0

Stationslocaties Nederland 2018/2019

KLIMAATADAPTIEF BOUWEN IS DE NIEUWE NORM ook voor stationslocaties en hun economische toekomstperspectief Een aantrekkelijk en klimaatadaptief station versterkt de potentiële groei van de directe omgeving. Klimaatverandering heeft een grote impact op onze leefomgeving zeker nu het aantal weersextremen toeneemt. Arcadis neemt graag samen met haar partners het voortouw om nieuwe ontwerpprincipes en standaarden te ontwikkelen en innovaties te delen. Daarin worden uitgangspunten vastgelegd die leiden tot minder wateroverlast en hittestress, minder nadelige gevolgen van langdurige droogte en bodemdaling en zorgen voor meer biodiversiteit. Lees verder op pagina 22 Station Eindhoven, architect Luc Veeger (Arcadis)

Voorwoord Geachte lezer, Het woningtekort, de energietransitie, de klimaatopgave, de verduurzaming van onze woonomgeving en uiteraard het mobiliteitsvraagstuk, zijn de ruimtelijke opgaven voor het komend decennium. Ze gaan gepaard met grote, concurrerende Ruimteclaims en hebben in potentie forse impact op de ruimtelijke inrichting van ons land. Om Nederland bereikbaar te houden en het buitengebied groen te houden, ligt het intensiveren van bestaand stedelijk gebied voor de hand. Stationslocaties zijn hierbij extra aantrekkelijk. Door juist hier te ontwikkelen en te verdichten, voorkom je autobewegingen omdat het openbaar vervoer als logisch vervoermiddel wordt gestimuleerd. Tevens is er minimale impact op onderliggende infrastructuur waar op loopafstand van de trein of ander openbaar vervoer wordt gebouwd. Ontwikkelen rondom OV-knopen is complex. Verschillende functies strijden hier om ruimte. Beperkingen vanuit verkeersgeluid, externe veiligheid, trillingen door treinverkeer en bijvoorbeeld capaciteit van het omliggende wegennet stellen partijen voor stevige vraagstukken. Het vergt kennis, ondernemerschap en moed om buiten de gebaande paden te treden om deze ontwikkelingen mogelijk te maken. Zo zullen we steeds vaker nieuwe vormen van (deel)mobiliteit moeten ontwikkelen in plaats van traditionele normen voor verkeer en parkeren. Hiervoor is het nodig bestaande samenwerkingen te intensiveren en nieuwe, wellicht tot op heden ongebruikelijke, aan te gaan. Dit temeer omdat een standaard recept niet voorhanden is en elke locatie op zijn manier weer uniek. In de 2018/2019-editie van “Stationslocatie Nederland” zien we diverse voorbeelden van - vaak ambitieuze - plannen voor verschillende stationslocaties in Nederland. We zien dat de trend van mix-use en dan met name het toevoegen van woningen op OV-knopen definitief doorzet, een welkome ontwikkeling waar het gaat om leefbaarheid van steden en stations en de bereikbaar van Nederland. En goed nieuws voor de openbare ruimte die bijdraagt aan een gezonde en leefbare stad. Plannen zijn ambitieus, maar lijken gezien de huidige conjuncturele situatie niet onrealistisch. De uitdaging is om in de hausse van vastgoedontwikkeling ook voldoende ruimte te blijven reserveren voor toekomstige spoor- en stationsuitbreidingen. Het bewaken van die balans, zie ik als de belangrijkste uitdaging voor de komende periode. Sebastiaan de Wilde Directeur Stationsontwikkeling en Onderhoud NS Stations Stationslocaties 2018/2019 - 3

Deelnemers in deze uitgave www.arcadis.com www.nsstations.nl www.eindhoven.nl www.colliers.nl www.brabant.nl www.s-hertogenbosch.nl www.spoorbeeld.nl www.viabreda.nl www.spoorzone013.nl www.sdkvastgoed.nl www.helmond.nl www.prorail.nl www.poortvanhoorn.nl www.heerhugowaard.nl www.cairn-re.com www.dordrecht.nl www.sliedrecht.nl www.eur.nl/rhv www.nvm.nl www.utrecht.nl www.amersfoort.nl www.zwolle.nl www.rotterdam-centraldistrict.nl www.hori.nl Stationslocaties Nederland 2018/2019 Magazine Stationslocaties Nederland, jaargang 2018/2019 Redactie en advertentie-exploitatie Jager Media D.A. Arthur Jager Postbus 2711 7301 EE Apeldoorn T 0571 - 29 24 27 M 06 - 223 91 776 E arthur@jagermedia.nl Journalisten Hanny van Eerden, Pieter Pulleman, Caspar van Loo www.jagermedia.nl Presentaties van commercieel vastgoed (kantoren, bedrijfsruimten en binnen stedelijke ontwikkelingen), (logistieke)bedrijventerreinen en diensten van de partners - Blending Media - Monique Jager Social Media Team - Blending Media Vormgeving Studio Transparant Het magazine Stationslocaties Nederland wordt duurzaam geproduceerd. Fotografie Jager Media, artikelen Sliedrecht, Heerhugowaard, ProRail, provincie Noord-Brabant, Amersfoort Wonderwoods: G&S Vastgoed - A2Studio, artikel Utrecht Smakkelaarsveld: Lingotto, Arup, Studionninedots, ZUS, VKZ, artikel Utrecht Copyright Provast, artikel Den Haag Willeke Machiels, kasteel Helmond pag. 39 Mecanno, advertentie Tilburg Plan T, SDK Vastgoed, advertentie Tilburg Danny de Casembroot, Hoofddorp Archief Bureau Spoorbouwmeester, pag 29-31 Marcel Willems, spoorzone ’s-Hertogenbosch pag 27 en 28 Wim Hollemans, artikel N-Brabant pag 18 en pag. 21 onder Erik van der Burgt, Luchtfoto station Tilburg Wim Roefs, Portret Erik van Merrienboer Tycho’s Eye Photography, NS stations pag. 7 onder en pag. 9 Copyright gemeente ‘s-Hertogenbosch, artikel ‘s-Hertogenbosch OVG Real Estate, artikel Eindhoven pag. 12 onder Amvest en Powerhouse 2017, artikel Eindhoven pag. 13 boven Hans Niezen, artikel Arcadis pag. 23 onder

Partners bij ontwikkelen van stationslocaties 10 Stationslocaties Nederland 2018/2019 10 Coverpresentatie: Eindhoven Internationale Knoop XL: in Eindhoven start de toekomst. Spoorzonegebied van totaal ruim 200 ha volop bezig met het ontwikkelen van plannen voor een omvangrijke upgrade van het stationsgebied Eindhoven, een gebied van 55 ha. inhoud 29 6 NS Stations 14 Colliers International 18 Provincie Noord-Brabant 22 Arcadis 26 ’s-Hertogenbosch 29 Bureau Spoorbouwmeester 32 Breda 36 Tilburg 38 Helmond 42 ProRail 46 Hoorn 70 52 48 Heerhugowaard 52 Cairn Real Estate 56 Dordrecht 58 Sliedrecht 62 Erasmus Universiteit 66 Utrecht 70 Amersfoort 74 NVM 76 Zwolle 80 Overzicht stationslocaties 91 Rotterdam Stationslocaties 2018 /2019- 5

Artist impression station Rotterdam Alexander, OPL Architecten Stationsgebied bepalend voor stedelijk aanzien NS Stations stelt reiziger centraal Het stationsgebied bepaalt steeds meer het stedelijk aanzien. Zo vormen volledig vernieuwde stations, zoals Rotterdam Centraal, Utrecht Centraal, Assen en Harderwijk nieuwe stadsentrees van wereldklasse. De eigentijdse stationslocaties groeien uit tot populaire verblijfsgebieden en stadscentra. Gemiddeld staat ieder station na dertig tot veertig jaar op de lijst voor een ambitieuze vernieuwing. De grote stations ondergaan zelfs vrijwel permanent verbouwingen. 6 - Stationslocaties 2018/2019 R eizigers en bezoekers ervaren het verblijf op het station en de directe omgeving steeds meer als een aangename beleving. Belangrijke aspecten, zoals veiligheid, schoonmaak, onderhoud en comfort worden continu verbeterd, evenals de aansluiting van de treinreis op alle andere vervoermiddelen. “De reiziger staat bij ons centraal,” zegt Daan Klaase, manager Planontwikkeling van NS Stations. “Ons streven is om van reistijd zo veel mogelijk eigen tijd te maken. Stations zijn dagelijks voor miljoenen reizigers een cruciale schakel in de reis van deur tot deur. De huidige beleving van een plezierig verblijf van reizigers en bezoekers is het resultaat van onze ambitie om OV knooppunten te maken waar alles klopt, inclusief de ketenvoorzieningen, zoals fiets- en autoparkeren en retail. Daaraan gaat uitgebreid onderzoek naar het reisgedrag en de behoeften van onze (potentiële) klanten vooraf in nauwe samenwerking met ProRail, andere vervoerders en overheden.” Complexiteit “Stationsprojecten zijn enorm complex,” licht Klaase toe. “Om Nederland mobiel te houden en projecten tijdig te kunnen ople

OV knooppunt station Breda Rogier de Lint en Daan Klaase van NS Stations veren, moet er dan ook wel eens een gordiaanse knoop worden doorgehakt. De complexiteit heeft te maken met enerzijds de behoeften van het steeds toenemende aantal reizigers en anderzijds het grote aantal betrokken partijen en huurders. Als bijvoorbeeld een busstation aan de andere zijde van een treinstation wordt gesitueerd, dan heeft dat een enorme impact op de loopstromen en voorzieningen op dit station. Het integrale ontwerp hiervoor en de benodigde investeringen vragen veel overleg. Tijdens een verbouwing moet een station bovendien altijd in bedrijf blijven. Dat betekent dat er vaak extra ingrepen nodig zijn om de reizigers goed en veilig door het station te leiden, zoals loopbruggen en verplaatsingen.” Stations zijn voor de bezoeker een cruciale schakel in een snelle, veilige en comfortabele reis van deur tot deur. Samen met ProRail richt NS Stations zich op het ontwikkelen en beheren van schone, veilige en toegankelijke stations en stationsgebieden, met als doel om de reis ernaar toe en het verblijf zo veel mogelijk te vergemakkelijken en te veraangenamen. Met onder andere een divers aanbod aan winkels en voorzieningen op de stations wil NS Stations inspelen op de behoefte van de klanten. NS Stations draagt met OV knooppunten van wereldklasse bij aan de reis van deur tot deur met ongeveer 4.500 medewerkers. Cruciale schakel in de reis van deur tot deur “Wij investeren voortdurend in de kwaliteitsverbetering van onze stations,” vervolgt Klaase. “Dat doen we in het dagelijks beheer, met kleine verbeteringen, maar ook met ver vooruitzien. Zo kijken we nu samen met ProRail en andere stakeholders naar de toekomst van stations, zoals Amsterdam Sloterdijk, Nijmegen en Schiphol. Dat zijn stations die nu vanwege het grote aantal dagelijkse reizigers al ‘piepen en kraken’ en waar wij ook in de omgeving een grote ontwikkeling van het stationsgebied zien. Doorgaans is na drie tot vier decennia een station weer aan de beurt voor vernieuwing. Van de ruim 400 stations ondergaan zeker 20 stations tegelijkertijd een hele grote verbouwing, zoals nu Amsterdam Amstel, Driebergen-Zeist en Rotterdam Alexander. Dat is nog exclusief het grootonderhoud en onze doorlopende verbeteringen, waaronder uitbreiding van wachtruimten en toiletten op al onze stations.”

Vastgoed en grondposities “Een stationsopgave gaat altijd verder, dan alleen het station zelf,” zegt Rogier de Lint, manager Verkoop en Transformatie van NS Stations. “Voor NS is ook een nadrukkelijke rol weggelegd in het streven naar het gebruik van verschillende modaliteiten in het versnellen van de deur tot deur dienstverlening, waaronder de fiets. Ook - veilige - functiemenging met wonen, kantoren, onderwijs, horeca en hotels biedt belangrijke kansen voor de toekomst. Bij het toevoegen van de op stapel staande, grote hoeveelheid nieuwbouwwoningen, denken we niet alleen aan appartementen, maar ook aan nieuwe woonvormen. Nieuwe ontwikkelingen rondom het station brengen vaak levendigheid, maar staan soms ook op gespannen voet met de eventuele toekomstige uitbreidingen van het station.” NS Stations zet haar vastgoedvolume en grondposities in om stationsomgevingen te verbeteren, volgens De Lint. “Projectontwikkelaars tonen veel belangstelling, want wonen, werken en winkelen rond OV knooppunten heeft volgens beleidsmakers prioriteit,” benadrukt hij. “Dit niet alleen om aantrekkelijke centra te creëren, maar ook om mensen uit de milieu belastende auto te krijgen en de filevorming terug te dringen. NS Stations wil waar mogelijk faciliteren en optreden Focus op fiets (deur tot deur) > ruim 4 miljoen ritten OV-fiets in 2018. > 17.500 fietsen. > 298 huurlocaties OV fietsen. > 12.500 fietskluizen. > 472.500 fietsparkeerplaatsen, waaronder ca. 143.000 bewaakte. Deze aantallen nemen de komende jaren planmatig toe. Spooroverbouwing Zaandam, Nunc Architecten Stations in vernieuwing NS verwelkomt dagelijks op ruim 400 stations, waaronder vele vervoersknopen, gemiddeld 2,5 miljoen reizigers en bezoekers. Zo’n 714.000 daarvan komen op stations die een verbouwing ondergaan: > Amsterdam Amstel > Amsterdam Zuid > Amsterdam Muiderpoort > Assen > Den Haag HS > Ede-Wageningen > Groningen > Maastricht > Schiedam Centrum > Zwolle > Driebergen-Zeist > Gouda > Heerlen > Rotterdam Alexander > Zaandam als (mede-)gebiedsontwikkelaar, samen met gemeenten. Wij hebben op dit gebied veel kennis en ervaring in huis. Gronduitgifte in erfpacht is daarbij een instrument om privaatrechtelijk invloed te behouden op de bestemming en het gebruik. Een jaarlijkse canon kan daarnaast functioneren als aanjaag- en financieringsinstrument – zeker in geval van laagconjunctuur.” De tijd van de hoge parkeernorm lijkt verder definitief voorbij, zeker nabij de grote Randstedelijke intercity- en metrostations, volgens Klaase en De Lint. “De lage parkeernorm maakt het eindelijk mogelijk om op grote schaal woningen naast de stations te bouwen,” zeggen zij. “Wij zien een aanzienlijke groei van met name (deel)fietsen - in combinatie met nieuwe technologie. Ook de autonoom rijdende auto komt dichterbij. Deze zal leiden tot minder behoefte aan parkeerplekken bij het station en een verschuiving naar parkeren in de periferie.” Intensivering De stationsgebieden zijn een belangrijke schakel in de landelijke ruimtelijke opgave, volgens De Lint. “Tot 2030 zijn een miljoen nieuwe woningen nodig,’ zegt hij. “Daarnaast hebben we de ambitie om Nederland bereikbaar te houden. Ook staan we voor de energietransitie en moeten we klimaatadaptief 8 - Stationslocaties 2018/2019

Meer informatie: NS Stations Rogier de Lint, manager Verkoop en Transformatie rogier.delint@nsstations.nl Daan Klaase, manager Planontwikkeling daan.klaase@nsstations.nl Katreinetoren | Stationshal 17 Postbus 2534, 3500 GM Utrecht bouwen. Beide hebben forse ruimtelijke impact met bijvoorbeeld ruimte voor water en windmolens. Daarmee staan we voor een ruimtelijk ordeningsvraagstuk dat qua omvang vergelijkbaar is met het Deltaplan of de VINEX. Wij willen met onze stationsgebieden hier nadrukkelijk een rol pakken. In nauwe samenwerking met partners zijn we druk bezig met de transformatie van gebieden nabij stations die hun spoorfunctie zijn kwijtgeraakt.” Goede voorbeelden daarvan zijn onder andere Cartesiusdriekhoek in Utrecht en de Wagenwerkplaats in Amersfoort. Rijksmonumenten NS Stations heeft, samen met ProRail, een omvangrijke vastgoedportefeuille. Samen zijn deze ondernemingen één van de grootste eigenaren van monumentale gebouwen in Nederland. Een kwart van alle stations is Rijksmonument. NS Stations en ProRail geven deze historische gebouwen graag hersteld terug aan het publiek. De Lint: “In veel stationsgebieden zijn onze ketenvoorzieningen, zoals fietsparkeren en P&R ruimte-extensief georganiseerd. Denk hierbij aan stationsgebieden in middelgrote steden, zoals Hoorn en Alkmaar. Met het stapelen van deze functies kunnen enorme stukken grond worden vrijgespeeld voor stedelijke functies. P&R tijdens kantooruren en ’s avonds en in het weekend parkeren voor wonen laten zich uitstekend combineren.” Klaase en De Lint maken zich sterk om vóór alles de juiste balans te bewaken bij de huidige en komende uitbreidingen en de stations goed bereikbaar te maken en te houden. Stationslocaties 2018/2019 - 9 <<

Eindhoven Internationale Knoop XL: in Eindhoven start de toekomst

‘Een belegger of ontwikkelaar kan hier prima zijn businesscase realiseren, maar we verwachten wel dat hij een bijdrage levert aan de stad; halen, brengen en blijven.’ Eindhoven is binnen haar Spoorzonegebied van totaal ruim 200 ha volop bezig met het ontwikkelen van plannen voor een omvangrijke upgrade van het stationsgebied, een gebied van 55 ha. Een grote transformatieopgave met de naam Eindhoven Internationale Knoop XL. Het moet leiden tot een aantrekkelijke en inclusieve entree van stad en Brainportregio. Wethouder Yasin Torunoglu: “Het wordt het visitekaartje van de Brainport Eindhoven en daarmee van groot belang voor de stad, de regio en Nederland.” E indhoven is de tweede economie van het land en dat vraagt iets van de stad in ruimtelijke en programmatische zin, zegt Jos Roijmans, gebiedsmanager CentrumSpoorzone. “Wat we in de stationsomgeving gaan doen, kan je qua proces het beste vergelijken met de ontwikkeling van Strijp-S, waar de transformatie naar de nieuwe economie continu focus houdt op een in aanvang weloverwogen gekozen ‘stip op de horizon’.” Eindhoven Internationale Knoop XL moet een gebied worden met een hoge verblijfskwaliteit dat internationaal de toon zet als dé plek om te studeren, te wonen, te werken en te ontmoeten. Direct verbonden met omliggende economische regio’s in binnen- en buitenland. Perfect ontsloten door goed regionaal OV, (inter)nationale intercityverbindingen en door Eindhoven Airport. Internationale knoop XL maakt deel uit van de Spoorzone in Eindhoven. Deze strekt zich uit van de universiteit tot en met Strijp-T. District E; blikvanger van formaat De operatie zit volop in de planfase; maar de transformatie is al zichtbaar. Het oude Rabobankgebouw is bijvoorbeeld gestript om straks vernieuwd te verhuren aan het Rijksvastgoedbedrijf. Het gebouw is een voorbeeld van hoe Eindhoven-XL eruit gaat zien. Onderin een uitnodigende (bij voorkeur openbare) ruimte, waar iedereen die dat wil de Stationslocaties 2018/2019 - 11

55 ha rondom NS-station Eindhoven transformeert ingrijpend de komende 20 jaar laptop kan inpluggen. Een eerste blikvanger wordt straks de plek tegenover het station aan de centrumkant: District E. Hier komen drie woon- en werktorens waarvan de hoogste 158 meter meet. Torunoglu: “Met ook ruimte voor sociale woningbouw en middelhoge huren. Tegelijkertijd komen er in de plinten initiatieven die interacteren met de buitenwereld, bijvoorbeeld met expositieruimten.” Roijmans: “Je moet het zien als een voor iedereen toegankelijke verlenging van de openbare ruimte.” Eindhoven werkt op dit moment aan een ‘plintenvisie’ voor de centrumstedelijke gebieden. Businesscase realiseren Er is in Eindhoven een Taskforce Woningbouwproductie die erop toeziet dat er woningen komen voor alle lagen van de samenleving, vooral ook in het middensegment. Wethouder Yasin Torunoglu: “Dat is voor ons de manier om een inclusieve stad te blijven. Het tweede element daarin is: beleggers en ontwikkelaars zijn van harte welkom. Maar we zeggen erbij: je komt hier niet alleen om te halen, maar ook om te brengen én om te blijven. Een belegger of ontwikkelaar Transformatie Rabobankgebouw voor Rijksvastgoeddienst Een volledig vernieuwd autoluw Stationsplein vormt in 2022 een aantrekkelijke entree naar de binnenstad. De kantoorgebouwen die nu het beeld bepalen rond het station, transformeren in 20 jaar tijd tot woon-,-werk- en verblijfsplekken in een duurzaam en vanuit TU/e-campus en Dommeldal verder vergroend gebied met internationale grootstedelijke allure. kan hier prima zijn businesscase realiseren, maar we verwachten wel dat hij een bijdrage levert aan de stad. Bijvoorbeeld met mooie buitenruimten, met gebouwen die deels toegankelijk zijn voor iedereen, en bij voorkeur tijdens realisatie en exploitatie met oog voor brede arbeidsparticipatie.” Techniek, design en kennis De technologische bedrijvigheid in de Brainport Eindhoven is zo specifiek en groeit zo snel, dat het noodzakelijk is om buitenlands talent aan te trekken en te behouden. Torunoglu: “Wij zien techniek, design en kennis als het DNA van Eindhoven. Op dit moment is dat onvoldoende zichtbaar in de stad. Je hebt goede voorzieningen nodig om de talenten van de toekomst 12 - Stationslocaties 2018/2019

District E van Amvest: blikvanger van formaat te binden.” Om die voorzieningen op peil te brengen is er een regio deal met het Rijk en de provincie. Hierin is 130 miljoen euro vanuit het rijk, en 240 miljoen euro vanuit de regio beschikbaar voor economische structuurversterking, culturele voorzieningen, de openbare ruimte en gebiedsontwikkeling. “Als je een internationale talentenhub wilt zijn, dan zijn goede internationale verbindingen cruciaal”, zegt Torunoglu. Hij noemt twee verbindingen die de stad als essentieel ziet: “Een intercityverbinding richting Düsseldorf en een snelle verbinding met Eindhoven Airport.” Torunoglu: “Er wonen nu tweehonderd mensen in het stationsgebied en we gaan naar zo’n vijftienduizend. Daarom hameren we ook op de zachtere randvoorwaarden; levendigheid, het faciliteren van de ontmoeting, juist niet alleen in een ‘af’ eindbeeld, maar ook gedurende de weg daar naar toe. Dat is ook wat we geleerd hebben uit het succes van Strijp-S.” Roijmans: “Daarvoor moet je een stip op de horizon zetten en je daaraan durven houden, ook als er zich tussentijds een economisch mindere periode voor mocht doen. Als je hier over een paar jaar de stad inloopt, moet je het gevoel krijgen ‘hier gebeurt het. Hier start de toekomst, hier kom ik Brainport Eindhoven binnen.’” << Jos Roijmans gebiedsmanager Centrum-Spoorzone j.roijmans@eindhoven.nl | +31 (6) 51 99 90 89 Duurzame verstedelijking met ruimte voor groen en water. Rechtsonder de transformatie van de Bunker van de Tu/e naar een ontwerp van Powerhouse Droombeelden van een nieuwe woonwijk met 15.000 nieuwe Eindhovenaren Het treinverkeer groeit stevig van 35 procent in 2040. Doel is zes intercity’s per uur naar Amsterdam, Rotterdam en Den Haag en één per uur naar Düsseldorf. Zo ben je vanuit Eindhoven straks binnen een dik uur in alle grote steden in een straal van 150 km. Vanaf het station, dat straks ruimte biedt aan 15.000 fietsen, vertrekken vier HOV-lijnen, waarvan twee naar Eindhoven Airport. Stationslocaties 2018/2019 - 13

‘Nieuwbouwkantoren zijn hard nodig in stationsgebieden’ De recente extra investeringen van NS Stations en samenwerkende marktpartijen lonen. Dat zegt Robert Kok, national director Agency van vastgoedadviseur Colliers International. “Steeds meer gerenommeerde bedrijven en snelgroeiende ‘start-ups’ kiezen voor vestiging in het stationsgebied,” concludeert hij. “Naast een goede OV-verbindingen met andere steden vinden bedrijven en bezoekers hier een gebied waar zij kunnen werken, wonen, winkelen en recreëren. De ruimte binnen deze nieuwe stedelijke centra is echter niet onbeperkt. 14 - Stationslocaties 2018/2019 D e nieuwe ontwikkelingen op en rond stations vergroten de vraag naar kantoorruimten op deze locaties, volgens Kok. “Stationsgebieden transformeren zich in mooie stadsentrees door onder andere steeds meer ‘food & beverage’,” zegt hij. “Het worden plekken waar mensen elkaar ontmoeten en zich ontspannen. Bedrijven willen onderdeel zijn van deze dynamiek.” Keuze voor stationsgebied Kok ziet dan ook een verandering in huisvestingskeuzen. “Vooral rond de grote steden merk ik dat bedrijven, die eerder kozen voor kantorenparken aan de rand van de stad nu zijn geïnteresseerd in stationsgebieden,” zegt hij. “Dankzij fileleed en de druk op het milieu

Colliers International Colliers International staat voor ‘de nieuwe vastgoedwereld’. Met meer dan 13.000 professionals in 69 landen werkt de vastgoedadviseur voor zowel gebruikers, als eigenaren en investeerders. Het dienstenaanbod bestaat uit Agency, Asset Services, Capital Markets, Occupiers Services, Research en Valuation & Advisory Services. wordt reizen met het openbaar vervoer steeds aantrekkelijker. Ook de goede OV verbindingen met andere steden tellen mee. De ‘mindset’ rond mobiliteit verandert.” “Bedrijven zoeken bovendien dynamiek,” vervolgt hij. “De moderne stationsgebieden bieden hun medewerkers en bezoekers meer dan alleen werk en vergaderingen. Ook hebben de nieuwe kantoorontwikkelingen veel aantrekkingskracht. Dat geldt zowel voor de duurzame nieuwbouw, als voor de spraakmakende transformaties van cultureel erfgoed.” Zo behoudt Eindhoven gebouwen zoals de Lichttoren, ooit één van de eerste grote productievestigingen van Philips, maar ook De Witte Dame en De Admirant voor de toekomst via restauratie. Alternatieve functies, die voldoen aan de behoeften van vandaag en morgen, stimuleren de invulling van deze panden. Naast gebouwen zijn er ook plannen voor de transformatie van vrijgekomen oude Philipsterreinen tot nieuwe, levendige stadswijken.

Kok: “Voor ondernemingen en investeerders is het energielabel en de BREEAM certificering van een gebouw steeds meer van belang. De energiezuinige, stadse nieuwbouw van dit moment biedt hen voordeel op de soms tijdrovende verduurzaming van bestaande panden. Kostenbewustzijn leidt verder ook tot meer vraag naar flexibele, productieve en comfortabele huisvesting. Daaraan komen multitenant gebouwen en flexplekconcepten tegemoet.” Kantorenvoorraad Nieuwbouwkantoren zijn weer hard nodig, volgens Kok. “De huidige, sterke economie biedt positieve vooruitzichten,” zegt hij. “Door de groeiende werkgelegenheid neemt de vraag naar kantoorruimte toe. Op strategische locaties dreigt zelfs een tekort aan hoogwaardige kantoren. De leegstand daalt en het aanbod is soms onvoldoende om direct aan de toenemende vraag te kunnen beantwoorden. Een groot deel van de beschikbare grond binnen stationsgebieden gaat bovendien op aan massale woningbouw. Gezien de woningnood en de gewenste Kantooromgeving Flexplekconcepten veroveren de kantorenmarkt en laten een steeds sterkere positionering en ‘branding’ zien. Ondernemers zijn op zoek naar beleving en de mogelijkheid om expertise te delen. Zij willen onderdeel zijn van een ‘community’. Bewust kiezen zij voor een concept dat past bij hun eigen positionering. Ook grotere bedrijven laten hun kernwaarden terugkomen in hun kantooromgeving. Een kantoor dat past bij de organisatie kan bepalend zijn voor het aantrekken van de juiste talenten die het bedrijf bijvoorbeeld nodig heeft om te groeien. Deze trend brengt definitief verandering in de traditionele kantorenmarkt. veiligheid, die een functiemenging van werken en wonen met zich meebrengt, is dit streven begrijpelijk. Mensen wonen bovendien graag dichtbij hun werk, net zoals werkgevers geen voorstander zijn van lange woon-werkafstanden.” Ondanks de toenemende hoogbouw en de plannen voor overkluizing van enkele stations, is de ruimte binnen stationsgebieden beperkt. Kok: “Daardoor kijken bedrijven ook sneller naar locaties in de binnenstad. In Amsterdam zien we juist dat organisaties door de krapte op de kantorenmarkt ook kiezen voor andere aantrekkelijke en goed bereikbare vestigingslocaties in de Metropool, zoals de kantoren bij NS Station Hoofddorp.” Op dit moment bieden ook Eindhoven, Den Haag, Rotterdam en Utrecht, naast wonen, nog genoeg mogelijkheden voor de (her)ontwikkeling van kantoren en voor recreatie in of vlakbij stationsgebieden. “In deze, zeker naar buitenlandse maatstaven, snel en goed bereikbare steden realiseren projectontwikkelaars in hoog tempo spraakmakende ontwikkelingen,” bevestigt Kok. “Vooruitstrevende kantoorformules rond deze knooppunt gebieden anticiperen direct op nieuwe behoeften van eigenaren, gebruikers en op ‘urban professionals’.” Schaalvergroting Verder heeft schaalvergroting zeker voordelen, volgens Kok. “We moeten denken aan een geïntegreerde Randstad. Eén omvangrijke metropool leidt tot een betere onderlinge samenwerking bij de ontwikkeling van kantoren en de bijbehorende infrastructuur,” benadrukt hij. ”Nauwe samenwerking tussen de grote steden is belangrijk voor het binnenhalen van buitenlandse bedrijven en internationale investeringen. Willen we binnenkort geen ‘nee’ verkopen, dan moeten we nu stappen zetten.” << 16 - Stationslocaties 2018/2019

Meer informatie: Colliers International Robert Kok MRICS RT, national director Agency +31 20 540 55 55 robert.kok@colliers.com www.colliers.nl Stationslocaties 2018/2019 - 17

Samenwerken aan het stedelijk netwerk in Noord-Brabant Voor de ontwikkeling van Brabant zijn er twee opgaven waarmee de provincie aan de slag moet om internationaal concurrerend te blijven, zegt Erik van Merrienboer, gedeputeerde Ruimte en Financiën in Noord-Brabant. De provincie moet hard werken aan haar nationale, maar vooral internationale bereikbaarheid en aan haar agglomeratiekracht. “De transformatiekracht van steden is cruciaal voor Brabant.” “A ls je een topregio wilt zijn dan vraagt dat om internationale bereikbaarheid”, zegt Van Merrienboer. De shuttle die sinds enkele maanden over de hogesnelheidslijn rijdt tussen Breda en Antwerpen is daarom een goede stap. “Breda is belangrijk voor Brabant, als stad waar internationale hoofdkantoren zich willen vestigen. Ik ben overtuigd van de structurele impact van die treinverbinding voor Breda en Brabant, het is een belangrijke troefkaart.” Snelle verbindingen zijn belangrijk vanwege veranderende economische omstandigheden, zegt Van Merrienboer. “Vroeger gingen alleen de managers op zakenreis, tegenwoordig zijn het ook de kenniswerkers die op pad gaan.” Eindhoven moet wat de provincie betreft zo snel mogelijk een intercity-verbinding krijgen met Düsseldorf en Aken. “We investeren al veel in Eindhoven, maar er ligt nog een onvervulde ambitie voor Eindhoven om internationaal OV-knooppunt te worden.” Onderlinge verbindingen Het tweede punt van Van Merrienboer is de ‘agglomeratiekracht’ van de provincie. “Brabant heeft veel relatief kleine steden en dat vraagt om goede onderlinge verbindingen. Dat wordt steeds zichtbaarder. In de praktijk zie je bijvoorbeeld dat jongeren gemakkelijker tussen de verschillende steden reizen, 18 - Stationslocaties 2018/2019

“De transformatiekracht van steden is cruciaal voor Brabant” Erik van Merrienboer voor hen is het een daily urban city. De steden komen ook meer in elkaars verlengde te liggen dankzij de elektrische fiets. Zo zal de beoogde snelfietsroute tussen Waalwijk en Den Bosch een behoorlijk effect hebben op de drukte. En als ik de bus zie op de High Tech Campus, dan zit die vol met buitenlandse kenniswerkers. Maar Nederlanders rijden allemaal nog in hun eigen auto – alleen. Daar is winst te behalen.” Elektrische fiets Een derde reden waarom stationsomgevingen belangrijk zijn, is hun positie in de verstedelijking. “Een groot deel van de Brabantse verstedelijking ging gelijk op met de komst van de auto. Brabanders zijn echte autorijders. De vraag is hoe je het gebruik van P&R-plaatsen, de fiets en het OV kunt stimuleren. Tegelijkertijd zie je dat door de komst van de elektrische fiets de afstand die een fietser wil overbruggen om op bestemming of bij het station te komen, toeneemt. Van 7,5 kilometer naar 12,5 à 15. Dat heeft impact. Het gebruik van OV en fiets wordt door de nieuwe generatie gezien als onderdeel van een gezonde lifestyle. In het centrum van Eindhoven staan er parkeergarages deels leeg omdat ze zijn gebouwd volgens een parkeernorm voor auto’s die nooit zijn gekomen. Nu zeggen ze tegen een ontwikkelaar ‘laat die parkeernorm los en bied mobiliteitsmanagement aan, bijvoorbeeld met deelfietsen en –auto’s en gebruik het geld dat je overhoudt voor meer groen en waterkwaliteit.” Elkaar beter vinden “In de jaren 90 en 00 waren stationsomgevingen vooral businessdistricten en centra met vooral retail. Nu zijn het voor kantoren nog steeds preferente gebieden, maar zie je er de woon- en Stationslocaties 2018/2019 - 19

werkfunctie toenemen. En centra worden in plaats van een place to buy steeds meer een place to be. De stationsomgevingen veren op na de financiële crisis. Of wij daarop sturen? De Brabantse steden zijn zeer zelfbewuste steden, die kunnen veel zelf. Wel zie je dat het samenwerken aan het stedelijk netwerk ertoe leidt dat de provincie vragen krijgt daarop te acteren. En het zijn natuurlijk ook provinciale belangen, waarmee we ons willen bemoeien. In Breda werken we samen met de gemeente aan de ontwikkeling van het CSM-terrein en het gebied rond de haven. In Tilburg werken we mee aan het behoud van oud industrieel erfgoed en bij de ontwikkeling van een nieuw economisch cluster in de Spoorzone. In Eindhoven zijn we partner in de versterking van het stedelijk voorzieningenniveau, samen met het Rijk. Provincie en steden vinden elkaar beter dan in het verleden.” Stadscentra als woonomgeving Er zijn in Brabant ook een aantal middelgrote steden, zoals Roosendaal, Bergen op Zoom, Waalwijk, Oosterhout, Oss, Uden en Veghel, die wel wat ondersteuning kunnen gebruiken bij de transformatieopgave waarvoor ze staan, zegt Van Merrienboer. Door de concurrentie van de grote stad, teruglopende bevolkingsgroei en de webshops hebben dit soort middelgrote steden hun regionale centrumfunctie verloren. Er is relatief veel leegstand, omdat er te veel vierkante meters zijn ten opzichte van de economische kracht. “Stations staan niet centraal in dit verhaal, maar zijn er wel onderdeel van. Denk maar aan de aanlooproute van een station richting stadscentrum. Dat proberen we nu samen met die steden op te pakken.” Er is een streven naar compactere centra, waardoor het station er wat buiten kan vallen. “De afstand wordt letterlijk groter. Je ziet nu al dat de loopverbinding richting centrum vaak slecht is. Op die aanloopstraten zat business die nu vaak weg is, met leegstand als gevolg. Als de stadscentra weer meer woonomgeving worden, dan wordt het weer levendiger. Kijk maar naar Breda en Eindhoven. De kwaliteit van pleinen, verbindingen en gebouwen is daarvoor cruciaal. Er is veel ambitie en er zijn veel functionele eisen, dat is wel een uitdaging. Stationsomgevingen spelen een belangrijke rol bij de wederopstanding van stadscentra. Dat betekent keuzes maken en middelen vinden. Veel dynamiek landt in de omgeving van het station, maar niet alles. Van retail in stations moet je geen overdreven verwachtingen hebben.” Omgevingsvisie “Het is belangrijk dat je een gedeelde visie hebt op deze zaken en dat lukt goed in Brabant. Daar ben ik wel trots op. Brabantstad is een sterk merk. Je moet er wel telkens opnieuw invulling aan geven. Een voorbeeld? De onderlinge afstemming op het gebied van culturele activiteiten of urban sports, bijvoorbeeld. De steden kijken of en hoe ze complementair kunnen zijn, of dat ze gezamenlijk de schouders zetten onder één evenement. Of neem de Jheronimus Academy of Data Science in Den Bosch; de samenwerking tussen de universiteiten van Eindhoven en Tilburg op het gebied van data science. Typerend en uniek.” Meedenken “De aanhechting van de directe stationsomgeving op het centrum van de stad, dat kun je goed en minder goed doen. NS Vastgoed heeft zich overal teruggetrokken, tot achter de poortjes, zou je kunnen zeggen. Er is wel een opgave om daar kwaliteit te genereren. Breda heeft een mooi nieuw stationsgebouw 20 - Stationslocaties 2018/2019

en een goede verbinding richting de stad. Tilburg gaat goed, maar is nog niet klaar. In Eindhoven moet nog het nodige gebeuren. Het is niet altijd eenvoudig. Neem het Paleiskwartier in Den Bosch, toch het pronkstuk van stationsminnend Nederland. De vraag nu is, of het niet te veel een monocultuur is. Wat is bijvoorbeeld de verblijfskwaliteit ’s avonds? Welke visie, welk programma ontwikkel je daarvoor? Dat is in belangrijke mate aan de stad, maar vaker dan voorheen krijgen wij de vraag om mee te denken.” De provincie is steeds meer een partner voor de steden, zegt de gedeputeerde. Om richting te geven door het samen ontwikkelen van een omgevingsvisie. En door beweging te stimuleren op de ontwerp- en kenniskant. En vanuit het ontwikkelbedrijf of diverse beleidsprogramma’s kan de provincie in sommige gevallen ook met investeringskracht meedoen. “Dat soort zaken zijn we nu aan het verkennen in en met Eindhoven. Omdat er ook een belang is dat de gemeentegrenzen overstijgt. Eindhoven heeft bijvoorbeeld meer overstappers dan Tilburg en Den Bosch samen. Het busstation is heel druk en loopt tegen zijn grenzen. Tegelijk wil je eigenlijk meer. Daar ligt een opgave: het faciliteren van de overstap en tegelijkertijd de verblijfskwaliteit omhoog brengen. Werk genoeg dus in Brabant” << Stationslocaties 2018/2019 - 21 “In Tilburg werken we mee aan het behoud van oud industrieel erfgoed en bij de ontwikkeling van een nieuw economisch cluster in de Spoorzone”

Risico’s beheersen en kansen benutten Doorbraak in klimaatadaptief ontwerpen Niet enkel duurzaam, maar ook klimaatadaptief ontwerpen is vandaag de dag dé solide basis voor een goed leefklimaat. Dat zegt Micheline Zeenni, directeur Stations, Urban Development & Consultancy van Arcadis. “Blijvend vitale stationslocaties moeten klimaatbestendig en waterrobuust worden ingericht,” onderstreept zij. Arcadis is ervaren in het transformeren van het gebied rond een OV-knooppunt tot een dynamisch, toekomstvast stadscentrum. Slimme waterberging bij station Driebergen-Zeist. Architect: Jeroen Eulderink (Arcadis)

S tationslocaties hebben, net zoals de overige infrastructuur en bebouwing, steeds meer te maken met gevolgen van de klimaatverandering. Veel van de levendige gebieden rondom stations danken hun aantrekkingskracht aan de samenkomst van infrastructuur en bedrijven, van sociale interactie en economisch profijt. Ze hebben echter een zwakke plek: ze zijn vaak kwetsbaar bij extreme weersomstandigheden. “De consequenties zijn nu al zichtbaar; extreme neerslag leidt her en der tot ondergelopen tunnels en de langdurige droogte tot aantasting van de natuur of het verzakken van gebouwen in de veengebieden. De impact van de klimaatverandering is omvangrijk,” bevestigt Zeenni. “Zoals miljarden euro’s aan schade en verlies van mensenlevens, als gevolg van hittestress. “We moeten samen bouwen aan een aantrekkelijk en veilig Nederland van morgen, want de klimaatrisico’s nemen toe.” City Deal Klimaatadaptatie Zeenni verwacht binnen afzienbare tijd een doorbraak op het gebied van klimaatadaptief ontwerpen. “Het maken van afspraken over ruimtelijke maatregelen om de gevolgen van de klimaatverandering te beperken, is namelijk niet vrijblijMicheline Zeenni Jeroen Sikkenk vend,” benadrukt zij. “Het Rijk verwacht dat klimaatbestendig inrichten in 2020 is verankerd in het beleid van provincies en gemeenten, inclusief een weloverwogen horizon naar 2050. Recentelijk tekenden wij hiervoor al een overeenkomst met de Provincie Zuid-Holland.” Arcadis is ook partner van de City Deal Klimaatadaptatie. Overheden, kennisinstellingen en marktpartijen werken hierbij samen aan de aanpak van klimaatadaptatie in Nederlandse steden met experimenten en het uitwisselen van ervaringen.” Reizigerspassage station Eindhoven. Architect Luc Veeger (Arcadis) Extreme neerslag leidt tot ondergelopen tunnels. Stationslocaties 2018/2019 - 23

Verhoogd groen maaiveld boven de A12 bij Vervoersknoop Bleizo. Architecten Beate Vlaanderen (Arcadis) en Jeroen van Schooten (Team V) Perspectief Zeenni en haar collega’s zien investeren in klimaatadaptatie niet alleen als het beheersen van risico’s, maar ook als het benutten van kansen. “Arcadis is van oudsher betrokken bij het versterken van dijken en het creëren van ruimte voor de rivieren met het teruggeven van gebieden aan de natuur”, zegt Jeroen Sikkenk, manager van de afdeling Stations en Architectuur van Arcadis. “Die natuur kunnen we echter ook strategisch inzetten in een stedelijke omgeving. Met een juiste koppeling tussen techniek en ontwerp, passen we daarvoor slimme systemen toe, zoals de waterberging bij station Driebergen-Zeist. Grotendeels aan het oog onttrokken, wordt in de verdiepte, betonnen bak onder de sporen een systeem gerealiseerd dat water kan bergen, de bomen kan bewateren en voor verkoeling kan zorgen op warme dagen. Waterberging Groenvoorzieningen dragen bij aan een plezierig en gezond leefklimaat, volgens Sikkenk. “Bomen en planten verbeteren het stadsaanzicht, verkleinen de kans op wateroverlast en verminderen fijnstof en ‘urban heating’,” zegt hij. “Zo werken we ook de duurzame landschapsaspecten uit van project Wonderwoods in het stationsgebied van Utrecht. De multifunctionele torens van Wonderwoods houden straks water vast en produceren Healthy Urban Office Challenge 2018 Arcadis’ kantoor in Amersfoort mag zich een jaar lang het meest inspirerende project noemen, als het gaat om groene, gezonde en slimme kantoren. De jury van de Healthy Urban Office Challenge 2018 prees vooral de integraliteit van de werkomgeving. Arcadis architecten Roline den Hartog en Pros ten Hove tekenden voor het winnende ontwerp. De verduurzaming in 2017 van het rond de eeuwwisseling in de stationslocatie opgeleverde kantoor stimuleert zowel productiviteit als creativiteit. Naast een fraai uitgevoerd, transparant open-up systeem met een scala aan functionele werk- en ontmoetingsruimten, omvat de nieuwe inrichting onder meer ook een WKO-installatie, douches voor woon-werkfietsers, OV-gebruik, een eigen aanbod van elektrische deelauto’s en -fietsen, heldere instructies en tools voor hergebruik, gescheiden afvalstromen en volle fruitschalen. 24 - Stationslocaties 2018/2019

extra zuurstof in de stad met een verticaal bos.” Sikkenk legt uit dat ieder projectgebied vraagt om een scala aan afwegingen, die te maken hebben met de verwerking van een hoeveelheid piekneerslag, mogelijkheden voor het bergen van overtollige neerslag in oppervlaktewater, infiltratie of ondergronds bergen, maximale vergroening en meer. “Afhankelijk van een lokale situatie zijn er verschillende maatregelen voorhanden zoals waterspreidende, -afvoerende en -bergende straten met extra groen, maar ook creatievere oplossingen als een waterplein,” weet hij. Groenvoorziening Groen is ook de nieuwe Vervoersknoop Bleizo bij Lansingerland en Zoetermeer. Sikkenk: “De bijzondere brug van deze vervoersknoop is ingericht als een verhoogd maaiveld over de A12 met speciaal voor dit doel geselecteerd groen. Deze bomen kunnen goed wortelen in de diepe bakken, die met een ingenieuze, maar toch betrekkelijk eenvoudige constructie tussen de liggers van het viaduct zijn aangebracht. De bomenlaan op Bleizo is niet alleen een markant fenomeen, maar verbindt ook de landschappelijke en ecologische structuur van twee doorsneden gebieden. Ook de voorpleinen en het P&R terrein van Bleizo zijn voorzien van bomen en planten. De niet verharde, begroeide grond verkleint de kans op wateroverlast bij hevige regenval. Aansluitend bij de groene omgeving komt een takkenstructuur terug in de vormgeving van het betonnen hekwerk van het viaduct en de aluminium overkapping van de halte van de RandstadRail. De inzet van hout zorgt verder voor warmte en geluiddemping.” Rondom de Vervoersknoop Bleizo ontstaat intussen ook een eigentijdse ontwikkellocatie voor bedrijven. Arcadis is de ontwerpkracht achter tal van duurzame stations, zoals Rotterdam Centraal, Amsterdam Centraal, Amsterdam Zuid (onderdeel van ZuidasDok), maar ook de stations van Zwolle en Eindhoven. Laatstgenoemde heeft met 1.900 zonnepanelen het grootste zonnedak van Nederland. << Meer informatie: Arcadis Nederland B.V. ir. Micheline Zeenni, directeur Station, Urban Development & Consultancy Piet Mondriaanlaan 26, postbus 220, 3800 AE Amersfoort 088-4261 190 Micheline.zeenni@arcadis.com ir. Jeroen Sikkenk, manager afdeling Stations en Architectuur Piet Mondriaanlaan 26, postbus 220, 3800 AE Amersfoort 088-4261 144 Jeroen.sikkenk@arcadis.com www.arcadis.com Arcadis is partner van 7 Square Endeavour. Een internationaal samenwerkings- en verduurzamingsproject met als missie steden toekomstklaar te maken Stationslocaties 2018/2019 - 25

Vernieuwing en nieuw elan in ‘s-Hertogenbosch In de Spoorzone in ’s-Hertogenbosch zijn diverse herbestemmingslocaties en plekken die kansen bieden voor nieuw ontwikkelingen. “We zien in de Spoorzone een belangrijke opgave op het gebied van toekomstgerichte duurzame mobiliteit en het toevoegen van een stedelijke mix van functies”, zegt wethouder Mike van der Geld. H et gaat in ’s-Hertogenbosch om vernieuwing, vergroening, duurzaamheid en nieuwe mobiliteitsconcepten, zegt van der Geld. “Een interessante ontwikkeling voor een hoogstedelijk gebied als dit. We hebben ook een ambitie voor meer hoogbouw. Dat is best spannend, zo dicht bij de historische stad” Op dit moment zijn er circa vijfhonderd woningen in aanbouw in de Spoorzone en er zijn plannen voor nog eens vijftienhonderd. “Er is behoefte aan centrum-stedelijk wonen. In de Spoorzone kunnen we aan die vraag beantwoorden. We zullen vooral moeten verdichten, passend in de nabijheid van het station.” EKP-terrein en Grasso/Grenco Het EKP-terrein aan de Parallelweg en Nelson Mandelalaan gaat herontwikkeld worden. Het terrein bestaat uit een noordelijk (3,44 ha) en een zuidelijk (1,07 ha) deel (zie kader). Aan de andere zijde van de Parallelweg staat het voormalig hoofdkantoor van Grasso. Het historische gebouw met bijbehorende 26 - Stationslocaties 2018/2019

achterbouw wordt omgetoverd tot verzamelgebouw voor startups in ICT en data. “Hiermee bereiken we dat ICT en data in de Brede Binnenstad landt, als aanvulling op de ruimtes in de Jheronimus Academy for Data Science.” Smart Square Naast het Koning Willem I College moet een Smart Square komen, een plek waar innovaties op het gebied van de openbare ruimte moeten komen. Van der Geld: “Het moet een etalage- en ontwikkelplek in het hart van de Spoorzone worden.” Het ideaalbeeld is dat het een ontmoetingsplek wordt waar bewoners, studenten, bedrijven elkaar ontmoeten. “Voor de exacte invulling gaan we in gesprek met alle partijen en er is eind september een prijsvraag uitgeschreven door het BAI (Bosch Architectuur Initiatief).” Herontwikkellocaties Kop van ‘t Zand en Orthenpoort-Zuid wordt een herontwikkellocatie aan weerszijden van de Dieze. De Tramkade, gelegen binnen het gebied Kop van ’t Zand, is nu een culturele hotspot voor tien jaar. Vlakbij is het cultureel centrum Verkadefabriek en poppodium Willem II gelegen. “Nu onderzoeken we hoe we in de toekomst verder kunnen met programma’s die hier inmid“Met een autoluwe Onderwijsboulevard kunnen we hier een campus gaan maken.” Wethouder Mike van der Geld dels ontwikkeld zijn. De wens is om het als bruisende culturele plek in de stad te behouden.” Van Onderwijsboulevard naar onderwijscampus De Onderwijsboulevard vlak achter het station heeft nu nog teveel het karakter van een autoroute. De wens is om die autoluw te maken en om te vormen tot een groene campus. “Dat is wederom spannend, het gaat over bestaande verbindingen in de stad. We zullen het stap voor stap moeten uitproberen.” Het idee is om het naastgelegen Westerpark bij de Onderwijsboulevard te betrekken zodat er een geheel ontstaat. Feiten en cijfers spoorzone ‘s-Hertogenbosch • Jeroen Bosch Ziekenhuis (2 miljoen bezoekers) • Brabanthallen (700.000 bezoekers) • Station: 45.000 in- en uitstappers per etmaal • Studenten (30.000) • Werkers (20.420) • Woningen (5800) o Woningen in aanbouw (500) o Woningen in planontwikkeling (1500) • Cultureel (Verkadefabriek, Willem Twee, Tramkade) • Monumenten en historische fabrieken • Hoogwaardige kantoren Gezocht! Een marktpartij! In de Spoorzone liggen volop kansen. Dat geldt ook voor het voormalige Expeditie KnoopPunt van PostNL aan de Parallelweg. Beter bekend als het EKP-terrein. We zien in de Spoorzone belangrijke opgaven. Denk aan toekomstgerichte mobiliteit en het toevoegen van een stedelijke mix aan functies. Liefst zo duurzaam en vernieuwend mogelijk. Het EKP-terrein is bij uitstek een locatie in de Spoorzone waar deze kansen invulling krijgen. De eerste stappen zijn hiervoor gezet. Bij de locatie gaat het om innovatie, duurzame mobiliteit, energie en dynamiek. Bijzondere plekken in de omgeving van het te ontwikkelen gebied zijn: de Onderwijsboulevard waar dagelijks 30.000 studenten komen, de Brabanthallen, Verkadefabriek, Tramkade, kunstcluster W2, PaleiskwartierZuid met de horeca, supermarkt, de nieuwe bioscoop en het toekomstige hotel. We zoeken nu een marktpartij die het noordelijk deel van het EKP-terrein wil kopen en ontwikkelen. Het gaat om het deel tussen de afslag van Nelson Mandelalaan en de Dieze. Een marktpartij die oog heeft voor de ideeën en belangen van de omgeving. Gegevens: Plangebied: Eigendom: circa 4,5 hectare PostNL Real Estate BV NS Vastgoed BV Gemeente ‘s-Hertogenbosch Beoogd gebruik Stedelijk programmamix met hoofdzakelijke wonen Aanmelding: Informatie: Mailadres: Via Tenderned vanaf 15 oktober 2018 www.bouwenaandenbosch.nl/ projecten/ekp-terrein Spoorzone@s-Hertogenbosch.nl Stationslocaties 2018/2019 - 27

Nieuwe levendigheid Dankzij de Paleisbrug zijn er diverse ontwikkelingen losgekomen, zoals een vijfsterrenhotel, bioscoop Kinepolis en nieuwe horeca. Die ‘nieuwe levendigheid’ moet ook ontstaan in de rest van de Spoorzone. Congres- en evenementen locatie Brabanthallen en de bedrijfsverzamelgebouwen van De Gruyterfabriek liggen nu nog wat geïsoleerd aan de rand van het stationsgebied. Door nieuwe investering in de openbare ruimte trekt de gemeente het gebied beter bij de stad. “De bereikbaarheid voor fietsers en voetgangers verbetert dan aanzienlijk.” Daarnaast willen we ook ruimte bieden aan urban sports & culture. Station uitbreiden Het station zelf groeit ondertussen uit zijn jas. Op zich positief, zegt de wethouder, maar hoe kan je het doorontwikkelen? “Hoe ga je om met nieuwe mobiliteitsconcepten? Met meer OV-fietsen, met K&R-plekken, hoe ga je dat doen aan de westen oostzijde?” Het stationsgebouw zal uitgebreid moeten worden en een extra verbinding over het spoor is ook wenselijk. Hiervoor zoekt ’s-Hertogenbosch de samenwerking met Rijk, provincie, NS en ProRail. IoT Stadslab: denken, delen, doen! Het IoT (Internet of Things) Stadslab ligt op bedrijventerrein Grasso / Grenco. Hier zijn, naast het Boschveld Ambachten Cemtrum, jonge, innovatieve ICT bedrijven gehuisvest. Het is een technische werkplaats waar bedrijfsleven, studenten en overheid samenwerken, kennisdelen en experimenteren. Het doel is om met technologie en data de fysieke buitenruimte te innoveren. Daarbij richten we ons op het versterken van de kwaliteit, vitaliteit en sociale veiligheid van de openbare ruimte. Heb je ideeën, vragen of wil je meedoen mee het IoT Stadslab laat het vooral weten en mail naar info@iotstadslab.nl Innovatief bouwen “Als een belegger of ontwikkelaar zich aangesproken voelt tot innovatief bouwen met oog voor kwaliteit en duurzaamheid, dan is ‘s-Hertogenbosch de place to be”, besluit Van der Geld. “Veel aandacht voor groen, duurzaamheid en slimme mobiliteitsconcepten. We willen concrete voorstellen. Bijvoorbeeld: woningen met minder parkeerplaatsen dan de norm, maar dan wel met plaats voor elektrische deelauto’s. Hiervoor zoeken we partijen die een uitdagend project niet uit de weg gaan en die willen meedenken en meedoen.” << Meer informatie? spoorzone@s-hertogenbosch.nl www.bouwenaandenbosch.nl/spoorzone Sonja van der Beek Ontwikkelingsmanager Spoorzone ‘s-Hertogenbosch Gemeente ’s-Hertogenbosch s.vanderbeek@s-hertogenbosch.nl (06) 29 46 96 03 28 - Stationslocaties 2018/2019

Spoorbeeld: Ruimtelijke kwaliteit als drijfveer en bindmiddel “De kansen van het stationsgebied pakken we samen” Eric Luiten Miguel Loos “Werken aan het spoor is een gezelschapsspel geworden.” Spoorpartners ProRail en NS zitten aan tafel. Maar ook gemeenten, provincies en tal van andere partijen spelen het spel volwaardig mee. Spoorbouwmeester Eric Luiten en adviseur Architectuur en Stedenbouw Miguel Loos vertellen over de kansen en hun rol in de ontwikkeling van het stationsgebied. “Het is een prachtig spel. En als we het goed doen, kent het louter winnaars.” S inds 1 januari is Eric Luiten Spoorbouwmeester. Hij is de eerste landschapsarchitect die de functie bekleedt, al zijn voorgangers waren bouwende architecten. Toch zit hij perfect op zijn plek. “Knooppuntontwikkeling en gebiedsontwikkeling bepalen steeds meer de agenda van het spoor. In de grote steden maar ook daarbuiten. Het station en de dynamiek in de directe omgeving is de aanleiding om verder te kijken; ver voorbij het object. We zien dat ook terug in ons advieswerk. Steeds vaker gaat het om de relatie tussen het spoor, het station en de omgeving.” Stationslocaties 2018/2019 - 29

Luiten staat aan het hoofd van Bureau Spoorbouwmeester (BSbm). Met een hecht en ervaren team adviseert BSbm over allerhande ‘spoorse’ ontwerp- en vormgevingsopgaven. Dat gaat van het stationsinterieur tot het station en van de relatie tussen het station en de stationsomgeving tot het spoor in het landschap. “We maken ons sterk voor samenhang, inspireren tot samenwerking en laten zien hoe we samen tot meerwaarde kunnen komen. Dat doen we vanuit het Spoorbeeld: het ontwerp- en vormgevingsbeleid van de spoorsector. Ruimtelijke kwaliteit is onze drijfveer. Het Spoorbeeld is ons kompas.” Het succes van samenhang en samenwerking illustreert zich op een mooie manier op en rond de grote nieuwe stations van Nederland: Utrecht, Den Haag, Arnhem, Rotterdam en Breda – ook wel de Nieuwe Sleutelprojecten (NSP) genoemd. Het zijn stations waar we met recht trots op kunnen zijn: van ProRail en NS tot de betrokken gemeenten. “Die trots is mede het gevolg van het feit dat de aandacht voor ruimtelijke kwaliteit vanaf het begin groot is geweest”, stelt Luiten. “Nu is het de uitdaging om die kwaliteit ook elders op het netwerk te realiseren.” In de grote steden zien we een enorme spin-off van publieke investeringen in het spoor en de spooromgeving. We zien het bij de NSP maar ook in Delft, Leiden, Zwolle, Tilburg en straks ook in steden als Maastricht, Nijmegen en Groningen. “Men ruikt, ziet en grijpt de kansen. Die enorme investeringsbereidheid zorgt voor een geweldige impuls. Steden groeien over het station heen: de ontdekking van spreekwoordelijke andere kant waar steeds meer stations ook een volwaardig entree krijgen. En dat juist op de plek die voorheen het karakter van een achterkant had. Verder zien we het terug in de bouwhoogte. Alle grote steden zetten rond het station in op verdichting. In het stadssilhouet worden de stationslocaties daardoor ook op 30 - Stationslocaties 2018/2019 afstand steeds beter zichtbaar,” stelt Loos, die als Adviseur Architectuur en Stedenbouw werkzaam is bij BSbm. Natuurlijk is de stationsomgeving al jaren in beeld bij de ontwikkeling van stations. Het aandachtsgebied wordt alleen groter; ver voorbij het aloude stationsplein. Er ontstaan nieuwe brandpunten van stedelijkheid. Talloze functies komen samen: wonen, werkgelegenheid, onderwijs, zorg. Boeiend is dat de stad zelf ook reageert. Stads- en stationsontwikkeling groeien naar elkaar toe. Loos: “Neem Amsterdam. Daar zitten vrijwel alle gebiedsontwikkelingen in de invloedsfeer van stations: van Sloterdijk, Lelylaan, Amstel en Duivendrecht tot de ontwikkeling van Zuid waar het station hét logistieke adres van de Zuidas wordt.” Volgens Luiten plukken we de vruchten van het ABC-locatiebeleid dat eind jaren tachtig vanuit het toenmalige ministerie van VROM werd ingezet en met de NSP een stevige duw in de rug kreeg. “Er ontstaan op veel plekken in Nederland kans

rijke stedelijke knooppunten. Dat rendeert financieel en maatschappelijk. Bovendien leidt het tot boeiende stukken stad met een eigen kwaliteit en karakter. Generieke oplossingen zien we eigenlijk nergens. Iedere stad kiest voor specifieke oplossingen waarmee ze zich kunnen presenteren en profileren.” Kees Peters De stad, Hoe kansrijk ook, vanzelf gaat het niet. Goed functionerende stationsgebieden staan of vallen bij samenhang. Daarbij is het vaak een enorme puzzel om die mobiliteitsknoop goed te organiseren. “We hebben te maken met steeds meer overstappende treinreizigers, met als gevolg meer fietsen, taxi’s, bussen, trams en metro’s rond de stations”, vertelt Luiten. “Dat afwikkelen lukt meestal niet meer op een oud stationspleintje. Ook lossen we het vaak niet meer op in twee dimensies,” vult Loos aan. “Uit ruimtegebrek gaan we veel inventiever te werk. Kijk naar Amsterdam Centraal waar de bussen op +1 zijn gebracht en de auto’s aan de Noordzijde een tunnel induiken. Hierdoor kunnen we optimaal ruimte geven aan de voetganger. Die heeft eigenlijk overal het primaat. Niet gek, want op en rond het station wordt iedereen uiteindelijk voetganger.” Maar is die groeiende aandacht voor de stationsomgeving puur een thema voor de grote stad? Wat gebeurt er elders op het netwerk? “Eigenlijk zien we daar vergelijkbare ontwikkelingen”, vertelt Luiten. Ook in kleinere steden en kleinere plaatsen – en zelfs rond haltes op het platteland – zien we dat ‘het omgevingsdomein’ in beweging is. De thema’s zijn vergelijkbaar. Bovendien doet de complexiteit vaak niet onder voor de ‘grote projecten’. Wel is de dynamiek anders en zitten er andere spelers aan tafel. Maar ook hier gebeuren buitengewoon interessante dingen.” Luiten en Loos noemen diverse voorbeelden. Helmond bijvoorbeeld, of Driebergen-Zeist, Harderwijk en Gorinchem. “Hier worden barrières geslecht en wordt volop geïnvesteerd in kwaliteit: de publieke kwaliteit van de alles verbindende openbare ruimte. En laten we ook de nieuwe invullingen van oude stationsgebouwen niet vergeten. Vaak gaat het station en het stationsplein De geschiedenis van het omgevingsdomein het om voorzieningen die niet alleen het station maar ook de omgeving ten goede komen,” vertelt Luiten. Dat het werken aan het spoor in de woorden van Luiten een gezelschapsspel is geworden, blijkt ook wel uit het groeiende aantal projecten waar juist gemeenten, provincies of stadsregio’s in the lead zijn. Ze zien zelf de kansen en nemen zelf het initiatief om met ProRail en NS om tafel te gaan. Het bemoedigende is dat veel van deze partijen Bureau Spoorbouwmeester én het Spoorbeeld steeds beter weten te vinden. “Ook daar zetten we graag onze kennis en kunde in. Zo leveren we toegevoegde waarde in de afstemming tussen de spoorse wereld en de omgevingspartijen. Dat doen we vooral door de meerwaarde van ruimtelijke kwaliteit en samenhang te agenderen,” stelt Loos. “Voor ons is het spoor dagelijkse praktijk. Veel gemeenten doen het maar één keer. Graag helpen we om het met alle betrokken partijen in een keer goed te doen.” Foto’s: Archief Bureau Spoorbouwmeester. Stationslocaties 2018/2019 - 31 << Inspiratie

Breda verdubbelt binnenstad In het Bredase Stationskwartier gaat naar verwachting volgend jaar de schop in de grond voor de laatste twee ontwikkellocaties aan de noordkant van het spoor. Tegelijkertijd maakt de stad zich op voor het volgende grote ontwikkelproject: het aanpalende Havenkwartier. “Breda verdubbelt hiermee de binnenstad”, zegt wethouder Paul de Beer. Duurzaamheid staat hierbij voorop; water en groen spelen een cruciale rol.

H et Stationskwartier is een nieuw, modern zakelijk stadsdeel met een coulissenlandschap aan de kant van het spoor. Hier komen geen afzonderlijke tuinen bij de gebouwen, maar een doorlopend groengebied als entree voor de treinreiziger. Dat is belangrijk voor de klimaatadaptatie, zegt programmamanager Jeroen Hoefsloot van de gemeente. “Het is een groen landschap als dak op de parkeergarages. Je wilt een compacte footprint, dus moet je richting stapeling van functies. Alle gebouwen zijn daarbij voorzien van een warmte-koudeopslaginstallatie, zodanig dat ze elkaar niet in de weg zitten bij het oppompen. Het nieuwe iconische gerechtsgebouw neemt daarnaast water in uit rivier De Mark.” Wethouder De Beer: “We onderzoeken of we een dergelijk systeem ook kunnen toepassen in het Havenkwartier. Energie uit oppervlaktewater halen is een interessante optie.” 5 Tracks Aan de oostkant van het Stationskwartier worden in totaal circa zevenhonderd woningen gerealiseerd, waarvan een deel al is opgeleverd in het gebied 3 Hoefijzers-zuid. Net naast het station komt een appartementencomplex met daaronder een supermarkt en een parkeergarage. Meer naar het westen, Visual Havenkwartier vogelvlucht “We willen niet kopiëren wat we al hebben, maar nieuwe kwaliteiten toevoegen aan de stad” Paul de Beer tussen station en gerechtsgebouw, komt het project 5 Tracks, bestaande uit 3 gebouwen. Ieder gebouw kent straks een eigen unieke mix van de 5 functies die 5 Tracks biedt: work, accomodation, park, eat & meet en facilities. Het planconcept bestaat uit een vernieuwend woon-, werk- en verblijfsgebied met onder meer circa 140 appartementen, een internationaal hotel en horeca. De bouw start naar verwachting in 2020. Breda is hot De Beer: “Breda is ruimtelijk ‘hot’. Woonwijk Belcrum net achter het station is één van de meest geliefde wijken van het land. We Gerechtsgebouw Breda Stationslocaties 2018/2019 - 33

Station Breda Wethouder Paul de Beer: ‘We zullen het Havenkwartier samen met marktpartijen ontwikkelen’ moeten dus meer bouwen, ook voor de toekomstige Bredanaar die de volle en dure Randstad wil verlaten. Dat gaan we doen in het Havenkwartier. We willen niet kopiëren wat we al hebben, maar nieuwe kwaliteiten toevoegen aan de stad. Door nieuwe voorzieningen en door bijzondere en prachtige woonvormen. Net zoals we dat eerder hebben gedaan met het Chassépark en het Chassé theater. Daarin zetten we de komende tijd onze tanden, samen met andere partijen.” Totaal gaat het om enkele duizenden woningen, gecombineerd met werklocaties. Hoefsloot: “Het is een bijzondere combinatie die je verder nergens ziet: in een klein gebied hebben we het station, wonen, werken, cultuur en ontspanning ingebed in een groen landschap en nabij de rivier.” Stationskwartier Breda Gerechtsgebouw en Breda Vooruit Klimaatbestendigheid De Beer: “Stationskwartier en Havenkwartier zijn ook de hotspots om de klimaatbestendigheid van de stad te realiseren. Met al het groen gaan we de hittestress in de stad tegen en het rivierwater biedt kansen voor duurzame energieopwekking. Maar het gaat ook om het voorkomen van wateroverlast. Daar werken we al aan op verschillende plaatsen in en buiten de stad. Maar de beken aan de zuidzijde van Breda komen via de singel om de binnenstad op de grens van Havenkwartier en Stationskwartier samen. Die flessenhals moet breder, het moet een binnenstedelijk deltagebied worden. Daardoor ontstaat ruimte voor waterrecreatie en toerisme en ecologische ontwikkelingen, maar ook aanleidingen voor bijzondere woonen werkvormen.” Het braakliggende CSM-terrein aan de overkant van De Mark gaat daarin ook een rol spelen. Hoe is op dit moment nog niet bekend. Eerste fase De eerste fase in de ontwikkeling van het Havenkwartier betreft het gebied tussen de Belcrumhaven en de Speelhuislaan. Het groen van die historische laan (richting het voormalig Speelhuis van de Nassau’s) wordt doorgetrokken. De oude fabriekshallen van machinefabriek Backer en Rueb krijgen een nieuwe functie met aangrenzend woningbouw aan de haven. De oude opstallen van het bedrijf Klavers Jansen houden hun culturele functie eveneens in relatie tot woningbouw. Het haveneiland, het gebied aan de andere kant van de Belcrumhaven, is de volgende fase in de herontwikkeling. Wethouder De Beer noemt het Havenkwartier ook wel de Poort van Brabant. “Vanuit de Randstad, maar ook vanuit Vlaanderen is Breda het eerste grote station, een HSLstation bovendien. Havenkwartier en Stationskwartier zijn daarmee niet alleen van lokaal, maar ook van provinciaal en nationaal belang. Kijk maar naar de Benelux-kantoren die we hier hebben.” 34 - Stationslocaties 2018/2019

Culturele hotspots behouden In het Stationskwartier ging het grotendeels om nieuwe ontwikkeling op braakliggende terreinen. In het Havenkwartier gaat het om een transformatie waarbij de bestaande bedrijvigheid gewoon doorgaat, evenals de culturele activiteiten. Wethouder De Beer: “Er zijn in het gebied de afgelopen jaren een aantal culturele hotspots ontstaan. Zij hebben het gebied een urban karakter gegeven en dat willen we graag behouden. Hoe? Dat onderzoeken we nu.” Hoefsloot: “We proberen in de verschillende gebieden diverse vestigingsmilieus te creëren. Bij het station ligt de nadruk op modern zakelijk, in het Havenkwartier moet de sfeer van de haven en het door tijdelijk gebruik gegroeide urban karakter behouden blijven.” De woonboten in de haven blijven liggen en er komt ruimte voor vaartuigen van passanten, voor horeca, een wandelpromenade en een brug. “We zullen het Havenkwartier samen met marktpartijen ontwikkelen. Dat doen we door een ambitiebeeld neer te zetten en doelen te definiëren. Het idee is dat marktpartijen daarop aansluiten. En ook dat ze hun plannen toetsen in de omgeving bij bewoners en ondernemers, voordat ze die definitief maken. Zo kan je samen optrekken richting New Town Breda”, besluit De Beer. << Meer informatie www.viabreda.nl Coulissenlandschap Stationskwartier Breda

Werken in Tilburgse Spoorzone LocHal De LocHal wordt de plek waar alles en iedereen samenkomt in de Spoorzone: leren en studeren, ondernemen en onderzoeken, ontmoeten en vergaderen, creëren en innoveren, exposeren en presenteren. Een gebouw met een rijk verleden waar de toekomst centraal staat. Met een vestiging van Seats2meet en De Bibliotheek Nieuwe Stijl biedt het plek aan uiteenlopende activiteiten. De imponerende Glazen Zaal uit de Beurs van Berlage krijgt hier een nieuw thuis plek en biedt op een bijzondere wijze ruimte aan activiteiten tot 200 personen. Samen met de provinciale kunst- en cultuurorganisatie KunstLoc die zich ook vestigt in de LocHal, werken ze samen aan een programmering van kennis, cultuur en ondernemerschap. Binnenkort verwelkomt de Tilburgse Spoorzone twee nieuwkomers pal naast het Centraal Station. Januari 2019 is de oude LocHal in volle glorie hersteld en toegankelijk voor publiek. Daarnaast verrijst in 2020 Plan-t. Een multifunctioneel werkgebouw met veel faciliteiten en een vernieuwende visie op samenwerken. Zo wordt Tilburg twee plekken rijker waar je een bureau kunt vinden; zowel voor flexwerk als vaste huur.

Plan-t: De creatieve hotspot in het hartje Spoorzone Midden tussen de klassieke gebouwen, vlakbij het station en in het hartje van de Spoorzone, verrijst straks Plan-t. Een nieuwe werklocatie met een flexibele indeling en een open deur voor grote en kleine bedrijven. Plan-t knipoogt naar het verleden en omarmt de toekomst. De naam De bijzondere naam zegt al veel over het karakter van dit nieuwe gebouw. De ronde vormen riepen bij de bedenkers herinneringen op aan het klassieke treinstel met dezelfde naam. In de volksmond ook bekend als Apekop. Een mooie verwijzing naar het roemrijke verleden van de Spoorzone. Zeker omdat het staat op een plek waar lang geleden 31 locomotieven, 118 rijtuigen en 1479 wagons zijn gerepareerd. Het gebouw Die vormen passen helemaal in een omgeving waarin straks mensen werken, wonen en zich vermaken. De infrastructuur van de Spoorzone en de ligging direct naast het station zorgen ervoor dat Plan-t straks optimaal bereikbaar is. Ideaal voor bedrijven en de gasten die ze ontvangen. Ontmoeten staat centraal Die gasten komen binnen in een indrukwekkende, open en transparante entree. Een echte ontmoetingsplaats voor iedereen. Ze zien dan meteen een passend en vernieuwend horecaconcept, waar ze aan kunnen schuiven voor een lunch of diner. Of hun laptop openklappen, een kop koffie drinken en in een levendige omgeving net- of flexwerken. Het gebouw is industrieel vormgegeven. De indeling wordt open en flexibel. De bijna 11.000 vierkante meter geven straks ruimte aan bedrijven van allerlei omvang. Huurders kiezen zelf uit verschillende indelingen en inrichtingen. Van traditionele kantoren tot open en frisse kantoortuinen. Een hard profiel voor de toekomstige bedrijven is er niet. Ook hier geldt de wet van de Spoorzone: hoe meer tegenstellingen en variatie, hoe beter. Het bedrijfsleven, het onderwijs en het bestaande en nieuwe ondernemerschap komen samen in de Tilburgse Spoorzone en vormen de motor voor economische dynamiek in de binnenstad. In de netwerk economie zijn ze onlosmakelijk verbonden. De Spoorzone ontwikkelt snel van ‘placemaking’-locatie tot volwaardig economisch gebied met bijbehorend gebruik en waarden. De onderscheidende kwaliteiten (cultuur, erfgoed, hip) worden benut als vestigingsplaats-factoren en bieden een prachtig decor voor nieuwe stedelijkheid en innovatieve vastgoedontwikkelingen of renovaties. Benieuwd naar de mogelijkheden? Mail naar spoorzone013@tilburg.nl of info@sdkvastgoed.nl www.spoorzone013.nl www.sdkvastgoed.nl www.plan-t.nl www.lochal013.nl

Van leven naar beleven in Helmond

“Als centrumstad wil Helmond dat het stationsgebied veel meer een verblijfsplek wordt, ook na vijf uur ’s middags”, zegt wethouder Gaby van den Waardenburg. Met een mix van wonen en werken en een herinrichting van de openbare ruimte wordt die verblijfsfunctie gestimuleerd. “Er zijn veel kansen in Helmond. Nog lang niet alles is ontwikkeld.” ‘Met De Cacaofabriek, het historische kasteel en het nieuwe Speelhuistheater hebben we fantastische troeven in handen’

M et het nieuwe station en de ondertunneling ervan werd de afgelopen jaren al een belangrijke stap gezet om de levendigheid van het gebied te vergroten. Woonwijk Annabuurt lag voorheen wat geïsoleerd achter het station, maar is dankzij de tunnel in het hart van de spoorzone terechtgekomen. Aan de andere kant van het station staan veel kantoorgebouwen leeg, omdat de rijksdiensten die erin zaten, zijn vertrokken. Er wordt hard gewerkt om deze gebouwen te transformeren tot aantrekkelijke woonplekken. Van den Waardenburg: “Het stationsgebied is nu nog vooral een plek om van a naar b te komen. Bewoning zorgt voor meer reuring.” Meer appartementen Totaal moeten er meer dan duizend woningen komen aan de centrumkant. “Er zijn veel grondgebonden woningen in Helmond maar er is tegenwoordig veel vraag naar woningen voor één- en tweepersoonshuishoudens. Dus in het centrum willen we meer van dat soort appartementen.” Compacter en levendiger maken “De Annawijk willen we verder opknappen. Daar werken we aan met de woningcorporatie. We investeren in het verduurzamen van de woningen, in een groenere buitenruimte en we investeren in meer activiteiten voor de buurt.” In het centrum gaat het vooral om het compacter en levendiger maken van het gebied. “Zoals gezegd door woningen en appartementen toe te voegen, door het realiseren van het burgemeester Geukerspark – met woonflat- en door een kwaliteitsslag te maken in het winkelaanbod en het groen in de stad.” Suytkade Suytkade is in Helmond een begrip, een woonwijk in het centrum met woningen voor diverse doelgroepen, met veel voorzieningen en het station in de buurt. In Suytkade moeten verschillende functies samenkomen. Nabij cultureel centrum De Cacaofabriek, worden vijf zogenoemde waterburchten bijgebouwd, plus grondgebonden woningen. Behalve wonen gaat het om zaken zoals onderwijs, een hotel en een foodtechpark. In dit park kunnen food bedrijven straks samenwerken met onderwijs en onderzoeksinstellingen. Troeven “We willen van leven naar beleven in Helmond. Met De Cacaofabriek, het historische kasteel en het nieuwe Speelhuistheater hebben we fantastische troeven in handen. Alles ligt op loopafstand van het station. We werken er nu aan om de locaties op een logische manier met elkaar te verbinden, zodat één geheel ontstaat. Dat moet door het slim inrichten van de openbare ruimte. Als we dat goed doen, ontstaat vanzelf nieuwe spin-off in het gebied.” Brainport Smart District Helmond heeft maar liefst vier stations. Bij station Brandevoort komt de ‘slimste woonwijk van Europa’: Brainport Smart District. Samen met de universiteiten van Tilburg en Eindhoven, de gemeente Eindhoven en de provincie werkt Helmond hier aan ‘slimme’ nieuwe concepten en ideeën op het gebied van mobiliteit, sociale innovatie, circulaire economie, gezondheid en meer. “Een levendige proeftuin waarbij technologie bijdraagt Wethouder Van den Waardenburg (meest rechts) verricht hier een ceremoniële handeling om het ‘start bouw’ moment van waterburcht Luyvestein op Suytkade te vieren. 40 - Stationslocaties 2018/2019

Bij station Brandevoort komt de ‘slimste woonwijk van Europa’: Brainport Smart District aan de kwaliteit van ons dagelijks leven. Waarbij we alles combineren tot een slimme wijk door niet alleen te ontwikkelen maar ook door het te testen en toe te passen. Niet alleen op het gebied van woningbouw, maar ook qua bedrijvigheid en stadslandbouw.” Flexibel plan De basis voor Brainport Smart District is een flexibel plan, zegt de wethouder, waarin niet alles tot op de millimeter is vastgelegd. “Zo ontstaat er ruimte voor nieuwe dingen. Denk aan een locatie die je overdag gebruikt om te werken en die ’s avonds een andere functie heeft. Of het openstellen van parkeerterrein van bedrijven na kantooruren. We kijken veel meer naar de samenhang; wonen en werken is niet per se gescheiden. Wat past bij elkaar, met aandacht voor duurzaamheid en leefbaarheid.” De nieuwe wijk zal ook fungeren als testlocatie voor de naastgelegen Automotive Campus. Studenten van de TUE (Technische Universiteit Eindhoven) zullen nog dit jaar een pilot starten die past binnen het slimme woonwijkconcept. Er gebeurt dus het nodige in Helmond en goede ideeën zijn altijd welkom, besluit Van den Waardenburg. “Waarbij we drie aspecten nadrukkelijk in het oog houden: duurzaamheid, beeldkwaliteit en betaalbaarheid.” << Theater Het Speelhuis Stationslocaties 2018/2019 - 41

Zonnepanelen op het dak van station Eindhoven Anticiperen op de toekomst ProRail verbindt, verbetert en verduurzaamt De snel toenemende verstedelijking vraagt om vergaande anticipatie op de in 2040 verwachte, honderden miljoenen reizigers, die snel, veilig en comfortabel van A naar B willen komen met het Nederlandse Openbaar Vervoer. Daarom is ProRail, verantwoordelijk voor het drukste en meest betrouwbare spoornet van Europa, op dit moment met stakeholders in gesprek over de capaciteit van de mobiliteit van de toekomst en nieuwe duurzame initiatieven op en rond OV knooppunten. 42 - Stationslocaties 2018/2019 D ag en nacht zet ProRail zich in om het snel groeiende aantal reizigers en goederen veilig en op tijd op hun bestemming te laten komen. “Wij vormen een dynamisch bedrijf en zijn volop in beweging,” bevestigt Astrid Bunt, directeur van ProRail Stations. “Om steeds meer passagiers en goederen te kunnen vervoeren wil ProRail meer en meer treinen laten rijden, op een veilige manier en met minder hinder. Dat vergt continu aandacht voor onze invloed op de samenleving en het milieu. Met de spraakmakende parels van circa het afgelopen decennium, zoals het Centraal Station van Arnhem, Breda, Den Haag, Rotterdam en Utrecht, zijn we er nog lang niet. Naast deze vijf toekomstbestendige Nationale Sleutelprojecten met de hoogst haalbare standaard, ondergaan fasegewijs meer, waaronder ook veel kleinere stations uitbreiding en vernieuwing. Wij kijken proactief vooruit en spelen tegelijkertijd in op omgevingswensen van provincies en gemeenten.”

Synergie ProRail verbindt niet alleen bestemmingen met elkaar, maar ook alle stakeholders van toekomstige en lopende projecten. Bunt: “Ons relatiemanagement is erop gericht om bij iedere nieuwe (her)ontwikkeling, zoals een stationsuitbreiding of -vernieuwing, de ontwikkeling van een stationsgebied, een gewenste onderdoorgang of rondweg bij het station, in een vroeg stadium te beginnen met een gezamenlijke ambitie en een gezamenlijke visie. We nemen bij ieder project ruim de tijd voor een gedegen voorbereiding, want we streven bovenal naar synergie, al is niet ieder station even groot. We hebben onze stakeholders hard nodig om de deur-tot-deur reis zo goed mogelijk te kunnen faciliteren. Steeds meer steken we in op integraal projectmanagement om zo efficiënt mogelijk te kunnen werken en optimale resultaten te kunnen behalen.” Stijgende lijn Bij alle specifieke wensen en eisen van NS Stations en andere betrokken partijen, waaronder ook omwonenden en nabije vestigers, houdt ProRail Stations bovendien voortdurend de reizigersstromen in het oog. Bunt: “Reizigers moeten bij aankomst op het station en na het verlaten van het perron snel en gemakkelijk hun weg kunnen vinden naar de trein of hun bestemming elders, zonder dat zij een belemmering in hun looproute ervaren. Het station moet verder goed aansluiten op voor- en natransport en op plezierige looproutes naar zaken- en winkelEen van de eerste treinen onder de net geplaatste busbrug bij station Zwolle Astrid Bunt, directeur stations, ProRail centra. Wij zorgen daarvoor in samenwerking met architectenen ingenieursbureaus. Na grondige inventarisatie, analyse en onderlinge afstemming maken zij de benodigde draaiboeken. Wij houden de regie en koppelen alle informatie terug naar de stakeholders. We investeren dus het maximaal haalbare in het programma van eisen, dat de basis vormt voor het eindresultaat. Dat eindresltaat betreft niet alleen het resultaat bij oplevering maar steeds nadrukkelijker de toekomstvastheid, kosten en perstaties gedurende de totale levenscyclus. Verder Stations, spoor en overwegen ProRail besteedt jaarlijks zo’n 350 tot 400 miljoen euro aan vernieuwing, onderhoud en dagelijks beheer aan stations. De stations zijn met elkaar verbonden via het drukste spoornet van Europa. Nederland telt inmiddels 401 stations en 7.021 kilometer spoor. Het spoor is voorzien van 2.589 overwegen waarvan 1.598 beveiligd, 7.071 wissels en 12.036 seinen. Onderdeel van het spoornet en de stations zijn 725 spoorviaducten, 455 spoorbruggen, 56 beweegbare bruggen, 2 miljoen m2 transferoppervlakte (gelijk aan 315 voetbalvelden), 3.531 reisinformatieschermen, 365 liften, 242 roltrappen en 85 stations voorzien van veiligheidscamera’s. Stationslocaties 2018/2019 - 43

Station Waddinxveen Triangel, een voorbeeld van toekomstgericht bouwen van een station. De ontwikkeling van de woonwijk is aansluitend gestart, het station is er al. monitoren we bij voortduring de beleving van de herontwikkelde stations. Zo zien we onze inspanningen daarin al geruime tijd beloond met een duidelijk stijgende lijn.” Perspectief Bunt en collega’s buigen zich nu al over de verwachtingen en mogelijke oplossingen voor 2040. “We zijn daarover in gesprek met het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW), NS Stations en de Provincies, enerzijds leggen we de focus op het spoornetwerk en anderzijds bekijken we hoe snel de toekomstige ontwikkelingen op ons afkomen. We willen er tijdig klaar voor zijn om enorme aantallen reizigers probleemloos in het goede spoor te houden en aan de vraag van de toekomst te kunnen voldoen.” Bij ProRail vinden ze het concept-denken leuke materie. “Het is interessant om samen te bekijken hoe mensen anders gaan leven en werken,” zegt Bunt. “Mede vanwege het beperkte ruimtebeslag zien we het als een uitdagende puzzel om optimaal aan nieuwe behoeften te kunnen voldoen. Het spoor is essentieel voor de bereikbaarheid van ons dichtbevolkte land en de ons omringende landen. Met relatief weinig ruimtebeslag zorgen wij ervoor dat er nu al dagelijks 1,1 miljoen treinreizen worden gemaakt en jaarlijks vrij44 - Stationslocaties 2018/2019 Het spoor is één van de meest duurzame vormen van vervoer wel onbelemmerd zo’n 51 miljard tonkilometers worden gerealiseerd. Kostenbewustzijn, toegenomen efficiency en uiteenlopende technologische innovaties bieden perspectief. Toch moeten we oppassen voor bedreigingen en zo goed mogelijk bijdragen aan de niet geringe duurzaamheidsopgave.” Toekomstbestendig Al wordt het spoor al gezien als één van de meest duurzame vormen van vervoer, toch bekijkt ProRail voortdurend hoe het nóg duurzamer kan. “We gaan slim om met de beschikbare ruimte, beperken de CO2 -uitstoot met energiebesparing en mede de uitstoot van de gehele vervoersector en stimuleren circulair materiaalgebruik,” zegt Bunt. ”Zo dimmen we bijvoorbeeld, soms op verzoek van omwonenden, de stationsverlichting wanneer het kan, met de toevoeging van sensoren, en stappen we steeds meer over op LED-verlichting. Ook wekken we energie op met zonnepanelen op Station Harderwijk

perrondaken. Verder moet het wisselen van modaliteiten (bijv. tram, bus. metro) mogelijk blijven, zeker nu het station in de toekomst ook de alternatieve functie krijgt van een ontmoetingsknooppunt. Kansrijk lijken bijvoorbeeld continu rijdende auto’s, die mensen afzetten en ophalen.” “Ook de duurzame fiets is steeds meer in opkomst als vervoermiddel voor voor- en natransport. De overheid wil het gebruik van de fiets blijven stimuleren met onder meer een aanzienlijke uitbreiding van het aantal rijwielstallingen. Het actieplan Fietsparkeren voorziet daarin voor de komende vijf jaar op 90 stations. Het ministerie van IenW heeft zo’n 80 miljoen euro beschikbaar gesteld. ProRail adviseert het Rijk, bouwt en onderhoud de rijwielstallingen. Goed functioneren, vooruitzien en nauw samenwerken met alle partijen is belangrijker dan ooit voor de toekomst. Dit met een scherp oog voor de dagelijkse operatie,” aldus Bunt. << Over ProRail ProRail is verantwoordelijk voor het spoorwegnet van Nederland. Samen met vervoerders zet ProRail zich 24/7 in om reizigers en goederen veilig en op tijd op hun bestemming te laten komen. ProRail wil meer treinen laten rijden, op een veilige manier en met minder hinder, nu en in de toekomst. Verspreid over het land zijn er 13 verkeersleidingsposten. Het hoofdkantoor van ProRail is gevestigd in Utrecht. Regiokantoren zijn er in Amsterdam, Eindhoven, Rotterdam en Zwolle. ProRail heeft bijna 4.000 medewerkers in dienst. Meer informatie: ProRail Astrid Bunt, directeur Stations Moreelsepark 2, gebouw de Tulpenburch, 3511 EP Utrecht Postbus 2038, 3500 GA Utrecht 088 – 231 3100 www.prorail.nl Het spoor is essentieel voor de bereikbaarheid van ons dichtbevolkte land en de ons omringende landen Stationslocaties 2018/2019 - 45

Maak Plaats in de Poort van Hoorn Binnenstad XL én regionaal mobiliteitsknooppunt Begin 2018 gaven NS Stations, ProRail, de provincie Noord-Holland en de gemeente Hoorn het startschot voor de gezamenlijke ontwikkeling van het stationsgebied in Hoorn; de Poort van Hoorn. De kern: het ontwikkelen van een regionaal mobiliteitsknooppunt én het toevoegen van aantrekkelijke en gevarieerde stedelijke woon-en werkmilieus in een straal van 1.200 meter rondom het knooppunt. ‘De Poort van Hoorn is het visitekaartje van de stad en de rode loper naar de binnenstad’

voor een aantrekkelijke aanvulling op de stad. ‘Kwaliteit is écht het sleutelwoord,’ legt wethouder Bashara uit. ‘We willen de beleving van onze historische binnenstad doortrekken naar het stationsgebied. In de openbare ruimte, maar ook in de bebouwing. Een prachtig voorbeeld is het Pelmolenpad, nu nog een enorm parkeerterrein, naast het station en op nog geen 5 minuten loopafstand van de winkels, horeca, musea en het nieuwe stadsstrand dat de komende jaren wordt aangelegd. Hier is ruimte voor een prachtige nieuwe stadswijk. Wonen en leven op een manier die Hoorn nu nog niet kent. En ook direct rond het station is volop ruimte voor dit soort hoogwaardige ontwikkelingen.’ v.l.n.r.: Samir Bashara (gemeente Hoorn), Kees Rutten (ProRail), Irma Winkenius (NS Stations) en Joke Geldhof (Provincie Noord-Holland) Poort van Hoorn Hoorn ligt 30 minuten ten noorden van Amsterdam. In de Gouden Eeuw groeide de stad uit tot een van de belangrijkste internationale handelssteden, met vestigingen van de VOC, WIC, Moedernegotie en Noordse Compagnie. Deze rijke historie is ook vandaag de dag nog volop terug te vinden in de sfeervolle binnenstad, met zijn oude straten, historische VOChaven en vele monumentale gebouwen. De afgelopen decennia groeide Hoorn als overloopstad van Amsterdam uit tot bijna 75.000 inwoners. Met zijn vele voorzieningen bedient Hoorn als centrumstad van de regio Westfriesland meer dan 200.000 inwoners. Het stationsgebied, dat aan de rand van de historische binnenstad ligt, is hét mobiliteitsknooppunt voor Westfriesland. Dagelijks maken duizenden reizigers en bezoekers gebruik van dit gebied, dat bekend staat als de ‘Poort van Hoorn’, met directe verbindingen van en naar de Randstad. ‘De Poort van Hoorn barst van potentie’ Mobiliteitsknooppunt en entree van de stad Voor de vele reizigers en bezoekers is de Poort van Hoorn de entree van de stad. De Poort van Hoorn wordt dan ook het visitekaartje van de stad en de rode loper naar de binnenstad. Wethouder Samir Bashara van de gemeente Hoorn: ‘Aan de noordkant van het station kom je de stad binnen. Aan deze kant gaan we de mobiliteitsfuncties, zoals het busstation en het parkeren van auto’s en fietsen zoveel mogelijk concentreren. Door de vervoersstromen (trein, bus, auto en fiets) zoveel mogelijk aan de noordkant van het station dichtbij elkaar te brengen, zorgen we voor een snelle en comfortabele overstap voor reizigers en bezoekers, én een betere bereikbaarheid van en naar Hoorn en de regio.’ Kwaliteit sleutelwoord Door het busstation en het ook het parkeren deels van de zuidzijde van het station naar de noordzijde te verplaatsen, maken we op strategische plekken in en rond de binnenstad ruimte ‘We trekken de beleving van de binnenstad door naar het stationsgebied’ Maak Plaats Begin dit jaar tekenden NS Stations, ProRail, Provincie NoordHolland en de Gemeente Hoorn een intentieovereenkomst om samen te werken aan de ontwikkeling van de Poort van Hoorn. Bert Kassies, manager stationsprojecten bij ProRail: ‘Wij werken graag samen met NS en de gemeente om te kijken hoe je het station en het stationsgebied optimaal en integraal laat functioneren.’ Ook Daan Klaase, manager planontwikkeling bij NS Stations, is enthousiast: ‘Dit gebied barst van potentie. Het station ligt direct tegen de historische binnenstad aan, maar kenmerkt zicht nu vooral door grote parkeervlaktes en veel onbenutte ruimte. Ook is er veel ruimte voor verbetering voor reizigers en bezoekers. We kunnen niet wachten om hier samen aan de slag te gaan.’ De Poort van Hoorn is een voorbeeld van de ‘Maak Plaats’ visie van de provincie Noord-Holland en werd onlangs ook opgenomen in de provinciale omgevingsvisie. Joke Geldhof, gedeputeerde provincie Noord-Holland: ‘In Hoorn ligt echt een mooie kans om de binnenstad uit te breiden met aantrekkelijke en gevarieerde stedelijke woonmilieus, dichtbij de voorzieningen en dichtbij een goed functionerend mobiliteitsknooppunt. De Poort van Hoorn sluit goed aan bij onze ambitie om binnenstedelijk bouwen zoveel mogelijk te stimuleren en daarbij prioriteit te geven aan de OV-knooppunten.’ Markt ontdekt Hoorn Naast de intensieve samenwerking met NS Stations, ProRail en de provincie is de gemeente Hoorn ook volop in gesprek met marktpartijen. ‘We merken dat ontwikkelaars en beleggers Hoorn ontdekt hebben als aantrekkelijke woonstad dichtbij de Randstad,’ vertelt wethouder Bashara. ‘Denk aan het plan ‘TOREN’, met ruim 200 appartementen bij het station. Dat enthousiasme is aanstekelijk. Partijen zijn altijd welkom om met ons mee te denken over hoe wij onze ambities kunnen verwezenlijken. Alle lichten staan wat ons betreft op groen!’ << Meer informatie? www.poortvanhoorn.nl, of neem contact op Mirjam Boogaard (programmamanager Poort van Hoorn/gemeente Hoorn), via poortvanhoorn@hoorn.nl of 0229-252200. Stationslocaties 2018/2019 - 47

Herontwikkeling Stationsgebied Heerhugowaard Stap voor stap verder Hoe het Stationsgebied in Heerhugowaard er zal kunnen uitzien in de toekomst wordt langzamerhand duidelijker. Nu de gemeente het afgelopen jaar de keuze heeft gemaakt om te investeren in de hoofdwegenstructuur, en ruimte biedt aan nieuwe ontwikkelingen, melden in die dynamiek marktpartijen zich. Ze willen enthousiast meewerken aan de gebiedsontwikkeling rond het station van Heerhugowaard. Wethouder Stam in het Stationsgebied. W ethouder Monique Stam (VVD) van Economische Zaken weet het zeker. “Onze ontwikkelingsstrategie op basis van de structuurvisie heeft gewerkt. Daar komt bij dat we het economische tij mee hebben. Dat maakt dat marktpartijen vandaag de dag een goede investering zoeken en daarvoor ook kijken naar stationsgebieden die in toenemende mate beter bereikbaar en aantrekkelijker worden.” Nu de gemeenteraad het plan heeft goedgekeurd voor het maken van een onderdoorgang onder het spoor (de Zuidtangent) zal de bereikbaarheid van het Stationsgebied sterk verbeteren, evenals de verkeersdoorstroming en de veiligheid voor voetgangers en fietsers. Het wachten is op de provinciale goedkeuring van de subsidieaanvraag om de knooppuntontwikkeling in Heerhugowaard een flinke duw te geven. Stam: “De subsidie is bedoeld voor een betere bereikbaarheid van het station en het verbeteren van de openbare ruimte, niet voor de aanleg van de onderdoorgang. Eind dit jaar valt daarover het besluit. Wij heb48 - Stationslocaties 2018/2019

ontwerp ipv Delft, www.ipvdelft.nl ben goede hoop dat de provincie Noord-Holland zal bijdragen, want we werken met dezelfde agenda aan de knooppuntontwikkeling.” Twee vliegen De wethouder wijst op de gezamenlijke belangen van de gemeenten die samenwerken op de Zaancorridor, de spoorlijn van Amsterdam naar Heerhugowaard die onderdeel is van het provincieprogramma voor ov-knooppunten. Het plan is om woningen, kantoren, winkels, voorzieningen en scholen doordacht te concentreren in de buurt van NS-stations. “Door tegelijkertijd te werken aan de woningbouwopgave en de bereikbaarheid slaan we twee vliegen in één klap”, benadrukt Stam. Impressie woontoren ontwikkelaar P. Komen Nu met de voorbeeldige economie en de recente kabinetssteun voor meer woningen zien Heerhugowaard en gemeenten in Noord-Holland Noord met name nabij knooppunten ruimte en mogelijkheden voor 40.000 extra woningen op termijn. “Voor ons”, zegt de wethouder, “betekent dat de bouw van nieuwe woningen in een straal van 1.200 meter rondom het station. De exacte locaties zijn nog niet bekend maar we weten dat er in ieder geval plek voor is. Aan de vraag zal het niet liggen. We hebben nu al veel krapte op onze woningmarkt en ik weet zeker dat veel mensen uit de metropoolregio ook op zoek zijn naar een woning buiten de stad met een goede ov-verbinding. Gemeenten met stationsgebieden zoals Heerhugowaard, zijn in dat opzicht heel aantrekkelijk.” Stationslocaties 2018/2019 - 49

Daar komt bij dat de regio volgens haar veel te bieden heeft, niet alleen aan voorzieningen maar ook als het gaat om natuur en recreatie. “En wil je blijven werken in Amsterdam en omgeving, in drie kwartier ben je er met de trein in Heerhugowaard, een aantrekkelijke gemeente met een hoog voorzieningenniveau, voldoende economische ontwikkeling en veel groen.” Landmark Bouwer en ontwikkelaar Henselmans doet al een duit in het zakje van nieuwe woningen in het Stationsgebied. Binnenkort start de bouw van 60 nieuwe appartementen naast de fietsbrug. Verder heeft een andere ontwikkelcombinatie plannen voor een woontoren naast het station. Stam: “Een gebouw dat als een landmark voor het gebied moet dienen. In mijn ogen moet dat project een boost geven aan het wonen én werken in het Stationsgebied en aan de openbare ruimte rond het station. Uiteraard betrekken we de omgeving en de buurgemeenten nauwgezet bij het maken van de plannen. Sommigen moeten nog wennen aan zo’n hoog gebouw in Heerhugowaard. Tegelijkertijd is dit een voorbeeld van veranderende leefstijlen in onze regio.” Met de herontwikkeling van het Stationsgebied moeten er niet alleen meer woningen, voorzieningen en meer werkgelegenheid komen, ook de woon- en werkomgeving moet mooier, beter bereikbaar en veiliger worden. Die opgave heeft de Broekerveiling als trekpleister In de knooppuntontwikkeling werkt Heerhugowaard constructief samen met de landelijke buurgemeente Langedijk. Dat is zichtbaar in het ontwerp van het ov-knooppunt dat een stedelijke én een dorpse zijde heeft die tegen elkaar aanliggen. Met Langedijk is samengewerkt om het landelijke, cultuurhistorische gebied vanuit het knooppunt met een bootje te ontsluiten, met als eindbestemming de Broekerveiling, waar je het museum over de oudste doorvaargroenteveiling kunt bezoeken. Zo is een populaire toeristische trekpleister ontstaan die vanaf het station in Heerhugowaard goed bereikbaar is. Woongebouw Henselmans Ontwikkeling 50 - Stationslocaties 2018/2019

Artist impression Oogcentrum Noord-Holland gemeente zich gesteld. “Wat ook belangrijk is”, weet Monique Stam, “is dat we door alle activiteiten in het Stationsgebied willen doorgroeien naar meer treinreizigers per dag. Dat maakt onze gebiedsontwikkeling ook interessant voor spoorpartijen die willen investeren. Het verbeteren van de dienstregeling in Heerhugowaard is een economische doelstelling. Mensen moeten makkelijk en snel hiernaar toe kunnen, maar ook kunnen vertrekken als ze bijvoorbeeld elders werken. Daarmee heeft een goed station meteen ook betekenis in het verbinden van regio’s in Noord-Holland.” NS-huiskamer Dat de spoorpartijen meedenken in de stapsgewijze ontwikkeling van het Stationsgebied blijkt uit de investering van de NS in de zogenaamde ‘huiskamer’, een moderne, loungeachtige ontmoetingsplek waar reizigers kunnen wachten op hun volgende verbinding. Daarnaast heeft ProRail een gratis fietsenstalling gerealiseerd die 24/7 open is. “Het zijn ook weer logische tussenstappen naar een volgende fase in de gebiedsontwikkeling: de uiteindelijke herontwikkeling van ons NS-station”, stelt Stam. Zaancorridor De Zaancorridor, de spoorlijn van Amsterdam naar Heerhugowaard, is onderdeel van het provincieprogramma OV-knooppunten. Het plan is om woningen, kantoren, scholen, (maatschappelijke)voorzieningen en winkels te concentreren rondom de NS-stations en goed te spreiden langs het spoortraject. De betrokken gemeenten, de provincie NoordHolland, ProRail en de Nederlandse Spoorwegen pakken dit gezamenlijk aan. Door tegelijkertijd te werken aan de woningbouwopgave en aan de bereikbaarheid worden twee vliegen in één klap geslagen. Ontwikkelingsstrategie Stationsgebied 1 Masterplan opzetten 2 Parkeerstrategie introduceren 3 Spooronderdoorgang voorbereiden 4 Snel schakelen als partijen zich melden 5 Slim investeren om ontwikkelingen op gang te brengen 6 Stationsplein herontwikkelen 7 Duurzaam, groen en klimaatadaptief ontwikkelen 8 Ook kleine initiatieven ondersteunen; met elkaar werken aan het Stationsgebied Over 2 jaar? Voorzichtig vooruitkijkend hoopt de wethouder, die continuïteit hoog in het vaandel heeft staan, dat het gebouw met woningen van ontwikkelaar Henselmans er over twee jaar staat en “dat de bewoners er heel plezierig wonen. Een gemengde groep nieuwe bewoners.” Verder moet er meer duidelijk zijn over de nieuwe hoge woontoren, en zal volgens haar het nieuwe oogcentrum als eyecatcher voor het gebied kunnen dienen. “We willen een gebied waar je goed kunt wonen, werken en verblijven: waar je echt wilt zitten. We zullen daarbij ook verder nadenken over een aantrekkelijke, misschien wel spectaculaire verbinding van het Stationsgebied met het stadshart.” << Meer informatie Blijf op de hoogte over de ontwikkelingen in het Stationsgebied via www.stationsgebiedheerhugowaard.nl Stationslocaties 2018/2019 - 51

Vergezicht in gezond werken Pharos, een eigentijds Randstedelijk gebouw met statuur. Cairn Real Estate is gestart met de herontwikkeling van de landmark Pharos bij NS Station Hoofddorp in - de op energiebesparing en de circulaire economie gerichte - gemeente Haarlemmermeer. Het streven is om het 23.000 m2 grote gebouw onder meer te optimaliseren als één van de gezondste werkomgevingen van Nederland. 52 - Stationslocaties 2018/2019

D e grote verbouwopgave van Pharos onderstreept de statuur. Het naar de klassieke vuurtoren van Alexandrië genoemde baken is hard op weg om dé Randstedelijke locatie voor een bruisende gemeenschap te worden. “Onze plannen passen uitstekend in de toekomstbestendige initiatieven van de regio,” bevestigt Frederick van Gulik, senior asset manager van Cairn Real Estate. “Wij verhuren geen vierkante meters kantoorruimte, maar kubieke meters gezonde werkomgeving. Deze meerwaarde kunnen we bieden, dankzij onze samenwerking met ambitieuze partijen en de toepassing van geavanceerde technologieën. Met een integrale, duurzame aanpak streven wij naar BREEAM In-Use ‘Excellent’ classificatie. Daarnaast introduceren we in samenwerking met Healthy Workers monitoring van de fysieke werkomgeving op de kantoorvloeren om zo onder meer temperatuur, vochtigheid en CO2 waarden, die van invloed zijn op de klimaatbeleving, in kaart te brengen. Deze uitslag combineren we met input van werknemers; zij kunnen aangeven hoe zij zich voelen in relatie tot de fysieke kenmerken. Het sturen op deze metingen resulteert in een verhoogde productiviteit en gereduceerd ziekteverzuim binnen het gebouw. Onze focus ligt, naast gezondheid en welzijn, ook op energieprestatie en verzameling en minimalisering van afvalstromen.” “Wij verhuren geen vierkante meters kantoorruimte, maar kubieke meters gezonde werkomgeving” Het openbaar gebied krijgt eveneens ‘upgrading’. De gemeente Haarlemmermeer gaf recentelijk het startschot voor een mooie looproute - met veel nieuw groen en bruggetjes - van NS Station Hoofddorp naar het centrum. De nieuwe openheid van het Mercuriusplein verbetert de connectie met Pharos en nodigt uit tot interactie tussen binnen- en buitenverblijf. Toegankelijk Het uit 2003 daterende kantoorgebouw is in totaal 22.000 m2 groot en heeft een hoogte van circa 80 meter. “Als voormalige huisvesting van de Rijksoverheid is Pharos op dit moment meer naar binnen gekeerd,” zegt Van Gulik. “De werklocatie stond Frederick van Gulik Toplocatie Gebouw Pharos ligt pal op en aan NS Station Hoofddorp. Huurders van Pharos werken te midden van ‘high level’ kantoorgebruikers en ‘experience centers’, restaurants en een hotel, voorzien van conferentieruimten en een ‘Park & Ride’. De toren is gesitueerd naast het trein- en busstation en een halte van R-net, de vrije busbaan tussen Haarlem en Amsterdam, op een autominuut afstand van de op- en afritten van de A4 en A5 en op tien minuten reisafstand van de luchthaven Schiphol. In de directe omgeving bevinden zich het levendige, sterk op welbevinden gerichte cradle-to-cradle Park 20|20 en Circular Valley, waar zich veel aansprekende ondernemingen hebben gevestigd. De herontwikkeling van Pharos vormt de impuls van dit moment voor het gebied, dat de komende jaren wordt getransformeerd tot een bovengemiddeld aantrekkelijke woonwerkomgeving. Stationslocaties 2018/2019 - 53

“Bijzondere aspecten zijn het natuurlijke daglicht en de ingebrachte luchtcirculatie, die zo fris en zuiver is als de Zwitserse Alpen” dan ook alleen eigen bezoekers toe. Wij maken het gebouw ook toegankelijk voor derden en transformeren het entreegebied naar een levendige en multifunctionele omgeving, waar huurders en bezoekers elkaar ontmoeten. Pharos biedt binnenkort een bemande receptiebalie, comfortabele bar, lounge en ‘private-dining’ plekken en een ‘remote area’ voor fitprogramma’s. Zowel de begane grond, als de riant uitzicht biedende ‘topfloor’, met onder meer vergaderzalen en bijpassende voorzieningen, zijn volledig bestemd voor gezamenlijk gebruik en (netwerk) ontmoetingen.” Aan de vraag naar zeer ruime vloeren komt het laagbouwdeel tegemoet. Van Gulik: “De nieuwe, energieopwekkende gevel aan de voorzijde laten we een stuk naar voren zetten. Daarmee creëren we voor zowel de begane grond als de vijf verdiepingen daarboven vloeroppervlakten van circa 2.100 m2 . Het laagbouwdeel is vanaf medio 2020 gereed voor de huisvesting van een singletenant huurder, of meer grotere bedrijven. Het heeft een eigen entree. De metrages van de vloeren in de negentien verdiepingen hoge toren zijn circa 880 m2 . Hier zijn de zesde tot en met de tiende verdieping nog vrij voor de verhuur.” ‘Health’ en ‘well-being’ Pharos draagt continu bij aan ‘health’ en ‘well-being’ van haar gebruikers. “Bijzondere aspecten zijn het natuurlijke daglicht en de ingebrachte luchtcirculatie, die zo fris en zuiver is als de Zwitserse Alpen,” licht Van Gulik toe. “Ook brengen we een compleet, energiezuinig spectrum van verlichting aan in een samenstelling van verschillende lichtsoorten en kleuren, die meer evenwicht biedt dan een standaard armaturenserie. We mogen ons ook gelukkig prijzen met de toezegging van Top100 chef-kok Jonathan Karpathios, tevens ‘Smaakmaker van het 54 - Stationslocaties 2018/2019 Jaar 2018’, om de scepter te zwaaien in het toekomstige Pharos restaurant. Dit met een speciaal foodconcept met gezonde verrassingsmenu’s, die hij bereidt met ingrediënten uit zijn eigen kassen. Momenteel is hij al aan de slag in de keuken van de tijdelijke lunchvoorziening.” Pharos krijgt ook een fitprogramma. Van Gulik: “Daarbij denken we aan interne yoga en meditatie workshops en andere ontspanningsmogelijkheden voor werknemers in groepsverband, maar ook aan bootcamp trainingen. Dit alles op vooraf afge

sproken tijdstippen en met ‘push’ berichten via het nieuw te introduceren Pharos platform, dat gebruikers met elkaar verbindt via een app. Huurders De laatste fase van vertrek van de Rijksoverheid is gepland in 2019. Datacenter Nutanix Nederland en uitzendbureau Olympia zijn de eerste nieuwe huurders in het binnenkort op te leveren deel. “Frame Offices gaat een belangrijke rol vervullen op het gebied van de hospitality beleving van huurders en hun bezoekers. Frame Offices verhuurt niet alleen units op flexibele basis, maar exploiteert ook ons gebouw, als een geïntegreerde facility en hospitality manager. Hun professionals zijn het aanspreekpunt voor zowel huurders als bezoekers. Qua flexibiliteit biedt Pharos dus vrij indeelbare vloeren én opschaalbare werkplekken en co-working ruimten.” Cairn Real Estate Cairn Real Estate is gevestigd in Amsterdam en biedt van daaruit onafhankelijk, strategisch multi-asset en investment management. Het bedrijf initieert, structureert en beheert investeringsprojecten voor institutionele beleggers en (inter)nationale family offices in commercieel vastgoed in de Benelux en Duitsland. Cairn Real Estate beheert momenteel een vastgoedportefeuille die bestaat uit kantoorgebouwen, retail, ‘light industrial’ en ander bedrijfsmatig vastgoed. Frame Offices exploiteert in meer vooraanstaande gebouwen een flexibel vijfsterren kantoorconcept voor zowel grote als kleine bedrijven. Het bedrijf staat bekend vanwege haar toepassingen op het gebied van een inspirerende werk- en verblijfsomgeving en het bevorderen van dynamische, zakelijke hotspots. << Meer informatie: Cairn Real Estate Frederick van Gulik MSc, senior asset manager f.vangulik@cairn-re.com www.pharos.work Stationslocaties 2018/2019 - 55

Dordrecht ambitieus: duizenden woningen in Spoorzone Dordrecht staat, net als andere steden langs de ‘oude lijn’ Leiden - Dordrecht, voor een groeiopgave. De komende vier jaar komen er vierduizend woningen bij en er is plancapaciteit voor nog eens zesduizend. Het gaat om binnenstedelijke plannen, veelal langs de spoorlijn. “Wonen, werken en mobiliteit zijn factoren die elkaar beïnvloeden”, zegt wethouder Rik van der Linden (Bereikbaarheid). M et de mobiliteit zit het in beginsel al goed, met de aansluitingen op de autowegen A15 en A16 en de provinciale weg N3. De fiets- en busverbindingen zijn op orde, er is een drukgebruikte waterbusverbinding én Dordrecht is een intercity-stad. “En dan is er nog de Merwede-Lingelijn voor de verbinding richting Geldermalsen”, zegt Van der Linden. “Maar als je zoveel woningen gaat bouwen dan moet er een tandje bij, anders loopt het vast.” Weizigtpark Het stationsgebouw van Dordrecht dateert van 1872. Veel van de oude stationsfuncties zijn er verdwenen en revitalisering van het gebouw en directe omgeving is wenselijk en staat op de agenda van het Dordtse college. Een speerpunt is het aanpakken van de zuidzijde van het station. Daar ligt het Weizigtpark. Reizigers die via het park fietsend naar het station komen, hebben nu geen goede plek om hun fiets achter te laten en parkeren hun vervoermiddel op Rik van der Linden het plein. “Daardoor oogt het nu wat rommelig en daar willen we vanaf.” De plannen voor een nieuwe fietsstalling voor 1.200 fietsen zijn in een vergevorderd stadium. “Maar op deze plek komen veel functies bij elkaar: fietsers, reizigers, passanten, auto’s, P&R, omwonenden, parkbezoekers. Al die functies willen we een goede plek geven door de herinrichting van het gebied inclusief het Weizigtpark. Het is uniek dat je vanuit een station direct in het park staat. Die kracht moeten we benutten. De

zuidzijde moet een volwaardige entree worden met een groen stationsplein. Onderdeel daarvan is de wens om de verbinding tussen het centrum en het Weizigtpark inclusief de woonwijken erachter te verbeteren. Zeker als er nieuwe woningen bijkomen in het gebied. Het station vormt nu nog een barrière, maar moet een doorgang worden, bijvoorbeeld met een fiets- en voetgangerstunnel of een brug. Ook dit wordt meegenomen in de plannen. Halte Leerpark Het tweede belangrijke speerpunt in de OV-ontwikkelingen binnen Dordrecht is de realisatie van een zogenaamde lighttrainhalte op het Leerpark. Het Leerpark is een plek waar onderwijs, een Maakfabriek, de Duurzaamheidsfabriek, wonen en werken samen komen. He Leerpark ontwikkelt zich tot een campus. De kracht ligt daarbij vooral in de samenwerking tussen overheid, ondernemers en onderwijs. Van der Linden spreekt de wens uit dat het Leerpark op termijn een lightrailhalte krijgt, zodat een snelle verbinding ontstaat richting de Randstad. Spuiboulevard Ten noorden van het station ligt het gebied Spuiboulevard met veel kantoorgebouwen uit de jaren 60 en 70. In twee leegstaande gebouwen worden nu stadsappartementen gerealiseerd. Enkele oudere gebouwen gaan plat ten faveure van nieuwe woningen. En de gemeente onderzoekt of ze het gedateerde Stadskantoor wil verhuizen binnen dit gebied en zo de transformatie aan te jagen. “De spoorzone moet een gebied zijn waar mensen willen wonen en werken en daar maken we nu volop werk van.” ‘De spoorzone moet een gebied zijn waar mensen willen wonen en werken’ Ambitieuze bouwopgave De woningen die er bijkomen, komen op diverse plekken in de stad. Stadswerven is een mooie locatie aan het water met plaats voor vierhonderd woningen. Langs het spoor gaat het onder meer om de nieuwe wijk Wilgenwende, Leerpark en het nabijgelegen Gezondheidspark. Verder worden er nog verschillende locaties ontwikkeld. Dordrecht heeft daarbij wel als voorwaarde dat de polders rond de stad niet bebouwd worden. De kracht van het stedennetwerk in de Randstad wordt doorslaggevend voor de economische ontwikkeling van Nederland. Dordrecht is als entree vanuit het zuiden duidelijk onderdeel daarvan. In steden wordt het meeste geld verdiend, daar zijn de meeste banen te vinden, daar trekken de mensen naartoe. Daarom werken we aan een goed bereikbare stad over weg, water en spoor, die ontmoeting en samenwerking aanmoedigt en faciliteert. Uitwisseling tussen mensen en bedrijven langs de Oude Lijn (grote steden langs het spoor tussen Leiden en Dordrecht) en de Brabantse stedenrij. Verbinding tussen centrumstad en regio Drechtsteden, waarbij Dordrecht voor de inwoners van de omliggende gemeenten eindbestemming of overstappunt is. Dordrecht, Zwijndrecht en de Provincie slaan de handen ineen: in het ambitieuze spoorzoneprogramma wordt een forse impuls gegeven aan de uitvoering van de sociaal economische agenda van de Drechtsteden. Er wordt gewerkt aan een masterplan dat de basis gaat vormen voor de verdere ontwikkeling. 6.000 woningen Op de langere termijn moeten er nog eens zesduizend woningen bijkomen. Ruimte hiervoor komt onder meer van oude bedrijfsterreinen in de stad die hiervoor gesaneerd worden. Verder gaat het om oude gebouwen die een nieuwe (woon)bestemming krijgen. Het Energiehuis is daarvan al een geslaagd voorbeeld. De vroegere gemeentelijke elektriciteitscentrale is nu een culturele hotspot. Vlakbij worden direct aan het water woningen en stadsappartementen ontwikkeld. Ook het oude postkantoor werd aangepakt. “Een gedateerd gebouw uit de jaren zeventig dat nu een restaurant ‘in de plint’ heeft. Het is nu een befaamde plek en maakt de route van het station naar het centrum ook aantrekkelijker.” “Dordrecht heeft gewoon een goed verhaal. Er is een sterke economie, mede dankzij de maritieme industrie. De samenwerking met Rotterdam en binnen de Drechtsteden is goed. We zijn de vierde monumentenstad van Nederland en een rijke historie. Het cultuuren horeca-aanbod is de laatste jaren sterk verbeterd en dat zie je terug in de bezoekersaantallen van de stad. Ook die stroom moet je faciliteren. Dordrecht is echt een stad waar je bij wilt horen.” << Stationslocaties 2018/2019 - 57

Sliedrecht en de Drechtsteden op alle fronten vol gas vooruit Sliedrecht en de Drechtsteden – waarvan Sliedrecht deel uitmaakt – hebben de wind in de rug. De ontsluiting was al goed, maar wordt nog beter. De A15, de A16 en de N3 langs de Drechtsteden worden aangepakt en de hoogwaardige trein –en busverbindingen met Rotterdam verbeteren sterk. O p 1 december neemt Qbuzz de busconcessie over. Forenzen kunnen dan vier keer per uur in de ochtend- en avondspits de snelbus pakken. Utrecht en Rotterdam komen zo binnen handbereik, zegt wethouder Hans Tanis. “Een aanzienlijke verbetering en twintig minuten sneller dan voorheen.” Betere mobiliteit De mobiliteit in de regio verbetert sowieso nogal, zegt Tanis. “De A15 ter hoogte van Sliedrecht wordt verbreed, verbindingen met de A15 en A16 worden aangepakt en de N3 langs Dordrecht krijgt een facelift. Ook is de minister gestart met een studie naar het traject tussen Sliedrecht en Gorinchem. We verwachten dat met al deze maatregelen de filedruk in de Drechtsteden sterk gaat afnemen.” Extra woningen en hogere aantrekkelijkheid Sliedrecht zet samen met de andere Drechtsteden (Alblasserdam / Dordrecht / Hardinxveld-Giessendam / Hendrik-Ido-Ambacht / Papendrecht / Zwijndrecht) – in op een aantrekkelijk woonge58 - Stationslocaties 2018/2019

Hans Tanis Wethouder Hans Tanis: ‘De ondernemende geest is in de Drechtsteden en in Sliedrecht volop aanwezig’ Overstapstation Baanhoek: met de trein naar Dordrecht Centraal en met de snelbus naar Rotterdam en Utrecht bied. De ambitie is om de komende vijftien jaar samen 25.000 extra woningen te bouwen. Voor een deel is dit om te voorzien in de eigen woningbehoefte; voor een deel bouwen we extra woningen die aansluiten bij de vraag voor midden- en hogere inkomens.” Verder is er in het gebied de afgelopen jaren veel geïnvesteerd in cultuur en horeca om de regio aantrekkelijker te maken; Dordrecht is daarom bijvoorbeeld met stip gestegen op de Atlas Nederlandse Gemeenten. Een kantoren- of bedrijfslocatie bij Baanhoek, direct aan de afslag Sliedrecht-West van de te verbreden A15 Inzoomen op Sliedrecht: Twee stations Sliedrecht heeft twee treinstations: een in het centrum en een aan de westkant: station Baanhoek, op de grens van nieuwbouwwijk Baanhoek-West en buurgemeente Papendrecht. De spoorlijn verbindt Dordrecht met Geldermalsen en loopt letterlijk langs de Sliedrechtse bedrijventerreinen Stationspark I en II. Iedere vijftien minuten vertrekt er een trein. Tussen de twee stations in ligt nog bedrijventerrein Nijverwaard dat voor een groot deel wordt ingenomen door woonboulevard Sliedrecht. De gemeente werkt samen met de ondernemers aan versterking van de uitstraling van het gebied en met name van de woonboulevard. Ook heeft Nijverwaard nog ruimte voor nieuwe vestigers, zowel op industrieel en maritiem terrein, als op de woonboulevard. De Merwede-Lingelijn: hoogwaardig openbaar vervoer met een 15 min. frequentie Stationslocaties 2018/2019 - 59

Lifestyle-conceptstore ‘Loods 5’ op de woonboulevard Zicht op de woonboulevard vanaf de A15 Stationspark III Er zijn vergaande plannen om het elf hectare grote sportpark in Sliedrecht te verplaatsen naar de andere kant van de A15/ Betuwelijn. De vrijgekomen grond komt dan beschikbaar als bedrijventerrein Stationspark III. Een locatie die ook prima geschikt is voor logistieke bedrijven. Tanis: “Wij geloven ook echt in deze plannen. We zitten in Sliedrecht en in de Drechtsteden gunstig ten opzichte van de drukte in en rond Rotterdam. We zijn als het ware het voorportaal van de wereldhaven en trimodaal bereikbaar. We zien niet voor niets de behoefte aan goede vestigingsmogelijkheden hier in de regio toenemen. En als bijkomend voordeel; de grond- en huurprijzen zijn hier natuurlijk ook aanmerkelijk lager.” Resterende kavels op bedrijventerrein Stationspark “De Drechtsteden zijn waanzinnig goed bereikbaar”, zegt wethouder Hans Tanis. “In 25 minuten sta je in Rotterdam. En ook binnen de Drechtsteden zijn we snel en goed bereikbaar: met de waterbus, de trein en de snelle bus!” Maritieme maakindustrie Veel bedrijven in Sliedrecht zijn actief in de maritieme maakindustrie. Dat heeft een lange historie, die teruggaat tot de oorsprong van de baggerindustrie. “De mensen in de baggerindustrie trokken en trekken de hele wereld over. Dat doet iets met je. De ondernemende geest is hier volop aanwezig, mede

‘De Heeren van Slydregt’, restaurant in het stationsgebouw van Sliedrecht dankzij die internationale contacten. Dat is ook zo in de andere Drechtsteden. Er is hier veel onderlinge samenwerking en dat stimuleren we ook.” “Sliedrecht heeft de voordelen van het kleinschalige. Maar vanwege de ligging en de samenwerking met de Drechtsteden ook Kantoren en ziekenhuislocatie op het kantorenpark Stationspark de voordelen van het grotere geheel. Het is een ‘en-enverhaal’. Dat is de kracht van de Drechtsteden. Kijk maar naar de lobby rondom de verbreding van de A15. Als kleine gemeente heb je het dan lastig, maar samen kun je een vuist maken. Je maakt gebruik van de kracht van het collectief. Op bestuurlijk niveau, maar ook als het gaat om de bedrijven.” << Stationslocaties 2018/2019 - 61

Vertrouwen moet je verdienen. Daarom zijn de database en de referentiedatabase van NVM Business, met alle gegevens over de commerciële vastgoedmarkt, beschikbaar voor onze leden. Of het nu gaat om de markt voor het mkb of die voor corporates. Wij vinden het belangrijk dat onze leden toegang hebben tot al onze kennis en data. Dat komt het vertrouwen in ons ten goede.

Retail op stationslocaties Geldmachine, kwaliteitsbooster of imagobouwer? Tony Wijntuin, Erasmus UPT/ WYNE Strategy & Innovation Stations zijn al lang niet meer locaties waar je zo snel mogelijk doorheen wil om een trein te pakken of een makkelijke doorsteek van de ene kant van de stad naar de andere kant. Waar luchthavens als pioniers zijn voorgegaan, beheersen tegenwoordig ook stationslocaties steeds beter het complexe spel van de high traffic retail. Met als grote verschil tussen het winkelen in bijvoorbeeld een binnenstad of winkelcentrum dat het primaire doel om een luchthaven of treinstation te bezoeken niet winkelen is, maar een treinreis van A naar B en visa versa. De retailcurve; iedere winkellocatie zijn eigen dynamiek Tony Wijntuin Rotterdam Centraal, Parade. Bron Parade Stationsretail speciale tak van sport Het is precies dit onderscheid dat bepalend is voor de dynamiek van retail en horeca op stationslocaties. Waar in een binnenstad extra inspanning moet worden gepleegd om bezoekers aan te trekken, bijvoorbeeld in de vorm van citymarketing, hebben stations de luxe dat zij bezoekers ‘automatisch’ aantrekken. Namelijk reizigers die met een vaak vaste frequentie het station als op-, over-, of uitstappunt gebruiken. Targeted audience (de bezoekers van de binnenstad) waar je moeite voor moet doen om deze te verleiden om een bezoek te brengen versus Captive audience (de treinreizigers) die ‘verplicht’ is om een locatie te bezoeken. Met dit gegeven onderscheiden stations zich nadrukkelijk als locaties die van nature een hoge passantenstroom genereren en hebben stationslocaties hun eigen plek op de zogenaamde “retailcurve”. High traffic locaties worden daarom door steeds meer ondernemers ontdekt als aantrekkelijke locatie voor commerciële activiteiten. Het is makkelijker om met een winkel op een stationslocatie de hoge passantenstroom aan te boren dan andersom proberen de passanten op die locatie te verleiden om de winkel in de binnenstad te bezoeken. Maar een loper op een stationslocatie is niet per definitie een koper, al helemaal niet omdat winkelen vaak niet het primaire doel is om een station te bezoeken. Als de loper wel koopt dan is er sprake van heel ander koopgedrag dan in de binnenstad of in het winkelcentrum. De koopbehoefte op een stationslocatie is voornamelijk functioneel van aard en de verblijfsStationslocaties 2018/2019 - 63

dels vaste spelers op stationslocaties. Retail met een volwaardig aanbod dat is toegespitst op bezoekers aan een binnenstad of winkelcentrum zoals bijvoorbeeld modewinkels daarentegen hebben het vaak lastiger op stationslocaties. De stresscurve die een reiziger op een station doorloopt laat relaxed funschoppen in zo een omgeving simpelweg niet toe. Stationslocaties in soorten en smaken Wat voor winkelstraten of winkelcentra geldt gaat ook op voor stationslocaties. Variërend in grootte, ligging ten opzichte van de binnenstad, bereikbaarheid, aanwezig horecaen winkelaanbod, aantrekkelijkheid, etcetera. Met als gevolg een lokale dynamiek die voor iedere stationslocatie een andere, soms subtiel gedifferentieerde aanpak vereist. Station Breda. Bron WYNE Strategy & Innovation tijden zijn kort. De klant wil gericht en snel een aankoop kunnen doen, heeft geen tijd om te ‘funshoppen’ en heeft niet de mogelijkheid om grote aankopen of veel tassen mee te nemen. De ene hand is namelijk vaak al ingenomen door een reiskoffer, werktas, rugzak of mobieltje. De eet- en drinkbehoefte daarentegen geeft meer ruimte om langer te ‘winkelen’. Voor een goede kop koffie, to-go lunch of een smakelijk bakje noodles heeft de stationskoper minder koopstress en meer zin. Het is niet voor niets dat er zoveel verschillende horeca, verdeeld over aanbod voor de ochtend, middag en avond aanwezig is op stations. Ook winkels als de Hema, AKO en Rituals met een meer functioneel karakter en goed inspelend op de koopstresscurve [http://wyne.nl/ de-bijzondere- dynamiek-van-high-trafficretaillocaties/] van treinreizigers zijn inmidRotterdam Centraal. Bron Tycho’s Eye Photography Utrecht Centraal Stations, boekWissel. Bron Tycho’s Eye Photography Als voorbeeld van grotere stations met voldoende draagvlak voor een volwaardig aanbod aan winkels en horeca kan het station van Breda worden genoemd met haar decentrale ligging ten opzichte van de binnenstad en een relatief ingetogen mix aan winkels en horeca. Of Leiden als een van de eerste “Stations van de Toekomst” met haar compact en meer huiselijk aanvoelende ‘winkelhart’. Rotterdam CS met een uitgebreid voorzieningenaanbod mag natuurlijk niet worden vergeten. En al helemaal niet als een van dé landmarks en image builders van de Maasstad. Utrecht Centraal mag als drukste station van Nederland als hét paradepaardje van de Nederlandse stationsretail worden beschouwd. Naast een groot aantal winkels en horecagelegenheden worden gelukkig 64 - Stationslocaties 2018/2019

steeds meer nieuwe concepten en evenementen zoals de Stationshuiskamer of de StationsBoekWissel toegevoegd. Bijzonder en ook uitdagend aan Utrecht Centraal is het feit dat dit station direct is aangesloten op het recent vernieuwde winkelcentrum Hoog Catharijne en de steeds verder in aantrekkingskracht toenemende binnenstad van Utrecht. Drie winkelgebieden uit de eerdere gepresenteerde retailcurve op een rij dus, met Utrecht Centraal als een belangrijke motor voor de passantenaantallen. Een unieke situatie waarin alle drie afzonderlijke winkelgebieden, gelet op hun onderscheidende functie en positionering hun voordeel kunnen doen! Meer dan winkels en horeca voor verdere evolutie Stationsretail zoals dat in de huidige vorm wordt aangeboden is voornamelijk gericht op het converteren van reizigers naar kopers. Om stationslocaties naast hun reisfunctie door te laten evolueren naar aantrekkelijke plekken voor ontmoeting en verblijf is een shift van hard-core retail, naar voorzieningen en evenementen die verblijven en ontmoeten faciliteren essentieel. Dit vraagt om nieuwe concepten op het gebied van verblijven, recreëren, werken en wonen. Inclusief het in sommige gevallen terugschroeven van het huidige aantal ketens ten gunste van een meer lokaal en onderscheidend karakter. Naast de economische drijfveer (€) zal meer moeten worden geïnvesteerd in de diversiteit en kwaliteit (Q) van de voorzieningen en verrassende programmering waarmee het onderscheiden vermogen en het imago (I) van de stationslocatie verder wordt geladen. Station Eindhoven. Bron WYNE Strategy & Innovation Waardecreatie door de juiste mix van voorzieningen Hoe beter het lukt om met een gemengd voorzieningenaanbod op stationslocaties een goede balans tussen de money makers, quality boosters en image builders in te regelen, hoe gerichter de evolutie van functioneel overstappunt naar een aantrekkelijke verblijfsplek kan worden gefaciliteerd. Voor goede voorbeelden van deze ontwikkeling in stationsretail hoeven we gelukkig niet alleen maar meer in Engeland terecht waar sinds jaar en dag flink wordt geïnnoveerd op dit vlak. Op bijvoorbeeld Utrecht Centraal wordt er steeds meer ruimte genomen voor experimenten met en doorontwikkeling van Lil’ Amsterdam; Bron Tycho’s Eye Photography de voorzieningen op het station. Vooral de toevoeging van evenementen aan de programmering draagt bij aan de transformatie van klinische overstapmachine naar een prettige plek voor ontmoeting, verrassing en verblijf. Als absolute imagebuilder in een stationsomgeving moet Lil’ Amsterdam in de nieuwe Amstelpassage van het station worden genoemd. Een verzameling van pop-up ruimten met het beste wat Amsterdam te bieden heeft op het gebied van retail, food, kunst en cultuur. Echte vernieuwing in het vaak uniforme retail- en horeca-aanbod op stationslocaties die hopelijk vaker en op meer plekken wordt gerealiseerd! << Revenue Generators Quality Boosters Image Builders Stationslocaties 2018/2019 - 65

Ambitie zet Utrecht op voorsprong ‘Stedelijk wonen en werken wordt gezonder dan ooit’ Het stationsgebied van Utrecht ondergaat tot 2035 grootscheepse (her)ontwikkelingen. De ambitieuze, duurzame vernieuwing van het Vredenburgplein tot en met het Jaarbeursplein is naar verwachting gereed in 2022. Daarna gaan ontwikkeling van het Beurskwartier en de herinrichting van het Lombokplein van start. De nieuwe, geïntegreerde winstpunten in het hart de stad moeten het leefklimaat ingrijpend verbeteren en anticiperen op een enorme aantrekkingskracht. M eer dan de helft van de wereldbevolking woont en werkt in de stad. Tegen 2050 stijgt dit percentage in Europa naar verwachting tot zo’n 85 procent. “Daarom maken we ons sterk om het evenwicht tijdig te herstellen,” zegt Leen de Wit, programma directeur Stationsgebied. “De snelle verstedelijking maakt ingrijpende maatregelen noodzakelijk. De verdichting en functiemenging van dit moment waren een decennium geleden nog ondenkbaar. De nieuwe hoogbouw - met levendige plinten - is spraakmakend. We hebben ook een nieuwe, goed uit te voeren visie op mobiliteit. Zo bevorderen we het gebruik van de fiets en het OV, dubbel gebruik van parkeerplaatsen en deelauto’s.” Verder barst de strijd om de daken los, volgens De Wit. “We moeten energieneutraal bouwen,” legt hij uit. “De nieuwe dakoppervlakken zijn echter relatief klein, terwijl er heel veel zonnepanelen nodig zijn. Daarnaast lenen daken zich maar al te goed voor verblijfsgroen, groen voor waterretentie en koeling, en sportvelden.” De gemeente heeft groen, duurzaamheid en circulariteit hoog in het vaandel bij haar focus op toekomstbestendige oplossingen voor een goed leefklimaat. De Wit: “Op het gebied van circulair bouwen is recentelijk met het proeftuinproject ‘The Green House’ het vermijden van verspilling van grondstoffen en energie en het bevorderen van onze gezondheid geopend. Stedelijk wonen en werken wordt in Utrecht gezonder dan ooit. Onze aantrekkingskracht op het bedrijfsleven neemt dan ook zienderogen toe. Met de tot één procent gedaalde frictieleegstand binnen het stationsgebied ondervinden we zelfs forse druk op de kantorenmarkt. Toch kunnen we dankzij de ontwikkeling vannieuwe kantoorruimten concurreren met Amsterdam, ook vanwege onze ligging. Voor het toekomstige Jaarbeurspleingebouw onderzoeken we wel weer in hoeverre een functiemix met wonen en levendige plintfuncties zinvol is, want we hechten veel waarde aan dynamiek en veiligheid, ook 66 - Stationslocaties 2018/2019

Leen de Wit Artist impression van het multifunctionele Wonderwoods met de twee groenste torens van Nederland. Pim Venema Artist impression van het hoogwaardige Smakkelaarsveld.

Station Utrecht Centraal Station Utrecht Centraal is in oppervlakte en reizigersaantallen het grootste spoorlijnenknooppunt van Nederland met de grootste fietsenstalling ter wereld en een naadloze aansluiting op andere vervoerders. De verbrede perrons en de van alle denkbare gemakken en twee entrees voorziene, nieuwe Stationshal komen tegemoet aan het verwachte aantal van zo’n 100 miljoen reizigers per jaar in 2030. Vanaf het Stationsplein zijn de omliggende gebouwen en de binnenstad optimaal bereikbaar. en het toekomstige Beurskwartier en geldt hiervoor als een pilot. in de avonduren. De invoering van middenhuur moet wonen in het centrum verder voor iedereen betaalbaar houden.” Twee binnenkort te realiseren winstpunten van het centrum zijn Wonderwoods en Smakkelaarsveld. Wonderwoods Het ontwerp van Wonderwoods in het Healthy Urban Quarter aan de Jaarbeursboulevard doet Utrecht recht, volgens Pim Venema, programmamanager Vastgoed Stationsgebied. “Met het concept ‘Happiness 2.0’ beantwoordt het multifuctionele Wonderwoods volledig aan de ambitie voor gezond stedelijk leven en het terughalen van de natuur in de stad,” zegt hij. “De 90 en 70 meter hoge, onderling via een loopbrug verbonden torens voor 300 woningen, werken, ontspanning, educatie en vermaak worden gerealiseerd op twee loopminuten afstand van het station en bieden bovendien een inpandige fietsenstalling en een parkeergarage voor 160 (deel)auto’s. Het Playlab, dat beleving biedt op het snijvlak van technologie en beeldende kunst, is nieuw in Utrecht. Voor kantoorruimte is in het programma 15.000 m2 opgenomen.” Stefano Boeri Architetti en MVSA Architecten besteedden bij Wonderwoods veel aandacht aan duurzaamheid via onder meer innovatieve technieken op het gebied van energie, water, gezondheid en circulariteit. Venema: “De hoogste toren, die de uitstraling heeft van een verticaal bos, bevindt zich aan de Croeselaan. De andere toren krijgt veel groen aan de binnenzijde. Wonderwoods krijgt in totaal zo’n 10.000 bomen en heesters.” De bouw van deze twee groenste torens van Nederland start in 2019. Het ontwerp markeert een plausibele overgang tussen het stationsgebied Smakkelaarsveld Smakkelaarsveld nabij Hoog Catharijne en het station omvat drie woongebouwen voor ongeveer 150 woningen in het middensegment, de vrije sector (huur en koop), een park en horeca. “Het park loopt over de bus- en trambaan tot aan het spoor”, schetst Venema. “De drie van elkaar losstaande gebouwen staan zo dat ze samen zorgen voor optimale bezonning, geluidswering, een goed windklimaat en sociale veiligheid in het park.” In het midden van het park komt een horecapaviljoen met terras. Het dak van het woongebouw aan het water is openbaar toegankelijk. Hierop komt ook horecagelegenheid. Aan het water komt een kleine haven. Venema: “Het Smakkelaarspark is straks een gebied waar je je prettig voelt en waar gezond leven gemakkelijk is.” De overbouwing van de bus-/trambaan creëert een glooiend, oplopend park. De ontstane ruimte eronder, de Parkkelder, wordt onder andere gebruikt voor een wisselend cultureelmaatschappelijk programma. << www.utrecht.nl www.cu2030.nl Circulair bouwen Met ‘The Green House’ heeft het Utrechtse stationsgebied een eerste proeftuinproject in circulair bouwen. Dit stadspaviljoen is een restaurant met stekkervrije keuken, zalencentrum, stadsterras, urban farm en ‘green hub’ ineen. Over vijftien jaar is het, inclusief de fundering en installaties, te demonteren en voor hergebruik te vervoeren naar een andere plek. De leverende partijen investeren samen in de uitrusting van het gebouw en blijven eigenaar. De uitbater betaalt voor het gebruik. Luchtverversing is gedeeltelijk afkomstig van de verticale, zwevende tuin. Natuurlijke lichtinval en slimme CO2 gestuurde installaties bevorderen verder licht en frisse lucht. Op het dak voorzien 120 zonnepanelen in energie voor de koeling van voedingswaren. In ‘The Green House’ kregen veel gebruikte materialen uit de voormalige Knoopkazerne een tweede leven. Ook levert dit tot rijkskantoor De Knoop herontwikkelde donorgebouw overtollige warmte en koeling aan het etablissement. Stationslocaties 2018/2019 - 69

Ambitieuze transformatie stationsgebied van Amersfoort Meer ruimte voor voetgangers, terrassen, groen en water Amersfoort heeft grootse plannen met de transformatie van het stationsgebied. Het Stationsplein en omgeving als ook de route van het plein naar de binnenstad moeten aantrekkelijker en vitaler worden. Het publiek en vastgoedinvesteerders kijken met veel belangstelling naar de gemeentelijke ambities. H 70 - Stationslocaties 2018/2019 et station Amersfoort is een belangrijk knooppunt in de verbinding tussen de Randstad en Noord- en Oost-Nederland. Dagelijks maken circa 43.000 mensen gebruik van het treinstation dat in 1997 grotendeels op de schop ging. Aan beide ingangen kwamen nieuwe kantoren en voorzieningen. Sinds die tijd is het Stationsplein nog meer dan vroeger het domein van reizigers, bussen, taxi’s en veel geparkeerde fietsen. De gewenste link met de historische binnenstad en de winkelvoorzieningen in het hart van de Keistad kwam echter nooit goed uit de verf. Het stationsgebied lag fysiek en gevoelsmatig te veel op afstand. De inrichting van de openbare ruimte en de verbinding met de stad moeten dus anders, vindt de gemeente. Nu het politieke draagvlak voor het vitaliseren van het stationsgebied er is, en de economische omstandigheden aanmerkelijk zijn

grote fietskelder. De bestaande kelder wordt gerenoveerd en beter toegankelijk gemaakt. In totaal komt er ruimte voor bijna 5.200 fietsen. Op het Stationsplein zelf kunnen straks geen rijwielen meer worden gestald. De rommelige aanblik die de zee aan wielen en frames nu geeft, is dan verleden tijd. Scooterrijders en bromfietsers kunnen terecht in de stallingen in de omgeving. verbeterd, is er een veelbelovende gemeentelijke ambitie gepresenteerd. De kaders voor de plannen worden nu uitgewerkt in een gebiedsvisie. Inmiddels zijn er twee zogenoemde ‘Spoorcafés’ geweest waar omwonenden en belangstellenden kennis mochten nemen van de plannen, en hun eerste reacties konden delen. Nieuwe fietskelder De Amersfoortse plannen kenmerken zich onder meer door minder rijbanen voor het autoverkeer en bredere stoepen, zodat er meer ruimte komt voor fietsers en voetgangers, maar ook voor terrassen, groen- en watervoorzieningen. Onder het Stationsplein komt, zoals nu vaker is te zien in steden, een nieuwe, Om de nieuwe fietskelder te kunnen bereiken wordt een tunnel aangelegd onder het Stationsplein. De tunnel zorgt ervoor dat het aantal overstekende fietsers drastisch afneemt, waardoor de verkeersveiligheid en de doorstroming van auto- en busverkeer zullen verbeteren op het Stationsplein en de Stationsstraat. Verder is het idee om de kruispunten van de Stationsstraat anders in te richten en de auto en bus op één baan te combineren. Veel bomen op het Stationsplein en langs de route naar het centrum moeten de ambiance versterken. V.l.n.r.; Jeroen Koevermans (MVGM Bedrijfshuisvesting), Rick Sturkenboom (a.s.r. real estate), Philippe Rondagh (ARC Real Estate Partners), Han Bruggink (Gemeente Amersfoort) en Femke Keuter (MSeven Real Estate). Stationslocaties 2018/2019 - 71

a.s.r. real estate heeft met Eempolis uit 2003 aan het Piet Mondriaanplein (de noordzijde van het station) een multitenant gebouw van bijna 32.000 m2 , waarvan circa 12% nog onbezet Horeca Vastgoedinvesteerders reageren nog enigszins verdeeld op de ideeën rond de transformatie van het stationsgebied. Namens a.s.r. real estate is senior asset manager Offices Rick Sturkenboom enthousiast over de visie, maar zou graag een integraal plan zien voor het vitaliseren van het hele stationsgebied, inclusief de noordzijde. Daar exploiteert zijn bedrijf het kantoorgebouw Eempolis. Sturkenboom vindt het een gemiste kans dat er nog geen rechtstreekse verbinding is voorzien, in de vorm bijvoorbeeld van een fietsbrug, tussen het Stationsplein en de noordzijde. Hij ziet in de Moreelsebrug over Utrecht Centraal een mooi voorbeeld. Deze fietsbrug is een belangrijke schakel tussen de binnenstad en de westkant van Utrecht. Zijn collega van ARC Real Estate Partners, Philippe Rondagh, ziet de gemeentelijke plannen wel zitten, omdat de bereikbaarheid en het aanzien van het gebied er sterk op vooruit zullen gaan. ARC verhuurt op de as van het centrum naar het station het multitenant kantoorgebouw Hoek 3. ARC Real Estate Partners verhuurt het multitenant kantoorgebouw Hoek 3, op vijf minuten lopen van het station in Amersfoort. Het kantoor van circa 30.000 m2 is verdeeld over drie bouwdelen die door middel van twee atriums en een restaurant met elkaar zijn verbonden. Bouwdeel A, dat de helft van het pand beslaat, is een jaar na acquisitie door ARC Real Estate Partners volledig verhuurd. Op dit moment ondergaat het complex een ingrijpende renovatie onder regie van de architecten van Ddock en CBRE. De atriums tussen bouwdeel A en B en tussen delen B en C worden opnieuw ingericht als verblijfsgebied. In deze ruimtes komen onder andere een koffiebar met barista, diverse loungehoeken, flexibele kantoorruimtes, vergaderruimtes en een vernieuwd bedrijfsrestaurant. De huidige huurders in het gebouw zijn Vesting Finance, MVGM en Iddink. Femke Keuter, senior asset manager bij MSeven Real Estate, is zeer tevreden over de transformatie van het Stationsplein. De chaos aan fietsen verdwijnt zodra het plein ontdaan is van alle tweewielers. Dan zal er ruimte zijn voor een parkgebied, waar zowel voetgangers, kantoormedewerkers als omwonenden kunnen verblijven. Het plein zal aangevuld worden met terrassen en andere zitgelegenheden. “Dit zal een enorme boost zijn voor het hele gebied”, aldus Keuter. MSeven verhuurt een groot deel van de kantoren en de plint naast de hoofdingang van het station. Han Bruggink, gemeentelijk programmamanager Werklocaties in Amersfoort, vindt de verbinding tussen de voor- en noordzijde van het station een begrijpelijke wens. “Maar een fietsbrug over het spoor bij de perrons is wel een complexe en kostbare optie”, voegt hij eraan toe. De gemeente zoekt andere stedenbouwkundige oplossingen voor de verbinding tussen wat Bruggink de “twee voorkanten van het station” noemt. Extra winkels? De aantrekkingskracht van het stationsgebied kan ook verbeteren wanneer het voorzieningenniveau meer aandacht krijgt. Een mix van functies, bijvoorbeeld met extra 72 - Stationslocaties 2018/2019 is. Onder de 13 huidige huurders zitten grote organisaties als Arcadis, de NS Groep en het Rijksvastgoedbedrijf. Dit jaar nog gaat de aannemer aan de slag met de renovatie van de entree en vloeren van bouwdeel C (het kantoordeel waar nog ruimte te huur is). Het geheel zal daarmee een moderne en aantrekkelijke uitstraling krijgen.

hebben. Hij pleit voor een verruiming van de mogelijkheden om de aantrekkingskracht van het gebied te vergroten. MSeven Real Estate verhuurt voor een van haar fondsen sinds 2017 het gebouw aan het Stationsplein 1-37. Dit ligt pal naast de entree van het station, en heeft drie bouwdelen en twee entrees. In totaal heeft het pand 1.800 m2 horecaruimte aan het plein en 12.000 m2 kantoorruimte op de bovenste verdiepingen. Door het gebouw, dat sinds augustus 2018 door MSeven omgedoopt tot De Conducteur, loopt een abstract lijnenspel, wat een kleine knipoog is naar het spoor en de spoorkaart. Recent is de linkerentree gerenoveerd. De balie in de receptie loopt nu door in de bar van het naastgelegen restaurant, dat zowel als coffeebar en lunchvoorziening zal dienen voor bedrijven (zowel intern als extern) en passanten. Op twee vloeren zal een businesscenter kleine fullservice offices en vergaderfaciliteiten aanbieden. Het kantoorgebouw biedt units van minimaal 580 m2 tot maximaal 1.300 m2 Stand van zaken De kaders voor de plannen met het Amersfoortse stationsgebied worden uitgewerkt in een gebiedsvisie. Na besluitvorming in de gemeenteraad eind dit jaar is dat het kader waarmee de Keistad ontwerpen kan maken voor het plein, de route naar en van het station en de toegang naar de nieuwe fietskelder. Want de ambities zijn duidelijk: werken aan een aantrekkelijke en vitale stationsomgeving, een optimaal functionerend mobiliteitsknooppunt met een goede overstap van fiets naar trein (en vice versa) en het verbeteren van de verblijfskwaltieit op de route tussen de stad en het station. << op één etage. Met het vertrek van Twynstra Gudde in 2019 komt er 6.000 m2 beschikbaar. Deze ruimte kan aangeboden worden met een eigen entree, waardoor geïnteresseerde bedrijven hier een eigen identiteit kunnen creëren midden op het Stationsplein. www.amersfoort.nl/ project/aanpak-stationsgebied.htm winkels, kan het gebied versterken, beaamt Jeroen Koevermans die directeur is van MVGM Bedrijfshuisvesting. Dynamiek met een groot terras op het Stationsplein past in de ogen van Femke Keuter in een goede verbinding tussen de uitgang van het Centraal Station en de binnenstad. Volgens Philippe Rondagh is een coffeebar in Hoek 3 voor veel partijen aantrekkelijk: de huurders in het gebouw én passanten profiteren daarvan. Programmamanager Bruggink herkent de voordelen, maar twijfelt aan de kansen voor extra winkels in het stationsgebied. “We hebben ook van doen met beleid dat inhoud dat men niet mag ‘kannibaliseren’ op andere winkelgebieden. De gemeente is wel voorstander van functiemenging in de plint”, zegt hij. Verder zal er gekeken worden naar de mogelijkheid om horeca toe te voegen, voor meer levendigheid en sociale controle op de verbinding met de binnenstad. Jeroen Koevermans concludeert dat het compacte en overzichtelijke stationsgebied, waar de kantoor-vierkante-meters prettig zijn geprijsd en de kwaliteit van de gebouwen groot is, in ieder geval ruimte heeft voor levendige plinten die nu vooral een horecabestemming Syntrus Achmea Real Estate & Finance heeft met Argonaut een kantoorgebouw op een prominente locatie in het stationsgebied van Amersfoort. Praktisch naast het stationsgebouw en op loopafstand van het winkelhart in de historische binnenstad biedt het gebouw voor verhuur nog circa 1.497 m2 (ca. 350 m2) en de vijfde verdieping (ca. 447 m2 , verdeeld over de hoogbouw (ongeveer 700 m2), de eerste verdieping ). De kantoorruimten worden opgeleverd in de huidige staat voorzien van onder meer aanwezige pantry-aansluitingen, lamellen, sanitaire voorzieningen, twee personenliften, systeemplafonds met verlichtingsarmaturen, en deels zonwering buitenzijde (Stationsplein). Argonaut is met zowel eigen vervoer als ov goed bereikbaar. In de parkeergarage is plek voor 115 auto’s. Voor fietsen is er een inpandige stalling in het gebouw. Stationslocaties 2018/2019 - 73

NVM Business: De markt voor flexibele kantoorconcepten, hype of structurele verandering? De Nederlandse kantorenmarkt verandert snel. Waar een aantal jaren geleden de leegstand op de kantoren markt nog torenhoog was en onoplosbaar leek, daalt het aanbod van kantoorruimte de laatste jaren weer sterk. Een van de zaken die heeft bijgedragen aan de daling van de leegstand is de sterke opmars van flexibele kantoorconcepten. Hoewel deze concepten in de crisis door veel beleggers als tijdelijke oplossing werden gezien om de leegstand te verminderen, schieten de concepten de laatste jaren als paddenstoelen uit de grond. F lexibele kantoorconcepten voorzien in een groeiende behoefte van kantoorgebruikers aan flexibele en tijdelijke huisvesting. Dit is zichtbaar in de ontwikkeling van de lengte van huurcontracten. Maar ook het feit dat voorzieningen gedeeld worden en de mogelijkheid om (tijdelijk) een werkplek te huren in plaats van kantoorruimte laten die behoefte zien. Het aantal aanbieders van flexibele kantoorruimte is de afgelopen jaren sterk gegroeid. In de grote steden krijgen flexconcepten een steeds groter aandeel in de kantooropname. De toename van het aantal aanbieders is het gevolg van de snelle groei van het aantal zzp’ers van de afgelopen jaren en het nieuwe werken en de daarmee samenhangende behoefte van kantoorgebruikers aan flexibiliteit. Daarnaast zijn in de crisisperiode ook veel kantooreigenaren een businesscenter begonnen om een leegstaande verdieping op te vullen. Met flexconcepten worden in de praktijk vooral serviced offces en coworking spaces bedoeld. Serviced offces zijn volledig uitgeruste en ingerichte kantoren die van ondersteunend personeel zijn voorzien, waarbij voor een vast bedrag voor een flexibele periode verschillende typen werkplekken (kantoorunits/-ruimte en/of vergaderruimte) kunnen worden gehuurd. In co-working spaces worden vooral gezamenlijke of zelfstandige werkplekken flexibel verhuurd en wordt meer ingespeeld 74 - Stationslocaties 2018/2019 op ontmoeten, beleving en het creëren van samenwerking en interactie. Dankzij een uitgebreid aanbod aan diensten en faciliteiten wordt een community gecreëerd. Overigens wordt het onderscheid tussen serviced offces en co-working spaces minder groot: veel aanbieders bieden hybride vormen aan. Het gros van de bedrijven dat gebruikmaakt van flexconcepten zijn kleine bedrijven tot tien werkzame personen. Daarbij gaat het om zzp’ers en start-ups, maar ook het reguliere mkb en (projectteams van) grotere bedrijven. Ook worden flexconcepten gebruikt als satelliet-/invlieglocatie voor grote zakelijke dienstverleners. Grotere eindgebruikers hebben graag een flexconcept in hun kantoorpand gevestigd, om zo te profteren van de reuring en dynamiek. Het merendeel van de flexconcepten heeft een vloeroppervlak van tussen de 1.000 en 5.000 m2 groot. Verreweg de meeste concepten zijn gevestigd in de G4 en de eerste stedenring daarbuiten (o.a. Zwolle, Apeldoorn, Arnhem/Nijmegen, Eindhoven, Den Bosch en Breda). Flexconcepten op bereikbare knooppuntlocaties met voldoende voorzieningen zijn het meest kansrijk. Locaties hierbuiten hebben eigenlijk alleen voldoende potentie wanneer het concept/de identiteit voldoende beleving heeft. Kantoorgebruikers zijn bereid een hogere (all-in) huurprijs te betalen voor een flexconcept, omdat hier flexibiliteit in tijd en ruimte tegenover

staat en zij gebruik kunnen maken van gemeenschappelijke ruimtes en voorzieningen. De prijs per vierkante meter bij een flexconcept is flink hoger dan bij het huren van reguliere kantoorruimte. Daar staat tegenover dat eindgebruikers dan de beschikking krijgen over volledig ingerichte kantoorruimte, receptie-, telefoonbeantwoording-, postverwerking-, print- en kopieermogelijkheden en gebruik van een restaurant en/of ICT-support. Voor een aanbieder van een flexibel kantoorconcept zit het verdienmodel vooral in een zo hoog mogelijke bezettingsgraad en de verkoop van aanvullende diensten en abonnementen. Waarom flexibele kantoorconcepten zeker geen hype zijn: Er zijn meerdere redenen waarom flexibele kantoorconcepten zeker geen hype zijn: • Flexconcepten sluiten uitstekend aan bij de wensen en eisen van de nieuwe generatie werknemers. • Nieuwe werkvormen (waaronder de voorkeur voor een ‘agile’ aanpak bij veel bedrijven komende jaren) vragen om flexibele werkruimten, waarbij er de mogelijkheid is om schaal en activiteiten op korte termijn te vergroten of te verkleinen, maar die ook minder locatiegebonden zijn. • De groei van double-digit-bedrijven kan optimaal worden gefaciliteerd in een aantrekkelijke flexibele werkomgeving op een (vaak) goed bereikbare locatie (met auto en ov). • Door verandering van accountancyregels zullen mogelijk meer bedrijven voorkeur krijgen voor het gebruik van serviced offces (en/ of flexibele contracten met een operator). • Voor bestaande leegstaande kantoorpanden zijn flexconcepten een passend vervangingsproduct; de verwachting is dat de groei van flexconcepten flink doorzet, in combinatie met een afname van het aantal vierkante meters in gebruik bij grotere eindgebruikers op de ‘reguliere’ kantorenmarkt. • De toenemende ruimtedruk in het Central Business District (CBD) van grote steden vraagt om slimme kantoorconcepten die op een effciënte manier gebruikmaken van de schaars beschikbare ruimte en vooral gericht zijn op de combinatie van ontmoeten en werken. • Flexconcepten bieden gebouweigenaren meer mogelijkheden voor de combinatie van functies binnen één gebouw en stimuleren daarmee mixed-use ontwikkeling. Hoewel het aantal flexconcepten de laatste jaren sterk is gegroeid, staat de markt voor flexconcepten in Nederland nog in de kinderschoenen. Op dit moment hebben serviced offces en co-working spaces in Nederland Stationslocaties 2018/2019 - 75 Flexibele kantoorconcepten De verhuur van kantoorruimte waarbij de eindgebruiker de keuze heeft uit vele vormen van kantoorruimten die voor een korte of langere periode kunnen worden gebruikt en waarbij een breed pakket aan diensten wordt aangeboden. een marktaandeel van circa 2 tot 3%. Dit aandeel neemt vooral in de grote steden sterk toe. De verwachting is dat het marktaandeel van flexconcepten in Nederland de komende jaren explosief groeit met circa 20 tot 30% per jaar. Dit betekent dat over vijf jaar zo’n 5 tot 10% van de kantorenmarkt uit serviced offces en co-working spaces bestaat. Net als op de ‘reguliere’ kantorenmarkt zal toenemende concentratie plaatsvinden binnen de G4, aangevuld met vier tot vijf grote kantoorsteden daarbuiten. Flexconcepten op ov-knooppuntlocaties in binnensteden (CBD, aangevuld met centrum daar direct omheen) zullen de sterkste groei kennen. Naast dat grotere organisaties voorkeur hebben voor vestiging in een pand samen met een flexconcept en ook personeel de mogelijkheid geven om in flexconcepten te werken, zullen ook corporates meer en meer gebruik gaan maken van flexconcepten. Het faciliteren en ontzorgen van de kantoorgebruiker zal een steeds grotere rol spelen bij de verhuur van kantoorruimte. De hotellisering van de kantorenmarkt speelt niet alleen bij flexoperators, maar zal ook de standaard worden op de ‘reguliere’ kantorenmarkt. Dit maakt ook dat op lange termijn het onderscheid tussen flexconcepten en de reguliere verhuur van kantoorruimte minder groot zal zijn. Kantoorbeleggers zullen de verhuur en vooral het pakket van aanvullende diensten overlaten aan intermediairs. Voor beleggers krijgt de verhuur van kantoorruimte daarmee meer het karakter van indirect vastgoed. Hiermee verschuift mogelijk ook het verdienmodel voor beleggers: de focus ligt meer op alleen de ‘stenen’, terwijl een intermediair een groot deel van de waardeontwikkeling in de beleggingsketen voor zijn rekening zal nemen. << Foto’s beschikbaar gesteld door Tribes

Nieuw elan in bereikbaar en betaalbaar Zwolle Zwolle staat aan de vooravond van een grootscheepse upgrade van een deel van de stad, aan de zuidzijde en in de nabije omgeving van het station. In het honderd hectare grote gebied Spoorzone-Hanzeland is volop ruimte voor (her)ontwikkeling. Door het mengen van de activiteiten als werken, wonen en studeren ontstaat er een levendige en dynamische plek in de stad. Impressie van het monumentale stationsgebouw uit het Ontwikkelperspectief Stationsgebied Zwolle waarin gemeente Zwolle, provincie Overijssel, NS en ProRail hun gezamenlijke ambitie beschreven hebben. 76 - Stationslocaties 2018/2019

Impressie van Spoorzone-Hanzeland uit het Ontwikkelperspectief Stationsgebied Zwolle: de historische binnenstad en het 21e eeuwse Spoorzone-Hanzeland vormen samen één groot centrumstedelijk gebied. I n het kader van de gebiedsontwikkeling stelden de gemeente, provincie, NS en ProRail eerst een ontwikkelperspectief voor het stationsgebied op, nu besluit de gemeenteraad over de strategische agenda voor Spoorzone-Hanzeland. Wethouder Ed Anker: “Dit gebied heeft geweldige potentie. In de strategische agenda beschrijven we wat deze plek in de nabije toekomst kan betekenen voor de stad en de regio. Het is een visie- en inspiratiedocument: voor ons en onze strategische partners.” Stedelijke dynamiek Spoorzone-Hanzeland wordt een levendige zone; om te wonen, te werken en te leren. Om te verblijven, te ontspannen en om te ontmoeten. Een gebied voor mensen en bedrijven die behoefte hebben aan stedelijke dynamiek met alle voorzieningen binnen handbereik. Een eetcafé op de hoek, een koffiebar als werkplek, een gedeelde daktuin of binnenhof en een deelauto in de buurt. Spoorzone Zwolle ligt in het hart van de regio Zwolle. De Regio Zwolle, met ruim 677.000 inwoners en ruim 318.500 arbeidsplaatsen, behoort al jaren tot de top vijf van de economisch best presterende regio’s van Nederland. Dicht bij de historische binnenstad van Zwolle en rondom het station, het tweede spoorknooppunt van Nederland. Het gebied is goed bereikbaar per auto, trein, fiets en bus. Een strategisch gelegen plek voor uiteenlopende functies: van cultuur tot onderwijs, van wonen tot kantoren, van zorg tot creatieve broedplaatsen. Gemeente Zwolle, provincie Overijssel, NS en ProRail investeren veel tijd en geld in de Spoorzone. Stationslocaties 2018/2019 - 77 ‘Alle belangrijke bestemmingen zijn vanuit Zwolle in minder dan een uur te bereiken’ Onder het Stationsplein bouwt Boskalis Nederland als aanvulling op de twee bestaande ondergrondse fietsenstallingen een extra ondergrondse fietsenstalling voor 5.475 fietsen.

Station Zwolle is snelle groeier Station Zwolle ‘verknoopt’ acht spoorlijnen en is daarmee - na Utrecht Centraal - het tweede station van Nederland. Het aantal treinreizigers op een gemiddelde werkdag zit nu al op 60.000, evenveel als de stations in Amersfoort, Amsterdam-Zuid, Arnhem, Haarlem en Nijmegen. Met een jaarlijkse reizigerstoename van 8 procent is Zwolle een snelle groeier onder de stations in Nederland. Impressie van de toekomstige passerelle uit het Ontwikkelperspectief Stationsgebied Zwolle. De passerelle verbindt Spoorzone-Hanzeland voor voetgangers en fietsers via een openbaar toegankelijke route met de historische binnenstad. Zo verandert het gebied van een zakenbuurt ‘bij het station’ in een gemengd en aantrekkelijk stedelijk woon-werkgebied. Er komen nieuwe verbindingen over het spoor die Spoorzone-Hanzeland verbindt met de oude stad. De komende jaren krjjgt ook het station zijn definitieve vorm volgens de prachtige sacrale beelden uit het ontwikkelperspectief. Het oude stationsgebouw krijgt ook een andere functie. Misschien moet je het centraal gelegen station zien als een teletijdmachine, mijmert Anker. “Aan de ene kant heb je het oude, historische 19e eeuwse stadscentrum en aan de andere kant het nieuwe 21e eeuwse centrum met zijn mix van wonen, werken, leren en maken.” Innovatie bevorderen Het gebied verandert in dé toplocatie voor i-commerce. De i staat ook voor: informatie, interactie en innovatie. Nieuwe en bestaande bedrijven in handel, distributie, technologie en design vinden ten zuiden van het Zwolse station ruimte om zaken te doen en om nieuwe diensten of producten te ontwikkelen. Voor ondernemers die werken aan innovaties is het gebied extra aantrekkelijk vanwege de mogelijkheid om laagdrempelig samen te werken met het aanwezige onderwijs en de overheid. Economische innovatie vaart namelijk wel bij Spoorzone Zwolle is een van de belangrijkste ontwikkelingsgebieden van Zwolle. Het ligt strategisch: rondom het tweede spoorkooppunt van Nederland, nabij belangrijke toegangswegen en tussen de historische binnenstad en het IJssellandschap. de gratie van (toevallige) ontmoetingen en interactie. Tussen grote, gevestigde bedrijven en kleine starters, tussen creatievelingen en ondernemers. Dat samenwerken gebeurt overigens al. Diverse bedrijven en onderwijsinstellingen hebben elkaar al gevonden op thema’s als robotica en smart industry. (Inter)nationaal In Spoorzone-Hanzeland realiseert Zwolle zijn (inter)nationale ambities. De Randstad is voor velen te druk, te vol en te duur. Voor hen is Zwolle een prima alternatief. De stad is uitstekend bereikbaar over weg en spoor en de huizenprijzen zijn er een stuk lager. Daarmee is Zwolle een natuurlijk ‘overloopgebied’ voor de Amsterdamse regio. Zwolle is als tweede spoorkooppunt van het land sowieso al een goed bereikbare plaats. Alle belangrijke bestemmingen zijn in minder dan een uur te bereiken. Bovendien ligt het aan de A28 en de A50. Een prima plek dus voor afgestudeerd talent en voor nieuwe groepen bewoners die willen wonen in een aantrekkelijk stedelijk woon-werkgebied op een centrale plek in Nederland. “Spoorzone-Hanzeland heeft de potentie om nieuwe doelgroepen aan te trekken”, zegt Anker. Het is dan ook de bedoeling dat hier minstens duizend extra woningen komen. In de nieuwe stadswijk komen ook de nodige voorzieningen op het gebied van horeca, flexibele werkplekken en duurzame vervoersoplossingen. Anker: “We hebben hier alle troeven in eigen hand. De economie draait goed, er zijn al nieuwe bedrijven bijgekomen en het onderwijs doet mee, inclusief Windesheim, Universiteit Twente en het Fraunhofer Instituut. We hebben de prachtige binnenstad en de natuurlijke omgeving van de IJssel op steenworpafstand. Het stadsbestuur zet zijn schouders onder de ontwikkelingen en stuurt er actief op. Zwolle gaat het stationsgebied mooi afbouwen en het hele gebied eromheen wordt booming.” Spoorzone IJssellandschap 78 - Stationslocaties 2018/2019 Meer informatie Wilt u meer informatie over de mogelijkheden om u in de Zwolse Spoorzone te vestigen? Neem contact op met Anne-Marie Mosterman van de gemeente Zwolle via spoorzone@zwolle.nl of tel. 14038. www.zwolle.nl/spoorzone << Westerlaan Oosterlaan Deventerstraatweg Nieuwe Veerallee Koggelaan Hanzelaan IJsselallee Hanzeallee

ProRail Station NXT: samenwerken met de voorlopers in nieuwe technologie De wereld waarin stations staan is voortdurend in beweging. Trends als klimaatverandering en energietransitie veranderen samen met technologische ontwikkelingen zoals IoT, nanotech en robotica het speelveld op en rondom stations. Nieuwe kansen en uitdagingen doen zich aan. ProRail werkt steeds vaker samen met voorlopers in de technologie om met hun nieuwe technologie uitdagingen op alle 400 stations te lijf te gaan. Drie groepen voorlopers staan centraal in de samenwerking met ProRail die Station NXT heet: Tech Startups, Ontwerp en Prototype bureaus en Universiteiten. Tech Startups Kennis van uit de universitaire wereld komt al een aantal jaren op totaal andere en bovenal praktische wijze naar de maatschappij. Nieuwe technologie wordt direct toegepast in producten van startups in plaats van opgeslokt door grote bedrijven. Dit is een soort innovation fastlane van de TU’s en krijgt nog steeds meer momentum. De spoorsector is echter niet de eerste sector waar een tech startup van bijvoorbeeld de TU Delft aan denkt als deze een nieuwe markt zoekt. Maar daar zit echter de kans. Juíst door actief tech startups te benaderen voor onze stations komen nieuwe kansen naar voren. Een goed voorbeeld is de samenwerking met NOWI Energy. Een van origine op kantoortorens gericht bedrijf zag na aandringen in dat juist buiten, op perrons hun voedingsloze sensoren van grote waarde zijn. Immers, grondwerk (kabels en leidingen) vormen dikwijls het merendeel van de kosten. Samen met NOWI is een perrontegel voorzien van een ultra zuinige temperatuursensor die zijn voeding krijgt van wifi en 4G. Geen kabels en leidingen voor energie en communicatie. Dat is een totaal nieuw concept voor de stationswereld. Ontwerp en Prototype bureaus Een tweede relevante groep om nieuwe technologie snel toegepast te krijgen voor stations is de groep van ontwerpbureaus en prototypers. Dit zijn partijen die snel, veel soorten nieuwe technologie combineren. Een van mijn favoriete ontwerpbureaus is Frolic Design Studio. Zij werken met de laatste technologie (IoT, 3D printen, audio, licht, materialen) om problemen op totaal andere wijze aan te pakken. De kern van hun werk is heel snel iets maken, om vervolgens te testen, te valideren en dan te verbeteren (rapid prototyping). Dit is ontzettend verfrissend voor een vrij traditionele stationswereld. Niet eerst specificeren, regels en beleid, maar eerst kijken of het echt werkt. Daarnaast zijn deze bedrijven ook breed. Niet alleen in technologie maar ook in sectoren. Ze ‘lenen’ concepten uit andere industrieën zoals pakkettransport, ziekenhuizen en advertentiewereld. Echt enorm inspirerend. Universiteiten De laatste groep vormen de universiteiten, en met name hun studenten. Deze groep is zeer divers en verandert rap. Waren het voorheen gesloten kennisinstellingen waar in 4 jaar termijnen werd gedacht, tegenwoordig staat interactie op korte termijn centraal. Studententeam (VIRTUe, Delft Hyperloop), ontwerpateliers en open-air testlocaties als TheGreenVillage maken het mogelijk om samen met de universiteit nieuwe technologie snel in het stationsdomein te krijgen. Mijn droom is een proefperron op TheGreenVillage te realiseren om klimaatadaptatie, energietransitie, IoT oplossingen en alles wat verder interessant is samen met de markt daar te testen. Samen met deze voorlopers in technologie en onze stationspartners kunnen we echt Stationslocaties 2018/2019 - 79 Thijs Cloosterman werken aan concrete oplossingen om stations toekomstbestendig te maken en bovenal om stations het visite kaartje van het spoor te laten zijn: een aangename en inspirerende plek voor de reiziger. << Pier Eringa, CEO van ProRail tijdens de presentatie “duurzaam perron van de toekomst” op de Innovatie Expo 2018.

STATIONSLOCATIES | STATIONSLOCATIES | STATIONSLOCATIES | STATIONSLOCATIES | STATIONSLOCATIES | STATIONS Stationsgebieden – groot en klein – transformeren tot aantrekkelijke kantoor- en verblijfslocaties Het treinstation maakt tegenwoordig in veel steden dynamisch deel uit van het stationsgebied waar ov, kantoren, winkels, horeca en wonen samenkomen. En waar dat nog niet het geval is, werken publieke en private partijen intensief samen aan nieuwe ontwikkelingen. De stip aan de horizon is een toekomstbestendig verblijfsgebied dat tot de verbeelding spreekt van reizigers, passanten en bewoners. Een gebied ook waar ontwikkelaars en vastgoedinvesteerders legio mogelijkheden zien voor woningbouw en huisvesting van bedrijven die op een goed ov-knooppunt willen zitten, dicht bij voorzieningen en het stadscentrum. D e actuele (her)ontwikkelingen van stations en de gebieden eromheen rijgen zich als kralen aan een ketting. Nu de economie de wind in de zeilen heeft, verzilveren gemeenten, ontwikkelaars, investeerders bouwbedrijven, NS Stations en ProRail tal van kansen in niet alleen de grote steden maar ook in kleinere plaatsen. Zij zien een toekomst voor aantrekkelijke, functionele en goed ontworpen nieuwe stadsentrees met kantoren en een eigentijds leef- en verblijfsklimaat. De tijd dat geen enkel station meer is zoals vroeger komt in sneltreinvaart naderbij. In het volgende overzicht belichten we in het kort verschillende ontwikkelingen in grote en kleine stationsgebieden (zonder volledig te zijn). Delftseplein 80 - Stationslocaties 2018/2019

Hofplein 19 een levendige plint en mogelijk een hotel te realiseren. Momenteel ontwikkelt de Maarsen Groep tegenover het Centraal Station een gemengd complex met ongeveer 300 woningen, kantoren en voorzieningen. Hiervoor is het architectenbureau MVRDV geselecteerd, dat bekend is van de Markthal en het Depot (collectiegebouw van museum Boijmans van Beuningen). De eerste werkzaamheden starten naar verwachting eind 2019. Het eveneens op deze locatie gelegen gebouw First gaat aan de Rabobank onderdak bieden, waarna het gebouw grotendeels verhuurd is. Rotterdam Central District In het Rotterdam Central District (RCD) komen wonen, werken in een 24-uurs economie, reizen en vrije tijd samen. Het gebied vormt de levendige stadsentree naar de binnenstad van de Maasstad. De mix van multinationals en lokale bedrijvigheid maakt van het RCD een zogeheten Glocal District, als schakel tussen lokaal en ‘global’. Lokale smaakmakers hebben hun plek naast bedrijven als Unilever en Shell. Deze combinatie maakt van het RCD een levendig gebied waarin uitersten samengaan, van hippe uitgaansgelegenheden tot de kantoren van multinationals. Delftseplein De huidige initiatieven passen bij de ambities van Rotterdam en de Vereniging RCD om van het gebied rondom het Centraal Station een bruisend stadsdeel te maken. De ontwikkeling van de locatie Delftseplein is er een van. De wens is om hier een duurzaam gebouw met een menging van kantoren, woningen, Hofplein 19 Recent is de renovatie van het gebouw Hofplein 19 afgerond. Het voormalige hoofdkantoor van Shell Nederland is voorzien van nieuwe gevels. Er zijn nu open vloeren van ruim 1.200 m2 per verdieping beschikbaar die door de huurder nog verder ingedeeld kunnen worden. Twee verdiepingen zijn inmiddels verhuurd aan MKB Brandstof. Ook de plint is volledig vernieuwd: hier zijn naast het pompstation een Shell-shop en een Starbucks gevestigd. Binnenkort komt er aan de zijde van het Hofplein nog een tweede horecavestiging met terras aan de Schiekade. Minder zichtbaar, maar niet minder van belang voor de aantrekkingskracht van het gebied, is de renovatie van de kantoorvloeren in het gebouw Delftse Poort, waar onder andere NationaleNederlanden gevestigd is. Onlangs is eigenaar CBRE gestart met de verbouwing van de hal en het restaurant op de derde verdieping. Hierdoor moet de Delftse Poort veel aantrekkelijker worden als ontmoetingsplek voor huurders en bezoekers. Stationslocaties 2018/2019 - 81

STATIONSLOCATIES | STATIONSLOCATIES | ST Stationsgebied Den Haag Nadat het Centraal Station is opgeknapt, werkt Den Haag hard aan de opwaardering van de omgeving. De komende jaren staat er veel te gebeuren. Momenteel wordt er gebouwd aan de op een na grootste fietsenstalling van Europa op het Koningin Julianaplein. Er is dan plaats voor zo’n 8.500 fietsen. Op de stalling verrijst daarna een gebouw met ongeveer 350 appartementen. Het vormt eveneens de nieuwe toegang tot het station via de Stadshal, met teksten op de gewelfde houten plafonds die verwijzen naar ‘Den Haag, stad van vrede en recht’. Aan weerszijden komen horeca en winkels. Op het nieuwe plein is een paviljoen gepland. De groene duinheuvels (die doen denken aan de golvende bewegingen van de nabijgelegen duinen) verbinden het plein met de groene Koekamp. De connectie met het Haagse Bos wordt vloeiender door de overkapping achter de Malietoren te verlengen. Via deze route is het mogelijk om in één keer door het groen naar het strand te wandelen. Onlangs is het naburige Malieveld in ere hersteld en is het ‘openbaarste stukje van Nederland’ weer geschikt voor de evenementen en demonstraties waar het bekend om staat. Vlakbij is het Rijksvastgoedbedrijf gestart met de voorbereidingen van de tijdelijke huisvesting van de Tweede Kamer in het voormalige kantoor van Buitenlandse Zaken. Er wordt volop nagedacht over hoe de potenties van het stationsgebied nog beter kunnen worden benut. Het eerste voorbeeld daarvan is de Grotiusplaats. De voetganger kan straks richting het kantoorgebied Beatrixkwartier wandelen. Een groen ingericht plein overkapt de A12 en verhoogt de leefbaarheid van de toekomstige bewoners van twee woontorens met 550 appartementen. Den Haag Hollands Spoor Station Hollands Spoor in Den Haag krijgt aan de kant van Laakhaven een eigen stationsentree met winkels en een plein. Inmiddels is met de voorbereidingen begonnen van de bouw. De perrontunnel van het station wordt helemaal doorgetrokken tot aan de Laakzijde. Op het dak van de nieuwe entree komt een fietsenstalling voor 2.500 fietsen. Het voormalige Belastingkantoor tegenover het station krijgt na zeven jaar leegstand een nieuwe bestemming. De 14.000 m2 kantoorvloer vormen de basis voor een modern complex van woningen, hotel en horeca. In het gebouw komen 66 middeldure huurappartementen en 199 hotelkamers. Op de begane grond behouden de huidige supermarkt en horecagelegenheden hun plek, met ruimte voor nieuwe bedrijven. De verbouwing start eind dit jaar. 82 - Stationslocaties 2018/2019

LOCATIES | STATIONSLOCATIES | STATIONSLOCATIES | STATIONSLOCATIES | STATIONSLOCATIES | STATIONSLOCATIES Spoorzone Noord Gouda De Spoorzone Noord in Gouda is het grootste deelgebied van de Goudse Spoorzone. In dit gebied van circa 3,8 hectare zijn de afgelopen jaren onder andere het nieuwe gemeentehuis, een bioscoop met voorzieningenplint en het nieuwe Rabobank-regiokantoor gerealiseerd. Direct naast de entree van het treinstation wordt nu een programma met woningbouw en hotelfuncties ontwikkeld. Een bijzondere ontwikkellocatie vlak bij de historische binnenstad van Gouda en centraal gelegen in de Randstad. De Spoorzone Noord is mede mogelijk gemaakt door het tien meter noordwaarts verplaatsen van de evenwijdig aan het spoor gelegen Burgemeester Jamessingel. Inmiddels heeft Gouda besloten tot verruiming van het bestemmingsplan met functies wonen, maatschappelijk, onderwijs en religieus waardoor de ontwikkelkansen van het gebied aanzienlijk worden vergroot. Hierbij houdt de gemeente rekening met de ruimtelijke en stedenbouwkundige uitgangspunten die passen bij de Goudse identiteit en de regionale functie van de stad. De komende jaren ontwikkelen de gemeente en de NS twee locaties direct naast de stationsentree. Het is de bedoeling hier woningen en hotelfuncties mogelijk te maken. Daarnaast wordt de (her)ontwikkeling van diverse andere deellocaties met in totaal meer dan 1.000 woningen voorbereid. Een uitdaging hierbij is dat het gewenste programma binnen de gestelde financiële kaders past en tegelijk de verblijfskwaliteit van de openbare ruimte een impuls geeft. Gouda gaat daarvoor een strategisch ontwikkelperspectief maken dat inzicht geeft in programmering en planning. Vervoersknooppunt Lansingerland-Zoetermeer Begin 2019 krijgt Lansingerland-Zoetermeer (voorheen Bleizo) een bijzondere vervoersknoop waarvan het station over de A12 ligt. De trein, RandstadRail, bus, auto en fiets komen er bij elkaar. Inclusief 700 gratis parkeerplaatsen gaat de vervoersknoop veel overstapmogelijkheden bieden. Het station ligt op de grens van de gemeenten Zoetermeer en Lansingerland, langs de rijksweg A12 en de spoorlijn Den Haag- Utrecht. Het knooppunt moet een belangrijke bijdrage leveren aan de bereikbaarheid van de Randstad. De verwachting is dat het op termijn kan rekenen op zo’n 10.000 reizigers per dag. Alle Sprinters tussen Den Haag en Gouda zullen bij het nieuwe knooppunt stoppen. Dit betekent viermaal per uur de mogelijkheid om in de trein te stappen. Ook RandstadRail-lijn 4 krijgt een halte bij het ov-knooppunt. Station Lansingerland-Zoetermeer maakt onderdeel uit van het Steden baanprogramma. Dit stimuleert een samenhangend en hoogwaardig openbaarvervoernetwerk in Zuid-Holland. Via ov-knooppunten wordt het reizen in Zuid-Holland snel, gemakkelijk en comfortabel. Daarmee ontstaan er meteen kansen voor ruimtelijke (gebieds)ontwikkelingen. Station Heerlen/Maankwartier Een plek waar mensen werken, wonen, reizen en kunnen genieten. Zo afficheert Heerlen het Maankwartier dat de verbinding is tussen Heerlen-Zuid en Heerlen-Noord. Het is het nieuwe visitekaartje van Heerlen, van de regio Parkstad. Maankwartier brengt volgens de gemeente ‘schoonheid in de stad’. Het ontwerp combineert bouwstijlen uit de belangrijke perioden van mijnbouw en het Romeinse verleden met een vleugje zuidelijke warmte. Het nieuwe station van Heerlen maakt er onderdeel van uit. De noordzijde van Maankwartier is inmiddels in gebruik genomen. De bouwwerkzaamheden van Zuid en boven de sporen zijn in volle gang. Naar verwachting gaat het nieuwe station in augustus 2019 open.

STATIONSL ATIONS Buitenpoort Santpoort Noord De provincie Noord-Holland en Metropoolregio Amsterdam werken samen met partners aan het ontwikkelen van zogenoemde Buitenpoorten, stations die vlakbij natuur- en recreatiegebieden liggen. Het doel is om stadsbewoners te verleiden vaker de trein naar het groen buiten de stad pakken. Dit wordt gestimuleerd door meer bekendheid te geven aan de Buitenpoorten en door van de stations aantrekkelijkere verblijfsplekken te maken met een goede verbinding naar de landschappelijke omgeving. De partners voor Buitenpoorten zijn NS Stations, ProRail, gemeenten, natuurbeheerders, lokale organisaties en ondernemers. Een eerste proefproject start dit najaar bij station Santpoort Noord. Op het perron en direct daarbuiten komt informatie over bezienswaardigheden en recreatieve routes in de directe omgeving, de voetgangerstunnels worden heringericht. Spoorzone Delft In het voorjaar van 2015 is het oude spoorviaduct, dat de stad doormidden sneed, vervangen door een nieuwe spoortunnel. Een tweede tunnelbuis ter voorbereiding op het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer is casco gereed en wordt omstreeks 2023 in gebruik genomen. Het oude spoorviaduct is inmiddels gesloopt en de vrijgekomen ruimte en het gebied er omheen worden opnieuw ingericht. Het stadskantoor met daarin de stationshal en het ondergrondse station zijn al in gebruik genomen, net als het nieuwe busplein, de (ondergrondse) parkeergarage, fietsenstallingen en de openbare ruimte in het stationsgebied. Voor Delft en de gehele regio is hiermee een hoogwaardige openbaarvervoerverbinding gerealiseerd. In de Spoorzone is ruimte voor het nieuwe stadsdeel Nieuw Delft. In het hart van de stad, vlakbij het historische centrum, komen circa 1.000 tot 1.500 nieuwe (zelfbouw)woningen, 40.000 m2 stedelijke functies, verschillende ontmoetingsplekken, boulevards, stadsparken en de Nieuwe Gracht. Met slimme ontwerpen en innovaties biedt Nieuw Delft verschillende doelgroepen – ondernemers, gezinnen, ouderen, eventueel met een zorgvraag, en werkende jongeren – de kans om te wonen en te leven naar moderne maatstaven. Inmiddels is ruim twee derde van het gebied (24 hectare) ingevuld. Spoorzone Delft is een project van de gemeente en ProRail. 84 - Stationslocaties 2018/2019

LOCATIES | STATIONSLOCATIES | STATIONSLOCATIES | STATIONSLOCATIES | STATIONSLOCATIES | STATIONSLOCATIES Utrecht Leidsche Rijn Amersfoort Schothorst en Vathorst Amersfoort Schothorst is het intercitystation midden in het bedrijvengebied De Hoef. Het westelijk deel hiervan is nu nog voornamelijk een kantoorlocatie die moet transformeren naar een gebied met een moderne mix van kantoren, onderwijs en wonen, inclusief winkels en horeca. Op De Hoef Oost zijn tal van gemengde bedrijfsvormen gevestigd. Met alle intercity’s voor de deur en de afslagen aan de A1 en A28 op een paar honderd meter afstand kun je aardig uit de voeten op deze (kantoor) locatie. Het naburige Station Amersfoort Vathorst geeft direct toegang tot het kantorengebied Podium en het bedrijvenpark Vathorst. Beide zijn gebieden waar nog plek is voor nieuwe bedrijfshuisvesting. Momenteel wordt op Podium gebouwd aan het nationale kunstdepot Collectiecentrum Nederland (CCNL). In deze nieuwe kunstopslag van 13.000 m2 komen delen van collecties van het Rijksmuseum, het Openlucht Museum, Paleis Het Loo en ook van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Stationsgebied Deventer Midden in de Hanzestad Deventer, pal naast het treinstation, ligt het markante gebouw De Leeuwenbrug. Dit kantoorpand is recentelijk gerenoveerd tot een high-end en duurzaam multitenant kantoorgebouw. De Leeuwenbrug is een plek voor ontmoeting, werken, vergaderen en ontspannen, op een goed bereikbare locatie. Het vastgoed biedt een hoogwaardige en luxe werkomgeving met zakelijke faciliteiten zoals horeca op de begane grond, diverse vergaderzalen, receptie en fitnessgelegenheid. Het relatief jonge station Utrecht Leidsche Rijn (in 2013 geopend) ligt in het nieuwe centrumgebied van het Utrechtse stadsdeel langs de A2. Op deze locatie komen wonen, werken, winkelen, recreatie en onderwijs samen. De twee Rivoli-kantoren van 4.000 en 5.000 m2 geven Leidsche Rijn Centrum de allure die het verdient. Ze lenen zich voor alle kantoorconcepten, van meer traditioneel tot volledig ingericht voor het Nieuwe Werken. Onder het kantoorcomplex liggen de expeditiestraat en de parkeergarage. Tussen de stations Leidsche Rijn en Utrecht Centraal verdubbelt ProRail over een lengte van bijna 2 km het aantal sporen van twee naar vier. Stationslocatie Hoofddorp Hoofddorp ligt in het hart van de Randstad, tussen Amsterdam en Den Haag en op steenworp afstand van luchthaven Schiphol. De bestaande kantoren bij het treinstation en de kantoor- en woonlocaties die hier in ontwikkeling zijn, profiteren maximaal van die centrale ligging. Ze zijn goed bereikbaar vanuit binnen- en buitenland, via de lucht, het spoor en met eigen vervoer. Beukenhorst-Zuid is een duurzaam, fullservice kantorenpark met brede groene zones, wandelcircuits, tuinen en water. Een kantoorlocatie waar het prettig werken is en waar rekening wordt gehouden met de wensen en eisen van de toekomst. Het nieuwe ASICS EMEA & Benelux-hoofdkantoor en de hoofdvestiging van Danone Nederland Global openen hier in 2019 hun deuren. Hyde Park in Beukenhorst-West wordt een gemengde, levendige wijk met een stedelijke uitstraling en designarchitectuur. Een groot deel verouderde kantoren maakt hier plaats voor bijna 4.000 woningen voor verschillende doelgroepen. Een aantal kantoren en een hotel in het gebied blijven. In Hyde Park komen gemakswinkels, beauty- en sportfaciliteiten en horecagelegenheden. Op Schiphol Trade Park komen duurzaamheid en innovatie samen. Het gebied geldt als hotspot voor de circulaire economie. Schiphol Trade Park bestaat uit onderscheidende vestigingsmilieus met unieke kenmerken: Logistics Zone, Green Datacenter Campus, Energy Hub, Valley, A4-Skyline en Trade & Logistics Campus.

STATIONSLOCATIES | STATIONSLOCATIES | STATIONSLOCATIES | STATIONSLOCATIES | STATIONSLOCATIES | STATIONS Amsterdam Centraal Station Amsterdam Zuid Amsterdam Centraal ondergaat een metamorfose die sinds 1997 in gang is gezet. Tot 2028 wordt er nog stevig gebouwd aan dit drukstbezochte monument van ons land. In de komende jaren stijgt het aantal in- en uitstappers op Centraal naar 300.000 per dag. Bij vrijwel alle verbouwingen en projecten was en is ProRail betrokken, zoals de verbreding van de westelijke reizigerstunnel, twee nieuwe reizigerspassages, nieuwe liften in de reizigerstunnel, de bouw van 10.000 stallingsplaatsen voor fietsen, de bouw van de fiets- en voetgangerstunnel onder het station door, de aanleg van de IJ-hal en een aantal werkzaamheden onder het station voor de inmiddels geopende Noord/Zuidlijn. Het station van architect Pierre Cuypers is een monumentaal gebouw, dat behoort tot nationaal cultureel erfgoed. Samen met de gemeente Amsterdam, NS en de provincie probeert ProRail het historische karakter van Cuypers’ creatie te behouden, en aan te passen aan de eisen van deze tijd. Het gebied aan de centrumkant van Amsterdam Centraal is sinds het begin van 2018 het decor van vernieuwingen vanaf het stationsgebouw tot Damrak en van Schreierstoren tot de Droogbak. Meer openbare ruimte en water zijn belangrijke onderdelen in het project. Wat straks de ‘Entree’ van de hoofdstad zal zijn, moet daarmee prettig, veilig en goed bereikbaar worden voor reizigers, bezoekers en omwonenden. Naar verwachting duren de werkzaamheden nog vijf jaar. Het aantal reizigers op station Amsterdam Zuid groeit met de opening van de Noord/Zuidlijn en de toename van het treinverkeer op het traject Schiphol-Amsterdam-AlmereLelystad naar vermoedelijk 250.000 reizigers per dag in 2030. Amsterdam Zuid wordt daarmee de spil in het verbeterde vervoersnetwerk rond het gebied Amsterdam en Zuidas. Het is de bedoeling dat Amsterdam Zuid een compacte ovterminal wordt waar alle vormen van vervoer samen komen. Het station wordt uitgebreid met een extra vijfde en zesde spoor. Tegelijkertijd wordt Amsterdam Centraal klaargestoomd voor een groei van 34 naar 57 treinen per uur. De verbouwing van station Amsterdam Zuid is onderdeel van het project Zuidasdok. Daarin dragen Rijkswaterstaat, gemeente Amsterdam en ProRail gezamenlijk bij aan een betere bereikbaarheid van Zuidas. De ondertunneling van de A10 Zuid in het centrum van Zuidas maakt onderdeel uit van dat project. Het zal het station Amsterdam Zuid de ruimte geven om uit te groeien naar een hoogwaardige Openbaar Vervoer Terminal. Station Amsterdam Amstel Het gebied rond station Amsterdam Amstel gaat op de schop. Vanwege het groeiende aantal reizigers en passanten transformeert het station naar een hoogwaardig en comfortabel ov-knooppunt. Er zijn inmiddels werkzaamheden gestart die het metro- en treinstation beter bereikbaar moeten maken. Recent is het nieuwe tramstation in gebruik genomen. Steeds meer reizigers - nu al ruim 45% - komen per fiets naar het station. Daarom is het aantal nieuwe ondergrondse fietsparkeerplekken inmiddels verhoogd naar 3.500. Begin 2019 gaat de stalling open. Aan de westzijde van het station is al extra ruimte gekomen voor 1.200 tweewielers. De gemeente wil de aantrekkelijkheid van het stationsgebied vergroten met circa 450 nieuwbouwwoningen en winkelvoorzieningen. De 100 meter hoge nieuwe Amstel Tower naast het station biedt plaats aan een hotel en 192 appartementen. Het station zelf krijgt een opknapbeurt. In de monumentale stationshal uit 1939 van architect Schelling komen een nieuwe trap en nieuw meubilair. De verwachting is dat in 2023 alle werkzaamheden zijn afgerond.

LOCATIES | STATIONSLOCATIES | STATIONSLOCATIES | STATIONSLOCATIES | STATIONSLOCATIES | STATIONSLOCATIES Station Driebergen-Zeist Het stationsgebied Driebergen-Zeist ondergaat een complete gedaantewisseling. Er komt een nieuw station, een tunnel vanuit de Hoofdstraat onder het spoor door en een ondergrondse fietsparkeergarage. En een extra spoor om ruimte te maken voor meer treinen. Verder biedt nu al een nieuwe parkeergarage plaats aan ongeveer 600 auto’s. Onder het station is plek voor een ruime fietsenstalling. De ambitie is om er een compact ov-knooppunt van te maken, zodat de forenzen en andere reizigers beter uit de voeten kunnen op het traject Schiphol - Utrecht – Nijmegen. Het nieuwe station moet zo veel mogelijk energieneutraal worden. Daarom voorziet ProRail de perronkappen van zonne panelen. In 2021 zijn de werkzaamheden, die nu op schema liggen, klaar. Op een paar minuten lopen van het station bouwt Triodos Bank aan haar nieuwe hoofdkantoor op De Reehorst. Dit landgoed maakt onderdeel uit van de gebiedsontwikkeling van station Driebergen-Zeist. Station Zaandam Zaandam krijgt een veilig en toegankelijk station, passend bij de stad en het groeiend aantal reizigers. Gemeente Zaanstad, NS Stations en ProRail gaven dit voorjaar het feestelijke startschot voor de zogeheten spooroverbouwing en de stationsvernieuwing. De nieuwe spooroverbouwing wordt gerealiseerd in stijl van de Zaanse Schans en verbetert de toegang van Zaanstad. De Noord-Hollandse gemeente zet zich in om de stad klaar te maken voor de toekomst, door meer woningen te bouwen, betere voorzieningen te realiseren en goede verbindingen te maken. De spooroverbouwing is hierin van groot belang als oostwestverbinding in de stad. Op de constructie komen nieuwe winkeltjes. Verder krijgt de stationshal een opknapbeurt, en is er een nieuwe fietsenstalling gepland met plek voor circa 1.300 fietsen. In het najaar van 2019 moet het project klaar zijn. Station Schiedam Centrum Rondom het treinstation en de metrohalte Schiedam Centrum heeft de gemeente het gebied Schieveste in ontwikkeling genomen. Schieveste staat voor een multifunctionele gebiedsontwikkeling in de zuidelijke Randstad. Als ‘de poort naar de toekomst’ moet het uiteindelijke businesspark een hoge leefbaarheid met optimale bereikbaarheid combineren. Schieveste, waar nog ruimte is voor kantoren op zichtlocaties langs de snelweg A20, is onderdeel van het grootste aaneengesloten bedrijventerrein van West-Europa. Deze is op loopafstand van NS- en metrostation Schiedam Centrum, en aangesloten op de A20. De strategische ligging in de Rotterdamse regio, de goede bereikbaarheid en de multifunctionaliteit van Schieveste bieden eindgebruikers, ontwikkelaars en beleggers economisch perspectief, naast het regionale afzet- en arbeidspotentieel. Spoorzone Groningen Er reizen steeds meer mensen van en via station Groningen. Elke dag stappen er 33.000 mensen in of uit de trein en dit aantal groeit naar verwachting naar 44.000 in 2030. Het nieuwe Groninger Hoofdstation gaat daarom ruimte bieden aan méér treinen. En voor het eerst in de geschiedenis ook aan doorgaande reizigerstreinen. Daarvoor zijn meer sporen en meer perrons nodig en een nieuwe voetgangerstunnel. Na de ombouw van het Hoofdstation is het de bedoeling dat de regionale treinen kunnen doorrijden. Treinen vanuit Veendam rijden dan via Groningen door naar Delfzijl, en andersom. De treinen vanuit de Eemshaven koersen straks naar Nieuweschans en Leer. Voor intercitytreinen blijft station Groningen een kopstation. Met het verhuizen van het opstelterrein naar Haren ontstaat ruimte voor het ontwikkelen van de zuidzijde van het Groninger stationsgebied. Dit kan volgens de gemeente de komende decennia uitgroeien tot een locatie waar mensen willen wonen, werken en verblijven. Gedacht wordt aan een mix van stedelijke functies, en met ruimte voor vrijetijdsbesteding, kantoren en woningen. De gemeente is in het voorjaar van 2018 al begonnen met de sloop van een aantal gebouwen aan de zuidzijde van het station. De nieuwe voetgangerstunnel krijgt een entree aan de zuidkant waardoor dit gebied wordt verbonden met het centrum van Groningen, de stad die in 2025 circa 228.000 inwoners zal tellen. (Metro)station Capelle a/d IJssel In Capelle a/d IJssel heeft het stationsgebouw uit 1994 plaatsgemaakt voor een modern, comfortabel en veilig metrostation. Onder het station bevindt zich de bewaakte, gratis fietsenstalling voor ruim 200 fietsen. Inmiddels is begonnen met de bebouwing van het expeditiehofje aan de Duikerlaan en de realisatie van een nieuwe doorgang. Met deze voorziening wordt een zogeheten winkelrondje gecreëerd, zodat het winkelend publiek via twee routes kan lopen door winkelcentrum De Koperwiek, dat wordt uitgebreid. Tegelijkertijd zal het RET-station aan de Stadspleinzijde worden vernieuwd. Het nieuwe station krijgt daarbij ook een inen uitgang in het winkelcentrum. De vernieuwing en de verbouwing van het RET-station aan het Stadsplein beginnen in het eerste kwartaal van 2019. Naar verwachting zullen de werkzaamheden aan het einde van dat jaar klaar zijn. Stationslocaties 2018/2019 - 87

STATIONSLOCATIES | STATIONSLOCATIES | STATIONSLOCATIES | STATIONSLOCATIES | STATIONSLOCATIES | STATIONS Stationsgebied Leiden Het Stationsgebied met Leiden Centraal is een belangrijk ov-knooppunt in de regio waar ruimte is en wordt gemaakt voor het duurzaam verdichten in een centrum-stedelijke mix van wonen, werken, ontspannen, reizen en ontmoeten. Het Stationsgebied wordt getransformeerd tot een levendige stationswijk en verbindt de historische binnenstad en het Bio Science Park met elkaar tot een samenhangend geheel. De bouw van de Lorentz door Van Wijnen & Hurks namens SyntrusAchmea is het eerste project in de herontwikkeling van het Stationsgebied. De beide woontorens zijn eind 2018 op hun hoogste punt. Na de Lorentz volgen de kavels 3 en 4 van het Rijnsburgerblok door Synchroon en De Geus met onder andere de bouw van een megabioscoop. Een belangrijke stap in het verder positioneren van het Stationsgebied is in het afgelopen jaar gezet via een samenwerkingsverband van twintig partners die op een creatieve en innovatieve manier de Leidse entree laat vergroenen en als duurzaam verstedelijkingsgebied op de kaart zet. Het stationsgebied in Leiden zal naar verwachting in 2030 volledig vernieuwd zijn. Spoorzone Gilze en Rijen De gemeente Gilze en Rijen wil toe naar een spoorzone in Rijen waar het goed wonen, werken en reizen is. Dat is vastgelegd in de Toekomstvisie Spoorzone Rijen. Daarnaast heeft ProRail van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat opdracht gekregen geluidreducerende maatregelen te nemen, waardoor er minder last zal zijn van het geluid van passerende treinen in Rijen. Een planstudie moet antwoord geven op de vraag wat er moet gebeuren om de spoorzone te verbeteren en om knelpunten op te lossen. Het onderzoek was in de zomer van 2018 halverwege. De voorkeur in de planvorming op dit moment gaat uit naar een tunnel die de overgang JulianastraatStationsstraat vervangt. De tunnel is geschikt voor fietsers en voetgangers; auto’s zijn er te gast. Het middenperron moet plaats maken voor twee perrons aan iedere zijde van het spoor een. Ze zijn vanuit de tunnel bereikbaar. Zaancorridor De provincie Noord-Holland werkt sinds 2014 samen met NS, ProRail en diverse gemeenten langs de Zaancorridor - het spoor van Amsterdam naar Heerhugowaard - aan het aantrekkelijker maken van de stationsomgevingen. De samenwerking bij de Zaancorridor is een pilot op het gebied van knooppuntontwikkeling. Door de goede bereikbaarheid vanuit Amsterdam liggen langs deze corridor van dertien ov-knooppunten kansen voor woningzoekenden, bedrijven en voorzieningen. De komende jaren legt ProRail rond diverse stations langs de Zaancorridor duizenden extra fietsparkeerplaatsen aan. Station Nunspeet De Nunspeetse stationsomgeving krijgt een facelift waarbij de huidige spoorwegovergang plaats maakt voor twee afzonderlijke tunnels. Eén onderdoorgang voor gemotoriseerd verkeer en één voor langzaam verkeer, inclusief een toegang tot het perron. Deze reconstructie zal de doorstroming van het verkeer aanmerkelijk verbeteren. De gemeente wil daarbij aandacht voor het doortrekken van de ‘sfeer van de Veluwe’ naar het stationsgebied – dus met respect voor de natuurlijke omgeving. Wanneer de verkeersdrukte bij het station afneemt, zal dat consequenties hebben voor het Stationsplein. De gemeente heeft het idee om het plein op te knappen. 88 - Stationslocaties 2018/2019

Station Ede-Wageningen Ede-Wageningen is in afwachting van een nieuw station dat enkele tientallen meters ten oosten van het huidige treinstation wordt gebouwd. Het wordt een modern en overzichtelijk ov-knooppunt dat straks hét visitekaartje van de gemeente Ede-Wageningen is. Ook in Ede-Wageningen gaat het stationsgebied op de schop. Het moet straks optimaal bereikbaar zijn door ingrijpende veranderingen in de infrastructuur. De nieuwe spoorzone verbindt straks twee woonwijken in Ede. Dankzij de vernieuwing naderen vrijwel alle reizigers het station straks vanaf de zuidzijde. Hierdoor is het mogelijk om het aantal winkels te verdubbelen (500 m2). Een P+R met ruim 500 parkeerplaatsen en een stalling voor ongeveer 1.800 fietsen zijn in voorbereiding. Daarnaast komt er een bewaakte stalling (eerste 24 uur gratis) voor ongeveer 6.000 fietsen. De gemeente Ede, ProRail en NS Stations werken samen aan het project Spoorzone Ede dat mede mogelijk wordt gemaakt door het ministerie Infrastructuur en Waterstaat en de provincie Gelderland. De bouwwerkzaamheden starten ongeveer medio 2019. Het nieuwe station Ede-Wageningen kan vermoedelijk eind 2021 in gebruik worden genomen. Een jaar later moeten alle werkzaamheden klaar zijn. Spoorzone Hilversum Stationsgebied Maastricht Eind dit jaar start de ingrijpende renovatie van het monumentale stationsgebouw van Maastricht. Bedoeling is de lege ruimten in het gebouw een bestemming te geven. Er ligt onder meer een plan voor een hotel in de zuidvleugel, waarvan de stationshal als lobby gaat dienen. De NS investeert ruim 8 miljoen euro in het project. De renovatie loopt vooruit op het plan om de spoorbarrière tussen het westen en het oosten van de stad te slechten met bijvoorbeeld een brug over de sporen of een tunnel voor fietsers en voetgangers. Vooruitlopend op de renovatie van het station is de Maastrichtse stationsomgeving geüpgraded. Eind vorig jaar heeft de aannemer in de Stationsstraat de nieuwe ondergrondse stalling voor zo’n 3.000 fietsen en scooters opgeleverd. Door de nieuwe fietsenstalling is meer openbare ruimte ontstaan bovengronds. Die ruimte is nu aangepast om van de Stationsstraat een aantrekkelijke omgeving te maken om te verblijven. De herinrichting zorgt voor een flinke kwaliteitsimpuls van het stationsgebied. Hilversum is flink op stoom met de aanpak van de Spoorzone. In de afgelopen maanden heeft de gemeente letterlijk een hoop stappen gezet. Niet alleen met bewoners tijdens drie buurtschouwen. Maar ook in gesprekken met pandeigenaren, ondernemers, woningbouwcorporaties, bewoners, vastgoedontwikkelaars en maatschappelijke organisaties. Met hen heeft de gemeente gesproken over dromen, urgenties en mogelijke bijdragen. Tijdens deze eerste zogenoemde Gebiedstafel is nagedacht over een duurzame, groene en levendige wijk. Er werden ook zorgen geuit over waar gezond geleefd, gewerkt en gewoond kan worden. De gemeente heeft zo haar wensen en ambities voor de Spoorzone. Er is bijvoorbeeld dringend behoefte aan nieuwe woningen, met name in het betaalbare segment. Ook wil de gemeente veel meer groen, naast het verbeteren van de openbare ruimte die meer dan nu mensen moet uitnodigen om te bewegen en te ontmoeten. Het Oosterspoorplein kan bovendien zoveel mooier, spannender, veiliger en groener, meent de gemeente. De naburige fabrieken staan inmiddels leeg. Ze getuigen van de rijke geschiedenis van het gebied en boden tal van Hilversummers een baan. Er is nu plaats voor niet alleen creatieve hippe banen in de mediasector, maar ook gewoon werk in bijvoorbeeld de zorg en industrie. Stationslocaties 2018/2019 - 89

Toplocatie Parktoren Nieuwe Stationsstraat 20 Arnhem Te huur 2.700 m² met 52 parkeerplaatsen vanaf 500 m² Energielabel VOOR INLICHTINGEN: Strijbosch Thunnissen Bedrijfsmakelaars Telefoon 026 - 3 552 100 Cushman & Wakefield Telefoon 026 - 445 2455 Arnhem Centraal Station Harderwijk Het nieuwe door Ben van Erkel ontworpen Centraal Station in Arnhem is een bijzonder gebouw qua architectuur én gebruiksvriendelijkheid. De stationshal vormt de kroon op de vernieuwing van het stationsgebied, die ook de bouw van kantoren, winkels, fietsenstallingen, een nieuwe megabioscoop, de Zypse Poort en het Willemsplein en Willemstunnel omvat. De al langer bestaande kantoorpanden Parktoren en Rijntoren zijn onderdeel van het vernieuwde Centraal Station, dat past in het glooiende landschap van de stad. De Gelderse hoofdstad verwacht de komende jaren veel meer reizigers. De aanleg van extra sporen en perrons heeft ervoor gezorgd dat de capaciteit groeit op de spoorlijnen naar Utrecht, Nijmegen, Zutphen én Duitsland. Spoorzone West Haarlem De gemeenteraad van Haarlem heeft een aantal ontwikkelzones aangewezen, waarin onder andere plaats is voor extra woningbouw. In het gebied Zuid-West ligt de zogeheten ontwikkelzone ‘Spoorzone West’. Om plannen voor en keuzes in het gebied te maken, helpt het maken van een samenhangende ontwikkelvisie. De Noord-Hollandse hoofdstad wil bewoners, ondernemers en gebruikers van Zuid-West hierbij betrekken. Begin volgend jaar gaat de conceptvisie de inspraak in. Daarna zal de gemeenteraad handen en voeten geven aan werkelijke plannen. 90 - Stationslocaties 2018/2019 Waar eens het voormalige stationsgebouw de ‘Rode Hoed stond, is nu een modern treinstation in Harderwijk. Met een verkeerstunnel onder het huidige station is de verkeerssituatie daar veilig. Op de plaats waar ooit spoorbomen aan de andere kant van het huidige stationsgebouw stonden, ligt nu naast het spoor een klein park met een landschappelijk karakter. Fietsen kunnen wordt geplaatst in een nieuwe overdekte en bewaakte fietsenstalling (de eerste 24 uur gratis). Het station is ingericht op de toekomst en goed toegankelijk voor de mensen die op weg zijn naar de historische binnenstad en de groene Veluwe. Het Stationsplein is overdag en ’s avonds een prima plek om te verblijven.

EIGENZINNIG HART VAN EEN WERELDSTAD Rotterdam Central District: de parel in het hart van de stad. Een eigenzinnig gebied, met het Stationsplein als dynamisch middelpunt. Hier komt alles samen. Van groot en gevestigd tot startup. Van tijdelijk en rauw tot gepolijst en duurzaam. Een Europees economische hub met internationale connecties. rotterdam-centraldistrict.nl

www.hori.nl Energy is everywhere Bouwen met verstand vraagt om installatieontwerpen met visi Energie acquireren, conserveren, econom maakt Hori Sustainable Solutions elk gebo aaal dal Hori Sustainable Solutions - Engineering excellence ren. 92 - Stationslocaties 2018/2019 Hori Sustainable Solutions B.V. I Stationslaan 10 I 3701 EP Zeist, Nederland I t +31 (30) 691 28 28 I info@hori.nl I www.hori.nl

1 Online Touch

Index

  1. 1
  2. 2
  3. 3
  4. 4
  5. 5
  6. 6
  7. 7
  8. 8
  9. 9
  10. 10
  11. 11
  12. 12
  13. 13
  14. 14
  15. 15
  16. 16
  17. 17
  18. 18
  19. 19
  20. 20
  21. 21
  22. 22
  23. 23
  24. 24
  25. 25
  26. 26
  27. 27
  28. 28
  29. 29
  30. 30
  31. 31
  32. 32
  33. 33
  34. 34
  35. 35
  36. 36
  37. 37
  38. 38
  39. 39
  40. 40
  41. 41
  42. 42
  43. 43
  44. 44
  45. 45
  46. 46
  47. 47
  48. 48
  49. 49
  50. 50
  51. 51
  52. 52
  53. 53
  54. 54
  55. 55
  56. 56
  57. 57
  58. 58
  59. 59
  60. 60
  61. 61
  62. 62
  63. 63
  64. 64
  65. 65
  66. 66
  67. 67
  68. 68
  69. 69
  70. 70
  71. 71
  72. 72
  73. 73
  74. 74
  75. 75
  76. 76
  77. 77
  78. 78
  79. 79
  80. 80
  81. 81
  82. 82
  83. 83
  84. 84
  85. 85
  86. 86
  87. 87
  88. 88
  89. 89
  90. 90
  91. 91
  92. 92
Home


You need flash player to view this online publication