Filius, increatus Spiritus
Sanctus.
[…]
40. Haec est fides catholica,
quam nisi quisque fideliter
firmiterque crediderit, salvus
esse non poterit.
ongeschapen de Zoon,
ongeschapen de Heilige Geest.
[…]
40. Dit is het algemeen geloof en
als iemand dat niet oprecht en
standvastig gelooft, zal hij niet
behouden kunnen zijn.
De westerse kerk is tot de dag van vandaag athanasiaans blijven
denken en beschouwt men de drie zijnswijzen tezamen als de éne God.
Later is in de geloofsbelijdenis het zogenoemde Filoque ingevoegd,
luidende: “En in de Heilige Geest, die Heer is en levendmakend: die
uit de Vader en de Zoon voortkomt.” (Et in Spiritum Sanctum,
Dominum, et vivificantem: qui ex Patre Filioque procedit). Die zin
dateert van 1014 en zou directe aanleiding vormen tot het “Grote
Schisma” waarmee de oosterse kerk zich in 1054 zou afscheiden,
omdat zij vond dat dit de geest onder de Zoon plaatste. Zo is er
verdeeldheid ontstaan op grond van een volstrekt niet-Schriftuurlijke
leer. Helaas zou dit fenomeen zich tot op de huidige dag blijven
voordoen.
Het zal de oplettende lezer niet zijn ontgaan dat alleen in citaten
“Heilige Geest” met hoofdletters geschreven is en elders met kleine
letters. De enige reden is dat wij de geest die van God uitgaat niet als
een afzonderlijke zijnswijze van God zien.
4. Comma Johannaeum (tussen 300 en 400)
Een berucht, maar inmiddels als volstrekt onbetrouwbaar door de
mand gevallen argument voor het bestaan van de drie-eenheid van
God, vormde eeuwenlang het comma Johannaeum. Daarmee wordt
het zinsdeel in 1 Johannes 5:7-8 aangeduid, dat thans - behalve door
de Room-Katholieke Kerk - als een niet authentieke invoeging uit de
vierde eeuw wordt beschouwd. Feitelijk is het een kras staaltje van
Schriftvervalsing, vermoedelijk daterend uit de dagen van de Ariaanse
strijd en bedoeld om de bestreden “wezenseenheid” van de Logos
(Johannes 1:14) te onderstrepen. 7
7 Komt als zodanig dan ook niet meer voor in de Griekse tekst van het
10
De invoeging in 1 Johannes 5:7-8 luidt in de NBG-vertaling van 1951,
tussen teksthaken geplaatst:
“Want drie zijn er die getuigen [in de hemel: de Vader, het Woord en
de heilige geest; en deze drie zijn één. En drie zijn er die getuigen op
de aarde]: de geest en het water en het bloed, en de drie zijn tot één.”
5. Confessio Augustana (1530)
De Augsburgse Confessie is de kerkgeschiedenis ingegaan als het
eerste protestantse belijdenisgeschrift en verdient daarom bijzondere
aandacht. Zij is door Luthers kameraad Philippus Melanchthon (14971560)
opgesteld voor de Rijksdag te Augsburg in 1530. Zij werd daar
door Christian Beyer aan keizer Karel V voorgelezen.
Art. I De Deo
Ecclesiae magno consensu apud
nos docent, decretum Nicaenae
synodi de unitate essentiae divinae
et de tribus personis verum et sine
ulla dubitatione credendum esse,
videlicet, quod sit una essentia
divina, quae et appellatur et est
Deus, aeternus, incorporeus,
impartibilis, immensa potentia,
sapientia, bonitate, creator et
conservator omnium rerum,
visibilium et invisibilium; et tamen
tres sint personae eiusdem
essentiae et potentiae, et
coaeternae, pater, filius et spiritus
sanctus. Et nomine personae
utuntur ea significatione, qua usi
sunt in hac causa scriptores
ecclesiastici, ut significet non
partem aut qualitatem in alio, sed
quod proprie subsistit.
Artikel I: Over God8
In grote eenstemmigheid met de kerk
wordt bij ons geleerd, dat het besluit
van het concilie van Nicea over de
eenheid van het goddelijk wezen en de
drie personen waar is en zonder enige
twijfel geloofd moet worden. Dat
houdt in, dat er één goddelijk wezen is
dat genoemd wordt en ook is: God,
eeuwig, onlichamelijk, ondeelbaar,
onmetelijk van macht, wijsheid en
goedheid, Schepper en Onderhouder
van alle dingen, zienlijk en onzienlijk;
en toch drie personen, van hetzelfde
wezen en even machtig en eeuwig:
Vader, Zoon en Heilige Geest. Het
woord ‘personen’ wordt hier gebruikt
in dezelfde betekenis als bij de
kerkvaders,
namelijk niet als
aanduiding van een deel of van iemand
anders kwaliteit, maar van een eigen
bestaan.
Novum Testamentum Graece, van Nestlé-Aland, 27ste editie (Stuttgart,
1993), doch uitsluitend nog in het kritisch apparaat. In de NBV21 is de
invoeging eveneens weggelaten.
8 Tekst PKN 2009.
11