om maatschappelijke problemen te voorkomen. Hopelijk bieden de gegeven voorbeelden voldoende illustratie hoe met een gerichte aanpak ook de vestiging van nieuwe warehouses in grensregio’s met afnemende bevolkingsgroei mogelijkheden tot een verdere ontwikkeling van het Nederlandse logistieke netwerk. ‹‹

Een optimale oplossing voor uw huisvestingsbehoefte is onze ambitie. Aangepast aan uw eisen en wensen in een snel veranderende markt. Met oog voor duurzaamheid en goede inpassing in de omgeving. Vestiging Nederland: Beemdstraat 5 5653MA - EINDHOVEN info@logisticscapitalpartners.com www.logisticscapitalpartners.com

“De Smartlogs van DHG zijn zo ruim en flexibel dat er voor iedere opdracht wel een passende oplossing is. Het rijden met een pallettruck is door de perfecte afwerking heel plezierig, en niet onbelangrijk, heel veilig. ” Bekijk Nederland in vogelvlucht en je kunt er niet omheen: Smartlog, hèt kwaliteitsconcept voor hoogwaardig logistiek vastgoed van DHG. De benchmark in XXLwarehousing. Imposante, solide gebouwen met een strakke moderne architectuur. Ideaal gesitueerd op een voortdurend groeiend aantal logistieke hotspots. Bekijk een Smartlog van dichtbij en wat direct opvalt is de superieure afwerking. Het geraffineerde oog voor detail en kwaliteit, overal en in elke hoek. Representatief voor het grote geheel. Smartlogs zijn bovendien licht, efficient, flexibel en zeer breed toepasbaar. Hier is het heel fijn werken.

1 Online Touch

Index

  1. 1
  2. 2
  3. 3
  4. 4
  5. 5
  6. 6
  7. 7
  8. 8
  9. 9
  10. 10
  11. 11
  12. 12
  13. 13
  14. 14
  15. 15
  16. 16
  17. 17
  18. 18
  19. 19
  20. 20
  21. 21
  22. 22
  23. 23
  24. 24
  25. 25
  26. 26
  27. 27
  28. 28
  29. 29
  30. 30
  31. 31
  32. 32
  33. 33
  34. 34
  35. 35
  36. 36
  37. 37
  38. 38
  39. 39
  40. 40
  41. 41
  42. 42
  43. 43
  44. 44
  45. 45
  46. 46
  47. 47
  48. 48
  49. 49
  50. 50
  51. 51
  52. 52
  53. 53
  54. 54
  55. 55
  56. 56
  57. 57
  58. 58
  59. 59
  60. 60
  61. 61
  62. 62
  63. 63
  64. 64
  65. 65
  66. 66
  67. 67
  68. 68
  69. 69
  70. 70
  71. 71
  72. 72
  73. 73
  74. 74
  75. 75
  76. 76
Home


You need flash player to view this online publication