0

Herontdekking en herwaardering van binnenhavens anno 2023 Onder druk van klimaat, natuurherstel en energietransitie wordt met meer interesse dan voorheen gekeken naar duurzame en slimme logistiek in regio’s en steden. Transport over water is daarin een kans. Binnenhavens en bedrijventerreinen spelen een centrale rol bij de innovatie van regionale en lokale binnenvaart. Ik mag zelf al wat jaren actief zijn in het onderzoek en stimulering van modal shift van weg naar water, meer circulaire ‘closed loop’ logistiek en emissieloos transport voor stedelijke en regionale logistiek. In Amsterdam heeft project ‘Amsterdam Vaart!’ afgelopen jaren een aantal transportstromen van de weg naar het water verplaatst. Dat leidde in die gevallen tot een gemiddelde reductie van 90% van de transportbewegingen binnen de stad, 66% buiten de stad, en een CO2 reductie van 55%. De haven heeft hierbij als ‘hub’ een essentiële rol gespeeld om transporten over water te ontvangen, door te voeren, of van weg naar water te verplaatsen. Via de haven worden ook afvalstromen afgevangen voor circulair hergebruik, en zijn tank- en laadfaciliteiten in opkomst voor emissieloze transportmiddelen. Utrecht is ook een voorbeeld van een regio die het water heeft herontdekt om het wegennet te ontlasten. Daar gaan partijen actief samenwerken aan modal shift onder het motto ‘varen waar het kan, rijden als het moet’. Op interregionale en landelijke schaal kijken Rijkswaterstaat en Topsector Logistiek naar het ‘off road’ krijgen van transporten op corridors over langere afstanden. Ook daarbij spelen havens een belangrijke rol om via terminals en ‘zero emission’ laad- en tankpunten meer emissieloze scheepvaart te realiseren. Je kunt wel stellen dat scheepvaart en daarmee binnenhavens weer stevig op de kaart komen om de duurzame doelen, waar maatschappij en bedrijfsleven komende jaren voor staan, het hoofd te bieden. Ruben Vrijhoef, lector Building Future Cities, Hogeschool Utrecht Senior onderzoeker, TU Delft Foto Frank Ardesch Havenlocaties 2023 - 3

Nederland 2023 Coverpresentatie: Provincie Utrecht wil eeuwenoude waterinfrastructuur beter gaan benutten. Het motto voor de komende jaren: ‘Varen waar het kan, rijden als het moet’. Lees het verhaal van gedeputeerde Arne Schaddelee op de pagina’s 6,7,8 en 9. Voorwoord: Ruben Vrijhoef, lector Building Future Cities, Hogeschool Utrecht, Senior onderzoeker, TU Delft. Havenbedrijven / Havenlocaties: Brabant Ports ........................................17 Oosterhout ......................................... 24 Port of Harlingen ..................................... 44 Haven Netwerk Fryslan (HNF) .......................... 47 Port of Zwolle ....................................... 52 Port of Twente Havenbedrijf ........................... 56 Blueports ........................................... 60 Alblasserdam - BCTN Terminal / Peute Recycling ......... 66 PIER14 Zwijndrecht ................................... 70 Havenbedrijf Rotterdam ............................... 72 Containerterminals / Logistieke Dienstverleners: Theo Pouw Groep .................................... 10 BTT Multimodal Container Solutions .................... 20 OCT - Oosterhoutse Containerterminal ................. 24 H.Essers - Markiezaat Container Terminal ................ 26 Inland Terminals Group ............................... 32 SMART HUB Logistics ................................. 36 Van Berkel Logistics .................................. 40 TMA Logistics ........................................ 48 Barge Terminal Born .................................. 58 Havenman van 2022 / Jan Overdevest .................. 59 Wessem Port Services Group. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 62 Waalhaven - Botlek Terminal / Barge Center ............. 79 Vastgoedprofessionals: De Mik Real Estate Partners ............................. 2 Heembouw ......................................... 14 Necron Group ....................................... 42 Panattoni ........................................... 64 Dudok Real Estate .................................... 66 Fred Developers ..................................... 70 DHG ...........................................74 + 80 Branche- en Belangenorganisaties / Overheid: Europees Parlement .................................. 12 MCA Brabant ........................................ 16 Nederlandse Vereniging van Binnenhavens (NVB) ......... 27 Koninklijke Binnenvaart Nederland (KBN) en de Nederlandse Vereniging van Binnenhavens (NVB) ......... 55 Nederland Distributieland (NDL / HIDC) ................. 72 Kennisinstituten / Toeleveranciers: Movares Water ....................................... 28 Pelecon. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35 KiesZon ............................................. 38 Onshore Power Supply Network (OPSN) ................. 46 Erasmus UPT / Bart Kuipers ........................50 + 65 Magazine over de zee- en binnenhavens van Nederland, gepresenteerd door havenbedrijven, overheden, kennisinstituten, branche- en belangenorganisaties, logistieke dienstverleners, containerterminals, vastgoedprofessionals en gevestigde bedrijven. 4 - Havenlocaties 2023

Deelnemers in deze uitgave www.provincie-utrecht.nl www.demik.nl www.theopouw.nl www.carolinenagtegaal.nl www.heembouw.nl www.mcabrabant.nl www.bttilburg.nl www.oosterhout.nl www.essers.com www.havens.binnenvaart.nl www.movareswater.nl www.bctn.nl www.pelecon.nl www.smarthublogistics.nl www.kieszon.nl www.vanberkellogistics.nl www.necron.com www.portofharlingen.nl www.portsolutionsrotterdam.nl www.eu.nl/ese www.portofzwolle.nl www.binnenvaart.nl www.portoftwente.com www.waalhaven-group.nl www.circularports.com www.wessem.com www.panattoni.com www.ndl.nl www.peute.nl www.dudokrealestate.com www.pier14.info www.fred-developers.nl www.dhg.nl Redactie en advertentie-exploitatie Journalisten Pieter Pulleman, Marc van Rossum du Chattel, Dianne Huijskens, Ger Dreijer, Johan Koning en Sandra Put Jager Media D.A. Arthur Jager Postbus 2711, 7301 EE Apeldoorn M 06 - 223 91 776 E arthur@jagermedia.nl W www.jagermedia.nl Website / Social Media - Blending Media - Monique Jager Fotografie Jager Media Kraaij Impressies Het magazine Havenlocaties Nederland wordt duurzaam geproduceerd. Vormgeving Studio Transparant Havenlocaties 2023 - 5

Provincie Utrecht wil eeuwenoude waterinfrastructuur beter gaan benutten Al decennia lang worstelen stedelijke gebieden met files op de weg, het antwoord vond men door het wegennet uit te breiden. Maar daarbij is structureel een alternatieve oplossing over het hoofd gezien. In de provincie Utrecht kent men die oplossing wel, transport over water is een prima kans om de groei van het wegverkeer terug te dringen. Stad en provincie Utrecht ontlenen niet voor niets hun identiteit aan waterwegen die door de eeuwen heen zijn aangelegd. De partners in de provincie hebben een simpele boodschap: watergebonden steden en regio’s hoeven niet dicht te slibben zolang je het water daar gebruikt waarvoor het bedoeld is. Op het water is nog alle ruimte, en die kansen moet je benutten. Bovendien werkt vervoer over water positief uit op luchtkwaliteit en voor klimaatdoelen. foto’s Lage Weide: ILW Parkmanagement Lage Weide 6 - Havenlocaties 2023

Foto Frank Ardesch Arne Schaddelee P artners in de provincie werken op dit moment aan een programmabureau dat zich richt op het stimuleren van goederenvervoer over water, lokaal, regionaal en interprovinciaal. “We vinden het als provincie Utrecht belangrijk het aandeel transport over water actief te vergroten”, vertelt gedeputeerde Arne Schaddelee. “Er komt dit jaar een onafhankelijk programmabureau dat bedrijven praktisch advies geeft, bijvoorbeeld over regelgeving, vergunningen en ontheffingen. Ook stimuleert het programmabureau samenwerking tussen bedrijven, bijvoorbeeld in het bundelen van lading en worden bedrijven in contact gebracht met logistieke partijen in de water sector die het concrete transport kunnen verzorgen.” Het programmabureau is een vervolg op een in 2022 afgesloten intentieovereenkomst. Hierdoor is een coalitie ontstaan vanuit de behoefte om vervoer over water te stimuleren. Inmiddels is het een samenwerking van tien publieke en veertig private organisaties. Het motto voor de komende jaren: ‘Varen waar het kan, rijden als het moet’. Frank Ardesch is de onafhankelijke aanjager van de coalitie. “Ik probeer zo veel mogelijk transport over water te realiseren. Nederland is gebouwd op water, als je dat water gebruikt waar het voor bedoeld is, op een duurzame emissieloze manier, dan los je een probleem op dat er helemaal niet hoeft te zijn. Zo simpel is het.” Woningbouw en klimaatbeleid De provincie Utrecht heeft een grote groeiopgave, tot 2040 moeten 165.000 woningen bijgebouwd worden, en er moet ruimte gemaakt worden voor 110.000 banen. “Het gros van de woningbouw is binnenstedelijk. Dit zorgt voor extra mobiliteit op plekken waar daar weinig ruimte voor is. Ook wordt het goed borgen van gezond stedelijk leven een ingewikkelde puzzel”, zegt gedeputeerde Schaddelee. “Transport over water is voor deze uitdagingen niet de enige oplossing, maar het kan wel een substantiële bijdrage leveren. Die kans moeten we grijpen.” Veel van de woningbouwlocaties de komende jaren liggen langs of nabij het water. Er is dus de mogelijkheid om aan- en afvoer van bouw- en sloopmaterialen per schip te doen. Bij gerealiseerde nieuwbouwwijken kan de aan- en afvoer van goederen over water geregeld worden. Voor de provincie Utrecht is de grootste opgave de komende jaren de uitvoering van de klimaatafspraken. Schaddelee zegt: “Zet als samenwerkende overheden je tanden in het Regionaal Mobiliteitsplan waarin de uitvoering van de klimaatafspraken rond mobiliteit vorm krijgt. Het gaat om moeilijke en ingrijpende doelen: een enorme besparing van CO2 en die halen we niet als we doorgaan zoals nu. Kijkend naar het aandeel van goederenvervoer in de CO2-uitstoot is hier substantieel winst te halen. Door reductie van transport door bundeling, door inzet van emissieloze voeren vaartuigen en door meer transport over water.” Binnensteden Extra impulsen voor transport over water vind je in oude binnensteden, zoals Utrecht. In de historische binnenstad geldt een maximale aslast van 2 ton, vanwege de kwetsbare werven. Zo’n aslast overschrijdt je al met een volgeladen elektrische bestelbus. Als je in de binnenstad zwaardere goederen wilt vervoeren, zoals bouw- en sloopmaterialen, is vervoer over water een praktisch maar ook commercieel interessant alternatief. Behalve de aslastbeperking kent Utrecht vanaf 2025 een zero emissie-zone in de binnenstad. Ook dit speelt vervoer over water in de kaart. De gemeentelijke stroomboot – bekend als bierboot Havenlocaties 2023 - 7

Foto Frank Ardesch – is al vele jaren actief op de Oudegracht met horeca- en afvaltransport. Recent hebben private partijen hier vervoer van bouw- en sloopmaterialen aan toegevoegd. Zo transporteert een elektrische duwboot een dekschuit met bouwmaterialen door de stadswateren. Netwerk van hubs Die bierboot is een goed begin, vindt Ardesch. “De bier- en afvalboot is een mooi initiatief dat al meer dan twintig jaar perfect functioneert op een relatief kleine schaal” zegt hij. “Maar als je nou groot gaat denken. Bouw een systeem van hubs van het lokale naar het regionale en het interregionale niveau. Maak die hubs voor water en weg. Dan creëer je een systeem van de binnenstad naar de randen van de stad. Als je dan ook steden aan elkaar koppelt, krijg je vanzelf ook verbindingen naar het achterland.” Peter de Bruijn staat aan de basis van het Metropolitan Hub System, een aanpak waarin de provincies Zuid-Holland, Noord-Holland en Utrecht, maar ook allerlei watergebonden steden in deze provincies, samenwerken in transport over water. “Wij bouwen een netwerk van regionale hubs, die we verbinden met emissievrije schepen. We leggen daarmee de verbinding tussen de binnenhavens en de lokale havens, denk aan Utrecht, Leiden, Delft, Zaandam en Alkmaar.” Hij is er van overtuigd dat er winst te halen is door verder te kijken dan de verbindingen tussen de inlandterminals en zeehavens. “Wij willen steden met elkaar verbinden. Daarvoor moeten de inlandterminals en de vervoerders anders gaan werken. Zo ontbreekt bijvoorbeeld een lijn Tiel, Utrecht, Flevoland. Dus 8 - Havenlocaties 2023

naast de lokale partijen die je naar het water moet helpen, zal je ook de barge-partijen en de terminals zover moeten krijgen dat ze een ander businessmodel hanteren, want ze zijn nu niet gericht op van-stad-naar-stad.” Joint Corridors Off-Road De provincie Utrecht participeert in het landelijke programma Joint Corridors Off-Road, ondersteund door de Topsector Logistiek. Het programma helpt verladers en vervoerders om meer gebruik te maken van binnenvaart, rail en short sea. Centraal staat vervoer van en naar zeehavens. Voor Utrecht is met name de verbinding met Rotterdam relevant. De provincie werkt op het interprovinciale en landelijke schaalniveau samen met Rijkswaterstaat. Tjitse Lupgens is van Rijkswaterstaat MiddenNederland: “Wat ik doe is de nationale en internationale regelgeving en ontwikkelingen vertalen naar de programmering voor de toekomst van ons areaalgebied Midden-Nederland ten behoeve van de hoofdvaarwegen.” Hij onderschrijft de modalshift ook om ons hoofdwegennet te ontlasten, maar ziet tegelijk hindernissen. Al die vrachtwagens rijden niet voor niets, dat is veelal een ingesleten gewoonte van ondernemers, meent hij. “Een uitdaging is het veranderen van gedrag. Er is volop ruimte op het water, maar ondernemers zitten in een keurslijf van gedrag en gewoontes. Om dat gedrag en ritme te doorbreken, is een bijzonder harde noot om te kraken.” Maatschappelijke kosten Terug naar het programmabureau dat bedrijven in de provincie Utrecht gaat helpen met de overstap van weg naar water. Daar valt dus veel te winnen, maar zo’n omslag komt niet vanzelf. De ingesleten neiging van bedrijven is al snel om te zeggen: het is te duur, het kost te veel tijd, en we weten niet hoe het werkt. Schaddelee vindt: “Die basale reactie moeten we wegnemen met hele praktische informatie.” Maatschappelijke kosten moeten in toenemende mate meegerekend worden in de business case. Het principe van de vervuiler betaalt ontbreekt vaak nog, maar zal de komende jaren steeds belangrijker worden. Vijf jaar geleden is de internationale Strategy on reduction of GHG-emissions from ships aangenomen. Daarin staat hoe de CO2footprint wordt afgebouwd. In 2050 moet dat 50% minder zijn voor de scheepvaart en in 2100 moet de uitstoot nihil zijn. Lupgens: “Dit jaar wordt die strategie aangescherpt, en het sentiment is dat de ontwikkelingen sneller gaan dan gedacht, en dus wil de branche versnellen, dat wil zeggen naar 0% in 2050.” Rijkswaterstaat heeft de ambitie om al vanaf 2030 volledig klimaatneutraal te zijn en circulair te werken. De positieve ontwikkeling is dat de ambities van scheepvaart en Rijkswaterstaat dus dichter bij elkaar komen. Als het wegvervoer massaal overschakelt op elektrische aandrijving, al dan niet met waterstof, en de binnenvaart blijft vasthouden aan diesel, dan is de milieuwinst van de modal-shift nihil. Op het gebied van schepen moet dus ook iets gebeuren. Ardesch: “Elektrische schepen, dan wel waterstofschepen, zijn volop in ontwikkeling. Ze zijn bijna op het niveau dat ze voor de markt interessant zijn. Het is qua kostprijs nog wel iets duurder, maar het krijgt massa. Dus het water is er en de boten zijn er. Wat we nu nodig hebben zijn het systeem van hubs, overslagpunten, en de voorzieningen voor die nieuwe boten, zoals waterstofpunten en laadstations voor accu’s.” Carrot and stick Transport- en grondstoffenondernemer Theo Pouw vindt dat de overheid moet ingrijpen om emissieloos vervoer over water te stimuleren. Hij meent: “De overheid zou kunnen zeggen dat je in 2040 alleen nog maar zero emission het Amsterdam-Rijnkanaal door mag, dan dwing je de ondernemers over te stappen.” Ardesch is het daar van harte mee eens: “Dat vind ik heel goed. Dat past bij de combinatie van maatregelen die ik aanhang. The carrot and the stick, belonen en straffen. Ik begrijp heel goed wat Theo Pouw zegt. Die rekent gewoon uit wat het met diesel kost, en wat met waterstof. Dan is zijn conclusie dat het niet kan. En daar heeft hij gelijk in, en dus heeft hij hulp nodig van de overheid.” Ardesch is tot slot duidelijk over de toekomst. “Overheid en marktpartijen moeten denken met een grotere horizon, naar een eindsysteem, zo’n twintig jaar vooruit. Dat eindbeeld en het vertrouwen dat dit ook echt vaststaat ontbreekt nog. Als je dat eindbeeld niet hebt, dan verlam je het systeem en gaan zelfs de koplopers onder de bedrijven afwachten. Dat is niet wat je wilt, we willen namelijk meer gaan varen.” << www.provincie-utrecht.nl Havenlocaties 2023 - 9

Theo Pouw Groep: koploper in duurzaamheid Bij de Utrechtse Theo Pouw Groep staat duurzaamheid al decennia lang hoog in het vaandel. Ver voordat de ‘circulaire economie’ een gangbaar begrip werd, was oprichter Theo Pouw al druk met het herwinnen van grondstoffen. Nog altijd loopt het bedrijf voorop in duurzaamheid. T heo Pouw begon ruim veertig jaar geleden. Zijn vader had een bedrijf voor de overslag van primaire grondstoffen. De jonge ondernemer begon voor zich zelf en zag brood in het hergebruik van materialen, zoals puin en grond. Pouw vertelt: “Ik begon met de handel in primaire grondstoffen, in 1987 zijn de secundaire grondstoffen daarbij gekomen.” Ruim veertig jaar verder is de Theo Pouw Groep een bedrijf met dertien vestigingen in Nederland. Naast de handel in primaire en secundaire grondstoffen werden de afgelopen decennia drie containerterminals ontwikkeld. Daarnaast is Pouw sterk in logistiek met een indrukwekkend wagenpark en drie eigen binnenvaartschepen. Koffie en water Om de uitstoot van CO2 en fijnstof te verminderen streven veel overheden de modal shift na. Ook daarin loopt Theo Pouw al jaren voorop. Douwe Egberts heeft zijn koffiebranderij in de Domstad. Toen Pouw eind vorige eeuw zijn Container Terminal Utrecht (CTU) opende gaf dat de kans om het wegvervoer te verminderen: de koffiebonen werden niet langer per vrachtwagen maar per binnenvaartschip van Rotterdam naar de CTU gebracht. Alleen de laatste kilometers worden over de weg afgelegd. Het scheelt veel asfaltkilometers. 10 - Havenlocaties 2023 Maar Pouw wil verder, het kan schoner, het moet schoner. Een grote reductie van CO2 is te bereiken met het verder overschakelen op secundaire grondstoffen. De Theo Pouw Groep is er van overtuigd dat grondstoffen oneindig hoogwaardig herbruikbaar zijn. “Dat hergebruik bij bijvoorbeeld de productie van beton was 30%, het is nu 50%”, vertelt Pouw. “En wij denken dat het tussen 2030 en 2035 100% gaat worden. Wat daarbij helpt is dat primaire grondstoffen duurder worden, en de secundaire grondstoffen een steeds hoogwaardiger alternatief vormen.” Waar de Theo Pouw Groep verder in voorop loopt is het herwinnen van meer soorten grondstoffen en met nieuwe toepassingen. Om dat te bewijzen ontwikkelde Theo Pouw een cementloos beton vanuit een van de vier eigen duurzame betoncentrales, waarmee op de Floriade een brug werd gebouwd. “Dat is heel bijzonder, wij zijn tot nu toe de eerste in Nederland die een constructie realiseren met

cementloos beton”, vertelt Pouw. De kennis voor dit soort innovaties zit in de organisatie zelf. “Onze collega’s proberen altijd de concurrentie een stap voor te zijn. Als je achterblijft in de vernieuwing en de verbetering dan ga je het niet winnen in deze maatschappij.” Op stapel Over een andere innovatie wordt al jaren serieus nagedacht: een binnenvaartschip op waterstof. Alwin Anninga is directie-assistent, hij legt uit dat de techniek er is: “Het eerste schip staat op stapel. Veel techniek kan je al kopen. Het is eigenlijk een elektrisch aangedreven schip, met een brandstofcel voorop, en die is al op de markt. De uitdaging zit in het koppelen van alle systemen, evenals de regelgeving omtrent waterstof in de binnenvaart.” Varen op waterstof is nu nog niet te betalen. Pouw vindt dat de overheid moet ingrijpen. “De overheid zou kunnen zeggen dat je in 2040 alleen nog maar zero-emission mag varen, dan dwing je de ondernemers over te stappen. Dan heeft iedereen een gelijk speelveld”, meent Pouw. Verder vindt hij dat er accijns geheven zou moeten worden op scheepsdiesel. “Daarmee moet je een pot maken, om ondernemers te ondersteunen die zero-emission gaan varen.” Zoiets is alleen op Europees niveau te bereiken, merkt hij op. Wisselstation Eenvoudiger te realiseren is elektrisch varen met Zero Emission Services (ZES). Een container-accu drijft het schip aan, is de accu leeg, dan wissel je van container. Pouw zou graag zien dat hij een uitwisselstation voor deze accu-containers krijgt. Etienne Morrien is verantwoordelijk voor de containerterminals: “We hebben de kade op een fantastische locatie bij het Amsterdam-Rijnkanaal. En we hebben de kraan en de stroom.” De gesprekken voor het realiseren van zo’n station zijn gaande. Op het haventerrein kiest Pouw om duurzamer te werken, zo is er de wens om de diesel-reachstackers te vervangen door exemplaren op elektriciteit. Voor de vestiging in de Eemshaven wordt onderzocht hoe ze stroom kunnen opwekken uit het omzetten van restwarmte. Dat levert mogelijk ruim vier megawatt op. Theo Pouw Eigen productie Theo Pouw heeft een prima band met de Provincie Utrecht, en dat is een stimulans om verder te gaan. “We hebben een goede samenwerking met de provincie, goede uitgangspunten en communicatie met elkaar. De ontwikkelingen waarvoor wij staan in de recycling wordt door de provincie toegejuicht.” Met de gemeente Utrecht worden er nog op een aantal thema’s gesprekken gevoerd. De stad verbiedt binnenkort vrachtvervoer met diesel binnen de milieuzone, het dwingt ondernemers over te stappen op elektrisch rijden. Pouw zou graag verder gaan door zijn vrachtwagens op waterstof te laten rijden. Een aantal jaren is er de wens van bedrijven in de regio een station voor waterstof aan te leggen. Dat komt vooralsnog niet van de grond. En daarom denkt Pouw na over het zelf produceren van waterstof, voor eigen gebruik. Ook wil het bedrijf de bevoorrading met bouwmaterialen in de stad Utrecht via water doen, al zijn er obstakels. “De stad heeft twee knelpunten, de bruggen en de losplekken. Niet alle bruggen kunnen open en dat beperkt de hoogte van de schepen nogal”, legt Anninga uit. Daardoor moet er vaker overgeslagen worden en lopen de kosten op. Morrien ziet het overigens niet gebeuren dat het wegvervoer in Utrecht verdwijnt: “Het zal iedere keer een combinatie zijn van wielen en water. Je komt nooit helemaal uit met water, tot voor de deur. Dat gaat niet.” << www.theopouw.nl Havenlocaties 2023 - 11

Op weg naar duurzame en groeiende havens, logistiek en transport in Europa We leven in Europa in een roerige tijd. Oorlog, hoge energieprijzen, inflatie. Misschien vraagt u zich af, moeten we in deze ingewikkelde tijden doorgaan met de energietransitie of deze misschien een tijdje op pauze zetten? W at mij betreft gaan we vol optimisme door! Dat wil niet zeggen dat we onze ogen sluiten voor de nieuwe politieke realiteit en de oorlog in Oekraïne. Eén ding is zeker, 24 februari 2022 heeft ons continent voorgoed veranderd. Het is duidelijk dat Rusland een gevaar vormt voor onze democratie, onze waarden en onze Europese manier van leven. Gelukkig reageerde Europa daadkrachtig, eensgezind en bewonderenswaardig snel op de Russische dreiging. Het toonde aan dat Europa vanaf het begin van deze verschrikkelijke oorlog als één opereert. Een zeer nadelig en pijnlijk effect van de oorlog zijn de hoge energieprijzen. Onze maandelijkse energierekeningen zijn flink gestegen, in sommige gevallen tot extreme niveaus. U merkt dit ook in de transportsector, dienstverlening voor vervoer en als havenbedrijf en Caroline Nagtegaal. Foto Jasper Bosma “Transport, havens en industrieën hebben enorm geïnvesteerd in de energietransitie, om de bedrijfsvoering duurzamer en circulair te maken” 12 - Havenlocaties 2023

industrieproducent. Wanneer bedrijven het risico lopen in financiele problemen te raken vanwege iets dat buiten hun controle ligt, zoals een oorlog, moeten overheden wat mij betreft steun bieden. Tegelijkertijd hebben we samen een enorme klimaatuitdaging. En jullie, als sector, zijn al op de goede weg. We moeten wat mij betreft dan ook doorgaan met onze energietransitie. Transport, havens en industrieën hebben immers enorm geïnvesteerd in de energietransitie, om de bedrijfsvoering duurzamer en circulair te maken. Denk aan het Holland Hydrogen I project in de Rotterdamse haven of aan de varende batterij van Project Clean Amsterdam. Of de vijf binnenhavens van Smart Port Twente die in de regio inzetten op vervoer over water en samenwerken op het gebied van energieopgave, circulaire economie en digitalisering. Initiatieven te over! Ik ben vastbesloten om mij in het Europees Parlement in te blijven inzetten voor u. Niet alleen door dit soort projecten te stimuleren, maar ook met betrekking tot de bijbehorende infrastructuur. Namens de Europese liberalen onderhandel ik over de verordening inzake infrastructuur voor alternatieve brandstoffen. De beschikbaarheid van walstroom speelt hierbij een rol, maar ook waterstof en nog steeds LNG als transitiebrandstof, al dan niet in bio of synthetische vorm. Het is voor mij van groot belang dat de uitrol plaatsvindt met alle betrokken actoren: van havenautoriteiten tot terminalexploitanten, netbeheerders en Onshore Power Supply exploitanten. Om onze infrastructuur toekomstbestendig te maken, moeten we rekening houden met de klimaatbestendigheid van investeringen in onze Europese infrastructuur met behulp van de verordening voor het Trans-Europese Transport Netwerk. Dit zal ook bijdragen aan de modal shift-doelstellingen van de EU. Tegen 2030 moet bijvoorbeeld het aandeel transport via de binnenvaart en kustvaart met 25 % toenemen en moet het goederenvervoer per spoor stijgen met 50 %! Ik ben me ervan bewust dat de sector een zekere mate van (investerings)zekerheid, ondersteuning en vereenvoudiging van regels en financiering nodig heeft. Als u het mij vraagt, kan het Europese REPowerEU-pakket hieraan bijdragen. Met dit pakket maatregelen voor de energiemarkt is de EU verenigd en vastbesloten om energie te besparen, schone energie te produceren en de invoer van energie te diversifiëren. Daarnaast heeft het pakket een sterke link met NextGenerationEU en specifiek het coronaherstelfonds Recovery and Havenlocaties 2023 - 13 Resilience Facility (RRF). Dit vraagt om de benodigde hervormingen met als doel de Europese economie sterker en groener te maken. Voor deze investeringen biedt ook de Europese Investeringsbank (EIB) mogelijkheden. Zo wordt hun kredietvolume verhoogd tot 30 miljard euro. Verwacht wordt dat dit tegen 2027 ongeveer 115 miljard EUR aan particuliere investeringen zal opleveren voor investeringen in energietransitie projecten. Denk hierbij aan netwerkversterking, energieopslagprojecten en duurzame energieprojecten. Uiteindelijk moeten we een realistisch tijdschema in gedachten houden. Ons niet enkel blindstaren op jaartallen en percentages in ons politieke werk. Maar oog houden voor ons concurrentievermogen, het behoud van ons investeringsklimaat zekerstellen en de betaalbaarheid voor consumenten garanderen. Dat kunnen we doen door de discussie aan te gaan en naar elkaar te luisteren. Dat is wat ik altijd heb gedaan en zal blijven doen. Ik sta open voor uw inzichten en input om deze naar Brussel brengen. Neem dus vooral contact met mij op. Samen gaan we verder op weg naar duurzame en groeiende havens, logistiek en transport in Europa! <<

Heeft u bouwplannen, maar nog geen bouwgrond? Dan biedt de Heembouw Gronddatabank uitkomst! Voor de toekomst én groei van uw onderneming is een passende vestigingslocatie essentieel. Hierbij biedt de Gronddatabank van Heembouw uitkomst. De Gronddatabank biedt al sinds 1996 inzicht Locatie, locatie, locatie Groeit uw bedrijf uit zijn jasje en is het tijd voor een verhuizing? Als eerste kijken we naar de locatie. Wat wordt precies de plek van uw nieuwe pand? Wat als er geen in alle beschikbare grondlocaties in Nederland groter dan 1.000 m2. Hiermee kunnen wij elke klant voorzien van een passende locatie voor de realisatie van een nieuw bedrijfspand of kantoor. geschikte bouwkavel te vinden is, zult u zich misschien afvragen. Jill Euser, Gronddatabank specialist van Heembouw helpt u graag verder. “Naast beschikbare bouwkavels in Nederland (greenfields), heeft de Gronddatabank ook inzicht in data omtrent potentiële herontwikkellocaties, gemeentelijke- en met name particuliere grondlocaties die minder bekend zijn in de markt.” Alle vestigingslocaties op een rij Aan de hand van data onderzoeken we ook alle bestaande locaties, die in potentie zouden kunnen voldoen aan de wensen van uw onderneming. Daarbij bestuderen we alle mogelijke kansen die liggen in bestaand vastgoed; zowel voor sloop-nieuwbouw als verbouw-situaties. Het commerciële team van de Gronddatabank en Heembouw staat klaar om uw vragen over nieuwe huisvesting te beantwoorden. V.l.n.r. Dennis Manting, Marc Hilgersom, Jill Euser, Rolf Verdel, Nathalie Nederlof, Rinus Verhey en Marc-Paul van Halderen.

Voor LEMO Benelux, actief op het gebied van het ontwerp en de productie van hoogwaardige pushpull connectoren, vond Heembouw het perfecte kavel in Haarlem voor de nieuwe huisvesting. Met veel aandacht voor duurzaamheid en het comfort van medewerkers heeft Heembouw Architecten het hoogwaardige ontwerp gemaakt met hightech uitstraling. Zo verzorgden we een integrale oplossing waarbij de optimale locatie op de juiste plek het uitgangspunt was. Locatie-advies op maat Bij de keuze voor een locatie staat u voor verschillende strategische beslissingen. Hoe staat het met de file congestie van en naar de locatie die u op het oog heeft? Is het gewenste personeel in de buurt beschikbaar? En hoe zit het met concurrentie in de buurt? Gelukkig biedt data uitkomst. Onze data- en sales analisten geven u, met behulp van data, een advies op maat. Zo bent u in staat om makkelijker de juiste strategische keuze te maken voor uw nieuwe vestigingslocatie. “Ik zou elke ondernemer adviseren om in een vroeg stadium met Heembouw in gesprek te gaan indien er behoefte is aan nieuwe huisvesting! voor LEMO was het hele proces en openbaring met een geweldig eindresultaat.” LEMO Connectors Nederland B.V. Gronddatabank specialist Jill Euser (071) 332 00 50 www.heembouw.nl www.gronddatabank.nl Havenlocaties 2023 - 15

Volumegroei opvangen en Circulaire economie vormgeven Multimodaal Coördinatie- en Adviescentrum (MCA) Brabant bestaat dit jaar 25 jaar. Een periode waarin samen met provincie, gemeenten en terminalondernemers de nodige successen werden geboekt. Directeur Hendrik-Jan van Engelen wijst op een kaart van de provincie de corridors aan: Bergen op Zoom-Moerdijk, Moerdijk-Oosterhout-Tilburg en Waalwijk-Den Bosch met in het verlengde daarvan Oss-VeghelCuijk. Al die succesvolle corridors zijn echter geen reden om tevreden achterover te leunen, zegt hij. “W e staan voor een tweetal grote uitdagingen. Allereerst verwachten we de komende jaren een forse groei in het aantal containers dat over water vervoerd gaat worden. Daarnaast zullen we de circulaire economie vorm moeten geven. Dit betekent nieuwe grote ladingstromen die tussen de binnenhavens verscheept gaan worden.” De Uitdagingen tot 600.000 Teu extra Brabant heeft de afgelopen jaren ruim 1,2 miljoen aan containers overgeslagen. Hiervoor is de totale overslagcapaciteit van de inland container terminals bijna benut. Echter,de komende jaren wordt een flinke toename van het vervoer van containers over water verwacht. Hiervoor zijn twee duidelijke oorzaken. De eerste is de nieuwe Modal Shift-regeling. Dit is een subsidieregeling met als doelstel16 - Havenlocaties 2023

Hendrik-Jan van Engelen ling om 2.800 TEU extra per dag van de weg te halen op de goederenvervoer corridors. “Dat is 700.000 TEU per jaar en Brabant neemt daarvan 40 procent voor zijn rekening, oftewel 280.000 TEU.” Ondertussen breidt de Maasvlakte uit en dat levert ook extra containers op; naar schatting 200.000 tot 300.000 TEU per jaar voor Brabant. “Kortom, Brabant moet binnen 5-8 jaar 500.000 tot 600.000 extra containers gaan verstouwen, dat zijn vijf à zes extra inland containerterminals, of uitbreiding van bestaande. Hoe gaan we dat opvangen?” Circulaire economie Die cijfers gaan alleen over containers, zegt Van Engelen. “Maar er is meer: de circulaire economie heeft ruimte nodig om de enorme bergen reststromen te verwerken en te vervoeren. Hoe en waar geef je dat vorm? Binnenhavens lijken de meest voordehand liggende plek, maar ook daar is de beschikbare ruimte beperkt. En niet iedereen zit op een simpele uitbreiding van de binnenhavens te wachten. Circulariteit is belangrijk, maar niemand wil het in zijn achtertuin.” Behalve de verwachte toename in volume, zijn er nog de doelen vanuit het programma Top Corridors op het gebied van het bevorderen van de economie, het verbeteren van milieu en duurzaamheid, aandacht voor sociale- en veiligheidsaspecten en het verbeteren van de kwaliteit van de corridors (bereikbaarheid). Brabant Ports “Om dat allemaal vorm te geven is het tijd voor nieuwe vormen van samenwerken. Er is meer kennis nodig binnen de hele keten. Veel is nu op lokaal niveau geregeld en de ketenkennis ontbreekt, waardoor kansen verloren gaan.” De wens om kennis te bundelen en samenwerking te vergroten leidde tot het initiatief van Brabant Ports. “Dat is de manier om beheer, onderhoud en ontwikkeling van binnenhavens naar een hoger Havenlocaties 2023 - 17

“De verwachte toename in volume vraagt om nieuwe vormen van samenwerken” plan te brengen en de groei aan containers en die van de circulaire economie op te vangen.” Brabants Havenbedrijf De stip op de horizon is daarbij dat Brabant Ports fungeert als een Brabants Havenbedrijf dat alle deelnemende gemeentes vertegenwoordigt, maar waarin de havens wel autonoom blijven. “Zie het als een management company, een directie, die de binnenhavens voorziet van kennis en informatie bijvoorbeeld over tariefstellingen of walstroom, waardoor individuele havens de beste beslissing kunnen nemen.” Uiteindelijk kan Brabant Ports uitgroeien tot een publiek-private samenwerking, waarin ook containerterminals en verladers deelnemen, denkt Van Engelen. Ook samenwerken met organisaties als Blue Ports ligt hierbij voor de hand, zegt hij. Actieplan “We gaan nu eerst projecten opstarten als vertrekpunt voor verdere groei.” Er is een actieplan gemaakt, met projecten op het gebied van duurzaamheid, circulaire economie, professioneel havenbeheer en het realiseren en implementeren van ICT-toepassingen. Daarnaast gaat het om gezamenlijke PR en marketing, gezamenlijk health en safety-beleid en het beter benutten van kansen in het verkrijgen van nationale en EU-subsidies. De gemeenten die meedoen in Brabant Ports zijn: Steenbergen, Bergen op Zoom, Oosterhout, Waalwijk, Tilburg, Den Bosch, Oss, Meijerstad en Land van Cuijk. De gemeenten willen Brabant Ports nog deze raadsperiode tot stand brengen, de ambitieuze Van Engelen noemt begin 2024 haalbaar. “De intentieverklaringen zijn inmiddels bijna allemaal binnen. Het belangrijkste is nu dat we gewoon beginnen.” Eén van de eerste dingen die wordt opgepakt is het ontwikkelen van een havenvisie voor zowel Oosterhout als Bergen op Zoom. 55 procent CO2-reductie Terwijl MCA Brabant werkt aan het vormgeven van Brabant Ports is de ‘MCA-winkel’ gewoon open. “Er liggen drie grote uitdagingen op tafel die nog dateren uit het Strategisch Plan van 2020. Het behalen van een CO2-reductie van 49 procent voor 2030 is er één. Een andere is het bereikbaar houden van Brabant. En de derde is de keten transparanter maken door middel van digitalisering. We zijn nu ruim twee jaar verder en de CO2-reductie is bijgesteld naar 55 procent. De keten is onder tussen 18 - Havenlocaties 2023

steeds complexer geworden. De grootschalige wegwerkzaamheden aan de A16 en de A59 zijn wat naar achteren geschoven in de planning.” Nieuw Strategisch Plan Dat laatste geeft wat lucht, maar er zijn nieuwe uitdagingen bijgekomen, zegt de MCA-directeur. “De energietransitie, klimaatadaptie met name in relatie tot de waterstanden, de circulaire economie en de woningbouwopgave. Allemaal onderwerpen die op een of andere manier de binnenhavens raken.” Er wordt daarom verder gewerkt Digitale atlas maakt data-gedreven innovaties mogelijk MCA Brabant participeert samen met LCB (Logistics Community Brabant) in het project Digital Data Square Zuid-Nederland. Van Engelen: “Door informatiestromen te digitaliseren maken we informatie beschikbaar voor alle partijen in de keten. Daarmee haal je wellicht verladers over om te kiezen voor spoor of water. Het is ook een hulpmiddel om ladingstromen te bundelen en vervoersbewegingen te minimaliseren.” Eén van de tools die is ontwikkeld, is een digitale atlas van de provincie die precies laat zien wat er gebeurt: hoe verlopen de goederenstromen, wat is de terminalcapaciteit, welke knelpunten ontstaan als het volume toeneemt. “Je kunt er allerlei databronnen op aansluiten en zo ontstaat een hulpmiddel om data-gedreven innovaties mogelijk te maken.” Havenlocaties 2023 - 19 aan het Strategisch Plan dat rust op vijf pijlers. Ontsluiting en verbinding gaat over het neerzetten van een goede strategische organisatie. Innovatie en verduurzaming over onderwerpen als het ZES-concept. Infrastructuur over het overwinnen van de huidige limieten van bijvoorbeeld sluizen en andere kunstwerken. Efficiency door digitalisering betekent dat ketens transparanter moeten, zodat samenwerking mogelijk wordt. Internationalisering tot slot is nodig omdat de modal shift niet stopt bij de provincie- of landsgrens, zegt Van Engelen. << www.mcabrabant.nl

BTT transformeert bouwval in haven Bergen op Zoom tot hypermoderne terminal In april 2023 gaat in Bergen op Zoom de fonkelnieuwe containerterminal van BTT Multimodal Container Solutions van start. Deze prachtige, watergebonden locatie was ruim 20 jaar lang een bouwval, waar weinig tot geen bedrijvigheid was. Een doorn in het oog van de gemeente die weinig invloed had op dit stuk privaat eigendom, dat een optimaal functioneren van de haven behoorlijk in de weg stond. Daar kwam verandering in toen ondernemer en BTT CEO Wil Versteijnen in 2020 het perceel kocht en het terrein volledig herontwikkelde tot een hypermoderne containerterminal. Ook nam BTT per 1 maart 2023 alle activiteiten van de ernaast gelegen Overslag Terminal Bergen op Zoom (OTB) over. Samen met wethouder Dominique Hopmans (rechts) (Economische Zaken) en Robert van Splunter (midden)(senior accountmanager bedrijven bij de gemeente) blikken Wil Versteijnen (links) en zijn zoon Remon (onder) vooruit op de mooie plannen die op stapel liggen om van Bergen op Zoom een toonaangevende havenplaats en een belangrijk logistiek knooppunt te maken. M aar eerst nog even een stap terug in de tijd. Naar het moment, enkele jaren geleden, dat Wil Versteijnen zijn oog liet vallen op dit perceel op bedrijventerrein Theodorushaven Noordland. Al meerdere partijen waren hem voorgegaan, maar het lukte niemand om, zoals hij het zelf noemt, ‘door de ruïnes heen te kijken’ en de enorme potentie van deze locatie te zien. Versteijnen had toen echter al op zijn netvlies wat we nu allemaal met eigen ogen kunnen aanschouwen: een hypermoderne terminal met een opslagcapaciteit van 6.000 TEU, optimaal beveiligd en werkend met geavanceerde digitale software en automatisering. Circulair funderen De oude loodsen en de vervallen meelfabriek werden gesloopt. Het puin dat daarbij vrijkwam is volledig gebruikt voor de fundering van het terrein. De 215 meter lange kadewand werd vernieuwd, er werd een kraan gemonteerd die over de gehele kadelengte kan bewegen en er kwam een prachtig bedrijfspand, geheel in de smaakvolle BTT stijl. Het terrein heeft een TAPA-A certificering, is volledig omheind en voorzien van automatische speedgates met kenteken- en containernummer herkenning. Ook is er een reefer rack voor 100 koelcontainers. ‘Blij om BTT in onze gemeente te verwelkomen’ Wethouder Hopmans is zeer verheugd over de komst van BTT op deze watergebonden locatie. “In de jaren 2010-2018 heeft de gemeente fors geïnvesteerd in de revitalisering van het havengebied en het vergroten van de nautische ruimte. Bergen op Zoom heeft een kernhaven status en voldoet daarmee aan de internationale voorwaarden van de Trans Europese Transportnetwerken (TEN-T). Deze functie moeten we ook als zodanig gaan benutten. Daarom hebben wij in onze toekomstvisie 2035 opgenomen dat Bergen op Zoom een toonaangevende havenplaats moet worden. Er is op deze locatie de laatste jaren amper bedrijvigheid geweest. Het is geweldig om te zien hoe het nu door BTT ontwikkeld is tot een prachtige terminal, die Bergen op Zoom nog aantrekkelijker maakt 20 - Havenlocaties 2023

als vestigingsplek én de functie van de haven verder verstevigt. Wij zijn dan ook heel blij om BTT te verwelkomen in Bergen op Zoom.” Bouw nieuwe loods Op 250 meter afstand van de terminalingang kocht BTT nog een perceel en bouwde daar een loods van 5.000 m². Deze wordt gebruikt voor klanten die hun containergoederen ter plekke willen laten lossen, palletiseren en per truck verder willen vervoeren. “Zo kunnen we alles binnen onze eigen keten uitvoeren”, legt commercieel directeur Remon Versteijnen uit. “We hebben er bewust voor gekozen deze loodsactiviteiten buiten het terminalterrein uit te voeren. Je moet een loods niet aan een terminal verbinden, daarmee verminder je de veiligheid.” Overname overslagterminal Ook nam BTT begin dit jaar de Overslag Terminal Bergen op Zoom over van logistiek dienstverlener Van den Bosch uit Erp. “Zij gebruikten deze terminal met name voor depot van containers en overslag van los gestort zout voor het productieproces van de Sabic fabriek, de grootste werkgever hier”, vertelt Wil Versteijnen. “Als internationaal tankcontainervervoerder was deze terminalfunctie voor Van de Bosch geen core business. Zij hebben de strategische keuze gemaakt dit af te stoten. We kenden elkaar en vanuit die achtergrond hebben wij het bedrijf overgenomen. De naam OTB komt te vervallen en we zijn blij de 18 medewerkers te verwelkomen bij BTT Bergen op Zoom.” Twee natte percelen, gescheiden door een droge locatie Naast de overname van het personeel en de klantenkring van Van de Bosch wordt BTT met deze aankoop eigenaar van een perceel ter grootte van 55.500 m² met 365 meter kade. Het perceel grenst net niet aan de nieuwe BTT containerterminal. Alleen de 60 meter brede Milieustraat Saver, die zes gemeenten bedient, scheidt de twee BTT kavels van elkaar. Versteijnen maakt er geen geheim van dat BTT deze kavel liefst zo snel mogelijk bij de terminal wil betrekken, om zo de twee terreinen aan elkaar te schakelen. Daarmee kan BTT één grote terminal realiseren met een totale kadelengte van 425 meter, waar drie klasse V schepen achter elkaar kunnen aanmeren. “Deze milieustraat neemt een belangrijke ‘natte kavel’ in beslag, terwijl ze totaal geen gebruik maken van het water. Dat is doodzonde voor de verdere ontwikkeling van de haven.” Pleidooi voor watergerelateerde bedrijvigheid De wethouder bevestigt dat er een transitie gaande is naar meer circulaire ambachtscentra, waardoor de milieustraat in de toekomst Havenlocaties 2023 - 21

een opwaardering zal krijgen naar een nieuwe locatie. Versteijnen wijst erop hoe belangrijk het is dat gemeenten in hun bestemmingsplan borgen dat ‘een natte kavel ook nat ontwikkeld wordt’. “Dit soort locaties komen er niet meer bij in Nederland. Wat je hebt moet je koesteren en uitsluitend toewijzen aan watergerelateerde bedrijvigheid. Zeker ook met het oog op de verduurzamingsslag die we met zijn allen moeten gaan maken, waarbij vervoer over water een belangrijke rol speelt.” Ook de op handen zijnde kilometer-beprijzing op de weg en de slottijden voor trucks, die dit jaar op de eerste zeeterminal worden ingevoerd, zijn een belangrijke reden te kiezen voor vervoer over water. “Door de enorme schaalvergroting van de zeeschepen krijgen bedrijven soms wel 150 containers in één keer aangeleverd. Het is voor hen veel voordeliger om die volumes per binnenvaartschip weg te halen uit Rotterdam. Door als bedrijf je logistiek te koppelen aan een inland terminal, creëer je een flexibele schakel in je supply chain en reduceer je kosten”, aldus Versteijnen. Denken in corridors De BTT terminal in Bergen op Zoom gaat de goederenstromen aansluiten op de West-Brabant corridor, een succesvolle samenwerking tussen de terminals in Tilburg (BTT), Oosterhout (OCT) en Moerdijk (MCT). “We werken momenteel een concept uit, waarbij we in Moerdijk een soort koppeldienst maken”, legt Remon Versteijnen uit. “Een duwbak vanuit Bergen op Zoom wordt daar aan een WBCschip gekoppeld en vaart tegen dezelfde kosten mee naar Rotterdam, 22 - Havenlocaties 2023 waar het kan aansluiten op één van onze 24 fixed windows. Hoe groter de callsize van een schip, hoe hoger de handlingssnelheid in de zeehaven. Dit levert veel voordelen op: een kortere verblijftijd in de haven, minder demurrage kosten, minder afwijkingen en een zeer betrouwbaar vaarschema.” De voordelen van samenwerking binnen de West-Brabant corridor werken ook door in het uitwisselen van equipment. “Als Sabic in Bergen op Zoom leeg equipment nodig heeft om te laden, dan hebBTT Multimodal Container Solutions viert in september 2023 haar 25-jarig bestaan. Het Tilburgse familiebedrijf biedt klanten full service oplossingen rondom ALLES wat met handling en transport van containers te maken heeft. Zowel nationaal als internationaal. BTT heeft, naast Bergen op Zoom, twee bargeterminals in Tilburg (Loven en Vossenberg) en drie railterminals in Tilburg, Eindhoven en Rzepin (Polen). Een nieuwe trimodale terminal is in ontwikkeling in Tilburg. BTT onderhoudt een rechtstreekse railverbinding vanuit Tilburg naar meerdere steden in China en vice versa. Ook heeft BTT een eigen kantoor in de Chinese stad Chengdu. Bij BTT werken 285 medewerkers. Samen verwerken zij op jaarbasis zo’n 385.000 TEU. Met de opening van de terminal in Bergen op Zoom stijgt dit naar meer dan 500.000 TEU per jaar.

ben wij die wellicht leeg op depot staan in Tilburg of Moerdijk. We kunnen containers dan snel zelf herpositioneren, zonder daarvoor naar Rotterdam te gaan. Zo kunnen we met onze depotfunctie, in samenwerking met de rederijen, export- en importstromen aan elkaar koppelen en reduceren we heel veel lege kilometers.” Van weg naar water richting Antwerpen Ook richting de Antwerpse zeehaven liggen mooie corridormogelijkheden om goederenstromen van de weg te halen. Remon: “Het Duitse Ruhrgebied heeft veel import vanuit Antwerpen, terwijl Nederlandse verladers de Antwerpse haven vooral gebruiken voor exportgoederen, die ze er veelal per truck naartoe brengen. Als wij de schepen, die hier voorbij varen vanuit het Ruhrgebied richting Antwerpen, kunnen bijladen met die containers, heeft dat veel voordelen: we besparen een hoop loze ruimte op zo’n schip, we trekken volume van de weg af dat, via het water, op al bestaande calls in de haven wordt ingeleverd. Een win-win voor alle partijen.” Samenwerken en kennisdeling Robert van Splunter en wethouder Hopmans geven aan dat deze initiatieven prachtig aansluiten bij de havenvisie die de gemeente momenteel actualiseert en bij de ontwikkeling van Brabant Ports, waarvan de deelname nu voorligt bij het College. “Het gaat erover om binnenhavens met elkaar te verbinden en de multimodaliteit van knooppunten te versterken. Door veel meer de samenwerking op te zoeken en aan kennisdeling te doen, kunnen we van het geheel meer maken dan de som der delen. En dat lukt nóg beter met zo’n mooi bedrijf als BTT binnen onze gelederen!” www.bttmultimodal.nl << Havenlocaties 2023 - 23

Oosterhout: een bedrijvige, veelzijdige stad, waar goederenstromen én krachten worden gebundeld Trimodale transportverbindingen, een zeer divers bedrijvenlandschap, de zakenvrouw van het jaar 2022, maar ook het oudste klooster van Nederland en vijf prachtige kasteeltjes. Je vindt het allemaal in de middelgrote Brabantse gemeente Oosterhout, die met 57.500 inwoners, 9 bedrijven- en kantorenterreinen en maar liefst ruim 29.000 arbeidsplaatsen bovengemiddeld scoort qua werkgelegenheid. minals van Tilburg, Oosterhout en Moerdijk werken hierin samen. Vanaf april 2023 zal ook Bergen op Zoom aansluiten. Arie Rietveld, directeur en eigenaar van de Oosterhoutse Containerterminal (OCT) en Rietveld Logistics Group legt uit waarom de WBC zo succesvol is. “Om een ‘fixed window’ (vast tijdslot) te krijgen op één van de vijf grote Rotterdamse zeeterminals moet je minimaal 200 containers tegelijk aanbieden of afnemen. Afzonderlijke inland terminals komen vaak niet aan de volumes om die fixed windows te vullen, waardoor er vertragingen ontstaan bij de afhandeling in de zeehavens. Door de containervolumes van onze drie terminals te bundelen, hebben we inmiddels al zo’n 25 fixed windows per week in de Rotterdamse haven en 5 in Antwerpen. Het is een zeer betrouwbare transportdienst geworden, met vaste tijden en vaarroutes. Onze schepen spenderen minder tijd in de haven, O osterhout vormt een belangrijk trimodaal knooppunt. Met een directe verbinding aan het Wilhelminakanaal, niet gehinderd door sluizen, de inland containerterminal van OCT en een voor ZuidNederland unieke openbare laad- en loskade, inclusief spoor voor het vervoer van stukgoed. In de Oosterhoutse haven wordt jaarlijks 300.000 ton aan staal en 2 miljoen ton aan bulk (zand, grind, cement, kalksteen etc.) via het water aangevoerd en overgeslagen voor 4 staalbedrijven en 7 betonbedrijven. De jaarlijkse overslag containers bij OCT is 171.000 TEU. Oosterhout is strategisch gelegen op de lijn Rotterdam-Antwerpen, met de nummer 1 logistieke topregio van Nederland, Tilburg-Waalwijk, als buur. West-Brabant Corridor: goed voor 430.000 TEU in 2022 Deze centrale ligging biedt uitstekende kansen voor het bundelen van lading met andere terminals, een initiatief dat in 2018 onder de naam West-Brabant Corridor werd gelanceerd. De ter24 - Havenlocaties 2023 Luchtfoto insteekhaven op bedrijventerrein Weststad hebben geen vertraging meer, het aantal barges in de zeehaven is sterk afgenomen en de demurrage kosten voor de verladers liggen beduidend lager. Hierdoor maken steeds meer partijen de overstap van weg naar water. We doen momenteel zo’n 20% minder trucking in vergelijking met het jaar daarvoor.” In 2022 werd 430.000 TEU via de West-Brabant Corridor vervoerd. Gemeente en ondernemers trekken samen op De gemeente Oosterhout is zeer betrokken bij de ontwikkeling van de bedrijven in de stad. “We trekken samen op met onze ondernemers en ondersteunen hen waar we kunnen”, aldus Hanneke Klerks, beleidsadviseur Economische Zaken. Ondernemer Arie Rietveld onderstreept het belang hiervan. “De gemeente staat heel dicht bij zijn bedrijven en we hebben hier zeer korte

Hybride onderwijs In september 2022 ging in Oosterhout de hybride opleiding Transport & Logistiek op locatie van start. Dit is een samenwerking tussen onderwijsinstelling Curio, gemeente Oosterhout en het Logistiek Platform Amerstreek (LPA). In deze opleiding op MBO-2 niveau krijgen jongeren 1 dag per week theorieles, in een speciaal ingericht lokaal bij logistiek dienstverlener Gefco (onderdeel van CEVA) en werken ze 4 dagen bij een logistiek bedrijf. Elke 9 weken hoppen ze naar een andere organisatie en maken zo kennis met alle facetten van het logistieke werkveld. “Dit is echt een unieke samenwerking voor onze regio tussen overheid, ondernemers en onderwijs”, vertelt Arie Rietveld. “We zetten alles op alles om jongeren te interesseren voor het mooie vakgebied van de logistiek en hen straks, hopelijk met een logistiek diploma, te behouden voor deze regio. De vergrijzing in onze sector is zo groot, we hebben die MBO-kanjers echt heel hard nodig in de toekomst.” lijntjes. Als er iets is, weten we elkaar altijd goed te vinden. Dat werkt echt prettig. Ik heb ervaring met andere gemeenten waar dat allemaal veel stroever gaat.” Gemeente en bedrijven trekken ook samen op in de lobby om een aftakking te krijgen op de Delta Corridor: een waterstofhoofdleiding die vanuit Rotterdam, via Moerdijk langs Oosterhout naar het Limburgse industrieterrein Chemelot loopt. “Er is bij veel van onze ondernemers interesse om vlnr Dees Melsen (wethouder economie), Hanneke Klerks (beleidsadviseur economie) en Arie Rietveld (OCT, Rietveld Logistic Group) Student Diego Hermans opent officieel het leslokaal, waar hij en z’n medestudenten sinds september les krijgen in logistiek en transport. De opleiding is in september begonnen en speelt zich af bij negen logistieke bedrijven in Oosterhout. Het leslokaal bevindt zich in het gebouw van autotransportbedrijf CEVA (voorheen Gefco). Achter Diego (van links naar rechts) staan de Oosterhoutse wethouders Guus Beenhakker en Dees Melsen, Rob Neutelings (Curio), Martijn van Gruijthuijsen (gedeputeerde) en Will Walravens (CEVA), die elk op hun eigen manier de opleiding mogelijk hebben gemaakt. daarop aan te sluiten en zo een duurzaam alternatief voor gas binnen te halen. We doen er alles aan om die aansluiting voor elkaar te krijgen”, aldus wethouder Dees Melsen (Economische Zaken). Havenvisie: verbinding en samenwerking Momenteel werkt de gemeente, met subsidie van de Regio West-Brabant, aan het opstellen van een Havenvisie. “Een intensieve klus, waarbij er allereerst geïnventariseerd wordt wat er allemaal, versnipperd over de gemeente, al plaatsvindt en waar we naartoe willen”, legt de wethouder uit. “Samenwerking met andere Brabantse ‘havenwethouders’ is daarbij heel belangrijk. Hoe kunnen we de havens beter laten samenwerken? Hoe kunnen we elkaar en onze bedrijven versterken, als het gaat over verduurzaming (bijvoorbeeld walstroom, elektrificatie schepen), regelgeving, beheer en onderhoud van kades of het goed op elkaar afstemmen van werkzaamheden.” “Onze ondernemers zijn heel blij dat we hiermee zijn begonnen en tonen grote betrokkenheid”, vult Hanneke Klerks aan. “Als wij als gemeente en regio goed georganiseerd zijn en goed communiceren, scheelt dat ondernemers heel veel gedoe.” Brabant Ports: goede ontwikkeling voor de provincie Ook kennisdeling speelt een belangrijke rol in de samenwerking. Melsen: “Oosterhout is een middelgrote gemeente en wij hebben lang niet zoveel maritieme vakkennis in huis als bijvoorbeeld Moerdijk. We zijn dan ook erg enthousiast over de plannen voor het MCA project Brabant Ports, de oprichting van een soort Havenbedrijf voor heel Brabant. Al 8 gemeentes hebben hun medewerking toegezegd. Ik zie dit als een heel goede ontwikkeling voor onze provincie.” Aandacht en subsidie voor kwaliteit bedrijventerreinen De gemeente Oosterhout besteedt veel zorg en aandacht aan de kwaliteit van de vele bedrijventerreinen. “Een aantrekkelijk bedrijventerrein voldoet aan drie criteria: het is schoon, heel en veilig”, aldus wethouder Melsen. “We hebben dit jaar een subsidieregeling in het leven geroepen - 200.000 euro voor de komende vier jaar - om bedrijventerreinen beter te ondersteunen en samenwerking tussen bedrijven te stimuleren. Met als doel: gezamenlijk inzetten op verduurzaming, vergroening, een betere bereikbaarheid en meer veiligheid, bijvoorbeeld door parkmanagement. Het doet me goed te zien hoe enthousiast ondernemers hiermee aan de slag gaan.” Het logistieke bedrijventerrein Weststad, waar ook de OCT terminal is gesitueerd, heeft al sinds 2017 een Bedrijven Investeringszone (BIZ), waarin alle deelnemers samen investeren. Hanneke: “Hier is in de afgelopen jaren al veel bereikt op het gebied van veiligheid en kwaliteit van de openbare ruimte. Er kwamen o.a. dixies, watertappunten, een parkeerplaats voor trucks en, heel belangrijk, een parkmanager, die zowel voor de bedrijven als voor de gemeente als aanspreekpunt fungeert.” Vanaf 2024 krijgt Oosterhout een nieuw bedrijventerrein erbij: Everdenberg-Oost, een 20 ha duurzaam ingericht terrein langs het Wilhelminakanaal. Hier komen voornamelijk bestaande Oosterhoutse MKB- en logistieke bedrijven die willen uitbreiden. << Havenlocaties 2023 - 25

H.ESSERS BIEDT GEPERSONALISEERDE EN GEÏNTEGREERDE OPLOSSINGEN VOOR DUURZAME SUPPLY CHAINS IN HEEL EUROPA De Markiezaat Container Terminal in Bergen op Zoom is een belangrijk knooppunt in ons synchromodaal netwerk. Met onze ambitieuze uitbreidingsplannen, willen we nog meer inzetten op de consolidatie tussen Rotterdam en Antwerpen als strategische binnenvaartontsluiting. ROTTERDAM BERGEN-OP-ZOOM ANTWERPEN GENT GENK www.essers.com

NVB koerst naar toekomstbestendige binnenhavens in een digitale en circulaire economie In 2020 is gestart met de uitvoering van de strategische agenda voor de periode 2020 -2025 met focus op de vijf thema’s, waaronder de thema’s Digitalisering en Duurzaam en Toekomstbestending Havenbeleid. Halverwege de uitvoering van de strategische agenda is een mooi moment om terug te blikken en vooruit te kijken. Welke resultaten heeft de NVB samen met en voor haar leden tot nu toe bereikt? En hoe gaan we de komende periode verder? Digitalisering Om als binnenhavens deel uit te kunnen maken van een slimme vervoers- en data-infrastructuur, nu en in de toekomst, moeten stappen worden gezet. In 2020 werd het startschot gegeven voor de eerste fase van het werkprogramma ‘Digitalisering en binnenhavens’, in coproductie met Topsector Logistiek met als resultaat de oplevering van richtlijnen en handvatten. In 2021 is de tweede fase van het werkprogramma van start gegaan met als doel dat iedere haven op eigen niveau kan aanhaken en stappen kan zetten in (door)ontwikkeling. Om de nodige focus in het werkprogramma aan te brengen is een set aan uniforme afspraken opgesteld voor het uitwisselen van data (zgn. afsprakenstelsel), een globale routekaart geschetst en vier kernprocessen voor binnenhavens geïdentificeerd: inning havengelden (1), ligplaatsenmanagement (2), walstroom (3) en assetmanagement (4). Per kernproces worden instrumenten opgeleverd die helpen om digitalisering naar een volgend niveau te brengen. Zo zijn in 2021 en 2022 instrumenten opgeleverd voor (door)ontwikkeling en digitaliseren van kernprocessen inning havengelden en wacht- en ligplaatsenmanagement. “In 2023 is de ambitie om zonder oponthoud samen te werken via het Platform Digitaal Transport en direct met Koninklijke Binnenvaart Nederland (KBN) en het verschil te maken en door digitalisering de economische positie van de binnenhavens en binnenvaart te versterken”, zegt Eric Janse de Jonge. Duurzaam en toekomstgerichte havens een grote stap dichterbij Binnenhavens hebben behoefte aan een eenduidige en praktische aanpak om duurzaam havenbeleid te ontwikkelen. Dat begint bij de vraag: wat is duurzaamheid? Maar ook: waarom is een duurzaam havenbeleid van belang en hoe breng je dat in de praktijk? NVB speelt een voortrekkersrol voor professionalisering van duurzaam havenbeheer. Samen met geassocieerde organisaties Movares en DGMR heeft de NVB antwoord gegeven op de vragen en praktische instrumenten opgeleverd waarmee duurzaam en toekomstbestendigheid havenbeheer inzichtelijk wordt gemaakt. Als medeondertekenaar van de Green Deal Zeevaart, Binnenvaart en Havens is NVB betrokken bij de opgaven betreffende de voorzieningen voor alternatieve brandstoffen, inclusief bunkerinfrastructuur, en de uitrol walstroomvoorzieningen in binnenhavens. “Er komt een keer dat de Omgevingswet wordt ingevoerd. Gemeenten, provincies en waterschappen staan voor een behoorlijke opgave. De Handreiking en instrumenten die voor en met leden zijn ontwikkeld anticiperen op komst van de Omgevingswet. De NVB daagt haar leden uit om de online wegwijzer in te vullen en werk te maken van het verduurzamen van binnenhavens”, zegt Eric Janse de Jonge. Transitie naar energie-neutrale haven en circulaire hub Zee- en binnenhavens verzetten hun bakens, waarbij duurzaamheid en circulariteit steeds meer bepalend zijn. Dat is niet voor niets, Nederland wil in 2050 een volledig circulaire economie hebben. Zonder binnenhavens geen circulaire economie. Havens kunnen en moeten zich ontwikkelen van traditionele op- en overslaglocaties tot een plaats waar circulaire productie en duurzame logistiek samenkomen. Eind 2021 is het afstudeeronderzoek ‘Circulaire economie en binnenhavens’ afgerond. De onderzoeksresultaten bevatten een uitstekende uitwerking van de te verwachten scenario’s. Het maakt duidelijk dat het niet primair gaat om de breedte van goederenstromen, maar vooral om Nederlandse Vereniging van Binnenhavens deelt kennis en brengt samen NVB is in 1996 opgericht als kennis- en netwerkorganisatie en is het platform voor toekomstgerichte Nederlandse binnenhavens. NVB brengt binnenhavens samen op inhoud door kennis te delen over relevante thema’s en actuele ontwikkelingen. Het netwerk bestaat uit gemeenten, provincies, ontwikkelmaatschappijen en gerelateerde organisaties. het benutten van ruimte op terreinen en in havens. Ook andere onderzoeken leren dat ruimte en ruimtebenutting belangrijke sleutels zijn om transitie vorm te geven. “De transitie naar circulaire binnenhavens is geen vastomlijnd voorspelbaar proces. De NVB wil binnenhavens ondersteunen bij de doordenking van (her)inrichten van havens en werkt in 2023 toe naar een gezamenlijke visie die tegelijk ook flexibel is en nader kan worden ingevuld door de havens zélf”, zegt Eric Janse de Jonge. Parallel aan de vijf thema’s uit de strategische agenda zet de NVB zich in op andere thema’s die van belang zijn voor de toekomst van de binnenhavens. Samen met relevante partners, nationaal en internationaal, wordt gewerkt aan doorlopende en ongestoorde verbindingen in het logistieke netwerk van zeehavens, binnenhavens en achterlandverbindingen over weg, water en spoor. Op naar toekomstbestendige binnenhavens als onmisbare schakel in de logistieke keten! << Meer informatie Nederlandse Vereniging van Binnenhavens (NVB) Vasteland 78, 3011 BN Rotterdam 010 – 7989840 nvb@binnenvaart.nl havens.binnenvaart.nl Eric Janse de Jonge

MOVARES WATER Maatschappelijk betrokken advies dat verder gaat dan de initiële vraag “Wij zijn geen klassiek adviseurs- en ingenieursbureau. Wij willen geen urenfabriek zijn. Wat we wel willen is een maatschappelijk gedreven bijdrage leveren aan al die maatschappelijke transities die momenteel actueel zijn.” Was getekend: Bart Bouwens van Movares Water. S amen werken aan een leefbaar, bereikbaar en duurzaam Nederland met een focus op water. Zo omschrijft Movares Water zijn visie. “Vaak zie je dat adviseurs wel de vraag beantwoorden, maar niet het totale, integrale advies geven. Wij willen extra waarde toekennen aan de vraag vanuit een maatschappelijk principe. Niet als betweter, maar uit betrokkenheid en bevlogenheid. Wij kijken daarbij als het nodig is ook vanaf het water en dat maakt het bijzonder. Als je met de inrichting van een haven bezig bent, geeft dat een ander perspectief. Klanten waarderen dat.” De haven van Deventer, gezien vanaf de te renoveren Prins Bernhardsluis 28 - Havenlocaties 2023

De Theodorushaven in Bergen op Zoom Lijdia Pater-de Groot en Bart Bouwens “Je moet het integraal aanvliegen, een stand alone visie voor één haven werkt niet meer” Doelgerichter Movares Water is sinds 1 januari van dit jaar een nieuwe entiteit binnen de Movares groep. Het advies- en ingenieursbureau borduurt voort op de kennis en ervaring die de afgelopen decennia werd opgedaan binnen Movares Nederland. De verzelfstandiging maakt het mogelijk om doelgerichter te acteren, zegt businessmanager en adjunct-directeur Bouwens die al 32 jaar bij Movares werkt. Dat gebeurt in twee clusters. Het cluster Maritiem richt zich op havens en vaarwegen, de binnenvaart en constructieve waterbouw. Het cluster Waterbeheer op de waterkwaliteit, -kwantiteit en -veiligheid. “Daar zetten we als aparte expertises assetmanagement en klimaatadaptie bij. Met al die gecombineerde kennis en expertise dragen wij bij aan een bereikbaar en leefbaar Nederland.” Ruimtelijke ontwikkeling Er zit ook een afhankelijkheid tussen de twee clusters, zegt hij. “Klimaatontwikkeling bijvoorbeeld heeft effect op de inrichting van het land en daarmee ook op de inrichting van logistieke systemen. Havenlocaties 2023 - 29

Voor de haven van Bergen op Zoom schrijft Movares Water de Havenvisie Dat soort afhankelijkheden nemen we voortdurend mee.” Hij noemt in dat verband zusterbedrijf BRO dat bedrijven en overheden ondersteunt met adviezen en producten met betrekking tot ruimtelijke ontwikkeling, stedenbouw, landschap en economie. Bouwens: “Daarmee biedt BRO een perfecte aanvulling op onze diensten.” Breed aanvliegen De maatschappelijke transities mogen bekend zijn, maar voor de zekerheid benoemt Bouwens de verduurzamingsopgave, de energietransitie, de woningbouwopgave en de klimaatontwikkeling. “En dan zie je bijvoorbeeld dat er een spanningsveld is tussen de binnenhavens en de woningbouwopgave.” Dat soort spanningsvelden vraagt om een integrale aanpak, zegt hij. “Verder kijken dan de initiële vraag en het vraagstuk breed aanvliegen.” Hij noemt het lopende haalbaarheidsonderzoek naar de renovatie van de Prins Bernhardsluis bij Deventer uit 1951 als voorbeeld van ‘breed kijken’. “Het einde van de technische levensduur is bereikt. Maar wat ga je nu doen om de toegang tot de haven in stand te houden? Dan moet je breed kijken: welke activiteiten vinden er in de haven plaats? Gaan die mogelijk veranderen als gevolg van klimaatontwikkelingen? Er is een brede wens om met Klasse V schepen te gaan varen, maar is dat voor deze haven relevant? Zo zijn er veel invalshoeken die je moet meenemen en misschien is de conclusie dat je de sluis minder ingrijpend hoeft aan te pakken dan aanvankelijk gedacht.” Meedenken en kritische vragen stellen Lijdia Pater-de Groot verdiende haar sporen onder meer bij Koninklijke Binnenvaart Nederland en de Nederlandse Vereniging van Binnenhavens. Nu is ze Senior Adviseur Water bij Movares Water. Pater-de Groot: “Mijn roots liggen in de binnenvaart en de binnenhavens. Juist de visie van Movares Water om het maatschappelijk gedreven te willen doen, spreekt mij zo aan. Meedenken, maar ook de kritische vragen durven stellen. Vanuit het perspectief van het hele netwerk de samenhang tussen de verschillende perspectieven Wij kijken vanaf het water naar onze projecten 30 - Havenlocaties 2023

Sluis Doesburg wordt binnenkort gerenoveerd “Binnenhavens zijn een essentieel onderdeel van een gemeente, maar krijgen doorgaans te weinig aandacht” belichten. Je moet het integraal aanvliegen; een stand alone visie voor één haven werkt niet meer. Er is sowieso nog veel visieontwikkeling nodig bij havenbeheerders. Daarbij heb je ook te maken met de politiek en de vraag of je maximaal vier jaar vooruitkijkt, of verder durft te kijken.” Essentieel onderdeel Bouwens: “De visie op de Haven van de Toekomst komt uit de koker van Movares. Alle elementen die toen genoemd werden, zoals de circulaire economie en de energietransitie, zijn nu actueel. En daarmee ook de vraag: hoe ga je als gemeente en haven daarmee om?” Pater-de Groot: “Waarbij je je moet realiseren dat de werkelijkheid weerbarstig is. Het is daarom belangrijk om instrumenten te ontwikkelen om de toekomstbestendigheid en duurzaamheid van havens te bepalen. Dat gebeurt in de praktijk nog te weinig.” Bouwens: “Binnenhavens zijn een essentieel onderdeel van een gemeente, maar krijgen doorgaans te weinig aandacht. De waarde ervan is vaak onbekend, laat staan dat bekend is wat de beste manier is om die te benutten.” Het nieuwe Movares Water bestaat op dit moment uit vijftien medewerkers. Thomas de Greef is de algemeen directeur. Bouwens verwacht eind dit jaar twintig tot dertig medewerkers te hebben. “De ambitie is om over drie jaar tussen de zestig en negentig mensen te zitten. Dat is een uitdaging in deze arbeidsmarkt, maar juist door in te zetten op die maatschappelijke relevantie hopen we de juiste mensen te interesseren en aan te trekken.” Pater-de Groot: “De vraagstukken die wij krijgen in relatie tot havenontwikkeling en uitbreiding worden ook steeds complexer: het stikstofdossier, Natura 2000, de woningbouwopgave; er komt zoveel bij kijken. Dat vraagt om heel veel kennis, ervaring en expertise. En dat maakt het leuk om hier te werken.” << De website van Movares Water komt rond de verschijningsdatum van dit magazine in de lucht: www.movareswater.nl. Havenlocaties 2023 - 31

BCTN en MCS zetten samen veelbelovende groene stap voorwaarts Terminaloperators BCTN en MCS gaan samenwerken onder de naam Inland Terminals Group. Door deze samenwerking ontstaat er een sterk landelijk dekkend netwerk, met in totaal 13 terminals verdeeld over Noord- en Zuid-Nederland en België. Het bundelen van de krachten biedt Inland Terminals Group kansen om op groepsniveau nóg beter in te spelen op de steeds hogere eisen die multinationals stellen aan samenwerking op het gebied van duurzaamheid en digitalisering. Terminals behouden hun coleur locale Naast de samenwerking op groepsniveau hechten beide bedrijven er zeer aan dat de diverse terminals hun lokale karakter blijven behouden. Ook de werkmaatschappijnamen BCTN en MCS veranderen niet op terminalniveau. “Onze bestaande terminalklanten, die wij vaak al vele jaren bedienen, zullen in onze dagdagelijkse contacten niet veel merken van deze verandering”, licht Joop Mijland, CEO Inland Terminals Group, toe. “Wij worden nu niet opeens een logge operatie, doordat we groter zijn. De korte communicatielijnen, de persoonlijke betrokkenheid van onze medewerkers en de vertrouwde aanspreekpunten blijven gewoon bestaan. Zowel bij MCS als BCTN krijgen we altijd veel waardering van onze lokale klanten voor onze flexibiliteit en klantgerichtheid. Dat gaan we echt niet op het spel zetten en dit blijft dus gewoon zoals het altijd was.” 32 - Havenlocaties 2023

“Voor de toekomst verwachten wij te gaan rijden met een mix van elektrische trucks en trucks op waterstof” Toch kunnen ook bestaande klanten wel degelijk profiteren van de nieuwe samenwerking tussen de beide terminaloperators. Veel rederijen die al zaken doen met BCTN en MCS, kunnen afspraken maken die gelden voor alle terminals binnen de Inland Terminals Group. Tevens kunnen er heel efficiënt, tussen de terminals van de groep, containers vervoerdworden.“De neutraliteit van de groep staat voorop”, zegt Mijland. “Voor verladers en ontvangers is het van belang dat zij samenwerken met een solide terminal-organisatie, waarmee een goede en uniforme dienstverlening kan worden afgesproken.” Nieuwe partnerships op basis van duurzaamheid Naast de bestaande klantengroep wil Inland Terminals Group zich gaan richten op klanten die voorop lopen op het gebied van duurzaamheid. “We bedienen heel wat bedrijven die hoge eisen stellen aan hun samenwerkingspartners als het gaat over de energietransitie en digitalisering”, legt Mijland uit. “Als groep investeren wij volop in deze ontwikkelingen.” Bovendien zullen de meeste bedrijven hun transport-gerelateerde emissies moeten gaan rapporteren (de zogeheten scope 3 emissies). De Inland Terminals Group ondersteunt dit en heeft als doel uiteindelijk volledig emissie-vrij te gaan varen. Batterijcontainers voor elektrische schepen Voor binnenvaartschepen worden door ZES (Zero Emission Services) batterijen ontwikkeld ter grootte van een 20’ container. Inland Terminals Group is een partner bij de uitrol van deze batterijtechnologie en de bijbehorende infrastructuur. De batterijcontainers kunnen in de toekomst op de terminals van Inland Terminals Group worden opgeladen. Het uitwisselen van deze batterijen (leeg tegen Havenlocaties 2023 - 33 vol) gebeurt tijdens het laden/lossen van de reguliere containers. Er moeten voldoende batterijen in omloop zijn om een efficiënt systeem van uitwisseling mogelijk te maken. Goede laadinfrastructuur De laadinfrastructuur voor batterijcontainers wordt als eerste uitgerold in de terminals in Alblasserdam, Nijmegen en Den Bosch. De windturbine, die in 2022 operationeel werd op de terminal in Den Bosch, levert een belangrijke bijdrage aan het opwekken van groene energie voor de laadstations.

“We werken nauw samen met ZES en de producent van onze MAX-schepen om de schepen voor te bereiden op deze batterijtechnologie”, legt Joop Mijland uit. “Bij het aanpassen van het schip van conventionele technologie naar hybride kan hier al rekening mee worden gehouden. We zijn ook bezig om, samen met andere eigenaren van schepen, een overzicht te krijgen van de aanpassingen die nodig zijn om hun schepen op batterijtechniek aan te kunnen drijven.” Varen op waterstof Het binnenvaartschip de MS Maas is inmiddels aangepast om te varen op waterstof. Dit schip gaat varen tussen de terminals in Rotterdam en de BCTN terminal in Meerhout (B). Deze barge wordt ingezet om containers van NIKE te vervoeren, waarmee tegemoet wordt gekomen aan hun specifieke wens voor emissie-vrij transport. Elektrificatie andere voertuigen Naast de schepen wordt ook voor het terminalmaterieel (reachstackers en empty handlers) de overgang naar elektrificatie verder ontwikkeld. Er zijn hiervoor verschillende scenario’s gemaakt die nauw samenhangen met het uitrollen van de laadinfrastructuur op de diverse terminals. Voor de first en last mile maakt Inland Terminals Group op verschillende terminals al gebruik van elektrische trucks. “De ontwikkelingen op dit gebied gaan snel”, vertelt Joop Mijland. “De actieradius van elektrische trucks wordt gelukkig steeds groter. We investeren ook in faciliteiten voor het snel laden van deze trucks.” Locatie Alblasserdam Beringen Den Bosch Deventer Geel Groningen Lanaken Leeuwarden Lommel Meerhout Meppel Nijmegen Roermond Venray Totaal Terminal m2 48.000 m2 30.000 m2 45.000 m2 15.000 m2 34.000 m2 29.000 m2 20.000 m2 25.000 m2 20.000 m2 130.000 m2 34.000 m2 40.000 m2 18.000 m2 56.000 m2 544.000 m2 Capaciteit TEU 140.000 60.000 160.000 30.000 70.000 116.000 80.000 100.000 60.000 400.000 136.000 160.000 72.000 125.000 1.709.000 Kranen 2 1 2 1 1 2 1 1 1 2 1 2 1 1 19 Calls (p.w.) 21 6 15 6 15 6 8 4 6 15 4 14 6 8 134 Kadelengte 255 m. 240 m. 295 m. 160 m. 125 m. 185 m. 200 m. 115 m. 110 m. 350 m. 160 m. 310 m. 110 m. 350 m. 2965 m. Test met rijden op waterstof Daarnaast doet Inland Terminals Group, samen met Vos Logistics, een test met twee trucks op waterstof. “Voor de toekomst verwachten wij te gaan rijden met een mix van elektrische trucks (voor kortere afstanden en met bijpassende laadinfra) en trucks op waterstof (voor langere afstanden). We schatten dat het 3 tot 8 jaar zal duren om al onze voertuigen op fossiele brandstoffen, te vervangen door een groen alternatief”, aldus Mijland. Voorloper bij digitalisering Op het vlak van digitalisering loopt Inland Terminals Group voor in het aanbieden van bijvoorbeeld de E-CMR. “Dit is een digitaal transportdocument”, legt Joop Mijland uit. “Het grote voordeel is dat de klant, direct na ontvangst van de container, de vrachtbrief in een digitaal (en klant-specifiek) Portal ontvangt. Dat Portal biedt overigens ook alle faciliteiten om de containerbewegingen te volgen, transporten online te boeken en eigen overzichten te genereren.” Daarnaast bieden BCTN en MCS klantgerichte API oplossingen. Ook worden real time updates over de verwachte en daadwerkelijke aankomst- en vertrektijden van een schip, per terminal en per kade bijgehouden. Hiermee kan de planning nog efficiënter worden uitgevoerd. << 34 - Havenlocaties 2023

De weg van droom naar werkelijkheid loopt langs uitdagingen, opgaven en beslissingen. Bij het ontwerpen van een gebouw is dat niet anders. Pas zodra het idee wordt omgezet naar een concreet plan worden haalbaarheid, duurzaamheid en uitvoerbaarheid belangrijke factoren. Het skelet van het gebouw, de constructie, ondersteunt dan letterlijk het ontwerp. Die realiteit maakt de expertise van een gebouw constructeur letterlijk van levensbelang. Pelecon is specialist in het omzetten van ontwerpen in concrete en haalbare constructies voor welk gebouw dan ook. Maar waar havens en bedrijfsterreinen samenkomen voelen wij ons wel erg op ons gemak. Bijna vijftig jaar ervaring stelde ons in staat om voor Flevokust Haven voor meerdere logistieke hotspots een initieel ontwerp zo scherp mogelijk te converteren naar de realiteit. Hoe die realiteit er ook uitziet, Pelecon waakt over de veiligheid van alle gebruikers van het gebouw. Zorgeloos. Pelecon, de onzichtbare kracht. WWW.PELECON.NL

SMART HUB Logistics ontpopt zich tot regisseur van internationale supply chains Een warehouse op steenworp afstand van de BCTN container terminal in Den Bosch. Dát was jarenlang het unique selling point van SMART HUB Logistics. Veel klanten, met grote en kleine containerstromen, profiteren dagelijks van deze unieke ligging en van de uitgebreide logistieke diensten die SMART HUB Logistics biedt. Maar het bedrijf ontwikkelt zich verder. I n de afgelopen jaren heeft ondernemer Frank Bruurs, eigenaar en CEO van SMART HUB Logistics, zijn horizon verbreed. “Wij willen, naast onze bestaande dienstverlening, nu ook meer een regierol gaan pakken op internationale supply chains. Onze organisatie is er klaar voor, de internationale connecties zijn gelegd en we hebben op diverse plekken in de wereld goede partners waar we mee samenwerken.” SMART HUB Logistics richt zich met deze nieuwe, aanvullende service op het faciliteren van bedrijven die hun business willen internationaliseren. “En dat kan twee kanten op werken”, legt Bruurs uit. “Nederlandse bedrijven, die hun exportmarkt willen uitbreiden, kunnen wij advies geven over internationale productlancering of helpen bij het vinden van buitenlandse distributeurs en agentschappen. Maar we ondersteunen ook buitenlandse bedrijven die hun producten willen importeren in Nederland of andere West-Europese landen. Wij voorzien hen van advies en kunnen vervolgens ook de In Tanzania biedt SMART HUB Logistics, in samenwerking met partner HOP, logistieke huisvesting in Dar es Salaam, de grootste en economisch meest belangrijkste stad van het land. gehele supply chain op een effectieve manier voor hen opzetten en regisseren. Als wij van een klant het mandaat krijgen om zijn supply chain zo efficiënt mogelijk in te richten, dan regelen wij alles daaromheen. Wij onderhouden de contacten met alle betrokken partijen en zorgen ervoor dat alles soepel verloopt. De klant heeft slechts één aanspreekpunt en dat zijn wij.” Brabantse inland terminals Bruurs benadrukt dat de volumes echt niet altijd via het eigen warehouse of via de containerterminal in Den Bosch hoeven te gaan. “Wij kunnen, vanuit onze regiefunctie, ook goederenstromen via andere inland terminals laten landen, dichtbij de eindgebruikers. Of laten vertrekken, vanaf productielocaties nabij andere inland terminals. Wij kiezen altijd zoveel mogelijk voor het duurzame vervoer van containers over het water. We hebben in Nederland, en met name in Brabant, een prachtig netwerk van inland containerterminals. Ik ben een groot voorstander van de recente ontwikkeling van Brabant Ports. Door de goede connecties die we al hebben, zou SMART HUB Logistics heel goed een rol als een soort faciliteitendesk voor die Brabantse binnenhavens kunnen vervullen. Het is misschien een beetje ver vooruit gedacht, maar ik zie daar echt “Blijven ontwikkelen en leren van andere bedrijven is niet langer een manier om voorop te lopen, het is noodzakelijk om niet achterop te raken.” wel mooie mogelijkheden in de toekomst. In dit grote palet van aanbod kunnen wij als redelijk kleine speler heel wat betekenen. Blijven ontwikkelen en leren van andere bedrijven is niet langer een manier om voorop te lopen, het is noodzakelijk om niet achterop te raken!”, aldus de gedreven ondernemer. Dubai Global Connect Frank Bruurs maakte de afgelopen tijd behoorlijk wat reizen om zijn internationale connecties verder te versterken. Zo was hij enkele malen in Dubai, waar SMART HUB Logistics eind 2022 een partnership aanging met Dubai Global Connect (DGC). DGC is een immens grote, permanente showroom omgeving, vlakbij het vliegveld en de haven van Dubai. Centraal gelegen tussen Afrika, Europa en Azië is DGC een plek waar zakenmensen uit de hele wereld voorbij komen. Een plek die kansen creëert voor leveranciers en kopers om elkaar te ontmoeten, fysiek of via het digitale portal. Hier worden producten vanuit de hele wereld tentoongesteld en dagelijks worden hier nieuwe partnerships aangegaan. SMART HUB Logistics heeft een informatiezuil in het DGC en wordt daar vertegenwoordigd door een lokale sales representative. Handelsbrug met Oost-Afrika Ook reisde Bruurs diverse keren naar Oost-Afrikaanse landen, waaronder Tanzania. Vanuit de gedachte ‘wij hebben hier zoveel en daar is zoveel nodig’, richtte hij al in 2014 het bedrijf Tradex Corporation op. 36 - Havenlocaties 2023

Smart Hub Logistics in Den Bosch Een handelsbrug tussen West-Europa en East-African Community (EAC) gericht op kennisoverdracht, support en samenwerking in een kleinschalig B2B model. Tradex ondersteunt en adviseert Europese ondernemers die handel willen drijven met Oost-Afrikaanse landen. Ook biedt Tradex support aan lokale Afrikaanse ondernemers, die hun ondernemerschap verder willen uitbreiden binnen hun eigen land of middels export van lokale producten naar Europa. Smart Hub in Tanzania In 2021 deed Tradex, met subsidie van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO), een haalbaarheidsonderzoek naar het opzetten van een SMART HUB. “De logistiek in Tanzania en andere Oost-Afrikaanse landen is totaal anders dan in Nederland en de rest van Europa”, legt Frank Bruurs uit. “De infrastructuur is lang niet altijd berekend op grote volumes. Ons onderzoek heeft geleid tot een samenwerking met het Afrikaanse House of Procurement (HOP), een logistiek dienstverlener. Hierdoor kunnen wij aan geïnteresseerde partners logistieke huisvesting en dienstverlening aanbieden in Dar es Salaam, de grootste en economisch meest belangrijkste stad van Tanzania.” Door deze internationale connecties kan SMART HUB Logistics drie handelsknooppunten in Nederland (West-Europa), Oost-Afrika en Dubai met elkaar verbinden. Energiehub Samen met buurman BCTN wordt een lokale energiehub opgezet. In eerste instantie is deze hub bedoeld voor het opladen van batterijcontainers voor de binnenvaartschepen. Op termijn wil Bruurs op zijn eigen terrein deze energiehub verder uitbreiden met locaties voor het laden van andere voertuigen. Zonnepanelen en windmolens zorgen voor groene energie. Bossche BouwHub Samen met Van Boxtel Groep ontwikkelt SMART HUB Logistics de Bossche BouwHub, op het terrein naast het bestaande SMART HUB warehouse. Hier worden materialen van toeleveranciers verzameld en in één transport vervoerd naar bouwlocaties in de binnenstad. Dit zorgt o.a. voor minder voertuigbewegingen naar en vanuit de binnenstad, een betere beladingsgraad, minder CO₂- en stikstofuitstoot en minder omgevingshinder. Als vanaf 2025 de emissieloze zones in de binnenstad actief worden, kunnen vanaf deze locatie elektrische trucks worden ingezet, die op de energiehub kunnen laden. Verder komt er een speciale elektrawand, waar elektrisch bouwgereedschap kan worden opgeladen. In een latere fase kunnen ook andere producten vanuit deze stadshub gebundeld naar het centrum worden geleverd. Frank Bruurs Reshoring naar Oost-Europa Een ander internationaal project van SMART HUB Logistics is het onderzoek naar het opzetten van toekomstige hubs in OostEuropese landen, o.a. in Moldavië. Bruurs: “Vanwege de veranderende wereldeconomie zullen steeds meer bedrijven in de toekomst hun productie vanuit het Verre Oosten gaan verplaatsen naar plekken dichterbij huis. Oost-Europese landen zijn daarvoor heel erg in trek. Door nu alvast die aansluiting te onderzoeken en internationale contacten op te bouwen, kunnen wij straks ook op dit vlak onze klanten begeleiden in hun verdere internationale ontwikkeling.” << Nieuwe website www.smarthublogistics.nl gaat in mei 2023 live. De oranje cirkels staan voor de uitgebreide logistieke diensten die SHL levert. De blauwe cirkels representeren het aanbod aan logistieke huisvesting, logistieke consultancy en internationale projectbegeleiding. De diensten kunnen op alle mogelijke manieren met elkaar gecombineerd worden. Havenlocaties 2023 - 37

Foto Paul Martens KiesZon helpt bij verduurzaming van uw energievoorziening Nederland heeft de ambitie de komende 30 jaar een CO2-neutrale energiehuishouding en een volledig circulaire industrie te realiseren. Daarmee groeit de behoefte aan duurzame stroom. KiesZon helpt bedrijven hun energievoorziening te verduurzamen door het plaatsen van grootschalige zonnestroominstallaties. H 38 - Havenlocaties 2023 eeft een bedrijf een hulpvraag omtrent verduurzaming? Wat KiesZon betreft maken ze van elk dak een duurzame energiecentrale. De organisatie, die onderdeel is van Greenchoice, heeft de kennis en expertise in huis om dé duurzame partner te zijn in alle fases van een zonnepanelentraject. Van financiering en ontwikkeling tot engineering en realisatie. Ontzorgen van de klant Een hulpvraag kwam onder andere vanuit de Rotterdamse haven. “Bij Rhenus Logistics werd de wens uitgesproken om te verduurzamen op onze Deep Sea Terminal op de Rotterdamse Maasvlakte. Onze Maasvlakte terminal is 210.000 vierkante meter groot en wij hebben meer dan 60.000 vierkante meter aan loodsen staan waar wij staal, metalen en zware projectladingen open overslaan. Bij de plaatsing van zonnepanelen op een Rhenus Contract Logistics warehouse in Tilburg hebben we eerder samengewerkt met KiesZon. In Rotterdam zijn we weer de samenwerking aangegaan”, vertelt Corinna Insel, Quality & Sustainability Manager bij Rhenus Logistics B.V.. Gedurende een project stelt KiesZon zichzelf als doel de klant volledig te ontzorgen. De organisatie denkt op alle mogelijke vlakken mee met de klant. Zo ook bij Rhenus Logistics: “Vanuit de netwerkbeheerder ontvingen wij de technische voorwaarden om de aansluiting te realiseren. KiesZon heeft de uitwerking hiervan op zich genomen, in overleg met een collega die bij Rhenus verantwoordelijk is voor de elektriciteit. Uiteindelijk hoefden wij het alleen nog maar te controleren en ondertekenen”, aldus Insel. Locatie De locatie van de panden van Rhenus Logistics in de Rotterdamse haven gaf volgens Insel wel een uitdaging. “Weersomstandigheden aan de kust zorgen ervoor dat het plaatsen van zonnepanelen op een dak een grotere uitdaging is. Daarnaast is

het heel belangrijk dat ons werk op de terminal niet verstoord wordt tijdens een traject van plaatsing van de panelen.” Een uitdaging die KiesZon niet uit de weg gaat. “Bij de voorbereiding van een zonnestroomproject houd je altijd rekening met de omstandigheden op de locatie”, vertelt Selim Öztürk, lead engineer bij KiesZon. Op deze locatie, in de haven van Rotterdam, zijn dat net iets andere omstandigheden. “Denk aan windzones. Dit heeft altijd invloed, maar aan de kust speelt dat een nog grotere rol. Hier worden analyses voor gedaan om alles goed in kaart te brengen. Daarnaast heb je ook te maken met corrosie door zeelucht. Je moet hierdoor bij je materiaalkeuze extra factoren meenemen en mee laten wegen. Die materialen moeten bestand zijn tegen deze specifieke omstandigheden. Beide omstandigheden bekijken en beoordelen we heel goed tijdens het engineeren van het zonnedak.” Binnen het engineerteam van KiesZon wordt elke uitdaging binnen het project onder de loep genomen. “Uiteindelijk optimaliseren en ontwerpen we alles dusdanig dat het project op een kwalitatieve en veilige manier uitgevoerd kan worden.” Project Rhenus Rotterdam in cijfers Oplevering: 2022 Jaaropbrengst: 6.000.000 kWh Vermeden CO2 uitstoot per jaar: 4.000.000 kg Met de opgewekte stroom kunnen, ter vergelijking, meer dan 2.000 gemiddelde Nederlandse huishoudens jaarlijks van stroom worden voorzien. De realisatie Naast dat KiesZon alle kennis en expertise omtrent zonnestroominstallaties in huis heeft, staat veiligheid hoog in het vaandel bij het bedrijf. Daar wordt op een locatie als in de Rotterdamse haven dan ook goed naar gekeken. Marc Donkersloot, als hoofd-uitvoerder van KiesZon betrokken bij het project van Rhenus Logistics: “Een terminal in een haven is een drukke locatie, er is veel beweging en het werk van de klant moet te allen tijde door kunnen gaan. Om hier goed op voorbereid te zijn en veilig te kunnen werken, gaan we zoals altijd voor de start van de realisatiefase langs op de locatie voor een schouw. Wat gebeurt er allemaal op deze specifieke locatie? De plekken zijn schaars op een terminal dus waar kunnen we een bouwplaats creëren? We kijken hoe we veilig kunnen bouwen zonder dat dit de werkzaamheden van de klant beperkt. We regelen het zo dat het werk van de klant altijd door kan blijven gaan.” Een belangrijk aspect hierbij is dat KiesZon vooraf een VGM-plan (veiligheid, gezondheid en milieu) opstelt. Samen met de klant wordt gekeken naar Over KiesZon KiesZon, onderdeel van Greenchoice, heeft met haar partners de afgelopen 10 jaar de basis gelegd voor de volgende stap in de energietransitie: een 100 procent groene energievoorziening. Ze integreren innovaties in slimme energiesystemen, met het zonnedak als basis. Zo bouwt KiesZon de elektrische infrastructuur van de toekomst en maakt het vastgoed niet alleen aantrekkelijker, maar ook bestendig voor komende generaties. potentiële gevaren op de locatie en vervolgens gaan ze direct op zoek naar een beheersmaatregel hiervoor. Donkersloot: “Dit plan biedt de klant rust en duidelijkheid. Je maakt goede afspraken met de klant, maar op een locatie zoals bij Rhenus op de terminal is het belangrijk om te beseffen dat een dag er anders uit kan zien. Het werk van de klant gaat altijd voor, daar moeten we flexibel in zijn. Dan is het aan ons om alles tot uitvoering te brengen en dat is waar KiesZon goed in is.” << www.kieszon.nl Havenlocaties 2023 - 39

Van Berkel Logistics: optimaal multimodaal Multimodaal containervervoer is betrouwbaar, kostenbesparend en duurzaam. Maar tegelijkertijd complex. Van Berkel Logistics weet die complexiteit als geen ander te managen. En leidt via drie inland terminals in Veghel, Oss en Cuijk, goederenstromen met eigen binnenvaartschepen en trucks in goede banen van en naar het Brabantse achterland. Omlijst met steeds meer toegevoegde waarde. Van puur hijsen en vervoeren van containers, naar optimale, data gedreven bereikbaarheid van klanten. C entraal in de driehoek EindhovenDen Bosch-Nijmegen, ligt de haven van Veghel aan de Zuid-Willemsvaart gunstig ten opzichte van de havens in Rotterdam, Antwerpen en Amsterdam. Aan diezelfde Zuid-Willemsvaart bevindt zich sinds 2005 Inland Terminal Veghel van Van Berkel, voortgekomen uit het bedrijf dat Henk en Harrie van Berkel in 1955 startten. Het loonbedrijf van destijds groeide uit tot aannemer in de aanleg en het onderhoud van onder meer wegen en landschappen. Begin jaren ’90 kwam daar groenrecycling bij en rond het millennium activiteiten op het gebied van bouwstoffen en transport. In 2004 startte het bedrijf met logistieke dienstverlening in de vorm van overslag van containers en zand. “Op enig moment vroeg de gemeente Veghel of we hier niet ook wat met containers wilden doen. Den Bosch en Oss hadden al een terminal. Dat zou ook voor Veghel goed zijn, hoeven de ondernemers niet langer daar naartoe te rijden”, vertelt Michel van Dijk, director logistics die mede aan de wieg stond van de Inland Terminal Veghel. Van 10.000 naar 70.000 in krap 20 jaar Zo gezegd, zo gedaan. De firma kocht een oude reachstacker en een stuk grond aan de kade. Met de ultieme droom om 10.000 containers per jaar te vervoeren. Het zijn er inmiddels ruim 70.000 die Van Berkel met eigen binnenvaartschepen, trucks en trailers van en naar klanten en de zee havens vervoert. Om daarmee klanten de voordelen van betrouwbaar, kostenbesparend en duurzaam gecombineerde binnenvaart en zo min mogelijk wegvervoer te bieden. Ook al is dat een complexe business. Laveren tussen snel veranderende omstandigheden Een multimodaal vervoerder is de verbindende schakel die moet laveren tussen de verschillende handelsovereenkomsten die klanten met hun handelspartners afsluiten én uiteenlopende onvoorspelbare gebeurtenissen rond de zeeboten en de zeehavens. “Dat leidt tot allerlei momenten in de keten die om aandacht vragen, zodat processen bij onze opdrachtgevers optimaal blijven verlopen. Dat wil 40 - Havenlocaties 2023

Michel van Dijk zeggen op tijd, met de juiste informatie en met de juiste kwaliteit. Inspelen op snel veranderende omstandigheden is ons vak. Dat is spannend, maar boeiend.” In korte broek aardbeien plukken “Ik vergelijk ons werk wel met in je korte broek aardbeien plukken tussen de brandnetels. We zijn afhankelijk van andere schakels in de keten. Bijvoorbeeld zeeschepen kunnen zo maar dagen of weken later dan gepland aankomen of vertrekken. Onze grootste toegevoegde waarde is dat we containers hier kunnen houden. Daarmee dempen we het effect van al die fluctuaties en veranderende omstandigheden. Zo koppelen we het zeehavenproces los van het laad- en losproces bij onze klanten. En voorkomen we frustraties aan hun docks en boetes of extra kosten door zoveel mogelijk, ondanks die fluctuaties, binnen de afgesproken gebruikstermijnen van containers te opereren. Wij zorgen voor de containers. In alle opzichten, want we doen meer dan hijsen en vervoeren.” Extra diensten Met de jaren is het dienstenpalet van Van Berkel Logistics flink uitgebreid. Denk aan het droogblazen, reinigen, inspecteren, ontgassen, strippen en stuffen van containers. Een deel van het terrein is ingericht voor reefercontainers. Last but not least speelt de informatievoorziening een steeds grotere rol. Multimodaal informatieleverancier Data biedt gedurende de rit inzicht in de status van een container, en achteraf in de performance van het transport. Dat is stuurinformatie die Van Berkel in toenemende mate voor klanten ontsluit. “Ons vak is om stalen kisten van A naar B te brengen. Hoe moeilijk kan dat zijn? Toch beheren we over elke container meer dan 400 datavelden. Elk veld zegt iets over de container, de verlader, de zeeterminal of de rederij.” Als spin in het transportweb beschikt de terminal over bergen data uit de hele keten. Samen met universiteiten en hogescholen werkt Van Berkel aan nieuwe systemen om al die data om te zetten in relevante informatie en te ontsluiten via dashboards. Niet alleen voor zichzelf, vooral ook voor klanten. “Partijen in de keten reproduceren stukjes van die hele legpuzzel talloze keren voor individueel gebruik. Wij maken daar straks een integraal beeld van. Waarmee we verladers in één keer het juiste inzicht bieden via een dashboard dat aansluit op hun systemen. Zo destilleren we individuele inzichten voor hen uit onze collectieve data. Dat maakt ons nog waardevoller voor opdrachtgevers, want dit werkt niet als je met veel verschillende vervoerders werkt. Dan krijg je opnieuw afzonderlijke informatiestromen. Om de toenemende complexiteit te bolwerken, is verdere integratie van de multimodale dienstverlener met zijn klanten nodig. Dat vraagt om een dienstverlener die bij je in de buurt gevestigd is, die begrijpt wat je nodig hebt aan fysieke diensten en die je informatiebehoefte weet te vertalen naar waardevolle inzichten over de status en performance van je transport.” Als aanpakkers van nature, zoals de slogan luidt, zijn de medewerkers van Van Berkel Logistics daarvoor een aangewezen partner. << www.vanberkellogistics.nl Havenlocaties 2023 - 41

Start bouw XXL DC’s Flevokust en Eemshaven Necron speelt in op trend die velen zien, maar weinigen aandurven Op 31 maart 2023 slaat Necron de eerste paal van een 80.000 m2 distributiecentrum op bedrijventerrein Flevokust. Twee weken later volgt alweer een heifeestje. Dan voor een 68.000 m2 DC bij de Eemshaven. Als enige ontwikkelaar durft het Zwitserse Necron Group AG het aan om juist op deze locaties te investeren in logistiek vastgoed voor de vrije verhuur. D e Deense retailketen JYSK, kledinggigant Bestseller (bekend van onder andere Jack & Jones en Vero Moda), Bol.com… het zijn zo maar een paar merken die zich gaan vestigen aan de Flevokust. “Dat is niet verwonderlijk, want de bekende logistieke hotspots in de Randstad raken overvol voor XXL-distributiecentra”, aldus Albert Jan Huisman de Chief Marketing Officer van Necron Group. “En dus komen er langzaamaan locaties in beeld die zich op logistiek gebied nog niet bewezen hebben, zoals de Flevokust en ook de Eemshaven”. “Necron Group had die trend al vroeg in de gaten en neemt als enige vastgoedinvesteerder en -ontwikkelaar het risico om juist op deze locaties XXL-distributiecentra te ontwikkelen. Het zijn de enige projecten die hier nog beschikbaar zijn voor nieuwe gebruikers’, zegt Coen van Dijk van vastgoedadviseur CBRE, die Necron begeleidt. Flevokust Op 31 maart gaat aan de Flevokust de eerste paal de grond in van bedrijfshal 1 met een oppervlakte van circa 39.000 m2. Drie maanden later start hal nummer 2 van dezelfde omvang. Beide hallen komen tegenover elkaar, en hebben een middenterrein waar extra lange LZV-vrachtwagens kunnen manoeuvreren. Het gloednieuwe stateof-the-art distributiecentrum dat met kantoren op ongeveer 12 hectare grond komt, heeft in de voorverhuur al de eerste huurders mogen verwelkomen. De totale oppervlakte beslaat circa 80.000 m2 BVO, waarvan zo’n 70.000 m2 warehouseruimte. Het warehouse voldoet aan alle moderne en hoogwaardige gebruikseisen, waaronder ruim voldoende parkeerplekken, loadingdocks, een vrije hoogte van 12,2 meter en maximale vloerbelasting van 5.000 kg/m2. In Q1 2024 zijn beide DC’s beschikbaar. De DC’s zijn uniek gelegen aan de overslaghaven van containerterminal CTU en direct naast de snelweg A6. De terminal heeft een capaciteit tot 100.000 TEU per jaar en zal naar verwachting groeien. Want zodra de vergroting van Kornwerderzandsluis gereed is, wordt de terminal zelfs toegankelijk voor deep-sea schepen. Eemshaven 42 - Havenlocaties 2023

Flevokust Ten zuiden van de Flevohaven ligt het centrum van Lelystad, een opkomend gebied dat extra aantrekkelijk wordt met de opening van het nieuwe vliegveld Lelystad Airport. Met Amsterdam op ongeveer 55 kilometer afstand en Zwolle op 50 kilometer is Lelystad centraal gelegen en goed bereikbaar. Duurzaamheid Huisman: “Necron Group richt zich op duurzame ontwikkeling. Wij waren één van de eerste die aansloten bij Madaster, het circulaire bouwpaspoort, waarin alle gebruikte materialen worden geregistreerd. Zodoende is bij remontage aan het einde van de levensduur bekend welke materialen op welke wijze voor hergebruik beschikbaar zijn. Daardoor blijft ook de restwaarde van het gebouw hoger: alle materialen hebben een economische waarde.” Daarnaast bouwt Necron volgens internationale duurzaamheidsnormen, zoals BREEAM Excellent en CRREM. Bovendien is de ontwikkelaar koploper met innovatieve technologie. Zo paste Necron als een van de eersten geothermische energie toe in het in 2022 opgeleverde Intercityhotel Schiphol. Eemshaven Als we het over een nog niet bewezen gebied voor logistiek vastgoed hebben, dan is dat de Eemshaven wel. “Ook hier zie je weer dat Necron als avant garde ontwikkelaar dit soort locaties ontwikkelt. Waarbij wij verwachten dat de Eemshaven iets meer geschikt zal zijn voor de lokale maakindustrie”, aldus Coen van Dijk. De Eemshaven staat vooral bekend als ‘green energy hub’ van Nederland en heeft natuurlijk de unieke link met de lijndienst naar Kristiansand in Noorwegen. Necron start half april 2023 met de bouw van het DC van 68.000 m2, met in totaal 50 laadperrons en 6 overheaddeuren op maaiveldniveau voor LZV’s. Opslag, overslag of groupage, het is er allemaal mogelijk. De Eemshaven kent nog geen gebouw met deze functie, uniek gelegen aan de Noordelijke Zeeroute met een diepte van 15,5 meter. Het magazijn komt dicht bij de dokken en de havenautoriteiten en ligt strategisch bij de N46, N33, snelweg A7 (Amsterdam-Duitsland) en A28 (Utrecht – België). Ook bij deze ontwikkeling staat duurzaamheid hoog op de agenda met een koolstofneutrale voetafdruk dankzij onder meer moderne LEDverlichting en bijna 85% van het dak bedekt met zonnepanelen. Voorverhuur gestart Op beide locaties is de voorverhuur inmiddels in volle gang en met goed resultaat, want de eerste huurders hebben zich al gemeld. Er zijn ook vergevorderde besprekingen met een aantal vooraanstaande spelers, voor de ruimte die nog beschikbaar is. Necron AG Necron Group AG is een particuliere vastgoedinvesteerder en -ontwikkelaar. De strategie van het in Zwitserland gevestigde bedrijf is gericht op het identificeren van kansrijke locaties en het ontwikkelen daarvan voor met name Hospitality, Health Care en Logistics. De afgelopen drie jaar realiseerde Necron € 300 miljoen oftewel 200.000 m2 aan vastgoed in Zwitserland en Nederland. De Gross Development Value bedraagt ruim € 2,5 miljard, met ruim 1 miljoen vierkante meter in Nederland, Zwitserland en Spanje. Necron Group heeft momenteel 300.000 vierkante meter in aanbouw. Bekende projecten zijn onder meer: Intercityhotel Schiphol, Intercityhotel Zurich Airport, cold storage warehouse Ridderkerk, DC Hoeksche Waard, DC Dordrecht en nu ook de XXL-DC’s Flevokust en Eemshaven. www.necron.com www.cbre.com SCAN ME Havenlocaties 2023 - 43

Port of Harlingen wil duurzame economische motor voor Fryslân zijn Port of Harlingen vierde eind vorig jaar het vijfjarig bestaan als zelfstandig havenbedrijf. Dat werd gevierd met de nieuwe huisvesting aan de Waddenpromenade, de opening van een innovatieve vissteiger en de modernisering van het havenmanagementsysteem en de verkeerstoren. Port of Harlingen is daarmee goed voorbereid op de toekomst. Daarin speelt het havenbedrijf een steeds grotere rol in de regionale, duurzamere economie. Paul Pot “P ort of Harlingen pakt als havenbedrijf niet alleen de verantwoordelijkheid voor de economische ontwikkeling, het beheer, het onderhoud en de exploitatie van de havens in Harlingen”, zegt directeur Paul Pot. “We zorgen er ook voor dat we als belangrijke schakel in Friesland meewerken aan de landelijke transitie naar een duurzame economie. Daarin hebben wij een belangrijke rol te spelen.” Port of Harlingen zoekt daarbij altijd naar een goede balans tussen ecologie en economie. “We zijn gesitueerd aan de prachtige Waddenzee. We weten hoe belangrijk het is om goed voor het klimaat te zorgen. Juist als havenbedrijf kunnen we regionaal veel betekenen bij het verduurzamen van onze economie. Vanuit deze visie zetten we als haven koers richting 2035. In dat jaar willen we hét duurzame maritieme logistieke hart van Noord-Nederland zijn.” Belangrijke rol op veel gebieden Volgens Pot zijn er al mooie ontwikkelingen gaande die bijdragen aan deze duurzame koers. “Dat hebben we deels te danken aan onze strategische ligging. We zijn de enige zeehaven van Friesland. Daardoor zijn we een belangrijk logistiek knooppunt voor de verbindingen tussen zee en achterland. Er worden hier ladingen overgeslagen uit zee- en binnenvaarten. Denk aan zand, grind, hout en pootaardappelen. De vis wordt hier zelfs grotendeels ter plekke verwerkt.” Ook heeft Port of Harlingen een schakelfunctie om de diverse sectoren goed te laten functioneren en met elkaar te laten samenwerken. In Harlingen worden bijvoorbeeld schepen en jachten gebouwd, afgebouwd, gerepareerd en onderhouden. En de veerdiensten naar de Waddeneilanden maken gebruik van Port of Harlingen. Pot: “Kortom, we spelen als haven op veel gebieden een rol.” Natte economie nodig voor transitie Die unieke positie wil Pot verder uitbouwen. Het havenbedrijf wil hiervoor graag nog meer samenwerken met provincie, gemeenten, natuurorganisaties, stakeholders en andere partijen. “Met elkaar kunnen we de natte economie verder stimuleren en resultaten behalen op het gebied van vestigingsklimaat, werkgelegenheid, circulariteit en duurzaamheid. Zonder natte economie is de transitie naar een duurzame en circulaire economie niet mogelijk.” Port of Harlingen is vanuit die gedachtegang mede-initiator en aangesloten bij Haven Netwerk Fryslân. Deze stichting zet zich in voor het toekomstgericht versterken van de natte economie, onder meer met het verbeteren van het Friese waterwegennetwerk en de binnenhavens met bedrijventerreinen. “Werken aan een duurzame regionale economie gaat verder dan kijken naar je eigen bedrijf”, zegt Pot. “Soms is het voor een duurzame regionale economie bijvoorbeeld beter als een bedrijf zich elders in de provincie vestigt. Als havenbedrijf zijn we druk bezig met het herstructureren en beter benutten van onze eigen terreinen. Soms blijkt dat een nieuw bedrijf beter past op een andere plek in de provincie. Ook dan denken we graag mee en pakken we onze faciliterende rol.” Verder kijken dan Harlingen Zo heeft Port of Harlingen onlangs samen met een innovatief bedrijf, dat zich specialiseert in circulaire energie, besloten om het bedrijf toch niet in de Harlinger haven te vestigen. “We zagen betere opties voor meerdere vestigingen in de provincie. Dat juichen wij toe. Want dit zorgt voor werkgelegenheid in andere gemeenten. Bovendien is het een bedrijf dat een belangrijke bijdrage gaat leveren aan duurzame energie. Vaak heeft dat lokaal een positief effect.” 44 - Havenlocaties 2023

Ondanks dat het bedrijf straks niet in Harlingen zit, is Port of Harlingen nog steeds een belangrijke schakel. “Wij zijn de doorvoerhaven voor de plantaardige grondstoffen die het bedrijf nodig heeft voor de productie. Een ander voorbeeld is een bedrijf dat in Drachten offshore-onderdelen maakt. Via onze haven gaan deze constructies naar onder andere windmolenparken op zee.” Duurzame economische motor voor Friesland Port of Harlingen kan volgens Pot op deze manier een duurzame economische motor zijn voor de rest van Fryslân. “We pakken daarbij onze rol als facilitator, aanjager of regisseur. In Nederland zie je dat min of meer ook bij Port of Zwolle, Port of Twente en de Blueports in Limburg. Door met elkaar de natte economie verder te ontwikkelen en goed te benutten, ontstaan er koppelkansen. Dat is dé manier om mét elkaar te werken aan het verduurzamen van de regionale economie.” Als havenbedrijf biedt Port of Harlingen zelf ook volop werkgelegenheid; 1.400 direct en 1.500 indirect. “We blijven zeker nieuwe klanten trekken en maken daarbij zorgvuldige keuzes”, zegt Pot. Naar verwachting begint dit jaar de SFP Group in Harlingen met de realisatie van een van de grootste biomassacentrales van Nederland. “Het wordt de eerste Nederlandse centrale voor bio-lng”, vertelt Pot. “De locatie is een perceel van vier hectares. Het vloeibare gas dat de centrale produceert, wordt gebruikt voor onder meer zwaar vracht- en scheepvaartverkeer en voor de veerboten naar Vlieland en Terschelling.” Unieke aanpak om efficiency te stimuleren Port of Harlingen is verder druk bezig met het duurzaam herontwikkelen van andere delen van de haven. Daarbij hanteert het havenbedrijf een unieke aanpak: “Wij geven klanten die minder hectares grond bij ons afnemen, een korting op de huurprijs”, zegt Pot. “Dat klinkt als de omgekeerde wereld, maar het is heel logisch. Wij willen bedrijven stimuleren efficiënter te bouwen en te werken.” Op die manier leidt volgens Pot een groei aan havenactiviteiten niet tot meer gebruik van schaarse grond. “We zijn om die reden heel zuinig op onze eigen gronden. Een kritische blik op het juiste bedrijf op de juiste plek biedt ons de mogelijkheid om de havenactiviteiten te blijven uitvoeren. We kunnen deze zelfs intensiveren én tegelijkertijd toch de CO2-uitstoot verminderen. Zo laten we de regionale economie duurzaam groeien.” << Port of Harlingen Postbus 225, 8860 AE Harlingen Tel. 0517 – 723 333 www.portofharlingen.nl Havenlocaties 2023 - 45

De kracht van verbinding in walstroom Walstroom is één van de duurzame puzzelstukjes voor verdere vergroening van de scheepvaart. De generator kan uitblijven bij aanleggen aan wal. Geen schadelijke uitstoot, geen stank- en geluidsoverlast, maar een vloot die in alle rust gebruik maakt van een stekker, kabel en walstroomkast. Schip aan wal = walstroom! Echter, zijn overal de juiste walstroomvoorzieningen voor handen? O m te komen tot een stevig netwerk aan gestan daardiseerde walstroomvoorzieningen is tussen verschillende partijen in de walstroomketen van belang. Een binnenvaartondernemer moet op iedere plaats waar hij/zij aanlegt, met hetzelfde gemak kunnen aansluiten. Dit vereist standaardisatie van aansluitpunten, maar ook van het gebruik van de gekoppelde methode om te kunnen starten en stoppen. Net als in de parkeerwereld moet het niet uitmaken waar je aanlegt. Een app moet voldoende zijn om energie van de wal te kunnen verkrijgen. Om te komen tot standaardisatie slaan verschillende partijen de handen ineen. Zij zien het belang van gezamenlijk optrekken, om zo te voorkomen dat de binnenvaartondernemer (en partijen in de zeevaart) verstrikt raakt in een woud van app’s, walstroomkasten, regels en voorschriften. Een van de informele organisaties die de laatste jaren actief is om de uitrol van walstroomvoorzieningen te standaardiseren en te versnellen, is het Walstroomcollectief. Dit collectief van vaarwegbeheerders, provincies, havenbedrijven en havengemeenten, heeft als doel gezamenlijk optrekken, om zo in een lijn met elkaar, de juiste vraag aan de markt te kunnen stellen. De Nederlandse Vereniging van Binnenhavens (NVB) is strategisch partner van het Walstroomcollectief en ondersteunt en stimuleert gezamenlijke ontwikkeling en samenwerking van binnenhavenbeheerders. Want gemeente A wil dezelfde service kunnen bieden als havenbedrijf B en vaarwegbeheerder C. Momenteel onderzoekt Port Solutions Rotterdam (PSR) in opdracht van dit collectief in hoeverre er beleid, financiële mogelijkheden en prioriteit is binnen het collectief voor aanbestedingen voor walstroom. Ook is PSR in opdracht van het collectief gestart met een marktconsultatie, om zo inzichtelijk te krijgen welke vraag gesteld moet worden aan de markt, bij een eventueel toekomstige aanbesteding. Een andere recente ontwikkeling is de oprichting van het Onshore Power Supply Network (OPSN). Dit is het netwerk voor koplopers en gamechangers in de walstroommarkt. OPSN heeft als doel 46 - Havenlocaties 2023 samenwerking relevante spelers in de walstroommarkt de mogelijkheid te geven elkaar te leren kennen, kennis te delen, elkaar te inspireren en gezamenlijk te komen tot innovaties in de markt. Sinds de oprichting in maart 2022 is OPSN gegroeid naar een netwerk waar een aanzienlijke hoeveelheid spelers in de walstroommarkt elkaar met regelmaat treffen. De mix van leden en partners in dit netwerk bestaat uit toeleveranciers van producten en diensten voor walstroomvoorzieningen, vertegenwoordigers van (binnen)havens en binnenvaart, vaarwegbeheerders, havenbedrijven en provincies en gemeenten (zie afbeelding). Tijdens de vier netwerkevenementen staat de versnelling van de uitrol van walstroom altijd centraal en is er veel ruimte voor informeel samenzijn. Op deze manier helpt het netwerk om uitdagingen op te lossen en stappen te zetten binnen het complexe walstroomdossier. De NVB is ook lid van OPSN en steunt hiermee de innovatie, samenwerkingen en kennisdeling die het netwerk voortbrengt. Meer informatie over het Onshore Power Supply Network kan je vinden op www.opsn.nl Bovenstaande twee ontwikkelingen - rondom het Walstroomcollectief en het Onshore Power Supply Network - zijn slechts een greep uit de ontwikkelingen die nu gaande zijn om de uitrol van walstroom te versnellen. Alle initiatieven gezamenlijk, ook die van bijvoorbeeld het Schone Lucht Akkoord en de uitvoering van het actieprogramma van de Logistieke Alliantie, zorgen uiteindelijk voor een complete puzzel en verdere verduurzaming van de sector. Een groene puzzel, die bijdraagt aan het verbeteren van het milieu en schone lucht voor mens en dier, ook voor de generaties na ons. << Partijen aangesloten het Onshore Power Supply Network.

Haven Netwerk Fryslân werkt nu als stichting nog krachtiger regionaal samen Het eerdere samenwerkingsverband Haven Netwerk Fryslân (HNF) is in januari formeel een stichting geworden. Daarmee heeft HNF nu officieel een bestuur, een adviesgroep en een uitvoeringsorganisatie. Met deze stap is er een nog krachtigere organisatie ontstaan die staat voor het bevorderen en rendabel houden van het vervoer over water en het toekomstgericht versterken van het waternetwerk in Fryslân. vrachtwagen. En we organiseren een circulaire economie: EUR-havenhoogleraar Bart Kuipers zegt niet voor niets dat er zonder binnenhavens geen circulaire economie mogelijk is.” Lobbyist Jaap Jelle Feenstra Jaap Jelle Feenstra, adviseur Public Affairs, is aangetrokken als Ambassadeur van stichting Haven Netwerk Fryslân. Hij was twintig jaar Public Affairs Officer voor Port of Rotterdam en twaalf jaar Tweede Kamerlid. Als lobbyist richt hij zich nu vooral op de politiek-bestuurlijke contacten om het belang van de binnenvaart, binnenhavens en vaarwegen in Friesland onder de aandacht brengen. Feenstra: “De sector is nu nog vrij onbekend, terwijl het belang voor de regionale economie enorm is. Volgens het CBS biedt de Friese havensector 6.900 directe banen en draagt ze voor bijna één miljard euro per jaar bij aan de economie. Dat is net zoveel als de Friese landbouw en horeca bij elkaar. ” D e kersverse stichting Haven Netwerk Fryslân heeft drie bestuurders. Voorzitter is Frank van Kerkhof van de AB Texel Group, een internationale transportgroep. Vicevoorzitter is Arnold de Jong van Fritom, een logistieke dienstverlener. Robert Bakker is algemeen bestuurslid. Hij is van Berding Beton, een specialist in betonproducten. Het driekoppige bestuur wordt ondersteund door een adviesgroep die gevraagd en ongevraagd advies geeft. In deze adviesgroep zitten de bedrijven Sterk, Wenau en Fritom en medewerkers van Port of Harlingen en Gemeente Smallingerland. Bijdragen aan duurzame en circulaire economie Het Haven Netwerk Fryslân (HNF) werd in 2022 door meerdere bedrijven gevormd als een samenwerkingsplatform. De Strategische Agenda werd op 4 oktober 2022 in Leeuwarden ondertekend door 35 bedrijven en diverse overheden. In 2021 hadden Ports of Fryslân (Port of Harlingen en gemeenten Smallingerland, Heerenveen, Fryske Marren, Súdwest Fryslan en Leeuwarden) de meerwaarde van zo’n netwerk al onderzocht. Zij wilden een netwerk realiseren waarmee de natte economie bijdraagt aan de transitie naar een duurzame en circulaire economie. Volgens het huidige Haven Netwerk Fryslân kan dat vooral door te zorgen voor het rendabel houden van het vervoer over water en het toekomstgericht versterken van het waternetwerk. Ook de samenwerking in de keten opzoeken is belangrijk; op die manier kunnen verschillende logistieke concepten over weg, spoor en water elkaar aanvullen. Zichtbare pleitbezorger De stichting Haven Netwerk Fryslân hanteert een brede agenda. Programmamanager Leontine De Koning: “Het begint bij het verbeteren van de zichtbaarheid en het imago en het verbeteren van de infrastructuur van havens en vaarwegen. Nu we officieel een stichting zijn, met participanten uit het bedrijfsleven, kunnen we als aanspreekpunt in Friesland de belangen waarvoor we staan met nog meer betekenis onder de aandacht brengen. We willen dat meer vervoer van de weg naar het water wordt overgeheveld, daarmee verduurzamen we het transport: een binnenvaartschip stoot 8,5 keer minder CO2 uit per tonkilometer dan een Belangen behartigen In de aanloop naar de Provinciale Statenverkiezingen bezoekt Feenstra de Friese lijsttrekkers: “Iedereen praat over duurzaam transport en circulaire economie. Met onze Strategische Agenda bepleiten wij het tijdig versterken van zee- en binnenhavens en het op capaciteit brengen van de vaarwegen. Als we bijvoorbeeld met veel publiek en privaat geld de sluis bij Kornwerderzand uitbreiden, moeten de baggerwerkzaamheden in de vaargeul naar Harlingen daarop wel aansluiten. Dat is van belang voor Harlingen, maar ook voor alle Friese binnenhavens en voor de watergebonden bedrijven. Wij vragen de politiek niet alleen naar afzonderlijke sluizen en bruggen te kijken, maar strategisch en toekomstgericht naar de hele corridor.” Over Haven Netwerk Fryslân Het Haven Netwerk Fryslân begon in 2022 als een platform van havengebonden en logistieke bedrijven. Aanleiding voor de oprichting was de behoefte aan samenwerking in de natte economie om betere resultaten te behalen op het gebied van vestigingsklimaat, werkgelegenheid, circulariteit en duurzaamheid. Watergebonden bedrijven zorgen voor inzameling, verwerking of opwerking van grondstoffen. De natte economie maakt een transitie mogelijk naar een duurzame en circulaire economie. Meer vervoer over water ontlast het wegennet. Sinds 19 januari 2023 is het Haven Netwerk Fryslân officieel een stichting. << Havenlocaties 2023 - 47

TMA Logistics: Next level Terminals Wie binnenstapt bij TMA Logistics merkt direct dat efficiency en servicegerichtheid prima samengaan. Op het hoofdkantoor in het westelijke havengebied in Amsterdam koppelen ze de Mokumse gezelligheid aan de Rotterdamse zakelijkheid, een ideale combinatie. We treffen er drie leden van de directie die vol enthousiasme vertellen over de veelzijdigheid van het bedrijf. M ichael van Toledo is het commerciële brein van TMA, een bedrijf met ruim honderd jaar ervaring. Michael neemt binnenkort afscheid en laat een bloeiend bedrijf achter. Hij begon toen de terminal in Amsterdam was overgenomen. Het was een doodse bedoeling. “Er stonden destijds drie auto’s voor de deur, van mij, van Willem en de bewaker, en dat was het. Meer gebeurde er niet. Wij hebben deze terminal weten om te vormen van een niet-lopende containerterminal in een bruisende ‘multi-purpose-terminal’.” Al snel was duidelijk dat het alleen met containers niet zou werken. “De containers zijn wel gebleven, maar het kleine niche-werk en intermodaal.” Het moest dus anders en breder. Shortsea TMA faciliteert negen shortsea afvaarten per week, naar Ierland, Engeland, Noorwegen, Zweden. Michael: “Onze focus gaat de komende jaren liggen op het verder uitbreiden van ons netwerk van shortsea rederijen. Onze kracht is de flexibiliteit en snelheid.” TMA wil zich gaan richten op de Baltische staten en Finland en ook op Spanje en Portugal. TMA heeft verder prima intermodale verbindingen met de andere grote zeehavens, met vijfentwintig afvaarten tussen Amsterdam en Rotterdam en nog eens zes per week met Antwerpen. Grimaldi Lines, onderhoudt sinds vele jaren een tweewekelijkse deepsea-dienst tussen Amsterdam en de belangrijkste West Afrikaanse havens en meert af bij de USA Terminal die in 2020 door TMA werd overgenomen. Er worden onder andere veel vrachtwagens en personenauto’s verscheept. Beide terminals hebben met vijf sporen een uitstekende aansluiting op het Europese trein-netwerk en daarmee zijn ze het toonbeeld van veelzijdigheid met opties voor onder andere breakbulk, rollende lading en projecten. En over die projecten willen Willem Mantel en Rens Rohde graag vertellen. Willem begon zijn carrière op zee, stapte over naar de containerlogistiek en werkt inmiddels bijna tien jaar voor TMA, tegenwoordig als locatie-directeur. Rens Rohde is directeur van de binnenvaart-afdeling. “Die heeft sinds 2018 een enorme sprong 48 - Havenlocaties 2023

gemaakt.” En verder houdt hij zich als directeur bezig met meerdere terminals en de holding. Rens: “Wij mikken strategisch op energie. Tien jaar geleden was dat de overslag van buizen voor gas en olie. Je ziet dat we meebewegen in de behoefte, de elektrificatie op zee, windmolens en kabels.” TMA is voorbereid op de volgende ontwikkeling, als er op de Noordzee waterstof opgewekt gaat worden, dan zijn er buizen nodig, en daar zijn de kades ook geschikt voor. Zover is het nog niet, nu richt TMA zich vooral op windturbines en aanverwant. Denk groot Willem: “We willen vooral klanten met grote dingen. We hebben de eigen specialistische hijsmaterialen, havenkranen en reachstackers om te laden en lossen.” De afgelopen jaren was TMA druk met projecten op en rond het IJsselmeer. “Wij hebben al ruim honderdvijftig turbines gefaciliteerd.” Volgens Willem komt de nadruk voor de aanleg van windmolenparken de komende jaren vooral op de Noordzee te liggen. De gebruikelijke overslagplaatsen zitten vol. “Onze locaties zitten ook redelijk vol, maar we hebben hier in Amsterdam tenminste nog ruimte. Al moet je snel zijn, want dit jaar zitten we goed met onze vullingsgraad”, vertelt Willem niet zonder trots. Het bedrijf heeft de expertise en ervaring in huis om direct te handelen. “We hebben een groep flexibele en enthousiaste mensen, die super getraind zijn. En vergeet niet dat we aan 14 meter diep water liggen, met prima verbindingen naar het binnenland, maar lading kan ook weer naar zee als dat moet.” En het kan over de weg, “We hebben bladen liggen voor de Noordoostpolder. Die zijn 85 meter lang”, vertelt Willem. “Daar doe je een trekker voor en een dolly achter, en dan kunnen ze hier zo het terrein af, via de A5 naar de polder.” Op het terrein van TMA worden alle onderdelen van een windmolen verzameld, torendelen, nacellen en bladen. Die komen in grote aantallen per zeeschip binnen. Vervolgens worden alle onderdelen voor één turbine op een ponton geplaatst die vervolgens naar de bouwlocaties wordt gevaren. Ter plekke wordt in één dag de molen in elkaar gezet. Michael: “Wij zijn de logistieke hub die het bouwen mogelijk maakt.” En die hub zijn ze ook voor de kabelindustrie. “Al die windmolens op zee of in het IJsselmeer hebben ook een kabel nodig, anders heeft het weinig zin”, zegt Willem. TMA werkt samen met WIND uit Alkmaar, marktleider op dat gebied. “Zij gebruiken onze locaties voor de opslag. En die kabels worden aan onze kades op kabellegers gespoeld.” Zon Een nieuwe ontwikkeling zijn zonnepanelen op zee. “SolarDuck gaat, als pilot, zes eilanden op de Noordzee bouwen, tussen de windmolens, met Havenlocaties 2023 - 49 Rens Rohde en Willem Mantel zonnepanelen. Als dat werkt dan komen andere windmolenparken vol te liggen met zonnepanelen.” TMA is dus een logistiek dienstverlener in de breedste zin van het woord, met een omzet van 175 miljoen en 250 werknemers. De veelzijdigheid komt ook tot uiting door de multi-purposeterminals in Velsen-Noord, Beverwijk, Harlingen, IJmuiden, Kampen en Antwerpen. TMA biedt oplossingen voor land-, zee- en luchtvervoer, stuwadoors, goederenoverslag, projectlading, opslag, douaneafhandeling en value added services. Rens vertelt: “Wij vinden het leuk om te luisteren naar de klant, die heeft een logistiek vraagstuk en wij lossen het op.” TMA is dus niet samen te vatten in één zin, of het moet zijn: aan veelzijdigheid geen gebrek bij een bedrijf waar ‘ja, dat kan’, altijd het uitgangspunt is. << www.tmalogistics.nl

Topcorridors: the best is yet to come! Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat besteedt sinds 2015 aandacht aan de goederenvervoercorridors in ons land onder de noemer ‘Topcorridors’, of officieel: het Programma Goederenvervoercorridors. Dit in samenwerking met onder meer een aantal bovengemiddelde logistieke knooppunten, de regio’s rond de corridors, havenbedrijven en het bedrijfsleven. Daarbij ging het aanvankelijk om de corridors Oost en Zuidoost en later werd daar de corridor Zuid aan toegevoegd (zie figuur 1). Bart Kuipers* en corridor is brede bundel infrastructuren met de daarbij behorende logistieke knooppunten. Deze goederenvervoercorridors vragen afzonderlijke aandacht vanwege de bijdrage die ze leveren aan het nationaal product van ons land. In dit artikel wordt ingegaan op wat deze corridoraanpak nu precies behelst. E Voortgaande groei De verwachting in het Programma Goederenvervoercorridors is dat de goederenstromen die via mainport Rotterdam over de corridors van en naar het achterland lopen verder zullen groeien. Het gaat er vooral om hoe deze groei te faciliteren. In de Topcorridors zijn de sleutelbegrippen die daarbij worden ingezet: een zo sterk mogelijke inzet op multimodale bereikbaarheid via binnenvaart en spoor en een sterke verduurzaming van het transport op de corridors. De ruimtelijke vraag naar terminals, bedrijventerreinen en distributiecentra heeft een sterke relatie met deze groeiende goederenstromen en zal daarmee ook verder groeien. Om de concurrentiepositie van ons land in de toekomst te kunnen behouden en om een zo groot mogelijke maatschappelijke meerwaarde te realiseren van investeringen in infrastructuur, Figuur 1: Goederenvervoercorridors Oost, Zuidoost en Zuid (Bron: www.topcorridors.com) ruimtelijke ontwikkeling, verduurzaming en innovatie wordt in de Topcorridors gekozen voor een samenhangende corridoraanpak. “Centraal staan de duurzame economische ambities van corridorpartijen waarbij de infrastructuur ondersteunend is om deze ambities mogelijk te maken.” Deze samenhangende corridoraanpak wordt gerealiseerd door nauwe samenwerking tussen overheid en bedrijfsleven op de corridor. Gezamenlijke aanpak rond knooppunten van bovengemiddeld belang De versterking en verduurzaming van de corridors moet bijdragen aan de economische vitaliteit van 50 - Havenlocaties 2023

de voor de corridor relevante regio’s. Dit wordt uitgewerkt door knooppunten van bovengemiddeld belang die in deze regio’s zijn gevestigd in samenhang te ontwikkelen. De volgende knooppunten zijn vastgesteld op de corridors richting Oost en Zuidoost: Rotterdam, Moerdijk, Tilburg, Tiel, Nijmegen/Arnhem, Venlo en Sittard-Geleen/ Stein. Knooppunten die regelmatig in deze publicatie opduiken. Vijf pijlers geven focus aan het programma Topcorridors Voor het geven van focus aan het gezamenlijke programma in de Topcorridor zijn vijf pijlers geformuleerd door de gezamenlijke corridorpartijen. Naast de versterking van multimodale vervoer en verduurzaming van het goederenvervoer zijn er nog drie pijlers. Ten eerste: het garanderen van toekomstbestendige verbindingen op de corridor richting achterland – relevant gegeven bijvoorbeeld de problemen met laag water voor de binnenvaart of de uitdagingen op de weginfrastructuur wegens de grote onderhoudsopgave. Ten tweede: het vergroten van duurzame ruimtelijke ontwikkelingen van de strategische knooppunten op de corridor. Relevante onderwerpen: het gebrek aan ruimte en de maatschappelijke weerstand tegen verspreid voorkomende XXL-distributiecentra. En ten derde: efficiënte uitwisseling van data. Dit is cruciaal voor het aanbieden van logistieke oplossingen op corridorniveau – bijvoorbeeld in de aansluiting tussen knooppunten op de corridor en de diepzeecontainerterminals. Denk hierbij aan het recent operationeel zijnde platform Nextlogic om de containerafhandeling per binnenvaart in de Rotterdamse haven te faciliteren. Corridoraanpak: samenhangende aanpak op niveau van de Topcorridor De Toekomstagenda Corridorsamenwerking 2030 ziet de ruimtelijk-economische ontwikkeling van Terminal P&O Ferries Europoort: intermodale overslag van kraanbare trailers knooppunten als verantwoordelijkheid van provincies en gemeenten én van ontwikkelaars en beheerders van bedrijventerreinen. De corridoraanpak levert ten eerste een gezamenlijk beleid op om uitbreidingen en/of nieuwe vestigingen op knooppunten te faciliteren en te regisseren, met oog op het accommoderen van (inter)nationaal georiënteerde logistieke bedrijvigheid (distributie), maakindustrie en de agro-foodsector. De aanpak maakt het mogelijk slim gebruik te maken van de beperkte ruimte in knooppunten voor bedrijfsactiviteiten die aansluiten bij het specifieke profiel van knooppunten in sectoren waar het knooppunt onderscheidend in is – zoals value added logistics of maakindustrie –, én het geven van voorkeur aan bedrijven met intermodale aan- en afvoer. Daarnaast stuurt de corridoraanpak op complementariteit en de kracht van diversiteit, inclusief een ruimtelijk-economisch profiel per strategisch bovengemiddeld knooppunt, in nauwe samenhang met bestaande ruimtelijk-economische ontwikkelstrategieën, verstedelijkingsstrategieën en ontwikkelplannen voor bedrijventerreinen in de regio’s. CTT Terminal Pernis: multimodale containeroverslag: prioriteit Topcorridors Landschappelijke inpassing van grote distributiecentra, gericht op het verminderen van de druk op de kwaliteit van de leefomgeving is een belangrijk aangrijpingspunt in de corridoraanpak. Dit vraagt dat de vestiging van distributiecentra door actieve sturing wordt geclusterd op bestaande terreinen en vervolgens op knooppunten langs (inter)nationale corridors. Het resultaat van de corridoraanpak is het maken van samenwerkingsafspraken tussen regio’s/ knooppunten op de corridor, uitgaande van het corridorbelang maar met oog voor complementariteit tussen knooppunten. Succesvolle voorbeelden van corridorsamenwerking zijn zichtbaar in de samenwerking tussen containerterminals – zoals de elders in deze uitgave besproken West-Brabant Corridor, gericht op vergroten van de efficiëntie van de binnenvaartcontainerafhandeling in de Rotterdamse haven. Daarnaast wordt hard gewerkt aan onder meer digitale samenwerking, modal shift, ketensamenwerking, de uitrol van duurzame energiedragers als waterstof, aanvullend beleid voor het wegvervoer en buisleidinginfrastructuur. Alhoewel het programma al een klein decennium loopt zullen de resultaten van bovengenoemde thema’s de prestaties van de corridor Oost en Zuidoost in het komende decennium diepgaand verbeteren en verduurzamen. In de komende jaren kan de oogst van de investeringen uit de afgelopen jaren worden binnengehaald. The best is yet to come! << * Dit artikel is op persoonlijke titel geschreven. De auteur is lid van de Wetenschappelijke Adviesraad Topcorridors en schreef het Knooppuntplan Rotterdam, waar uit geput is voor deze bijdrage. Hij is werkzaam bij Erasmus UPT. De tekst is grotendeels ontleend aan de Toekomstagenda Corridorontwikkeling 2030 (https://www.topcorridors.com/ programma+goederenvervoercorridors/ toekomstagenda/default.aspx) Havenlocaties 2023 - 51

Port of Zwolle koerst naar duurzame toekomst Vliegwiel voor circulaire economie, energietransitie en groene bedrijvigheid in de regio Port of Zwolle ontwikkelt zich de komende jaren tot logistieke hub voor circulaire bedrijvigheid. De havens in Meppel, Kampen en Zwolle gaan een cruciale rol spelen in de energietransitie en de transitie naar een circulaire economie. De eerste stap is het vrijspelen van ruimte. De volgende is met diverse (Europese) projecten de groene economie in de regio te faciliteren en aan te jagen. H et onderzoeksrapport van de Stec groep naar Port of Zwolle is er duidelijk over: de gezamenlijke havens van Meppel, Kampen en Zwolle bieden volop kansen als vliegwiel voor de circulaire regio. Welke kansen zijn er? En hoe krijgen de ambities vorm? Modal shift meest effectief Op de eerste plaats blijft een modal shift de snelste weg naar vergroening van de transportketen en dat vraagt om investeringen in de regionale havens, zo betoogt Port of Zwolle. “We moeten het vervoer concentreren op het water, zodat we meer kunnen ondernemen met minder uitstoot”, zegt Jeroen van den Ende, directeur Port of Zwolle. “De CO2- en stikstofopgaven zijn ingewikkeld om op te lossen. Vervoer over water is altijd schoner dan over de weg, al doe je dat met een dieselschip. Eén vrachtschip vervangt honderd vrachtwagens. De verbreding van de Kornwerderzandsluis is daarvoor een belangrijke ontwikkeling. Die maakt Port of Zwolle bereikbaar voor shortsea-schepen, waardoor we er een hele modaliteit tussenuit knippen.” “Daarnaast zien we in de regio drie kansrijke transitiepaden”, vervolgt Van den Ende, “te weten, circulaire en biobased bouw, vergroening van de landbouw en duurzame energie. Als haven vervullen we daarin een vliegwielfunctie door de goederenstromen circulair te maken.” Intensivering De mogelijkheden van de haven om bij te dragen aan de circulaire ambities zijn legio. Maar die vragen wel om ruimte. “En de beschikbare ruimte is hier schaars. Daarom brengen we nu met een intensiveringsonderzoek in kaart welke ruimte er nog is, en hoe we die met infrastructurele aanpassingen effectief kunnen benutten.” Ruimte die hard nodig is voor de drie deelambities van de regio: de haven van Meppel als circulaire bouwstoffenhub, de haven van Kampen als batterij voor de regio en het Zwolse bedrijventerrein als proeftuin voor klimaatadaptatie. 52 - Havenlocaties 2023

Europese projecten Port of Zwolle werkt in Europees verband samen met tal van andere (zee)havens en bedrijven in: DUAL Ports, gericht op verduurzaming binnenvaart NONSTOP, stimuleert digitalisering havengebieden RED II, verhoogt het verbruik van hernieuwbare energiebronnen zonne-energie waterstof opwekken, waardoor de haven niet alleen meer energie zal opleveren dan hij verbruikt, we zelf schepen op waterstof kunnen laten varen, maar ook het achterland van energie kunnen voorzien. Daarnaast ontwikkelen we een Living Lab waterstof op Hessenpoort als proeftuin voor klimaatadaptatie. Met de hogescholen en Universiteit Twente hebben we daar alle kennis en technologie voor in huis. Want we kunnen dit uiteraard niet alleen. We doen dit samen met de kennisinstituten, de innovatieve startups en gevestigde bedrijven.” Circulaire bouwstoffenhub Van den Ende: “In plaats van bouwafval, bijvoorbeeld hout, linea recta per vrachtwagen naar de verbrandingsoven te rijden, is het slimmer om dat te sorteren, voor te bewerken en te hergebruiken. Dat gaan we in Meppel doen. Het bouwafval komt er duurzaam via het water aan, om voor hergebruik te verwerken en terug te leveren aan de consument.” Kans op spoorterminal Een alternatief voor het wegvervoer wordt zo langzamerhand van duurzaam gewenst een economische noodzaak. “Zo langzamerhand is er een groot tekort aan chauffeurs. En de huidige roerige ontwikkelingen in de wereld vergroten de problematiek helaas alleen maar. Vandaar ook dat we samen met een aantal bedrijven, de Coalition of the Willing genoemd, de mogelijkheden voor een spoorterminal bij Hessenpoort onderzoeken. De behoefte van bedrijven is groot, want zij investeren mee in dit onderzoek, wat redelijk uniek is. We werken het nu verder uit, want er blijkt voldoende lading om treinen rendabel in te zetten.” Kampen batterij voor de regio De haven van Kampen staat op de nominatie om de regio van alternatieve energie te voorzien. “In Kampen gaan we met wind- en Havenlocaties 2023 - 53 Aanjagen van groene innovatie Port of Zwolle faciliteert de bedrijven om duurzaam te groeien en te investeren. Van den Ende: “Het is belangrijk dat we onze infrastructuur op orde houden voor de bedrijven en de werkgelegenheid in de regio. Dat is waar we ons hard voor maken. We achterhalen wat bedrijven nodig hebben, zien ontwikkelingen in de regio, weten wat de overheid hierin doet en organiseren dat partijen rond thema’s

Mijlpalen • • • tigde en nieuwe ‘bewoners’ in en om de havens. En zelfs voor heel Nederland. 2025: Zwolle klimaatadaptief 2030: Meppel afvalvrij 2035: Kampen energieneutraal elkaar vinden. Of dat nu duurzaamheid, de energietransitie of economische ontwikkeling betreft.” Zo is Port of Zwolle de verbindende schakel, aanjager, spin in het web, of hoe je het ook noemen wilt voor economie en bedrijvigheid in de regio. Continu op zoek naar samenwerkingspartners, co-financiering en Europese bijdragen voor gevesLobbyen voor duurzame economie Van den Ende: “Zo lobbyen we voor het verbreden en verdiepen van de sluis bij Korwerderzand. Als dat lukt, is dat niet alleen voor de regio, maar voor heel Nederland van belang. Want daarmee wordt Port of Zwolle de verst landinwaarts gelegen zeehaven. Dat vraagt een grote investering, ook van de bedrijven. Wij voeren nu de lobby in Den Haag en in Europa. Dat doen we ook voor de grote projecten rond circulaire bedrijvigheid en de andere innovaSamenwerkingsverbanden NONSTOP OVERHEDEN Zwolle, Meppel, Kampen ONDERNEMERS DUAL PORTS 4 ICOONPROJECTEN RIJKSOVERHEID NOORDELIJK INNOVATIELAB CIRCULAIRE ECONOMIE (NICE) ‘GREEN DEAL’ Port of Zwolle, spin in het web ties. Vanavond vertrek ik bijvoorbeeld weer naar Hamburg, waar we samenwerken in drie Europese projecten, waaronder RED II dat gaat over het gebruik van alternatieve brandstoffen. Die inzet voor onze havens blijft belangrijk. Want een haven is als een kachel die nooit uitgaat, zoals de CEO van Port of Rotterdam ooit zei. In economische voorspoed loeit hij witheet. In mindere tijden, koelt hij wel af, maar hij gaat nooit uit. Mensen blijven altijd eten.” << www.portofzwolle.nl 54 - Havenlocaties 2023

Binnenvaart en Binnenhavens zetten samen koers naar data delen De brancheorganisaties Koninklijke Binnenvaart Nederland (KBN) en de Nederlandse Vereniging van Binnenhavens (NVB) pakken de regie op eigen data en lanceren een gezamenlijk actieprogramma om in de toekomst op een bewuste, gebruiksvriendelijke en veilige manier data te delen tussen binnenvaart en binnenhavens. D e NVB werkt al sinds 2020 aan het programma “Digitalisering Binnenhavens” wat onderdeel is van hun Strategische Agenda. KBN is al geruime tijd betrokken bij verschillende digitalisering activiteiten, maar heeft sinds kort een toekomstperspectief gepresenteerd over de digitalisering voor de binnenvaart. De verenigingen vinden elkaar op de digitalisering van zee- en binnenhavenprocessen waarbij raakvlakken zijn gevonden op de knooppunten waar binnenvaart en binnenhavens data delen. Samenwerken is hierbij van zeer groot belang. Er wordt nu gebruikt gemaakt van allerlei verschillende toepassingen en systemen die niet bijdragen aan een optimale reis voor de binnenvaartondernemer en integraal havenmanagement bij de binnenhavens. De verenigingen hebben daarom de handen in één geslagen en een gezamenlijk actieprogramma ontwikkeld met als doel om binnenhavens en binnenvaart actief te betrekken bij digitalisering, samen te werken aan digitalisering en het onderling delen van data te stimuleren. Kortom: regie op eigen data. Er wordt ingezet op vier verschillende thema’s, namelijk inning havengelden, wacht- en ligplaatsmanagement, assetmanagement en veiligheid, toezicht en handhaving. De eerste prioriteit komt te liggen op de inning van havengelden en wacht- en ligplaatsmanagement. De NVB heeft de eerste stappen al gezet op deze thema’s en nu gaat de verbinding gezocht worden met de binnenvaart. Er moet bewustwording worden gecreëerd bij leden en stakeholders, samenwerkingen worden aangegaan, kennis moet worden vergroot en gedeeld en er moet gezocht worden naar mogelijke financiering bij programma’s van de overheid. KBN en NVB zijn erg verheugd om samen aan de slag te gaan en regie te nemen op de data van de binnenvaart en binnenhavens. << KBN: “De samenwerking met de Nederlandse Vereniging van Binnenhavens is niet meer dan een logische stap voor KBN. Wij streven naar een geharmoniseerde en gestandaardiseerde omgeving voor data-uitwisseling tussen binnenvaart en binnenhavens.” NVB: “Gezamenlijke inzet op digitalisering leidt tot efficiencyverbeteringen en dus tot versterking van de positie van zowel de binnenhavens als de binnenvaartsector.” Havenlocaties 2023 - 55

Rotterdammer zet Port of Twente verder op de kaart Midden tussen de kolossale warehouses van bijvoorbeeld Heylen, Timberland en Kees Smit Tuinmeubelen op het XL Businesspark Twente – vlakbij Almelo aan de A35 – staat een haast schattig te noemen huisje. Hier zetelt Frank van Zomeren. Sinds begin 2022 is de van oorsprong Rotterdammer manager van het havenbedrijf Port of Twente, als opvolger van Gerry Waanders. “H et klinkt heel wat, maar eigenlijk is mijn organisatie maar heel klein.” Is de Rotterdammer na zoveel jaren wonen in Twente – hij werkt al langer in de regio, onder meer voor accountantskantoor Ernst & Young – inmiddels begiftigd met de mentaliteit van de streek? “Een tukker met haast gaat zitten. Niet meteen gaan rennen, maar eerst inschatten hoe je zaken het slimste kunt aanpakken en wie je daarvoor nodig hebt. Ik werk samen met drie havenmeesters, ik heb een boekhouder en een secretaresse. Samen bestieren wij de taken die bij het havenbedrijf om de hoek komen kijken.” Dat havenbedrijf heeft weliswaar de toevoeging Port of Twente, maar het strekt zich uit buiten de grenzen van het Twentse land. “Er vallen vijf gemeenten onder: Almelo, Enschede en Hengelo, Hof van Twente en Lochem. En die laatste gemeente is Gelders en dus per definitie niet Twents.” Werkgelegenheidsproject Hij neemt zijn gehoor even mee in het verleden van de Twentse havens. Die liggen aan het Twentekanaal. “Een werkloosheidsproject uit de jaren ’30 van de vorige eeuw.” Maar al snel zit de energieke vijftiger alweer richting onze huidige jaartelling te praten. Tien jaar geleden werd de organisatie Port of Twente namelijk opgericht, mede als gevolg van de sluisstremming bij Eefde. Bij die sluis viel in de nacht van 2 op 3 januari 2012 de hefdeur naar beneden. Met als gevolg een totale stremming van het Twentekanaal. Er was destijds toch al het plan opgevat door een aantal voortvarende ondernemers uit de regio om de samenwerking te zoeken, maar dit zorgde voor Frank van Zomeren een vliegwieleffect. Zover, dat we nu inmiddels kunnen spreken van een florerend havenbedrijf. Dat zorgde er mede voor dat Rijkswaterstaat de afgelopen jaren het Twentekanaal – ook wel Twentekanalen genoemd, omdat er naast het oorspronkelijke kanaal richting Hengelo en Enschede een zijtak naar Almelo ligt – verbreedde en verdiepte. Daarnaast werd er bij Eefde een tweede sluiskolk aangelegd. “Dat project ronden ze als het goed is deze zomer af”, weet Van Zomeren. “Het is met name bedoeld om zwaarder vrachtvervoer over het water mogelijk te maken richting Twente.” Samenwerking publiek en privaat De Manager Havenbedrijf komt dan weliswaar uit Rotterdam, hij heeft verder geen ‘nautisch’ verleden. “Al stroomt van oudsher het Maaswater natuurlijk wel door mijn aderen. Gekheid: ik werkte voorheen bij Ernst & Young als verandermanager. Daarbij keek ik altijd hoe je de ambities van overheidsinstellingen in evenwicht brengt met het beschikbare geld. Hoe maak je aannemelijk richting je stakeholders – burgers én bedrijven – dat je de gestelde doelen daadwerkelijk gaat realiseren? Daarbij was ik altijd betrokken bij de samenwerking tussen verschillende publieke en private partijen.” Juist aan die ervaring, waarbij hij met mensen van hoog tot laag samenwerkte, heeft hij zijn huidige baan te danken. Van Zomeren is een netwerker pur sang, die zijn achternaam eer aan doet qua stemming en humeur. Hij zit dan ook vol plannen voor de toekomst. Hij wijst op een kaart van Europa: “We zitten hier op de noordoost-corridor, van Amsterdam, Antwerpen en Rotterdam aan de ene kant naar Hamburg, Berlijn, de Baltische staten anderzijds. De doorvoer daarnaartoe loopt steeds meer via onze route.” 56 - Havenlocaties 2023

De Twentse havens zijn multimodaal, waarbij zowel Almelo, Enschede als Hengelo over een binnenhaven beschikken. Die van Hengelo is zelfs de grootste binnenhaven van Nederland. “Nobian, het vroegere Akzo, zit in Hengelo. Dat bedrijf levert heel veel zout aan het Ruhrgebied. Dat doen ze vanuit de haven in Hengelo met schepen. Boekelo, hier vlakbij, is de bakermat van de zoutwinning. Maar er wordt ook veel metaal en hout vervoerd, en natuurlijk producten voor de grote warehouses op het XL Businesspark.” “We hebben voor het Twentekanaal water nodig vanuit de IJssel. In augustus vorig jaar stond het water kritiek laag. Dan ga ik met onze stakeholders, de wethouders, burgers en bedrijven, kijken hoe we het Twentekanaal in de toekomst bevaarbaar kunnen houden. Dan overleggen we ook met gemeenten langs de IJssel, zoals Zutphen en Deventer. Maar ook zorgen we ervoor dat minister Harbers aangesloten is. Alles om onze positie te benadrukken. We moeten ons bestaansrecht economisch laten zien, Twentenaren houden niet van blabla, maar van reële verhalen.” Parkeergaragemodel “We willen dat alle schippers die over het Twentekanaal varen dezelfde voorzieningen aangeboden krijgen, inclusief walstroomkasten met het liefst natuurlijk groene stroom. Daar zijn we nu druk mee bezig. Doordat je samenwerkt kun je daar ook echt een vuist in maken. Mijn ambitie is om het zo te maken dat een schipper overal op het Twentekanaal met dezelfde eenvoudige administratie te maken heeft en dezelfde uniforme voorzieningen. De gemeenten voor wie ik werk nemen natuurlijk het besluit hierover, maar het liefst zou ik het zo doen dat een schipper bij het binnenvaren bij Sluis Eefde zich opgeeft, dat hij zegt wat hij komt doen en waar hij naartoe gaat en dat hij via Eefde weer terugvaart. En dan automatisch een factuur krijgt. Net zoals in een parkeergarage. Een gezamenlijk administratief systeem voor het hele havengebied inrichten, dat zou ideaal zijn.” “Gemeenten moeten ook het belang van onze organisatie naar hun burgers kunnen verantwoorden. Er moet dus een goed businessmodel achter de samenwerking zitten. Stakeholders moeten weten waartoe wij op aarde zijn, als organisatie. Natuurlijk wil ik dan ook een toename van havenverbonden bedrijven, ondernemingen die de haven kunnen gebruiken bij hun werk.” Duurzaamheid Ook vergroening speelt een rol, zoals hij al aangaf met de ambitie voor groene walstroom. Smakelijk lachend: “Hoewel ik zelf een soort oliemannetje probeer te zijn, moeten we een slag maken met duurzame scheepvaart en duurzaam transport. Dat wil ik zeker stimuleren. Een toenemend positief effect op milieu, leefbaarheid en veiligheid en een verbetering van de dienstverlening richting alle bedrijven die met de scheepvaart te maken krijgen. Van schippers tot bedrijven die schepen inhuren voor hun transport.” << www.portoftwente.com Havenlocaties 2023 - 57

Deze services gaan van douane-werkzaamheden tot gasmeten en van wegen van containers (VGM) tot reparatie. Containers die geladen of gelost moeten worden in de omgeving van Born kunnen worden vervoerd door de trucks van Barge Terminal Born die ook het Belgische en Duitse achterland bedienen. Door de deskundige medewerkers, die vaak al lang bij Barge Terminal Born werken, weten bedrijven dat hun lading in goede handen is. Specifieke wensen van bedrijven zijn bekend bij de medewerkers, en de barge planning houdt de bedrijven nauwkeurig op de hoogte van de positie van de verschillende containers. BELANGRIJKE SCHAKEL Dankzij de centrale ligging en de ruim opgezette terminal is Barge Terminal Born een belangrijke schakel in de logistiek van de Euregio (Belgisch en Nederlands Limburg en delen van Nord Rhein Westfalen). Naast de overslag van containers en binnenvaartverbindingen naar Rotterdam en Antwerpen biedt Barge Terminal Born nog veel andere services aan waardoor bedrijven ontzorgd worden. De distributiecentra in de nabijheid kunnen, door gebruik te maken van de terminal, een efficiënte supply-chain oplossing nastreven. Met name door gebruik te maken van moderne IT mogelijkheden of automatische systeemkoppelingen (API) die de terminal kan voorzien. Rederijen die gebruik maken van Barge Terminal Born hebben al ondervonden dat containers die leeg komen, na lossing uit de import weer kunnen worden hergebruikt voor export lading. De mogelijkheden voor cleaning, kleine en grote reparaties op de terminal maakt het gebruik van Barge Terminal Born nog aantrekkelijker voor de rederijen. VERGROTING CAPACITEIT LIMBURG EXPRESS European Gateway Services (EGS), Barge Terminal Born en de Danser Group bundelen al enige tijd met succes hun krachten in een Transport Corridor tussen Limburg en Rotterdam, de Limburg Express. De Limburg Express bestaat uit 2 diensten: • De Limburg Express vaart van Born via Hutchison Ports Venlo naar de ECT Terminal in Rotterdam en weer retour richting Limburg. • De Limburg Express 2.0. Deze dienst verbindt Barge Terminal Born en Hutchison Ports Venlo met afwisselend de RWG terminal en de Euromax Terminal, beide in Rotterdam. Begin 2023 is de capaciteit van de Limburg Express vergroot door het inzetten van een nieuw (groter) binnenvaartschip (La Terna) De Limburg Express is uniek vanwege de samenwerking tussen twee inland terminals in Limburg, die voorheen de ECT Terminal, de RWG Terminal en de Euromax Terminal in Rotterdam met eigen schepen bedienden. De samenwerking leidt tot verschillende efficiency-verbeteringen. In Rotterdam kan er, dankzij de bundeling, gebruik worden gemaakt van fixed windows bij de verschillende terminals. Hierdoor worden de Limburg Express en de Limburg Express 2.0 volgens een vaste planning, en dus betrouwbaar, afgehandeld. Diedrik Ezendam Executive Commercial Manager Mobiel +31 6 20 84 95 54 Kantoor +31 88 944 02 43 E-mail djezendam@waalhaven-group.nl Website www.bargeterminalborn.nl

Jan Overdevest is verkozen tot Havenman van het Jaar 2022 De CEO van de Waalhaven Group heeft de onderscheiding onder meer te danken aan zijn uitbreidingsplannen op de Maasvlakte. De Waalhaven Group is al meer dan een halve eeuw actief in de Rotterdamse haven. In 1972 werd Contrans opgericht voor het repareren en onderhouden van de containers van deze leasemaatschappij. Vanaf 1985 werd het een familiebedrijf toen Fred Verstoep de activiteiten overnam en de naam wijzigde in Waalhaven Terminal. De Waalhaven Groep is gespecialiseerd in de logistieke dienstverlening voor volle en lege containers. De groep heeft vier eigen terminals in de regio Rotterdam en één in het Limburgse Born. Met de binnenvaart biedt het bedrijf verbindingen aan tussen Rotterdam, Antwerpen en het achterland. Aanleiding voor de onderscheiding is de aankondiging van een nieuw depot voor de behandeling van lege containers op de Maasvlakte. Ook heeft de Waalhaven Group plannen voor de ontwikkeling van een containerterminal op de Maasvlakte, in samenwerking met Hans Vervat (Havenman 2001). Volgens de stichting Havenman/vrouw van het Jaar passen die uitbreidingsplannen in de ambitieuze, maar behoedzame groeistrategie, waarmee het familiebedrijf is uitgegroeid tot een stabiele speler in de Rotterdamse haven. De benoeming is ook te danken aan de inzet voor de havengemeenschap. Jan is ambassadeur van het Deltalinqs Climate Program, waarbinnen hij zich inzet voor een uitstootvrije overslag in de haven. De Waalhaven Group is vergevorderd in de elektrificatie van zijn terminals. Havenlocaties 2023 - 59 <<

Nieuwe en verfrissende aanpak helpt Blueports vooruit Bij de laatste aanvraag voor EU / CEF subsidie heeft de Provincie Limburg / Blueports als penvoerder met succes extra ingezet op duurzaam / Circulair bouwen met een nieuwe, strategische aanpak. De Sustainable Development Goals van de VN vormen daarin de basis. Remko de Leeuw van Arcadis: “Door het met de SDGmethodiek aan te vliegen, snapt iedereen het.” “D e vraag die Blueports ons stelde was om aan de voorkant mee te denken over het verbeteren van de duurzaamheids- en circulaire paragraaf van de aangesloten havens, en zo naast uitbreiding van alle Limburgse havens vooral ook maximaal in te zetten op duurzame en circulaire uitbreidingen van de binnenhavens. Binnenhavens die een robuuste rol spelen in de transities rondom de circulaire economie. Blueports is het samenwerkingsverband van tien Nederlands Limburgse en zeven Vlaamse binnenhavens, de provincie Limburg, RWS en de bedrijven in de binnenhavens. Voor deze aanpak is een consortium opgericht waar diverse (met wisselende samenstellingen) specialistische bedrijven en kennisinstellingen samenwerken. De Leeuw is projectmanager van het samenwerkingsverband. Rhombus Binnenhavens staan voor grote opgaven op het gebied van – aan de ene kant - klimaatadaptie, energietransitie en circulaire economie en – aan de andere kant - het vergroten van hun capaciteit en bereikbaarheid. Financiële steun van de overheid of uit Europa kan dan helpen om gewenste ontwikkelingen te versnellen en te realiseren. Vanuit het Programma Goederen Corridors, (topcorridors.com) is 5 jaar geleden onder de naam van Rhombus gestart met een gezamenlijk, grensoverschrijdende Global Plan voor de inzet op de subsidies binnen de Green Deal. Binnen de ruit Rotterdam - Duisburg - Parijs en Antwerpen met daarin de Maas, Albert kanaal en het nieuwe Canal Du Nord, de verbinding tussen de Schelde en de Seine. Anders kijken Het consortium stelde een aanpak voor op basis van de zeventien Sustainable Development Goals van de VN (zie kader). “De SDG’s helpen je om op een andere manier naar je omgeving en grondstoffen te kijken en het maakt daarmee de impact van je keuzes inzichtelijk. In het kader van de grondstoffen- en energietransitie is dat heel belangrijk.” De Leeuw schetst een voorbeeld: “Als je in Brussel een financiële bijdrage vraagt voor het verduurzamen van een kademuur, dan krijg je de vraag retour ‘hoe ga je dat doen’. En dan is het antwoord eigenlijk: ‘volgens de Nederlandse aanpak’. Dat is naar onze mening niet de meest transparante en effectieve manier. Door het met de SDG-methodiek aan te vliegen, sluiten we aan op de wereldwijde VN-doelen om de wereld een betere plek te maken. Je kunt dan bijvoorbeeld inzichtelijk maken dat je door te kiezen en plaatsen van een bepaalde duurzame damwand bijdraagt aan een betere waterkwaliteit en aan de energietransitie, aan het mogelijk maken van de modal shift en dus een lagere CO2-uitstoot en aan meer biodiversiteit.” 60 - Havenlocaties 2023

Enthousiast Inmiddels bezocht het consortium een aantal bedrijven in de havens van Roermond, Stein en Maastricht. De bedrijven werd gevraagd of ze de SDG’s kenden en of ze mee wilden doen aan een onderzoek om de voor hen relevante SDG’s in kaart te brengen. “We bezochten een bedrijf dat in eerste instantie fel tegen was en zijn gegevens op bedrijfsniveau niet wilde delen vanwege de vertrouwelijkheid ervan. Toen we inzichtelijk maakten hoe het samenbrengen van alle gegevens uitpakte op havenniveau, en wat je er vervolgens mee kunt doen, werd het ineens enthousiast en kwam het zelfs met extra tips.” SDG Model Intrinsieke motivatie “Dit kwalitatieve onderzoek was nodig om de duurzame en circulaire doelen als nulmeting op bedrijfsniveau en de intrinsieke motivatie vanuit de bedrijven te weten te komen. Dat hebben we geaggregeerd naar havenniveau en vertaald naar een set van vier à vijf dominante SDGdoelstellingen die voor die specifieke haven belangrijk zijn. Vervolgens hebben wij die doelstellingen vertaald naar concrete toepassingen, zoals een duurzame havenkade. Kies je bijvoorbeeld voor een damwand van staal of een duurzamere variant, bijvoorbeeld gemaakt van biobased materiaal. Of denk aan het delen van een kraan op de kademuur om de modal shift van weg naar water te bevorderen en daarmee de CO2-uitstoot voor de omgeving te verlagen.” Andere onderwerpen zijn onder meer het toepassen van walstroom, realiseren van drinkwatervoorzieningen of inzetten van afvalscheidingsunits en integratie met de lokale circulaire economy. “De volgende stap is om de intrinsieke motivatie vanuit de havens te kwantificeren naar meetbare doelen en de vigerende wet- en regelgeving zodat ze onder andere gekoppeld kunnen worden aan de doelstellingen binnen TEN-T, omgevingsplannen en gebiedsvisies.” Meer in verbinding “Het draait erom dat je als haven meer in verbinding staat met je omgeving. Havens staan nog te vaak met hun rug naar de stad. Door 17 doelen voor een betere wereld De Sustainable Development Goals (SDG’s) zijn zeventien doelen om van de wereld een betere plek te maken in 2030. Ze zijn een mondiaal kompas voor uitdagingen als armoede, onderwijs en de klimaatcrisis. SDG Nederland is het netwerk van iedereen in ons land die aan de doelen wil bijdragen. De 17 doelen zijn: • Geen armoede • Geen honger • Goede gezondheid en welzijn • Kwaliteitsonderwijs • Gendergelijkheid • Schoon water en sanitair • Betaalbare en duurzame energie • Eerlijk werk en economische groei • Industrie, innovatie en infrastructuur • Ongelijkheid verminderen • Duurzame steden en gemeenschappen • Verantwoorde consumptie en productie • Klimaatactie • Leven in het water • Leven op het land • Vrede, justitie en sterke publieke diensten • Partnerschap om doelstellingen te bereiken Meer informatie op: sdgnederland.nl nieuwe ontwikkelingen te benaderen vanuit de SDG’s wordt het makkelijker de koppeling te maken tussen haven en stad. Het is ook een manier om je doelstellingen meetbaar te maken. Als het doel is meer biodiversiteit, wat betekent dat dan? Meer bijen? Meer bloemen? Met de SDG’s heb je een uniforme manier van vergelijken die iedereen begrijpt.” Decision support model In een volgende fase wil het consortium een decision support model ontwikkelen dat een college van B&W kan gebruiken bij het nemen van beslissingen. “Een digitale kopie van de haven met real time data die bijvoorbeeld laat zien of bepaalde doelen wel of niet zijn gehaald. Denk aan het verminderen van de CO2-uitstoot, of het ‘van de weg halen’ van containers, of het vergroten van de biodiversiteit. Zodat je ook de ‘waarom niet’ vraag kunt stellen.” Maatgevend De nieuwe werkwijze helpt de havens van Blueports vooruit in het bereiken van hun doelstellingen, ook in verbinding met hun omgeving, denkt De Leeuw. “Ze zijn ook maatgevend; omgeving en gemeente kunnen erop aansluiten, maar ook andere havens. Bijvoorbeeld in de afstemming van waterstof en batterijwisselpunten.” Op termijn wil De Leeuw alle havens in de ruit Rotterdam – Nijmegen –Maastricht - Rotterdam op SDG-niveau in kaart hebben. “Dan kunnen we ze onderling vergelijken en beter inzetten op hun individuele kracht. Het zorgt voor toegevoegde waarde op hun doelstellingen ten aanzien van duurzaamheid en circulariteit.” Deze kwalitatieve nulmeting zal ook als basis en vertrekpunt dienen voor de Binnenhavensamenwerkingen op de corridor: van Limburg – Brabant - Gelderland – Zuid-Holland - Vlaanderen en Nordrhein - Westfalen. De subsidieaanvraag met SDG ondersteuning voor Maastricht, Roermond en Stein ging medio januari de deur uit en De Leeuw verwacht in de loop van juni 2023 een antwoord uit Brussel. De signalen die hij tot nu toe opving, zijn hoopgevend. “Men is enthousiast over onze aanpak. Het wordt gezien als nieuw en verfrissend, en het sluit aan op de circulaire en duurzaamheidsdoelstellingen op mondiaal niveau.” << Havenlocaties 2023 - 61

Wessem Port Services Group BV Dé logistieke architect in het achterland Met 4 eigen binnenhavens in Wessem, Stein, Maastricht en Lanaken (B), gelegen aan de Maas, het Julianakanaal en het Albertkanaal, is Wessem Port Services een belangrijke schakel in de toelevering van grondstoffen én de afvoer van droge bulk producten voor lokale en internationale verladers in Zuidoost Nederland en de Euregio. J aarlijkse investeringen op deze locaties versterken het uitgebreide aanbod van onze ingerichte terreinen, opslagfaciliteiten en een modern machinepark om de ca. 5 Mio ton grondstoffen op een efficiënte en vooral duurzame wijze logistiek af te handelen. Ruim 80% wordt getransporteerd via het water, uiteraard blijft ‘first or last mile’ belangrijk voor het wegvervoer. Een eigen Wegtransport afdeling met o.a. bulkkippers, walking-floors en huiftrailers worden hier intensief voor ingezet. Elke vestiging is gelegen aan diep vaarwater (Vb) waar schepen van 135 m lengte met ca. 3.000 ton grondstoffen gemakkelijk kunnen aanmeren. 62 - Havenlocaties 2023 Vele gerenommeerde zakenpartners maken gebruik van onze uitgebreide internationale netwerken van zeehavens, binnenhavens en vervoerders, om zo de gehele supply chain voor hen te regelen. Peter van Gemert, commercieel directeur, geeft aan dat het niet alleen om multimodaal transport gaat maar ook om de Value Added Logistics, zoals bijvoorbeeld het bewerken, verbulken, ompakken, breken, shredden, malen en zeven van diverse materialen. Dit wordt als maatwerk voor onze partners uitgevoerd. Vanuit onze vestiging in Lanaken wordt o.a. zand & grind geleverd aan de betonindustrie, keramische industrie en regionale aannemers. Droge bulkstromen kunnen via een aparte loskade worden overgeslagen en in nabijgelegen vlakloodsen worden opgeslagen. Momenteel wordt de kade verlengd met 150 meter en zal er een nieuwe vlakloods gerealiseerd worden. Daarnaast is er aan de overzijde van de huidige locatie een concessie verworven voor een nieuw watergebonden terrein van 2,5 Ha, welke de komende jaren wordt ingericht voor de afhandeling van nieuwe droge bulkstromen voor haar partners. Vanaf de locatie in Wessem wordt, in de regio Noord en Midden Limburg, de algemene induHavenlogistiek Droge bulk en Big Bag overslag Opslag in vlakloodsen Buitenopslag Silo opslag Break bulk overslag Vloeistofdichte vloeren Uitgebreide vergunningen

strie, de bouw en infra voorzien van zand, grind, meststoffen en groeve-producten. Begin 2024 zal er een nieuwe vlakloods, aan de reeds bestaande overdekte opslagmogelijkheden, worden toegevoegd. Uiteraard is er ook een groot terrein en kade voor buitenopslag aanwezig. Vanuit de Beatrixhaven in Maastricht (BRZO gecertificeerd) wordt de traditionele maak-industrie beleverd met grondstoffen voor productie van o.a. Glas, Keramiek, Papier en Zink. Naast onze overdekte opslagmogelijkheden vinden hier ook diverse bewerkingen van grondstoffen plaats, zoals breken, zeven en het verpakken in of verbulken van Big Bags. Sinds enkele jaren is hier een circulaire activiteit van bewerkingen van diverse kunststof reststromen gerealiseerd. Medio 2023 zal hier een nieuwe duurzame bewerking van kunststof folie aan worden toegevoegd. De hoofdlocatie in Stein is met haar 15 Ha terrein ingericht voor de overslag en bewerking van grotere goederenstromen voornamelijk afkomstig van de diverse chemiebedrijven op Chemelot. Uitzonderlijk is haar uitgebreide vergunning voor de op- en overslag van diverse reststromen die in de regio verder verwerkt worden. Hiervoor staat een 2,5 Ha groot vloeistofdicht terrein ter beschikking. Kortom, Wessem Port Services heeft alle instrumenten in handen om nieuwe en uitdagende logistieke goederenstromen, als maatwerk in te richten voor bestaande en nieuwe relaties. << Value Added Logistics Breken, zeven, coaten, mengen Verbulken naar silowagens Big Bags vullen/ompakken Verticale containerbelading Insourcing op klantlocatie Multi modaal transport Binnenvaart Wegtransport Short Sea zeevaart Containervervoer Railtransport Wessem Port Services Group BV T +31 46 474 7777 Info@wessem.com www.wesssem.com Havenlocaties 2023 - 63

Nieuw Reijerwaard: virtueel watergebonden agrologistiek terrein Bart Kuipers* Maritiem-logistieke innovaties Nieuw Reijerwaard is een nieuw agrologistiek bedrijventerrein gelegen tussen Barendrecht en Ridderkerk, in de oksel van knooppunt RidderkerkNoord. Raar om dit knooppunt in de publicatie Havenlocaties op te nemen? Nee. Het is een terrein dat zich ontwikkelt tot een ‘virtueel watergebonden agrologistiek terrein’. Virtueel door toepassing van twee maritiem-logistieke innovaties: de ontwikkeling van een ‘reeferhub’ en de ontwikkeling van de ‘bargelijndienst Dutch Fresh Port’. Deze twee vernieuwingen zijn geïntroduceerd door programma-manager Michiel Jak, voor het samenwerkingsprogramma ‘MoVe’ – samen met de Provincie Zuid-Holland en de Greenport WestHolland – en zijn volop in ontwikkeling. Ruimtegebrek MoVe wil de samenwerking tussen Greenport en Mainport versterken. En deze versterking is nodig om een oplossing te bieden aan één van de grootste problemen van zowel de Mainport als de Greenport: een groot gebrek aan ruimte. Twee jaar geleden was nog sprake van twee mogelijke locaties in de Rotterdamse regio om aan de vraag naar agrologistieke terreinen te voldoen: de Rotterdam Food Hub – zie elders in deze publicatie – en Nieuw Reijerwaard. Nieuw Reijerwaard is inmiddels nagenoeg vol. Onstuitbare groei in agrologistiek Er is sprake van een stormachtige ontwikkeling in de Rotterdamse haven waarbij koelcontainers – in het maritieme jargon ‘reefers’ genoemd – fruit uit met name Zuid- en Midden Amerika en Zuid-Afrika naar ons land brengen. Dit fruit wordt in warehouses in-, om- en verpakt en wordt gerijpt tot op het Groenenboom Container Transferium Ridderkerk: dedicated toelevering naar Nieuw Reijerwaard moment dat het bijna gereed is voor consumptie, om vervolgens over de weg naar supermarkt-DC’s verspreid over heel Noordwest-Europa te worden vervoerd. De avocado is het symbool van deze ontwikkeling: er is een onstuitbare vraag naar deze vrucht. De avocado was goed voor een jaarlijkse exportgroei vanuit Nederland van meer dan twintig procent in de afgelopen jaren. Met deze groei, groeide ook het aantal warehouses. Deze groei was er in belangrijke mate voor verantwoordelijk dat de agrologistieke terreinen in het Westland, het Oostland (het gebied tussen Gouda en Zoetermeer) en de Dutch Fresh Port nabij Barendrecht, waaronder Nieuw Reijerwaard, in no time vol raakten. Reeferhub en bargelijndienst De reeferhub en bargelijndienst moeten er voor zorgen dat de logistiek op Nieuw Reijerwaard op duurzame wijze plaats vindt. Een reeferhub is een beveiligde bufferlocatie met stroomaansluitingen die de inhoud van de reefers koel houden (reeferVestiging Bakker Barendrecht op Nieuw Reijerwaard: agrologistieke bevoorrading van Nederlandse supermarkten plugs) en die 24/7 open is. Daardoor is het mogelijk om de reefers ’s nachts vanaf de Maasvlakte te laten komen waardoor de A15 in de spits wordt vermeden en waarbij minder emissies worden gerealiseerd. Ook de binnenvaartlijndienst heeft deze voordelen voor bereikbaarheid en milieu. Er worden reefers vanaf de Maasvlakte getransporteerd naar het Groenenboom Container Transferium in Ridderkerk en vandaar uit naar Nieuw Reijerwaard. Idealiter met zero emission binnenvaartschepen en vrachtwagens. Het resultaat? Een virtueel, zero emissions watergebonden havenlocatie. << * Bart Kuipers is werkzaam bij Erasmus UPT. De tekst is in belangrijke mate gebaseerd op een onderzoek dat de auteur samen met Amsterdam Consultants heeft uitgevoerd naar ‘Versknooppunt Rotterdam en omstreken. Naar de ontwikkeling van een duurzaam achterlandproduct’. Nieuw Reijerwaard: de verstilde schoonheid van warehouses voor agrologistiek Havenlocaties 2023 - 65

Alblasserdam krijgt duurzaamste recyclebedrijf van Europa Unieke samenwerking Peute Recycling, BCTN Inland Terminal en Dudok Real Estate Groeien én verduurzamen. In Alblasserdam laat Peute Recycling zien dat het kan. Op het voormalige Nedstaalterrein realiseert Dudok Real Estate 32.000 m2 productiehal voor de recycling van papier en plastics. Perfect gelegen naast de BCTN Inland Terminal die de logistiek voor Peute van de weg naar het water brengt. Dat scheelt om te beginnen zo’n 300 vrachtwagens per dag. Maar daar blijft het niet bij. I n 1960 startte Peute met de recycling van papier en kunststoffen aan de Baanhoekweg in Dordrecht. De kleine lokale speler groeide in ruim 60 jaar uit tot één van de grootste onafhankelijke papier- en kunststofverwerkers ter wereld. Inmiddels verwerkt het bedrijf jaarlijks meer dan 1,2 miljoen ton aan secundaire grondstoffen. Daarnaast heeft Peute Group handelsondernemingen in Duitsland, Frankrijk, Spanje, Portugal, China en Indonesië. Duurzaam groeien Inmiddels werd de Dordtse locatie te klein voor de verdere groeiambities van het bedrijf. “Bovendien wordt het vervoer over de weg naar de Rotterdamse haven voor ons ook steeds problematischer”, zegt John van den Heuvel, managing director Peute Group. “Het is duidelijk dat we op een duurzamere manier moeten en willen opereren, en dan is Alblasserdam daar een unieke locatie voor.” Momenteel bevindt Peute zich in Dordrecht zo’n acht kilometer van de BCTN Terminal Alblasserdam vandaan. Het bedrijf maakt al wel wat gebruik van vervoer over water, maar het meeste gaat toch nog over de weg. Na de verhuizing ligt de terminal nog maar op een steenworp afstand. Dan wordt vervoer over water wel heel interessant en zal dat minstens 300 vrachtwagens per dag schelen. Tussen de nieuwe locatie van Peute op het voormalige Nedstaalterrein en de terminal van BCTN komt een interne baan, waarover straks de containers met elektrische trekkers vervoerd worden. “Ons streven is om 100% van het transport via de terminal te laten verlopen. Dat lukt niet vanaf de eerste dag, maar dat is wel waar we naartoe willen.” 66 - Havenlocaties 2023

v.l.n.r. Joop Mijland, John van den Heuvel en Michael Warmenhoven. BCTN investeert voor duurzaamheid De komst van Peute Recycling betekent een uitgelezen kans voor BCTN Inland Terminal Alblasserdam om verder te groeien. “We gaan met Peute van zo’n 5.000 naar 20.000 containers per jaar, en dat zo duurzaam mogelijk,” vertelt Joop Mijland, directeur BCTN Inland Terminals. “We investeerden in een extra kraan, zodat we er straks twee hebben, waarmee we de afhandeling van het aantal schepen aan de waterkant verdubbelen. De komende weken werken we de processen tussen Peute en ons verder uit. Een specialist gaat die naadloos op elkaar afstemmen. Kijk, we praten hier over meer dan 100 containers per dag heen en meer dan 100 per dag terug. Daarnaast gaan we aan de slag met een OCR (Optical Character Recognition) Gate, om de ingaande en uitgaande containers te kunnen lezen, koppelen en boeken, zodat het proces maximaal digitaal verloopt. Het interne vervoer over de inlandse baan gaat straks met elektrische shunters, waarvoor we in extra laadstations investeren. En we verwachten zeker een tiental mensen extra aan te nemen om, ondanks de hoge automatiseringsgraad, de procesHavenlocaties 2023 - 67

sen optimaal te laten verlopen. Kortom, een hele ontwikkeling in kleine stapjes die we twee jaar geleden al hebben ingezet en die we wekelijks met Peute afstemmen. Zodat we vanaf begin oktober dit jaar volle kracht kunnen aanpakken.” Ook Dudok steekt nek uit Terwijl BCTN zich inspant om de logistiek optimaal en zo duurzaam mogelijk in te richten, steekt ook ontwikkelaar Dudok Real Estate zijn nek uit om het gebouw te verduurzamen. “Als ontwikkelaar kijken wij natuurlijk ook naar de toekomst”, zegt Michael Warmenhoven, commercieel manager Dudok Real Estate. “Kijk, Peute moet er nog gaan beginnen, maar er komt ooit een end-of-life. We realiseren hier totaal 36.000 m2, waarvan 1.700 m2 hoofdkantoor, 32.000 m2 productiehal en de rest laad- en losruimte. Op het moment dat het project een second life krijgt, moet dat wel kunnen. Daar is in de ontwikkeling rekening mee gehouden. Ondanks dat Peute natuurlijk een heel specifiek proces kent, is die logistieke inslag duidelijk. Verder doen we er alles aan om het gebouw zo duurzaam mogelijk te ontwikkelen. Het pand is straks BREEAM gecertificeerd, we leggen 8.500 zonnepanelen op het dak, waarbij we de op te wekken stroom weer voor 100% terugleveren aan de huurder. Alles op alles voor een zo duurzaam mogelijk resultaat.” 68 - Havenlocaties 2023

Duurzaamste recyclebedrijf van Europa Opgeteld moeten al die voorzieningen leiden tot het duurzaamste recyclebedrijf van Europa. Dat is nogal een uitdaging. Van den Heuvel: “Ja, dat is het zeker. Ons hele verwerkingsproces hebben we al onder de loep genomen, daar valt niet veel meer aan te verbeteren. Maar dat kan nog wel in het voor- en natraject. Te beginnen met een zo energiezuinig mogelijk gebouw, met al die zonnepanelen. Dan werken we binnen alleen met elektrische voertuigen, kranen en heftrucks. En hoeven medewerkers straks niet meer over de werkvloer, want er komen toegangspaden langs het dak zodat ze veilig en schoon op hun werkplek kunnen komen. Daarnaast investeren we in nieuwe sorteerinstallaties en balenpersen die tot de zuinigste in hun soort behoren. Tel daar de verschuiving van weg- naar watertransport bij op en je hebt de duurzaamste recycler van Europa en misschien zelfs wel van de wereld te pakken. Daar zijn we trots op. Dankzij deze investering kunnen we op verantwoorde wijze weer 50 tot 60 procent groeien.” Direct doorpakken naar Terminal 2.0 Joop Mijland noemt de komst van Peute naar het voormalige Nedstaalterrein een mooie opsteker voor Inland Terminal Alblasserdam. “Voor ons is dit uiteraard een prachtige ontwikkeling, waarbij we op meerdere terminals 20.000+ klanten hebben. In Den Bosch hebben we Heineken met zoveel containers per jaar en hier hebben we straks Peute. Dat geeft ons ook de gelegenheid om door te pakken met verdere vergroening van onze scheepvaart tussen Alblasserdam en de terminals in Rotterdam. We hadden al een aantal schepen dat elektrisch is voorbereid. Sinds kort werken we met Zero Emission Sevices aan een uitgebreidere laadinfrastructuur, waarmee we zowel de batterijen van de shunters als van de schepen kunnen laden.” Vraag watervervoer stijgt “Bovendien sluit die modal shift perfect aan bij de wens van onze klanten”, vervolgt Van den Heuvel. “We doen veel Europese aanbestedingen voor gemeenten en groot winkelbedrijven. Gemeenten vragen ons nu al of we bijvoorbeeld hun papier over water kunnen ontvangen. Dat kan straks dus. De volgende stap zal het vervoer verder Europa in zijn. Want ook onze Europese afnemers vragen steeds meer om vervoer over water. Veel van onze afnemers in de papier- en kunststofindustrie zijn aan het water gelegen. Daar zien we weer een nieuw project voor de komende jaren, om niet alleen het vervoer naar Rotterdam, maar ook verder Europa in per schip te gaan organiseren.” “Zie daar Alblasserdam als draaischijf tussen alle andere BCTN-vestigingen in”, vult Mijland aan. “We hebben nu 12, binnenkort 16, inland terminals die allemaal met Alblasserdam verbonden zijn, zodat we met Peute ook verder kunnen kijken naar afzet in Europa. Die afvaarten zijn er nu al. Alblasserdam zit in alle vaarschema’s van alle terminals. Dus aansluiten op andere locaties voor afzet bij of levering voor Peute is altijd mogelijk.” << www.peute.nl www.bctn.nl www.dudokrealestate.com Havenlocaties 2023 - 69

Unieke hotspot voor nautische bedrijvigheid Maurice Swets zocht een geschikte ligplaats voor zijn schepen. Die vond hij dicht bij huis, in Zwijndrecht, langs de Oude Maas. Tegelijkertijd kreeg hij het aanbod om naast de kade ook het bedrijventerrein dat er achter ligt te ontwikkelen. Z o begon het avontuur dat inmiddels PIER14 heet, en een unieke locatie wordt voor bedrijven die zijn verbonden aan de nautische sector. Maurice is directeur-eigenaar van Blue Amigo, een OV-bedrijf dat zijn passagiers vervoert over water. Het ontwikkelen van een bedrijventerrein was niet eerder op zijn pad gekomen, en dus zocht hij contact met Roeland Voerman van FRED Developers. Een projectontwikkelaar uit Amsterdam. “We hebben onze krachten gebundeld toen bleek dat Maurice over deze unieke locatie kon beschikken. Het is een gebied met een enorme grootte dat herontwikkeld moet worden tot een gemengd bedrijventerrein met een nautisch karakter”, vertelt Roeland. Hij heeft ruime ervaring met complexe projecten. Zo staat hij aan de wieg van Nieuw Kijkduin, een compleet nieuwe badplaats bij Den Haag. De gemeente Zwijndrecht is eigenaar van de grond en zij zocht een bekwame ondernemer die het aandurft om zo’n groot gebied te ontwikkelen. Zwijndrecht is het centrum van de vaderlandse binnenvaart. Veel nautische bedrijven bevinden zich in deze regio. “Maar die bedrijven zitten heel erg verspreid”, legt Maurice uit. “Het is een hele grote wereld, maar toch kent iedereen elkaar. En in deze branche gunnen ze elkaar veel.” De gemeente wil deze bedrijven graag clusteren en daarom wil ze dat PIER14 zich vooral concentreert op nautische bedrijven. “Door die clustering versterken ondernemers elkaar.” Het terrein kent veel bijzondere kenmerken. Dat het aan drie kanten omsloten is door de Oude Maas is natuurlijk volstrekt uniek. Het is daarnaast een van de spaarzame plekken aan het water waar nog ontwikkeld kan worden. En dit gebeurt op duurzame wijze. PIER14 wordt een ‘nul op de meter’-gebied, een gasaansluiting komt er niet. Ook krijgen alle daken zonnepanelen, die niet alleen de bedrijven van stroom voorzien, maar ook de elektrische vloot van Blue Amigo voedt. Warmte, en zo nodig koude, voor de bedrijfshallen en kantoorvilla’s komt uit een eigen duurzame installaties. 70 - Havenlocaties 2023

horeca zal geëxploiteerd worden door 1nul8, een Rotterdams bedrijf dat ruimschoots zijn sporen verdiend heeft. Roeland: “Niet alleen voor een kopje koffie kan je er terecht, ook voor ontbijt, lunch, take-away en diner. En ’s avonds zijn er events. Maar het hoogtepunt is een groot terras op het zuiden, met uitzicht over het water, dat vind je nergens in de buurt.” Roeland Voerman staat aan het hoofd van het bedrijf dat zijn vader in 1975 is gestart. FRED Developers legt zich toe op beleggen en het ontwikkelen van vastgoedbestemmingen en werkt graag met watergebonden locaties. Het bedrijf heeft zich ontwikkeld tot een groot, creatief en professioneel vastgoedbedrijf. Roeland is in 1995 in de zaak gekomen. Het zijn niet de enige duurzame aspecten die PIER14 aantrekkelijk maken. Op het terrein stond vroeger de fabriek van Schokbeton. “We overwegen altijd renovatie. We gaan zoveel mogelijk materialen, zoals het beton, hergebruiken. En de nieuwe gebouwen voldoen altijd aan de hoogste normen voor isolatie”, vertelt Roeland. “Als het gebied klaar is, zal je versteld staan van de natuurrijke aanblik. Je zult veel bomen treffen, en zodra je het terrein opkomt word je overweldigd door een overvloed aan groen, bijvoorbeeld als bekleding van de wanden.” Het gebied met louter nautische bedrijven zal 24/7 gaan bruisen, dat verhoogt de veiligheid. Aan het water komen vier kantoorvilla’s met vier lagen elk. Daarachter komen bedrijfsruimtes voor bijvoorMaurice Swets komt uit de nautische sector, zijn bedrijf Blue Amigo is een detacheringsbedrijf voor zo’n 1.400 brug- en sluiswachters door heel Nederland. Daarnaast zijn er schippers in dienst die veerdiensten onderhouden. Blue Amigo is ook de exploitant van de veertien schepen van de waterbus in RotterdamDrechtsteden. beeld de maak-industrie of voor logistieke bedrijven, met steeds eigen kantoorruimte. “Denk aan scheepstimmerbedrijven of een schildersbedrijf gespecialiseerd in de binnenvaart”, legt Maurice uit. “Of bedrijven die onderdelen leveren, zoals ankerkettingen of filters. En in de kantoorvilla’s kan bijvoorbeeld een verzekeringsbedrijf komen.” Het terrein heeft twee kades, geschikt voor binnenvaartschepen en kleine zeevaart. “We liggen aan de goede kant van de bruggen.” Langs de derde oever komt mogelijk een afmeerplek voor Rijncruiseschepen, waarna de toeristen op PIER14 overstappen op de waterbus naar Kinderdijk. Of ze kunnen een drankje doen bij een ander hoogtepunt van PIER14: de horeca met een adembenemend uitzicht over de Oude Maas. De De lijst met unieke onderdelen van het project lijkt onuitputtelijk, en dan hebben we het nog niet gehad over de architectuur. De kantoorvilla’s komen aan het water. Het uitzicht wordt inspirerend. De ingang ligt op het verhoogd maaiveld, en de auto’s parkeren daaronder in een garage. Zin om uit te waaien, een kleurtje op te doen of gewoon te flaneren? Dat kan langs de waterkant. Zelfs de bereikbaarheid van PIER14 is uniek, met een eigen halte van de waterbus of van de reguliere streekbus. De A16 bereik je met de auto in luttele minuten. Maurice en Roeland zijn ervan overtuigd dat de belangstelling voor dit gebied groot zal zijn. Na de zomer moet de schop de grond in, en eind 2025 zal het gebied klaar zijn. Nu al is 40% van alle oppervlakte verkocht of verhuurd. Geen wonder dat Roeland enthousiast is: “Doelgroep-bewust ontwikkelen, dat past heel erg ons bij ons DNA. Maurice kent als geen ander de doelgroep en wij kennen het vak van ontwikkelen. Die combinatie is een garantie voor succes met PIER14.” Bedrijven die interesse hebben om zich te vestigen binnen deze unieke bestemming, kunnen terecht op www.PIER14.info <<

Bij de ingang van de Maasvlakte verrijst de Rotterdam Food Hub Havenbedrijf Rotterdam: op weg naar de duurzaamste haven van de wereld De wereld om ons heen is niet vaak zo snel veranderd als in de afgelopen jaren. De COVID-pandemie, de gevolgen hiervan en de situatie in de Oekraïne laten zien dat we snel en flexibel moeten kunnen inspringen op (onvoorziene) veranderingen. We zien ook al langer de vraag naar duurzame ontwikkelingen. Om Nederland zijn voorname positie op het gebied van internationale handel te laten behouden, moeten we op zulke ontwikkelingen kunnen blijven inspelen. Als grootste containerhaven van Europa, heeft Havenbedrijf Rotterdam hierbij een belangrijke rol. 72 - Havenlocaties 2023 H avenbedrijf Rotterdam kan dankzij goede financiële resultaten in 2022, de bijzondere rol als investeerder in de ontwikkeling van de haven blijven uitvoeren. Havenbedrijf Rotterdam richt zich hierbij niet alleen op de infrastructuur, maar ook op duurzame energiebronnen, schonere lucht, werkgelegenheid en veiligheid, gezondheid en welzijn. Hiermee ruimte creërend voor de transitie naar een duurzame haven. Oekraïne De inval van de Russische troepen in Oekraïne in februari 2022 brengt wereldwijd een schokgolf teweeg. De oorlog is verschrikkelijk. Bedrijven en personen, iedereen wordt in meer of mindere mate geraakt door de consequenties ervan. Ook het speelveld waarin de haven van Rotterdam opereert, maakt een enorme verandering door. De overslag van containers vanuit Rusland is sinds de inval vrijwel stilgevallen. Verschillende sanctiepakketten van onder andere de Europese Unie zorgen onder meer voor een verbod op de import van staal, steenkool, olie en olieproducten uit Rusland. Zo zijn kolen sinds augustus 2022 niet meer via Rotterdam vervoerd. Hetzelfde geldt voor olie (december 2022) en olieproducten (februari 2023). Slechts

voor sommige schepen gelden uitzonderingsbepalingen van de verordeningen. Zij worden op de normale manier afgehandeld, maar er is door verschillende instanties en (inter)nationale organisaties wel extra aandacht voor deze schepen. De sancties raken Rusland, maar hebben ook economische gevolgen voor Nederland en daarmee ook voor de haven van Rotterdam. De wereldhandel kent grote verstoringen, maar ook is de onzekerheid over de energievoorziening in NoordwestEuropa toegenomen. De situatie brengt moeilijke omstandigheden met nieuwe vragen. In nauwe samenwerking met haar klanten en stakeholders werkt het Havenbedijf aan oplossingen. Nieuwe ontwikkelingen Naast het acuut moeten inspringen op onverwachtse ontwikkelingen, staan in deze tijd van digitalisering en energietransitie, duurzaamheid, veiligheid en innovatie op het vizier van het Rotterdamse Havenbedrijf. Een voorbeeld hiervan? Het bedrijventerrein van 60 hectare groot dat wordt ontwikkeld om bedrijven uit de agrofoodsector optimaal te faciliteren: de Rotterdam Food Hub. De haven van Rotterdam verstevigt hiermee haar positie als grootste West-Europese doorvoerhaven voor producten uit de land- en tuinbouwsector en de visserij. Middels deze Food Hub verbindt Rotterdam de belangrijkste producerende landen NDL is de vereniging van en voor de logistieke sector met als voornaamste taak Nederland als Europese logistieke hub in het buitenland te promoten met als doel logistieke investeringen en ladingstromen voor haar leden aan te trekken. NDL is uniek in de wereld als organisatie die de hele logistieke sector van een land vertegenwoordigt en promoot in het buitenland. NDL geeft Nederland een voorsprong bij de acquisitie van logistieke activiteiten. Meer informatie: www.ndl.nl met een Europese markt van ruim 500 miljoen consumenten. Als grootste containerhaven van Europa heeft Rotterdam containerterminals met in totaal 18.500 reeferaansluitingen. Dat is het grootste aantal van de wereld. De Food Hub krijgt een centrale plek aan het Calandkanaal, bij de ingang van de Maasvlakte. Immers: bij agrofood gaat het om bederfelijke waar en is snelheid cruciaal. Niet alleen binnen de haven (met de grote ‘deep sea’ containerterminals, Cool Port en de cold storage warehouses op korte afstand), maar ook daarbuiten. De nabijheid van Greenports als Barendrecht, Ridderkerk en het Westland, dragen bij aan deze ideale vestigingslocatie. Bijkomend voordeel is dat diverse faciliteiten van de Rotterdam Food Hub gemeenschappelijk gebruikt kunnen worden, zoals kades en voorzieningen op het gebied van onder andere transport, opslag, toegangscontrole en douane. Ook dit past binnen het duurzaamheidsbeleid van de haven. Bij het ontwikkelen van de haven in het algemeen, ligt de focus van het Havenbedrijf op de combinatie van bestaande en nieuwe technologieën. Slimme sensoren, kunstmatige intelligentie en blockchaintechnologie zorgen voor besparingen op het gebied van tijd, geld en uitstoot. De haven zoekt hierbij ook de samenwerking met partners, bijvoorbeeld Routescanner (optimale planning van containerroutes) en Portbase (ontsluiten logistieke data voor onze klanten). Zo bouwt Havenbedrijf Rotterdam samen met partners verder aan de ambitie om de efficiëntste en duurzaamste haven van de wereld te worden. NDL en Havenbedrijf Rotterdam Havenbedrijf Rotterdam is een van de leden van Nederland Distributieland (NDL). NDL werkt nauw samen met de haven bij de promotie van logistiek Nederland. << Het bedrijventerrein van 60 hectare wordt speciaal ingericht om bedrijven uit de agrofoodsector optimaal te faciliteren Havenlocaties 2023 - 73

DHG ontwikkelt trimodale XXL-locatie in Vlissingen Copyright Tom D’haenens 74 - Havenlocaties 2023

Met de aankoop van 54 hectare grond naast de terminal van Verbrugge beschikt DHG over een strategische positie in de haven van Vlissingen. “Wij geloven in ons Smartlog-concept en in de locatie dus we bouwen op eigen risico, zoals we dat altijd doen”, zegt Hans van Driel. “De huurprijs pakt hier 25 tot 30 procent lager uit dan in Rotterdam.” Hans van Driel Jelle van den Akker “V lissingen klinkt ver weg. Maar van Vlissingen naar de regio Tilburg of vanaf de Maasvlakte, dat verschilt nauwelijks”, begint logistics director Hans van Driel. “Dus de achterlandverbindingen zijn prima.” Trimodaal ontsloten Het terrein dat DHG aankocht is een trimodale locatie die ideaal is gelegen tussen de havens van Antwerpen/Gent en Rotterdam. “Er is dagelijkse aan- en afvoer over water in samenwerking met de naastgelegen bargeterminal van Verbrugge.” Het terrein heeft een eigen spooraansluiting en de ontsluiting over de weg is ook prima. Vanuit Vlissingen is er ook een short sea-verbinding met Engeland. Verschillende businesscases Van Driel vervolgt: “XXL-locaties zijn al enige tijd schaars. De huurprijzen van dc’s rijzen overal de pan uit en daar hebben logistieke dienstverleners last van. Dat was voor ons aanleiding om te onderzoeken waar er nog competitieve havenlocaties zijn met deep sea en barge-verbindingen en ruimte voor nieuw te bouwen Smartlog dc’s. Zo’n locatie hebben we in Vlissingen gevonden. Hier kun je verschillende businesscases implementeren.” Eigen kade De DHG-locatie in Vlissingen heeft een eigen kade met een diepgang van 9 meter. “Perfect voor verladers met eigen schepen of voor een containerterminal.” Direct ernaast ligt de barge-terminal van Verbrugge. Van Driel: “Een ideale verbinding met Rotterdam. Daarnaast is de lokale containertrucking zeer efficiënt te organiseren.” De voorbereidingen voor de eerste fase zijn inmiddels in volle gang. De planning is om in 2024 het eerste Smartlog dc van in totaal 70.000 m2 op te leveren. Van Driel: “Als multi-tenant in units van circa 10.000 m2.” Gegarandeerde kwaliteit DHG ontwikkelt en bouwt zijn nieuwe dc’s altijd op eigen risico en volgens het beproefde eigen Smartlog-concept: moderne warehouses die voldoen aan de laatste eisen op het gebied van duurzaamheid en well-being. Smartlogs zijn dc’s van een gegarandeerde kwaliteit en met vastgestelde specificaties. De distributiecentra zijn zo ontworpen dat ze geschikt zijn voor uiteenlopende typen gebruikers. Continu verbeteren Doordat DHG zelf het property management doet, kent het zijn panden en gebruikers door en door en ontstaat er een situatie van ‘continu verbeteren’, legt Commercial Director Jelle van den Akker uit. “Het basisidee is nog steeds hetzelfde als in het begin, maar in Havenlocaties 2023 - 75

“Wij kunnen in een sterk veranderende markt toch nog volop nieuwe locaties ontwikkelen” de loop der jaren zijn een aantal zaken verbeterd. De isolatiewaarde is omhoog gegaan, de nieuwe dc’s zijn gasloos, zonnepanelen op het dak zijn standaard en de kwaliteit van de kantoren is nog verder omhoog gegaan. En we brengen verbeteringen aan in het concept naar aanleiding van de feedback van onze klanten. Onze kracht is dat we er bovenop zitten. We kennen de klant, zijn business, de markt én onze gebouwen tot op detailniveau.” Afwegen aan de voorkant Van den Akker: “Wij ontwikkelen aan de voorkant van een project nooit met een aanstaande exit in gedachten. Ons vertrekpunt is de vraag ‘zijn wij tevreden met dit pand op deze locatie met dit rendement’. Is het antwoord ‘ja’, dan ontwikkelen wij met eigen middelen. Daardoor kunnen we nu in een sterk veranderende markt toch volop nieuwe locaties ontwikkelen. De afweging aan de voorkant blijft namelijk hetzelfde.” Vorig jaar was een uiterst succesvol jaar, zegt Van Driel. “Alles werd verhuurd, maar dat betekent niet dat we nu achterover leunen.” Behalve in Vlissingen is DHG namelijk actief met nieuwe projecten in Hellevoetsluis, Lelystad en enkele in Noord-Nederland. Van den DHG heeft de hele keten in eigen beheer DHG belegt in vastgoed en ontwikkelt hoogwaardige vastgoedprojecten. De portefeuille is verdeeld in vier sectoren: logistiek, havenlocaties, bedrijfsruimtes en een klein gedeelte kantoorpanden. Het bedrijf heeft locaties door heel Nederland. Niet alleen logistiek vastgoed, maar ook terminals, productieen industrielocaties en andere gebouwen. DHG heeft de hele keten in eigen beheer: van de start van de ontwikkeling tot het verhuren en het beheer en onderhoud. Akker: “In Rotterdam lopen daarnaast diverse herontwikkelprojecten op locaties uit onze eigen portefeuille. We zoeken bijvoorbeeld momenteel een nieuwe locatie voor een leeg containers-depot, zodat we op de huidige plek nieuwe warehouses kunnen ontwikkelen. Idem in Amsterdam. We zijn dus volop in beweging, maar we zoeken ook altijd naar nieuwe posities.” << www.dhg.nl 76 - Havenlocaties 2023

Copyright Tom D’haenens

WAALHAVEN GROUP Vanaf vijf strategisch gelegen terminals in de regio Rotterdam en Zuid-Nederland (Born) biedt de Waalhaven Group sinds 1971 complete logistieke dienstverlening voor zowel volle als lege containers, stukgoed en projectlading. Via de binnenvaart verbinden wij dagelijks Rotterdam, Antwerpen en het achterland. Onze klanten profi teren van een breed pallet aan fl exibele diensten voor laden, lossen, tussenopslag, pre-trip inspecties, voor- en natransport, douaneservices en congestievrij multimodaal vervoer. Rederijen, expediteurs en verladers zijn altijd verzekerd van betrouwbaar maatwerk voor ieder onderdeel van hun logistiek proces. BARGE CENTER WAALHAVEN EN WAALHAVEN BOTLEK TERMINAL De havengebieden Waalhaven en de Botlek, rondom de container terminals Barge Center Waalhaven (BCW) en Waalhaven Botlek Terminal (WBT), zijn aan het veranderen. Nieuwe DC’s komen op plaatsen waar vroeger containers werden opgeslagen of afval werd verwerkt. Ook verduurzamen fabrieken hun productie- en logistieke processen. BCW en WBT zijn centraal gelegen container terminals in deze Rotterdamse havengebieden en zijn een belangrijke schakel in de logistiekeen verduurzamingsstrategieën van de DC’s en fabrieken. Met vaste afvaarten van en naar de deepsea container terminals in Antwerpen en op de Maasvlakte kunnen BCW en WBT op effi ciënte en duurzame wijze voorzien in de transportbehoefte van omliggende bedrijven en rederijen. De fi xed-window afspraken met de terminals bieden het voordeel dat afvaartschema’s ruim van te voren bepaald en bekend zijn, waardoor plannen overzichtelijk is en congestie vermeden wordt. In combinatie met logistieke dienstverlening als het opmaken van douanedocumentatie, voor- en natransport en empty depot services bieden BCW en WBT een uniek one-stop-shop concept voor de complete supply-chain. Betrouwbaarheid, duurzaamheid en logistieke expertise zijn de belangrijkste elementen in ons servicepakket. IMO GOEDEREN Waalhaven Botlek Terminal is in het bezit van een BRZO (Besluit Risico’s Zware Ongevallen) vergunning voor de opslag van gevaarlijke goederen. Deze vergunning maakt het mogelijk om bijna alle containers met IMO goederen op te slaan. Dit kan zelfs langer dan de “standaard” 14 dagen op overslag terminals. ROTTERDAM CORRIDOR Beide terminals, behorend tot de Waalhaven Group, zijn onderdeel van de Rotterdam corridor. De Rotterdam corridor is een samenwerkingsverband tussen de verschillende terminals, verladers, barge operators en expediteurs die hun krachten bundelen om zoveel mogelijk containers via het water te laten vervoeren. Dit doen zij door de ladingstromen te bundelen om zo een hoge frequentie aan afvaarten te bieden, die door middel van fi xed-windows op vaste tijden geholpen worden bij de deepseaterminals. Hierdoor wordt de congestieproblematiek vermeden en is er een hoge mate van betrouwbaarheid. De Rotterdam corridor haalt jaarlijks 60.000 truckbewegingen van de weg. Hiermee wordt jaarlijks ruim 3.000 ton CO² minder uitgestoten. WBT en BCW zijn onderdeel van de Rotterdam corridor! Voor meer informatie: instappen@waalhaven-group.nl Jari de Bruyn General Manager Mobiel +31 6 20 42 89 05 Kantoor +31 88 944 06 41 E-mail jdbruyn@waalhaven-group.nl Website www.waalhaven-group.nl WBT en BCW zijn gecertifi ceerd. ENERGIE TRANSITIE Het is de ambitie van de Waalhaven Group om in 2030 volledig CO²-neutraal te zijn, om deze reden wordt er ingezet op het verder elektrifi ceren van de kranen en rijdend materieel. Zo zal binnenkort een van onze kranen van een vliegwiel worden voorzien. Hierin kan het apparaat de (rem-) energie die vrijkomt bij het vieren van een last tijdelijk opslaan, om deze te hergebruiken als er weer moet worden getakeld. Ook zijn er vergevorderde plannen voor elektrisch varende binnenvaartschepen en de walinfrastructuur hiervoor. De terminals van de Waalhaven Group worden voorzien van elektriciteit afkomstig van de windmolens op de slufterdam. Havenlocaties 2023 - 79

Smartlog. Close up Bekijk Nederland in vogelvlucht en je kunt er niet omheen: Smartlog, hèt kwaliteitsconcept voor hoogwaardig logistiek vastgoed van DHG. De benchmark in XXLwarehousing. Imposante, solide gebouwen met een strakke moderne architectuur. Ideaal gesitueerd op een voortdurend groeiend aantal logistieke hotspots. Bekijk een Smartlog van dichtbij en wat direct opvalt is de superieure afwerking. Het geraffineerde oog voor detail en kwaliteit, overal en in elke hoek. Representatief voor het grote geheel. Smartlogs zijn bovendien licht, efficient, flexibel en zeer breed toepasbaar. Hier is het heel fijn ondernemen. SMARTLOG

1 Online Touch

Index

  1. 1
  2. 2
  3. 3
  4. 4
  5. 5
  6. 6
  7. 7
  8. 8
  9. 9
  10. 10
  11. 11
  12. 12
  13. 13
  14. 14
  15. 15
  16. 16
  17. 17
  18. 18
  19. 19
  20. 20
  21. 21
  22. 22
  23. 23
  24. 24
  25. 25
  26. 26
  27. 27
  28. 28
  29. 29
  30. 30
  31. 31
  32. 32
  33. 33
  34. 34
  35. 35
  36. 36
  37. 37
  38. 38
  39. 39
  40. 40
  41. 41
  42. 42
  43. 43
  44. 44
  45. 45
  46. 46
  47. 47
  48. 48
  49. 49
  50. 50
  51. 51
  52. 52
  53. 53
  54. 54
  55. 55
  56. 56
  57. 57
  58. 58
  59. 59
  60. 60
  61. 61
  62. 62
  63. 63
  64. 64
  65. 65
  66. 66
  67. 67
  68. 68
  69. 69
  70. 70
  71. 71
  72. 72
  73. 73
  74. 74
  75. 75
  76. 76
  77. 77
  78. 78
  79. 79
  80. 80
Home


You need flash player to view this online publication