0

BESTUURSNOTA STAD LEUVEN 2013-2018

2 Inhoudsopgave Intentieverklaring .................................................................................................................4 I. II. Algemene Financiering ...................................................................................................... 13 III. IV. Algemeen Bestuur ............................................................................................................. 17 Domeinen: Communicatie en participatie......................................................................... 17 Stadsadministratie en samenwerking politiek-administratie ......................... 22 Personeelszaken ............................................................................................. 24 Data- en facilitair beheer ................................................................................ 28 Erediensten ..................................................................................................... 30 Burgerzaken .................................................................................................... 32 Veiligheid en Preventie ..................................................................................................... 37 V. Stadsontwikkeling, infrastructuur en wonen ................................................................... 41 Domeinen: Betaalbare, aangename en duurzame woonstad ........................................... 41 Klimaatneutrale stad ....................................................................................... 49 Bereikbare stad met duurzame mobiliteitsoplossingen ................................. 53 Centrumstad, ‘eeuwenoud en springlevend’ ................................................. 58 Duurzaam behoud en beheer onroerend erfgoed ......................................... 61 Kennisstad ....................................................................................................... 63 Leven, leren en werken .................................................................................................... 64 Leven .................................................................................................................................. 64 Domeinen: OCMW ............................................................................................................. 68 Buurtwerk ....................................................................................................... 80 Gebiedsgerichte werking ................................................................................ 84 Gezondheidspromotie en preventieve gezondheidszorg ............................... 87 Ouderenbeleid ................................................................................................ 89 Jeugd ............................................................................................................... 92 Kinderopvang en gezinsbeleid ........................................................................ 98 Studenten ...................................................................................................... 102 Gelijke kansen ............................................................................................... 105 Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

3 Diversiteit ...................................................................................................... 110 Ontwikkelingssamenwerking ........................................................................ 114 Leren ....................................................................................................................................... 116 Domeinen: Onderwijs ...................................................................................................... 116 Deeltijds kunstonderwijs .............................................................................. 121 Werken ................................................................................................................................... 125 Domeinen: Economie en werk ........................................................................................ 125 Handel en horeca .......................................................................................... 131 Toerisme ....................................................................................................... 136 Landbouw ..................................................................................................... 142 VI. Vrije tijd ........................................................................................................................... 145 Domeinen: Ruim en divers kwalitatief aanbod ............................................................... 149 Infrastructuurbeleid ...................................................................................... 151 Diversiteit, participatie en gemeenschapsvorming ...................................... 153 Creativiteit en talent ..................................................................................... 155 Topsport ........................................................................................................ 156 Educatie, kennis en onderwijs ...................................................................... 157 Cultureel erfgoed .......................................................................................... 158 Evenementenbeleid ...................................................................................... 159 Communicatie ............................................................................................... 161 Dienstverlening en management .................................................................. 162 Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

4 Intentieverklaring Inleiding Leuven vandaag Leuven heeft in de afgelopen jaren een metamorfose ondergaan. Dat merk je aan het uitzicht, maar ook aan de dynamiek in handel, cultuur, sport, mobiliteit en evenementen. Met een snel stijgende bevolking van zowel ingeschreven inwoners als een toenemend aantal kotstudenten zijn dit realisaties waar de Leuvenaar fier op kan zijn. Zeker gelet op het feit dat de afgelopen periode afgesloten kon worden met een gezonde financiële toestand en een aanvaardbaar belastingniveau. Uitdagingen in de “eeuw van de stad” Leuven is dus klaar voor de uitdagingen van de “eeuw van de stad”: • een toenemende concentratie van de bevolking in stedelijk gebied; • een groeiende behoefte aan voorzieningen op gebied van kinderopvang, vergrijzing, mobiliteit, migratie; • stijgende problemen van armoede, kansarmoede en vereenzaming; • specifiek voor Leuven: de snelle groei van de universiteit en haar associatie; zowel in grootte als in studentenaantallen. Dat alles op een krappe en bestuurlijk onaangepaste ruimte waarin we het behoud van de schaarse open ruimte, een duurzame mobiliteit en energievoorziening en een veilige leefomgeving moeten waarborgen. Aanpak stadsbestuur 2013 – 2019 Het nieuwe bestuur moet er rekening mee houden dat de gevolgen van de financiële en economische crisis ook niet aan de stad Leuven voorbijgaan en tot grote omzichtigheid bij de planning nopen. We moeten dus een strak en gedetailleerd beleidsplan opstellen voor de periode 2013 – 2019, dat ambitieus maar ook realistisch is. De methodiek en aanpak van de nieuwe lokale beleids- en beheerscyclus moet gevolgd worden. Nieuwe programma’s steunen op een verreikende toekomstvisie. Vanzelfsprekend zullen de begonnen programma’s hierin opgenomen en voltooid worden. We willen daarbij een klimaat scheppen waar de inwoner graag leeft en waarin hij zich kan ontplooien door een kwaliteitsvol aanbod aan cultuur, sport, evenementen, shopping, verenigingsleven. Het stadsbestuur, zowel de politieke mandatarissen als de administratie, wil de Leuvenaar blijven betrekken als partner in het beleid (van het bedenken en uittekenen over het beslissen tot het uitvoeren). Per project zal er een informatie- en participatietraject op maat opgezet worden. We ontmoedigen daarbij de “not-inBestuursnota Stad Leuven 2013-2018

5 mybackyard”-mentaliteit en stimuleren consensus en begrip voor diverse belangen zodat het algemeen belang gerespecteerd wordt. Financiën De huidige financiële toestand moet het mogelijk maken de aanslagvoeten voor de aanvullende personenbelasting (7,5 in 2012) en voor de onroerende voorheffing (1.400 in 2012) ongewijzigd te laten voor de rest van de legislatuur. Deze aanslagvoeten blijven lager dan de gemiddelde aanslagvoeten van de centrumsteden. Als de financiële toestand van de stad gunstig evolueert, zal de stad onderzoeken hoe men de indexering van de onroerende voorheffing op de enige gezinswoning kan compenseren. We dringen bij de bevoegde overheden aan op: • het creëren van de mogelijkheid om een gedifferentieerde aanslagvoet inzake onroerende voorheffing te hanteren; • een compensatie voor de zgn. “vervennootschappelijking”; • op een voor de centrumsteden meer billijke verdeling van de diverse fondsen. Het is evident dat de druk van ongeveer 35.000 inwoners die niet mogen ingeschreven worden in de bevolkingsregisters hierbij in rekening moet worden gebracht. Het plafond voor de schuldfinanciering wordt bepaald op maximaal 100 miljoen euro te spreiden over de hele bestuursperiode. Investeringen De reeds opgestarte initiatieven worden opgenomen in het bestuursakkoord en worden voltooid. We denken aan Park Belle Vue, de Vaartkom, de Wakkerzeelsebaan, de zwembadsite Wilsele, de Abdij van Park, Hal 9,... Fiets- en voetpaden moeten er altijd degelijk bijliggen. Daarom wordt er een objectieve planning opgesteld voor het preventief onderhoud van stoepen, fietspaden en wegen. Deze planning wordt gebaseerd op relevante parameters zoals tijdstip van de aanleg, de voorziene levensduur van het gebruikte materiaal in combinatie met de intensiteit van gebruik,... Het onderhoud wordt preventief ingepland om op die manier de levensduur te verlengen en dure, volledige, heraanleg te vermijden, zodat voor hetzelfde geld meer straten, wijken,… onderhouden kunnen worden. Na het op punt stellen van deze methode wordt nog voor het einde van 2013 een indicatieve planning opgemaakt voor de rest van de bestuursperiode. We reserveren hiervoor bijkomende middelen. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

6 Stadsontwikkeling Er zijn belangrijke prioriteiten voor de stad in de komende bestuursperiode: • de opwaardering van de benedenstad; • de creatie van een volwaardig centrum voor Kessel-Lo door de verdere ontwikkeling van de Centrale Werkplaatsen in samenhang met de Boudewijnsite, het park Heuvelhof en het Baron August De Becker-Remyplein; • in samenhang met de studie van de NMBS rond de spoorwegovergang op de Naamsesteenweg zal de hele omgeving van het Van Arenberghplein en het deelgemeentehuis van Heverlee bekeken worden; • n.a.v. de invulling van de zwembadsite, herwaarderen we het centrum van Wilsele- Putkapel; • de (reeds gestarte) wederaanleg van de Wakkerzeelsebaan zal, in samenhang met de door de NMBS vooropgestelde ondertunneling van de spoorwegovergangen, worden aangegrepen om een systematische en over meerdere legislaturen gespreide renovatie van een aantal infrastructuren in Wijgmaal door te voeren (sportcentrum Ymeria, stationsomgeving, voltooiing Remysite, Kerkplein, …). Als eerste piste voor de locatie van een nieuwe podiumkunstenzaal als multifunctioneel centrum zal de ziekenhuissite in de benedenstad onderzocht worden. In afwachting kan de noodzakelijke voorbereiding starten met de opmaak van een degelijk financieringsplan dat rekening houdt met de valorisatie van onroerende goederen die vrij zouden komen. Voor de uitbating moet een realistisch en bedrijfseconomisch onderbouwd exploitatieplan opgemaakt worden. Er wordt een verordening opgesteld die toelaat waardevolle gebouwen te beschermen. Als uit een grondige afweging blijkt dat verwijdering noodzakelijk is opdat het nieuwe project een bijzondere meerwaarde zou kunnen realiseren voor de stad, kunnen bijkomende voorwaarden opgelegd worden zoals een verwijzing naar het historisch erfgoed. Wonen De reeds besliste projecten worden verder afgewerkt. Daarnaast vergroot de stad het aanbod aan woningen op maat van de mensen en hun inkomens. Daarbij wordt er niet via grote nieuwe aansnijdingen van open ruimte gewerkt, maar evenmin wordt er zonder meer overal ingebreid. Bij woonprojecten –in het kader van gebiedsontwikkeling- worden normen opgelegd: • inzake sociaal wonen en inzake betaalbaar en bescheiden wonen wordt dezelfde norm gehanteerd; • de norm voor grondgebonden woningen bedraagt minimaal 75% van de norm die wordt opgelegd inzake sociaal wonen en betaalbaar wonen; • de norm voor wonen in eigen streek bedraagt minimaal 50% van de norm die wordt opgelegd inzake sociaal wonen en betaalbaar wonen. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

7 Geen enkele woonformule zal worden uitgesloten. In het bijzonder wordt co-housing vergemakkelijkt. We zorgen ervoor dat het bestaande woningpatrimonium wordt gevrijwaard. De druk van de toenemende studentenpopulatie op de private woningmarkt wordt bestreden door enerzijds het “kotmadam”-systeem te ondersteunen en anderzijds door samen met de KULeuven in te zetten op de systematische bouw van studentenresidenties. In het bijzonder voor de inplanting van deze residenties gaat er bijzondere aandacht naar een evenwichtige spreiding over Leuven en daarbuiten, rekening houdend met de draagkracht van de buurt. Als sluitstuk van dit beleid wordt geïnvesteerd in een sterke controledienst inzake huisvesting en ruimtelijke ordening. Handel, Economie en Werk Het Leuvense kernwinkelgebied en de boodschappencentra in de deelgemeenten worden actief versterkt door middel van leegstandbestrijding, gevelrenovatiepremies, starters-begeleiding en een specifiek promotie- en horecabeleid. Leuven blijft zich verzetten tegen mega-shoppingcentra die het eigen kernwinkelgebied verzwakken. We zullen de internationalisering van onze stad verder ondersteunen door het opzetten van initiatieven die Leuven op de kaart zetten. Dit gebeurt bij voorkeur in samenwerking met de KULeuven, andere kennisinstellingen, de bedrijvenwereld en de ondernemers-organisaties. Leuven maakt verder werk van de uitbouw van sociale economieprojecten. We hebben ook aandacht voor doorstroming naar reguliere tewerkstelling van kortgeschoolden en kansengroepen. Landbouw Een duurzaam land- en tuinbouwbeleid focust op een promotie- en afzetstrategie bij de Leuvense bevolking en op het vrijwaren van landbouwgrond. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

8 Welzijn We willen een geïntegreerd welzijnsbeleid voeren, we blijven kiezen voor een emancipatorisch OCMW dat verder de nodige middelen zal ontvangen voor een optimale werking. Tussen de administratieve en logistieke diensten van stad en OCMW kiezen we voor een verregaande samenwerking. Een plan van aanpak wordt uitgewerkt voor eind 2013. We bestrijden armoede en gaan de vergrijzingsuitdaging aan. We willen de sociale samenhang blijven stimuleren door buurtwerking, door het ondersteunen van verenigingen die zich richten op deze groepen van vereenzaamde mensen, door het ter beschikking stellen van materiaal,… We nemen ons voor een zorgbedrijf op te richten tegen 1 januari 2015. De diversiteit in Leuven is groot. We hebben meer dan 150 verschillende nationaliteiten op ons grondgebied. En daarbij ook zowel ouderen als jongeren, mannen en vrouwen, alleenstaanden en verschillende gezinsvormen, mensen met een beperking, holebi’s en transgenders… De stad Leuven wil een inclusieve samenleving waar het voor iedereen goed is om leven. We zetten in op gelijkwaardigheid, gelijkheid, participatie van allen, zorgen voor integrale toegankelijkheid en bestrijden alle vormen van discriminatie en bedreigingen van de fysieke en psychische integriteit. We investeren in de gezondheid van alle Leuvenaars en werken een preventieplan uit. We zetten in op een kind- en gezinsvriendelijke stad over de diensten heen en betrekken hierbij de lokale partners. Senioren De verschillende generaties senioren (van 60 tot en met 100) dienen op gediversifieerde manier benaderd. In samenhang met de seniorenraad zullen we initiatieven blijven nemen om alle noden tegemoet te komen (zorg, ontspanning, cultuur, toegankelijkheid, thuiszorg, ……). In Wijgmaal wordt zo snel mogelijk een woonzorgcentrum gebouwd. Noord- Zuid De bestaande stedenband met Para in Suriname en de samenwerking met het adoptiedorp Cristian in Roemenië worden verdergezet Leuven vertaalt zijn solidariteit met het zuiden door: • de werking van de Leuvense ontwikkelingshelpers en de Leuvense organisaties financieel te ondersteunen; • door met de allochtone inwoners van de Leuvense bevolkingsgemeenschap samenwerkingsprojecten op te zetten in hun oorspronkelijke ontwikkelingslanden; • Door een voorbeeldfunctie op te nemen op vlak van aankoopbeleid in de stad (fair trade, respect voor arbeidsnormen bij leveranciers) en initiatieven op dit vlak te ondersteunen. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

9 Leuven Klimaatneutraal Stad Leuven wil tegen 2030 klimaatneutraal worden. Om deze doelstelling te realiseren zullen we concrete en haalbare stappen op basis van de beste, beschikbare technologieën zetten op vlak van o.a. gebouwen, mobiliteit en energie. De stad treedt op als drijvende kracht door het goede voorbeeld te geven met eigen projecten en door het betrekken van de bevolking en alle belangrijke actoren. Mobiliteit In het kader van de vernieuwing van het ruimtelijk structuurplan wordt aan de hand van een mobiliteitsstudie en gebaseerd op het STOP-principe een nieuw mobiliteitsplan opgesteld. O.a. een fietscirculatieplan en een hertekening van het busnetwerk maken hier integraal deel van uit. Om dit te begeleiden zal de werking van de werkgroep verkeer worden geactualiseerd. We gaan door met het autoluw maken van stadsdelen. In de eerste plaats binnen de eerste middeleeuwse ringmuur. Hierbij zal het mogelijk blijven voor bewoners om hun woning te bereiken en blijft een voldoende mate aan bewonersparkeren mogelijk. Daartoe zal een bijkomende ondergrondse parking gebouwd worden onder de Bruul. Die moet toelaten om de Vismarkt en de hele omgeving op te waarderen. Inzake fietsbeleid wordt het fietsnetwerk, inbegrepen fietsenstalplaatsen en fietsafhandel-centrale systematisch uitgebreid. Een hertekening van het busnetwerk moet toelaten het aanbod aan openbaar vervoer op peil te houden en uit te breiden. Het intensieve busverkeer binnen de ring wordt verminderd door o.a. aan te dringen op het voltooien van de ringbus. In afwachting hiervan dringt de stad aan om de gelede bussen maximaal te weren in de binnenstad en om de subsidiëring van het gratis busvervoer voor studenten af te bouwen en te heroriënteren. De stad eist overigens meer zeggenschap in het beleid van De Lijn op het regionaal en stedelijk niveau. Verder steunen we systemen van park&ride, autodelen, carpoolen, fietsverhuur,… We werken ook verder met systemen van buurtparkings en voorzien instrumenten zodat in grote nieuwbouwprojecten meer inpandige auto- en fietsparkeerplaatsen worden voorzien dan nodig voor het project zelf. Dit surplus kan aangeboden worden aan de buurtbewoners. We dringen bij de NMBS aan op het voltooien van de stationsomgeving (voetgangersbrug, fietsersbrug, parking,…) en op de uitbreiding van het gewestelijk expressnet (GEN) naar Tienen en Landen. Daarbij wordt sterk aangedrongen op een stopplaats ter hoogte van Haasrode–researchpark. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

10 Veiligheid Er wordt met betrokkenheid van diverse publieke en private actoren een lokaal integraal veiligheidsplan opgesteld waarbinnen de politie de nodige middelen zal krijgen om de veiligheid van de burgers te garanderen en in samenwerking met het parket de criminaliteit onder controle te houden. De stad Leuven zal het gebruik van administratieve sancties beperken tot het huidige boeteniveau en de huidige leeftijd. Inzake verkeersveiligheid is het de ambitie om het huidige, hoge niveau te bestendigen en zelfs te verbeteren. M.b.t. het naleven van het verkeersreglement zal er zowel preventief als sanctionerend opgetreden worden, o.a. bij de handhaving van de zones 30. De verkeersongevallenregistratie wordt op een systematische manier verwerkt in een geografisch informatiesysteem (GIS) zodat zwarte punten worden gedetecteerd en hiervoor oplossingen kunnen worden uitgewerkt. Met het oog op het efficiënt inzetten van het personeel dienen op enkele plaatsen automatische camera’s met nummerplaatherkenning te komen. Investeringen in dergelijke technologieën moeten gepaard gaan met een grotere capaciteit voor nabijheidspolitie en voldoende politionele aanwezigheid op nachtelijke uren. M.b.t. een concept van een nieuwe schietstand en oefeninstallatie wordt in samenwerking met de provincie en Interleuven een studie uitgevoerd. Kinderopvang De werkelijke noden van de stad inzake kinderopvang zijn groter dan het aanbod. Daarom zal blijvend aangedrongen worden bij de bevoegde overheid om de middelen verder te verdelen volgens deze werkelijke noden. In afwachting worden alle initiatieven ondersteund die kunnen leiden tot het lenigen van de nood. De stad optimaliseert –in nauwe samenwerking met de scholen- de werking van de binnenschoolse opvang. Opleidingstrajecten voor de nieuwe en bestaande personeelsleden worden gepland. Verder wordt de opvang uitgebreid naar de scholen van de deelgemeenten. In een optimaal perspectief neemt de stad het personeel van de opvang over in overleg met dit personeel. We verrijken de opvang inhoudelijk door het aanbieden van kwaliteitsvolle activiteiten. Open Ruimte Er wordt een groenstructuurplan opgesteld waarin particuliere of privé- tuinen een evenwaardige plaats krijgen naast het openbaar groen. Bijkomende openbare groenruimte mag niet tot gevolg hebben dat de netto-oppervlakte aan groen vermindert. De stad zal de open ruimte van Kareelveld en Groenveld met alle wettelijke middelen voor bebouwing trachten te vrijwaren. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

11 Er wordt een oplossing gezocht voor de bestaande behoefte aan ruimte voor bedrijven die zo weinig mogelijk beslag legt op open ruimte. Netheid Iedereen heeft recht om te wonen in een goed onderhouden en propere straat en buurt. Dit vraagt inspanningen van de bewoners zelf, maar ook de stad zal bijdragen tot een leefomgeving waar mensen zich goed voelen. Zo zal blijvend aandacht uitgaan naar afvalpreventie en de strijd tegen sluikstorten. Cultuur Het stedelijk cultuurbeleid is gericht op de leefwereld van de Leuvenaars: zowel de (socio-) culturele participatie en creatie als de culturele belevenis van alle Leuvenaars moeten prioritair gestimuleerd en ondersteund worden. De stad zet de inspanningen voort om een volwaardig aanbod te realiseren via het museum M, het Stuk, het Depot, Opek, Tweebronnen, 30CC,… en evalueert deze inspanningen regelmatig. Met de cultuurraad, de KULeuven en andere mogelijke actoren wordt er verder samengewerkt aan een gecoördineerd cultuuraanbod. Onderwijs De bouw van de nieuwe huisvesting voor het SBLO (Ruelensvest) wordt voltooid. De school draagt in belangrijke mate bij aan de gemeenschapsvorming in onze wijken. We willen scholen stimuleren om hun gebouwen nog meer ter beschikking te stellen aan inwoners en verenigingen uit de buurt. Dit geeft de mogelijkheid om meer ruimte te scheppen voor sport, cultuur en ontmoeting; dicht bij huis. Anderzijds is dit een manier om via deze ‘brede’ scholen mensen in contact te brengen met elkaar en met de school, waardoor de samenhang in de wijken steviger wordt. De uitbreiding van de mogelijkheden voor het conservatorium en de academie wordt onderzocht. In het bijzonder wordt nagegaan welke opportuniteiten een podiumkunstenzaal als multifunctioneel centrum kan bieden. We willen de samenwerking met en tussen de Leuvense onderwijsinstellingen verder versterken. Gezamenlijke onderwijsprojecten worden ondersteund en ontwikkeld zodat jongeren en volwassenen alle kansen krijgen tot het behalen van een diploma. Daarnaast wordt in samenspraak met scholen en de bedrijfswereld het technisch en beroepsonderwijs gepromoot en zal getracht worden de koppeling met hoger onderwijs en de bedrijfswereld sterker te maken. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

12 Evenementen De stad zet de inspanningen voort om een volwaardig evenementenaanbod te realiseren doorheen het jaar en evalueert deze inspanningen regelmatig. Zo zal het zomeraanbod – naar analogie met de “Wintertijd” voor het winteraanbod- één gezicht krijgen als “De zomer van Leuven”. Sport De stad zal de bestaande sportinfrastructuur verder renoveren en uitbreiden met respect voor alle sporttakken en de niet-georganiseerde sporter. Enkele grote topsportevenementen en de werking van erkende sportclubs worden ondersteund in overleg met de sportraad en de vzw sportpromotie. Jeugd Kinderen en jongeren moeten zich thuis voelen in Leuven. Rekening houdend met het bijzondere belang van inspraak en participatie bij het vorm geven van jeugdbeleid, geven we de nodige steun aan het georganiseerde en nietgeorganiseerde jeugdwerk. In het bijzonder ondersteunen we de verbetering en uitbouw van jeugdinfrastructuur en speelterreinen. Toerisme Het stadhuis van Leuven moet een dynamisch ankerpunt worden van waaruit de Leuvenaar, de bezoeker, de toerist kan kennismaken met de stad, haar verhalen, haar verleden, heden en toekomst. Een ontvangst-, kennismakings- en presentatieplek, een toekomstgerichte plek met actieve participatie van de bezoeker. Toerisme is een belangrijke economische factor. Doorgedreven marketing, ontsluiting erfgoed, productontwikkeling en evenementen zijn de sleutels voor verdere groei. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

13 I. Algemene financiering Missie Het stadsbestuur wil met zijn beleid een klimaat en een omgeving scheppen waar de inwoner “graag leeft”. De uitgaven die hiervoor nodig zijn worden op een zuinige, efficiënte en effectieve manier ingezet. We waken er daarbij over om de lasten niet te leggen bij de toekomstige generaties en houden rekening met de draagkracht van de huidige. Visie De gezondheid van de stadsfinanciën zal moeten beoordeeld worden op basis van de nieuwe decretale verplichtingen die in het kader van de beleid- en beheerscyclus (BBC) opgelegd worden. Concreet zal moeten voldaan zijn aan twee vormen van financieel evenwicht: • het toestandsevenwicht en • het structureel evenwicht, 1. Beleidsdoelstelling: De stad wil een duurzaam financieel beheer en beleid voeren op korte en lange termijn. 1.1 Actieplan: De personeelskosten onder controle houden. 1.1.1 Actiepunten: • Het stadsbestuur engageert zich om van de personeelskosten een kritische doorlichting te maken, mede in het kader van de nieuwe budgetopmaak volgens de BBC-methodiek en op basis van de bestaande en toekomstige noden. De doelstelling daarbij is om in de periode 2014-2018 de totale netto-personeelsuitgaven te beperken tot het niveau van eind 2012, verhoogd met barematische verhogingen, indexering en bijkomende wettelijke verplichtingen. Een vraag naar bijkomend personeel wordt steeds kritisch afgetoetst aan de bijkomende inkomsten die hierdoor worden gegenereerd. 1.2 Actieplan: De werkingskosten kritisch doorlichten. 1.2.1 Actiepunten: • Het stadsbestuur engageert zich om van de werkingskosten een kritische doorlichting te maken, mede in het kader van de nieuwe budgetopmaak volgens de BBC-methodiek. De doelstelling daarbij is om in de periode 2014-2018 deze uitgaven te stabiliseren op het niveau eind 2012, rekening houdende met het onderscheid tussen beheersbare en onsamendrukbare uitgaven. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

14 1.3 Actieplan: Vaste enveloppe voor premies en subsidies vastleggen. 1.3.1 Actiepunten: • Het stadsbestuur engageert zich om de organisaties en verenigingen die sociaalmaatschappelijk actief zijn op haar grondgebied te blijven ondersteunen via subsidiëring, en om door middel van een premiebeleid specifieke beleidsdoelstellingen te realiseren. 1.4 Actieplan: Strak investeringsbeleid voeren. 1.4.1 Actiepunten: • Grotere investeringen worden gefinancierd met leningen, die worden opgenomen binnen de financiële draagkracht van de stad. Het plafond voor deze schuldfinanciering wordt bepaald op maximaal 100 miljoen euro te spreiden over de hele bestuursperiode. Uitgaven met betrekking tot projecten die zich op termijn zelf financieren komen bovenop dit plafond. 1.5 Actieplan: Kader vastleggen voor renteloze leningen en prefinanciering. 1.5.1 Actiepunten: • Nieuwe renteloze leningen worden enkel toegekend mits jaarlijkse aanpassing van het aflossingsbedrag aan de gezondheidsindex en aan marktconforme looptijden. 1.6 Actieplan: Fiscaliteit: geen belastingverhoging. 1.6.1 Actiepunten: • Het stadbestuur zal de aanvullende belasting op de personenbelasting (7,5% in 2012) en de opcentiemen op de onroerende voorheffing (1.400 in 2012) niet verhogen gedurende de komende legislatuur. Als de financiële toestand van de stad gunstig evolueert, zal het stadsbestuur onderzoeken hoe men de indexering van de onroerende voorheffing op de enige gezinswoning kan compenseren. Bij de bevoegde overheden wordt er op aangedrongen dat de mogelijkheid gecreëerd wordt om gedifferentieerde aanslagvoeten inzake onroerende voorheffing te hanteren. • Het stadsbestuur ziet de start van de nieuwe bestuursperiode als een uitgelezen moment om de opportuniteit (actualiteit van de belasting, beleidsdoel van de belasting, duurzaamheidtoets…) en hoogte (benchmark ten opzichte van Vlaamse gemiddelden…) van alle andere gemeentelijke belastingen te evalueren en te onderzoeken welke wijzigingen of verschuivingen nuttig kunnen zijn. Het uitgangspunt bij de hervorming is een voor de burger en bedrijfswereld zo transparant en eenvoudig mogelijk systeem. • Voor retributies is er, los van de aanpassing aan de index, zowel nood aan een meer realistische en billijke prijszetting (zodat de uitvoering ervan minstens budgetneutraal is), als aan een duidelijke reglementering die vastlegt in welk geval men welke tarieven toepast. Tevens onderzoekt het stadsbestuur samen met de VVSG hoe het verlies aan inkomsten in de aanvullende personenbelasting ten gevolge van de toenemende vervennootschappelijking kan gecompenseerd worden. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

15 1.7 Actieplan: Optimaliseren dotaties en subsidiestromen. 1.7.1 Actiepunten: • Het stadsbestuur dringt bij de bevoegde overheden aan op een voor de centrumsteden meer billijke verdeling van de diverse fondsen. Het is evident dat de druk van ongeveer 45.000 inwoners die niet mogen ingeschreven worden in de bevolkingsregisters hierbij in rekening moet gebracht worden. Het stedenfonds werd door de Vlaamse overheid opgericht om de centrumsteden extra te ondersteunen in hun werking. • Bovengemeentelijke steun zal zoveel mogelijk worden gemobiliseerd. Europese, federale, Vlaamse, provinciale en intercommunale subsidiëring zal ambitieus worden nagestreefd in samenwerking met het door de centrumsteden opgerichte kenniscentrum. 1.8 Actieplan: Actief schuldbeheer. 1.8.1 Actiepunten: • In haar schuldbeheer poogt het stadsbestuur de kosten met betrekking tot de schuld te beperken, de schuldsamenstelling in termen van vaste en variabele rentevoeten adequaat te beheren en analyse-instrumenten te gebruiken om haar schulden optimaal en dynamisch te beheren. De stad Leuven besteedt daartoe bijzondere aandacht aan de mogelijkheden die haar door de financiële markten worden geboden. Dit actief schuldbeheer houdt een bewuste keuze in tussen het renterisico en de intrestlast verbonden aan de schuldportefeuille van de stad Leuven en dit gegeven de bestaande structuur van de schuldportefeuille, de actuele renteomgeving en renteverwachtingen en de houding van het bestuur ten opzichte van de risico’s. 1.9 Actieplan: Cashpooling voor de groep Leuven. 1.9.1 Actiepunten: • Voor de geldbewegingen van de entiteiten binnen de groep Leuven – OCMW, AGSL, AGM, HeLics en politie - wordt uitgegaan vanuit het principe van de “cashpooling”. Via de voorziene begrotingskredieten “bijdrage in het tekort”, “volstorting maatschappelijk kapitaal” en het verstrekken van (doorgeef)leningen en/of renteloze voorschotten zullen gelden gestort worden naar noodzaak van de financiële behoeften. De entiteiten met rechtspersoonlijkheid bezorgen daarvoor aan de stad Leuven periodiek (wekelijks of maandelijks) een geactualiseerde thesaurie- en liquiditeitsplanning. Conform artikel 145 van het ocmw-decreet zullen stads- en ocmw bestuur hierover afspraken maken. 1.10 Actieplan: Eenzelfde BBC systeem voor de groep Leuven. 1.10.1 Actiepunten: • De organieke decreten schrijven voor dat het meerjarenplan en het budget allebei moeten bestaan uit een inhoudelijk luik (met beleidsdoelstellingen, actieplannen en acties) en een financieel luik. Het is dan ook normaal dat het registratiesysteem (de boekhouding dus) en de jaarrekening eenzelfde dubbele invalshoek van beleid en financiën volgen. Het besluit zou voor de lokale besturen een instrument moeten worden om de beleidsvoering (en de Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

16 financiële gevolgen ervan) als geheel te plannen, uit te voeren, op te volgen en erover te rapporteren. Omwille van de transparantie wenst het stadsbestuur dat stad, OCMW en AGB’s en waar mogelijk politie hiervoor hetzelfde informaticaplatform zullen gebruiken, zodat ten alle tijden de globale financiële toestand kan gemonitord worden. De directie financiën van de stad Leuven zal uitgerust worden om hierbij als shared service center (SSC1) te fungeren. Alle bovenvermelde actieplannen zullen periodiek geëvalueerd worden en zo nodig bijgesteld aan de wijzigende financiële en economische omstandigheden. 1 Een shared service center bundelt in een organisatie alle processen die op ongeveer dezelfde manier kunnen worden uitgevoerd. Die processen worden samengevoegd in een nieuwe, semi-autonome eenheid die haar diensten aan andere eenheden aanbiedt. Het doel van een SSC is de kwaliteit verbeteren, kosten besparen of toegevoegde waarde creëren. De opdrachtgever en het managementteam van het SSC moeten bespreken welke producten en diensten het SSC zal leveren. Zo is het shared service center bijvoorbeeld verantwoordelijk voor de inrichting van bedrijfsprocessen en de keuze van applicaties. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

17 II. Algemeen Bestuur Leuven wil een klantgerichte stad zijn met aandacht voor de toegankelijkheid van de dienstverlening en het aanbod voor alle Leuvenaars, ongeacht hun afkomst, geslacht, leeftijd, enz. Om dit te bereiken, zet de stad in op het versterken van de frontlijn in klantcontacten, op snelle en correcte doorverwijzing, en op digitalisering van informatie en producten. Communicatie Missie “Communicatie” helpt de organisatiedoelstellingen te bereiken (de dienstverlening te verbeteren), het beleid kenbaar en aanvaardbaar te maken, het bestuur een eigen identiteit te geven en te zorgen dat het gewenste imago wordt gerealiseerd. Communicatie moet bijdragen om het democratisch gehalte van het beleid te versterken. Daarom is het belangrijk dat er geïnformeerd wordt op alle niveaus van de besluitvorming en dat er vroeg in het beslissingsproces een vorm van inspraak en participatie wordt georganiseerd. De dienst communicatie staat in voor het informeren van alle burgers over het beleid, de regelgeving en de dienstverlening op een systematische, objectieve, tijdige en verstaanbare manier. Een goed uitgebouwd intern communicatiebeleid is hiervoor één van de hoekstenen. De dienst communicatie wil op korte termijn een eenduidig en eenvormig communicatiekader aanreiken voor de stadsorganisatie. Daarom moet de dienst communicatie uitgroeien tot de overkoepelende entiteit die instaat voor de ontwikkeling en de bewaking van het communicatiekader en de communicatieplanning; een dienst die fungeert als intern adviesbureau rond communicatie. 1.Beleidsdoelstelling: We optimaliseren de klantgerichte externe dienstverlening. 1.1 Actieplan : De dienst communicatie moet een voortrekkersrol spelen in het uitbouwen van een door iedereen gedragen communicatiebeleid. In Leuven is er de voorbije jaren al heel wat gerealiseerd op het vlak van communicatie. Communicatie is echter niet alleen het werk van het personeel van de afdeling communicatie; elke ambtenaar of dienst communiceert. Communicatie is voor ieder van ons van belang en moet dus absoluut verder blijven uitgroeien tot een attitude, een reflex. Daarvoor zorgt elke directie/afdeling (minstens) voor één aanspreekpunt dat samen met de dienst communicatie de meest optimale, efficiënte en effectieve manier van communiceren uitbouwt en zorgt voor de uitvoering ervan. Van de dienst communicatie wordt verwacht dat hij een kader uittekent waarbinnen deze Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

18 aanspreekpunten moeten werken en dat hij, waar nodig, voorziet in de nodige opleiding en vorming. 1.1.1 Actiepunten: • Veel beleidsbeslissingen hebben een communicatieluik. In de praktijk wordt hieraan nog te weinig aandacht besteed en wordt de dienst communicatie meestal in een laattijdige fase bij het proces betrokken. Daarom zal aan de directeurs en diensthoofden worden gevraagd om een communicatieparagraaf in te bouwen bij ieder dossier dat aan het college wordt voorgelegd. Voor grotere acties moet dit reeds gebeuren bij het opmaken van de begroting voor het volgende dienstjaar. • Het is niet eenvoudig om te bepalen hoe groot de groep is die wij op een bepaald moment bereiken, of hoe de grootte van de groep geëvolueerd is en wat het effect is van de gevoerde communicatie. Wij pleiten daarom voor regelmatige en uitgebreide onderzoeken. Naast een inventaris van de bestaande situatie (structurele voorwaarden en communicatiemiddelen) is er nood aan het afwegen over het hoe en waarom van de inzet van deze middelen. Na een uitgebreide doorlichting en marktonderzoek kunnen communicatiebeleid en communicatiemiddelen met kennis van zaken afgestemd worden op de resultaten ervan. 1.2 Actieplan: De dienst communicatie moet op een creatieve manier, samen met de diensten waar de kennis over de doelgroep zit en die best weten welke behoefte er leeft, zoeken naar de meest optimale manier om de boodschap uit te dragen. Tijdens de volgende legislatuur zal onderzocht worden hoe de stedelijke communicatiedienst kan worden versterkt en hoe alle stadsdiensten beter kunnen samenwerken rond hun interne en externe informatiestromen. De vernieuwde dienst communicatie moet zorgen voor een meer geïntegreerde denk- en werkwijze rond communicatie. Daarnaast moet de nieuwe dienst zo opgebouwd zijn dat het hele proces van communicatie efficiënter wordt en de stadsdiensten betere ondersteuning krijgen bij hun communicatieacties. Uitgangspunt is dat de dienst moet inzetten op samenwerking maar bovenal dat alles in cocreatie met de decentrale diensten gebeurt. 1.2.1 Actiepunten: • In samenspraak met alle directies zal er tijdens deze legislatuur een definitieve keuze worden gemaakt tussen het behoud van aparte communicatiecellen in de verschillende diensten of het resoluut verder uitbouwen van een centrale communicatiedienst; een keuze die destijds uitdrukkelijk is gemaakt voor de integratie van de cel stadsvernieuwing (infohuis). De keuze voor de ene of de andere evolutie, zal worden vertaald in het personeelsorganogram. Indien men (volgens de logica van Moebius) een centrale communicatiedienst uitbouwt, impliceert dit dat het personeelsaantal van de afdeling merkelijk moet worden opgetrokken, al kan er ook over nagedacht worden om de bestaande communicatiemensen van andere afdelingen (deels) te laten functioneren binnen de communicatiedienst. Op korte termijn zal de afdeling communicatie vooral een adviserende en ondersteunende rol blijven vervullen, ook al vergt dit het nodige personeel. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

19 1.3 Actieplan: De afdeling communicatie zal de bestaande media verder verfijnen en uitbreiden. 1.3.1 Actiepunten: • Ook de volgende jaren zal de stad blijven gebruik maken van een zo uitgebreid mogelijk pakket aan informatiemiddelen (de zgn. communicatiemix). De eigen gedrukte publicaties (van de verschillende diensten), het informatieblad ‘Info Leuven’, het Jaarboek, het stadsvernieuwingsmagazine Mozaïek, de stedelijke website (www.leuven.be) (en de verschillende deelsites), de digitale informatieborden, de aanwezigheid op de sociale media Facebook en Twitter … zullen allicht de hoofdtoon blijven uitmaken. • Wel zien we bij veel steden en gemeenten al geruime tijd een verschuiving van een stedelijk informatieblad naar een hip stadsmagazine. De afdeling communicatie zal tijdens de volgende legislatuur onderzoeken in hoeverre de uitgifte van een dergelijk magazine wenselijk en (budgettair) haalbaar is. • De afdeling communicatie zal onderzoeken hoe betaalde advertenties in regionale kranten en media kostenefficiënter kan verlopen, onder meer door het afsluiten van gezamenlijke contracten. • Ook de pers is voor de stad van essentieel belang. Interne spelregels en een onderzoek naar de behoeften van de pers moeten op termijn nog meer bijdragen tot een klantgericht en efficiënt persbeleid. • De afdeling communicatie zal blijven waken over de toepassing van de huisstijl en zal de uitwerking van een ‘één merkenstrategie’ voor de verschillende geledingen van de stad verder opvolgen en onderzoeken. • Ook zal de afdeling tijdens de volgende legislatuur in een eerste fase werk maken van de ontwikkeling van een visueel cachet waarmee het ‘Leuven-gevoel’ kan getoond worden bij externe actoren buiten de stadsdiensten. De geleidelijke invoering van een dergelijk label en het consistent gebruik ervan op typisch Leuvense producten en diensten, kan op langere termijn een aanzet zijn om een breed draagvlak voor een ‘volwaardige ‘één merkenstrategie’. • De cel communicatie stadsvernieuwing verzorgt al jaren de specifieke communicatie over openbare werken en stadsvernieuwingsprojecten: dat gaat zowel over de grotere projecten die te maken hebben met de fysische transformatie van de stad als de kleinere ingrepen (straten en pleinen). Er is duidelijk nood aan een goede en gestructureerde communicatie over stadsvernieuwing en openbare werken. Het is daarom evident dat deze werking in de volgende legislatuur wordt verder gezet. Het stadsvernieuwingsmagazine ‘Mozaïek’ blijft een belangrijk kanaal om deze informatie te verspreiden. Daarnaast worden ook andere media ingezet en op elkaar afgestemd om de verschillende doelgroepen juist te bereiken. Deze bestaande kanalen blijven ook de komende jaren de basis voor de communicatie over stadsvernieuwing: nieuwsbrieven, infovergaderingen, “OpZondagen”, rondleidingen, de stadswebsite, infopanelen in de publieke ruimte, lezingen en debatten, stadsvernieuwingsmagazine Mozaïek, thematische drukwerken over een specifiek project, informatie via Info Leuven, debatten, vragen beantwoorden via mail en telefoon, sociale media, participatietrajecten. • Naast de communicatie over de projecten in planning, in werf, … zal de cel communicatie stadsvernieuwing ook de volgende jaren acties en producten uitwerken die de stadsontwikkeling voor een groot publiek toegankelijk maken en die mee ingeschakeld kunnen worden in de stadsmarketing van Leuven (bijv. de OpZondagen). 1.4 Actieplan: De afdeling communicatie zal een bijdrage leveren tot het vergroten van de participatie en inspraak van de bevolking. 1.4.1 Actiepunten: • De rechtstreekse communicatie blijft in het hele communicatiegebeuren een belangrijke plaats verdienen. Het gesprek van een ambtenaar, burgemeester of schepen met de burger op een Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

20 informatievergadering, een inloopnamiddag, een informele buurtbabbel in de verschillende wijken of een gedachtewisseling op het stadhuis (ontvangst nieuwe inwoners) worden steeds belangrijker om de dialoog met en het vertrouwen van de bevolking te versterken. • Het stadsbestuur wil de Leuvenaar blijven betrekken als partner in het beleid. Per project zal er een informatie- en participatietraject op maat opgezet worden. We ontmoedigen daarbij de “not-in-my-backyard”-mentaliteit en stimuleren consensus en begrip voor diverse belangen zodat het algemeen belang gerespecteerd wordt. • De verschillende betrokken stadsdiensten zullen hiervoor samenwerken zodat participatie en communicatie één logisch traject worden. De dienst communicatie neemt hiervoor de coördinatie op zich en werkt hiervoor een samenwerkingsvoorstel uit. 1.5 Actieplan: De afdeling communicatie bouwt een strategie uit op gebied van de digitale communicatie en dienstverlening. 1.5.1 Actiepunten: • Er moet een duidelijke samenhang zijn in de digitale communicatie van de stad. Elk digitaal product moet zichtbaar en gevoelsmatig van de stad Leuven zijn. Hiervoor ontwikkelen we een online huisstijl, maken we richtlijnen op rond webschrijven, stellen we procedures op elkaar af, … • Alle websites, sociale media, nieuwsbrieven en applicaties moeten voldoen aan kwaliteitseisen op gebied van techniek, design, taalgebruik, toegankelijkheid en usability. Cijfers en gebruikerstesten vormen de basis van het online beleid. Een veralgemeend gebruik van webstatistieken zorgt voor permanente monitoring. Zo bekijken we of de huidige digitale kanalen nog beantwoorden aan de noden en sturen we bij waar nodig. • Voor alle stedelijke websites (leuven.be, mleuven.be, 30cc.be, mijnleuven.be), projectwebsites (bv.amateurama.be, rodehond.be) en websites met externe partners (bv. leuvenklimaatneutraal.be) moet een beroep gedaan worden op de interne expertise van de cel digitale communicatie. De middelen moeten optimaal ingezet worden zodat de kwaliteit van de online producten stijgt, er schaalvoordelen ontstaan en de kosten dalen. • Mobiele websites krijgen prioriteit. In een eerste fase komen er mobiele versies van de stedelijke website(s). • We ontwikkelen mobiele applicaties die het dagelijkse leven van de Leuvenaar vereenvoudigen. De stad stelt hiervoor o.a. open data ter beschikking waarmee de online community aan de slag kan om gratis apps te ontwikkelen. • De dienst communicatie tekent een centrale sociale media strategie uit. In eerste instantie luisteren we naar wat er over de stad Leuven wordt verteld, beantwoorden we vragen en creëren we tweerichtingsverkeer. We onderzoeken de mogelijkheden van online inspraak en participatie. • Leuven bouwt zijn elektronische dienstverlening uit. Via het digitale loket moet de burger op eenvoudige wijze aanvragen kunnen afhandelen (tot en met elektronische betaling). De burger moet zijn dossier zelf kunnen opvolgen en beheren. We zorgen voor eenvormige procedures. We optimaliseren het online reserveren voor sport- en jeugdkampen en de online verkoop van tickets. 2. Beleidsdoelstelling: We streven naar een kwaliteitsvolle, efficiënte interne organisatie. 2.1 Actieplan: De afdeling communicatie zal extra inzetten op de interne communicatie. De afdeling waakt erover dat de informatie die verspreid wordt relevant, Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

21 kwaliteitsvol en correct is maar vooral dat iedereen ze tijdig ontvangt of kan raadplegen. Het blijft ook in de volgende jaren één van de prioriteiten van de afdeling communicatie om alle stadsmedewerkers te informeren over alles wat er reilt en zeilt in de organisatie: informatie over taakverdelingen, de financiële toestand van de stad, de vakantieregeling, klachten, praktische afspraken, afwezigheid van personeelsleden, vakantieregeling van de leden van het college, verduidelijking van de statuten, deadlines voor het indienen van de informatie voor het jaarverslag en de begroting, beleidsbeslissingen, procedures voor aankopen, procedures voor de tijdsregistratie, voordelen van de personeelskaart, enzovoort. 2.1.1 Actiepunten: • De belangrijkste kanalen om al deze informatie te verspreiden blijven het intranet (Lavanet) en het personeelsblad Lava. Het intranet wordt in de loop van 2013 grondig aangepakt: de structuur wordt herwerkt, dienstsites die nu los staan van elkaar worden geïntegreerd (M-net, Cultranet,…), de inhoud wordt helemaal nagekeken en up to date gehouden, doelgroepen bepalen wat je als eerste te zien krijgt zodat het intranet op maat van elke gebruiker gemaakt kan worden. • Een grote groep werknemers van de stad werkt evenwel niet (dagdagelijks) op pc. Deze werknemers hebben sinds 2011 weliswaar allemaal toegang tot het intranet via een pc in bijv. de refters maar het informeren van deze groep via andere kanalen blijft niettegenstaande erg belangrijk. De wekelijkse nieuwsbrief - met een samenvatting van het nieuws van de week - moet behouden blijven. • Daarnaast moeten personeelsleden ook kanalen krijgen om (al dan niet gemodereerd) op een eenvoudige manier zelf informatie te verspreiden. Wij denken hierbij niet alleen aan werkgerelateerde informatie maar ook aan meer persoonlijke informatie (zoekertjes, oproepjes,… ). Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

22 Stadsadministratie en samenwerking politiek-administratie Missie De afdeling stadssecretariaat ondersteunt de stadsdiensten en gemeentelijke organen op kwalitatieve, efficiënte en economisch verantwoorde wijze zodat het stadsbestuur optimaal kan functioneren. Visie Het stadssecretariaat brengt kennis en doorgedreven overleg met interne en externe klanten samen met het primaat van de politiek en verzekert zo een gedragen beleid en een klimaat van vertrouwen. Het stadssecretariaat is mede door de betrokkenheid van de medewerkers een competente partner voor stadsdiensten en gemeentelijke organen en reikt duurzame oplossingen aan. Het stadssecretariaat genereert een meerwaarde voor (stadsbrede) processen, zodat de efficiëntie van de dienstverlening gewaarborgd blijft. 1.Beleidsdoelstelling: De stad verbetert voortdurend haar werking en wil een kwaliteitsvolle, efficiënte dienstverlening realiseren, zowel intern als extern. 1.1 Actieplan: De stad wil administratieve vereenvoudiging en automatisering van de werkprocessen realiseren. 1.1.1 Actiepunten: • De stad optimaliseert het postregistratiesysteem en integreert het als aanzet naar een document-managementsysteem en modern archiefbeheer. • We ontwikkelen een tool voor het opvolgen van juridische procedures en adviezen. • De stad ontwikkelt een tool voor de aanvragen tot inname van het openbaar domein. 1.2 Actieplan: De stad wil een optimale samenwerking tussen politiek en administratie en efficiëntere besluitvorming realiseren. 1.2.1 Actiepunten: • Het managementteam blijft een volwaardige rol spelen. • In samenwerking met 4 andere centrumsteden (Hasselt, Kortrijk, Brugge en Sint-Niklaas) werken we een webgebaseerd platform uit (e-decision) voor een volledig digitale voorbereiding, behandeling en opvolging van bestuurlijke beslissingen op diverse niveaus. Een krachtige zoekfunctie draagt bij tot het ontsluiten van het besluitvormingsproces. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

23 1.3 Actieplan: De stad wil nieuwe regelgeving op lokaal vlak implementeren. 1.3.1 Actiepunten: • De stad volgt de organieke wetgeving op. • De stad volgt een aangepaste vorming. • De stad realiseert kennisoverdracht binnen de eigen organisatie. 1.4 Actieplan: We stellen onze dienstverlening kritisch in vraag met als doel de processen te optimaliseren. 1.4.1 Actiepunten: • We sporen verbeteropportuniteiten in de processen actief op. • De stad stelt de werkprocessen waar mogelijk bij. • Samen met andere stadsdiensten geven we vorm aan een klachtopvolgingssysteem dat intern en extern raadpleegbaar is. 1.5 Actieplan: De stad creëert interne en externe draagvlakken. 1.5.1 Actiepunten: • We bouwen structuren voor optimale communicatiedoorstroming uit. • We onderhouden netwerken en breiden ze uit. 2.Beleidsdoelstelling: De stad stapt mee in het digitale tijdperk. 2.1 Actieplan: De stad deelt informatie online, digitaal en via sociale media. De stad wil als moderne overheidsorganisatie bestuurlijke informatie ontsluiten en waar mogelijk digitaal deelbaar maken. Hiertoe zullen moderne communicatiestrategieën uitgebouwd worden en zal er gebruik gemaakt worden van sociale media. 2.1.1 Actiepunten: • De gemeenteraadsleden zullen via tablets de agendapunten van de gemeenteraad kunnen voorbereiden, dossierstukken digitaal kunnen raadplegen en de vergaderingen digitaal volgen. • We breiden de toepassingen van het E-loket uit met gerichte aanvraagformulieren (inname openbaar domein gecombineerd met online-betalingsmogelijkheden, openbaarheid van bestuur,…). • De rechtstreekse uitzending van de gemeenteraadszitting integreren we verder in het besluitvormingsproces. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

24 Personeelszaken Missie Stad Leuven wil een aantrekkelijke regionale werkgever zijn die met een groep van gemotiveerde medewerkers een kwaliteitsvolle dienstverlening aanbiedt aan de burger en aan de eigen werknemers. Het stadsbestuur van Leuven telt ongeveer 1200 personeelsleden in diverse functies. De maatschappelijke relevantie is een extra motivatiefactor. Bovendien streeft de stad voor zijn werknemers een goede balans tussen werk en privé na. Onder andere een gunstige verlofregeling, flexibele werkuren, diverse mogelijkheden voor deeltijdse prestaties en thuiswerk maken dit mogelijk. Daarnaast biedt de stad Leuven haar personeelsleden verschillende loopbaankansen en ontwikkelingsmogelijkheden aan door opleiding, coaching en de mogelijkheid van horizontale en verticale mobiliteit tijdens de loopbaan. Een bijkomende troef is de centrale ligging en vlotte bereikbaarheid van de stedelijke werkplekken, ook met ecologische vervoersmiddelen zoals het openbaar vervoer en de fiets. Tot slot zet de stad in op de motivatie en tevredenheid van haar personeel, onder meer door het voeren van een actief welzijnsbeleid, het aanbieden van personeelsactiviteiten en (sociale) voordelen. Visie Stad Leuven wil haar imago van belangrijke plaatselijke werkgever bestendigen door verder uit te groeien tot een kwaliteitsvolle, klantgerichte, efficiënt werkende en moderne overheidsorganisatie die mee stapt in het digitaal tijdperk en inspeelt op de uitdagingen van een voortdurend wijzigende maatschappij en arbeidsmarkt. 1. Beleidsdoelstelling: Stad Leuven verbetert voortdurend haar werking in de richting van een efficiënt werkende en moderne overheidsorganisatie. 1.1 Actieplan: We verfijnen en optimaliseren de bestaande organisatiestructuur en personeelsinzet. 1.1.1 Actiepunten: • De stad herziet en verfijnt de organisatiestructuur. We hanteren hierbij een procesmatige benadering en evalueren en vernieuwen geregeld de werkprocessen en diensten. • We willen het personeel efficiënter inzetten. Met een grote uitstroom wegens pensionering in het vooruitzicht, maken we proactief een personeelsbehoefteplanning op, waarbij rekening gehouden wordt met de personeelsprioriteiten van elke directie (zowel uitbreiding of vermindering van personeel als nood aan nieuwe inhoudelijke expertise kan overwogen worden). (zie ook actieplan 1.2) Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

25 • De stad wenst het personeel flexibeler in te zetten, te evolueren van enkel taakgericht naar project- en opdrachtmatig werken en de medewerkers de mogelijkheid te geven inhoudelijk andere taken op te nemen. • Voor de marge van het personeelsbudget houdt de stad rekening met de evolutie van de inkomsten en uitgaven en het takenpakket. • De stad zal ondersteunende taken verder (optimaal) centraliseren en het personeel van deze overkoepelende diensten hiervoor de nodige know-how laten ontwikkelen. 1.2 Actieplan: De stad wil een nauwere samenwerking met het OCMW Leuven op vlak van personeelsbeleid. 1.2.1 Actiepunten: • De stad onderzoekt en realiseert een uitbreiding van de samenwerking met het OCMW Leuven op vlak van personeelsbeleid. Op basis van een kosten-batenanalyse wordt concreet in kaart gebracht op welke domeinen en op welke manier het best kan worden samengewerkt. • Personeelsmobiliteit tussen stad en OCMW wordt mogelijk gemaakt. De stad overlegt hiertoe verder met het OCMW en werkt de modaliteiten uit in de rechtspositieregeling. 2. Beleidsdoelstelling: De stad optimaliseert de interne organisatie en werking van de directie personeel met als doel een betere ondersteuning van de andere diensten op vlak van personeelsbeheer en –beleid. 2.1 Actieplan: We zetten in op administratieve vereenvoudiging en automatisering van werkprocessen. 2.1.1 Actiepunten: • De stad ontwikkelt en integreert een HRM tool die het mogelijk zal maken om een heel aantal taken binnen het domein van personeelsbeleid, zoals werving en selectie, vorming, evaluatie, … te automatiseren. • De stad werkt mee aan het Project Capelo. Hiertoe zet ze een databank op met gegevens over loopbanen in de overheidssector en vult ze, gefaseerd, voor al haar personeelsleden een elektronisch loopbaandossier in (als bron voor het elektronisch pensioendossier). 2.2 Actieplan: De stad wil alle directies en afdelingen relevante beleidsinformatie op vlak van personeelsbeleid aanbieden. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

26 2.2.1 Actiepunten: • We werken een ICT-platform uit, waarmee we alle directies voorzien van personeelsrapportage. 3. Beleidsdoelstelling: Stad Leuven voert een modern rekruterings- en selectiebeleid met het oog op het aantrekken van de juiste talenten voor haar diverse functies. 3.1 Actieplan: Stad Leuven diversifieert haar huidige rekruteringsstrategieën en selectieprocedures om gerichter en op een kostenbesparende manier talentvol personeel aan te trekken. 3.1.1 Actiepunten: • De stad wil gerichter rekruteren door naast diplomavereisten, ook ervaringsvereisten of andere voorwaarden tot kandidaatstelling op te nemen. • De stad onderzoekt de mogelijkheid om te rekruteren o.b.v. elders verworven competenties, als een eerste stap naar meer competentiegerichte selectieprocedures, en indien aangewezen, past ze dit toe. • Voor knelpuntberoepen zal de stad, als nodig, arbeidskrachten zonder de juiste scholing aanwerven en hen zelf opleiden via doorgedreven begeleiding en training-on-the-job. We geven hen ook loopbaankansen en laten hen op basis van hun opgedane opleiding en ervaring bij de stad doorgroeien. • Stad Leuven bewaakt de kosten van rekrutering en selectie en evalueert de exclusieve samenwerking met Jobpunt Vlaanderen. • De stad onderzoekt de mogelijkheden van externe mobiliteit, waarbij overheidspersoneel eenvoudig kan bewegen tussen verschillende overheidswerkgevers, en werkt hieromtrent een beleid uit. 3.2 Actieplan: Stad Leuven zet in op e-rekrutering. 3.2.1 Actiepunten: • De stad ontwikkelt een online sollicitatietool en integreert deze in de brede HRM-tool. • Stad Leuven rekruteert ook personeelsleden via sociale media. 4. Beleidsdoelstelling: Stad Leuven speelt als werkgever in op een wijzigende maatschappij en arbeidsmarkt. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

27 4.1 Actieplan: Stad Leuven voert een actief retentiebeleid zodat personeelsleden gestimuleerd worden zo lang mogelijk en gemotiveerd aan het werk te blijven. 4.1.1 Actiepunten: • Stad Leuven zet in op vormings- en ontwikkelingskansen voor haar personeelsleden, en zal daarbij de leervorm afstemmen op de ontwikkelingsbehoefte. Naast organisatiespecifieke en technische kennis en vaardigheden zal de stad ook projecten opzetten voor het ontwikkelen van persoonsgebonden competenties (bijv. voor leidinggevenden). Intensieve vormingen zullen ook als incentive kunnen worden ingezet. • De stad zal ruimere en transparantere doorgroeimogelijkheden uitwerken en aanbieden, bijvoorbeeld in de vorm van tijdelijke opdrachten in projecten of rollen voor ervaren werknemers ter ondersteuning van collega’s. • Stad Leuven blijft inzetten op het welzijn van haar medewerkers. Personeelsleden kunnen met vragen of problemen terecht bij een vertrouwenspersoon of de sociale dienst. Ook met een actief aanwezigheidsbeleid en de organisatie van allerlei personeelsactiviteiten wil de stad bijdragen aan het welbevinden van het personeel. Om zicht te krijgen op de personeelstevredenheid en gerichte acties te kunnen nemen, zal de stad een tevredenheidsmeting houden. • De stad herbekijkt kritisch het proces van controlegeneeskunde. • We werken een ‘werkstresspreventieplan’ uit. 4.2 Actieplan: Stad Leuven voert een divers en leeftijdsbewust personeelsbeleid waarbij gestreefd wordt naar een personeelsbestand dat een afspiegeling vormt van de Leuvense bevolking. 4.2.1 Actiepunten: • Stad Leuven bestendigt en verruimt haar actueel diversiteitsbeleid. We zetten verder in op de tewerkstelling van kansengroepen. Enerzijds willen we met gerichtere rekruterings- en wervingsstrategieën kansengroepen bereiken, o.m. via gerichte campagnes en afgeschermde selectieprocedures, en anderzijds willen we werknemers uit kansengroepen (bijv. in tewerkstellingsmaatregelen aangeworven) met de gepaste begeleiding en vorming laten doorgroeien. • Stad Leuven voert een leeftijdsbewust personeelsbeleid met oog voor generatiemanagement. De stad zet in op een gezinsvriendelijk personeelsbeleid, aangepaste taken en rollen voor oudere werknemers, het aantrekken van jonge talenten door het opbouwen van een sterk werkgeversimago, en het aanbieden van voldoende (door)groeimogelijkheden. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

28 Data- en Facilitair Beheer 1.Beleidsdoelstelling: De stad streeft naar een kwaliteitsvolle, efficiënte interne organisatie en een optimale dienstverlening naar klanten toe. 1.1 Actieplan: De stad wil dat haar stadsgebouwen duurzaam, energiezuinig, toegankelijk en veilig zijn, goed onderhouden worden en multifunctioneel worden ingezet. 1.1.1 Actiepunten: • Voor het ontwerp van nieuwbouw en grondige verbouwingen worden onder meer volgende elementen geïntegreerd: normen, regels en wetgeving i.v.m. toegankelijkheid, onderhoudsvriendelijk ontwerp, milieu, brandveiligheid, energie, voedselveiligheid, waterbeheer, duurzaamheidstoets, … Compact bouwen wordt gestimuleerd. Specifiek voor renovatie worden de principes van Trias Energetica gehanteerd. • De budgettering van investeringen wordt gebaseerd op totale levensduurkosten (LCCA) en geëvalueerd door het gebruik van kengetallen. • We verleggen verder de focus van ad hoc onderhoud naar preventief onderhoud, aangevuld met systematische inspecties, om de kwaliteit van het gebouw en de installaties langdurig te behouden en het comfort in het gebouw beter te kunnen garanderen met energiebesparing als bijproduct. • We voorzien voldoende kredieten om de gebouwen aan te passen aan de evolutie van de wetgeving en het toepassen van just-in-time onderhoud, gebaseerd op een meerjarenonderhoudsplanning met de nodige vervangingsinvesteringen. • Bovendien wordt gestreefd naar een doorgedreven ruimterationalisering door het multifunctioneel benutten van ruimtes. • Door centraal beheer van de stadsgebouwen komen we tot een rationalisering van het ruimtegebruik, en de opbouw van expertise in onder meer energie en meet- en regeltechniek. We voorzien voldoende begeleiding en bijscholing van medewerkers voor steeds complexer wordende gebouwen en technieken. Dit moet leiden tot een efficiënter beheer van onze gebouwen. • Het intern communicatieplan voor projecten vullen we aan met klanttevredenheidsonderzoek. We zetten een klantrelatie op met de gebruikers van de panden waar afspraken gemaakt worden naar gebruik en veranderingen in gebruik. Hiertoe sluiten we een onderhandelde gebruiksovereenkomst af. We maken een best practices database binnen de stad met nauwe contacten met andere steden voor informatie- en kennisuitwisseling. • We onderzoeken een standaard toegangs- en beveiligingssysteem naar gebouwen en lokalen binnen bestaande en nieuwe projecten gebaseerd op elektronische toegang, en implementeren als mogelijk. De mogelijkheden van Wifi voor onderhoudsopvolging wordt nagegaan en eventueel ingevoerd. • Aan de hand van gangbare en aanvaarde normen en kengetallen optimaliseren en objectiveren we het poetsen van gebouwen en de verhuur van lokalen (zie ook Stadsontwikkeling, Infrastructuur en Wonen actieplan 4.2.1) Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

29 1.2 Actieplan: De stad zet in op een gecoördineerd en uniform databeheer met als doel de toegang tot correcte, volledige en actuele data voor beleid, burgers en gebruikers te verzekeren. 1.2.1 Actiepunten: ondersteunen van operationele databanken: • We onderhouden en bouwen verder een systematisch overleg met HeLics uit inzake ICTondersteuning. • De stad houdt de G@lileo toepassingen operationeel en stelt ze ter beschikking van de diensten inclusief correct en actueel planmateriaal en databanken. • We duiden authentieke bronnen aan binnen en buiten de stadsorganisatie. (intern o.a.: CRAB- vergunningenregister- gebouwenregister- leegstandsregisterpersoneelsdatabank-…) (extern o.a.: KADASTER-RR-KBO-GIPOD). Het gebruik van deze authentieke bronnen ondersteunen we en in grote mate maken we ze verplicht om zo meervoudige bijhouding van dezelfde informatie vermijden. • Op basis van een duidelijk engagement vanuit de betrokken diensten en in samenwerking met HeLics rollen we een MID-office pakket uit. Dit zal de bestaande, beschikbare informatie beter en sneller in de werkprocessen integreren en zal ze eenduidiger ontsluiten. • In het kader van Open Data: de beschikbare data stellen we duidelijk gedocumenteerd, laagdrempelig, eenvormig en goedkoop digitaal beschikbaar van iedereen die ernaar zoekt of vraagt. In eerste instantie wordt de inhoud van “Leuven in Cijfers” verder uitgebreid en wordt gewerkt aan naambekendheid van deze rapporten en analyses. • Via kaarten en analyses zetten we de beschikbare data actief in ter illustratie en ondersteuning van bestuur en beleid. We houden actuele en correcte ruimtelijke en statistische data beschikbaar en toegankelijk voor de betrokken gebruikers binnen de organisatie. • De stad doet aan kostenbeheersing door G@lileo producten en modulelicenties te verkopen aan besturen en geïnteresseerden of door ze kostendelend te ontwikkelen. 1.3 Actieplan: De stad ondersteunt de organisatie van evenementen en het goederentransport van diensten. 1.3.1 Actiepunten: kwaliteitsvol ondersteunen van evenementenorganisatoren (interne, externe in samenwerking met de stad) en van de transportnoden van diensten: • Deze ondersteuning willen we optimaliseren door tijdige adviesverlening en overleg, en door proactief mee te werken en te denken met organisatoren en diensten. • Veiligheid op evenementen is prioritair. Dit betekent preventief onderhoud voorzien en de installaties op het openbaar domein en de gebruikte middelen tijdig vervangen. Het betekent tevens het arbeidsvriendelijk maken van de gebruikte middelen. • Rekening houdend met de ongewone werksituaties zoals avond, nacht, weekend, crisissituaties, streven we een efficiënte en effectieve inzet van middelen en personeel binnen het wettelijke kader na. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

30 Erediensten Visie Vandaag zijn 5 erkende erediensten actief op het grondgebied van Leuven : de rooms-katholieke eredienst, de protestantse eredienst, de anglicaanse eredienst, de islamitische eredienst en de orthodoxe eredienst. Een van de belangrijke uitdagingen voor de besturen van de eredienst, in het bijzonder voor de rooms-katholieke kerkfabrieken, is het beheer van het kerkelijke openbare patrimonium. Het overgrote deel van de uitgaven van de kerkfabrieken hebben betrekking op het onderhoud (en de restauratie of renovatie) van dat patrimonium. Het beheer van de gebouwen wordt steeds complexer en vereist meer en meer expertise. Vooral aanbestedingen van restauratiewerken en grote onderhoudswerken maar ook het financieel beheer van de kerkfabriek vraagt expertise op administratief en technisch vlak. Het is in beider belang dat de stad de kerkraad voldoende ondersteunt en expertise ter beschikking stelt in de uitvoering van haar taak. De parochiekerk was lange tijd een ankerpunt in onze samenleving : de kerk als gemeenschap, de kerk als oriëntatiepunt in het stedelijk weefsel. Het sociaal-culturele weefsel van vele wijken is, ook ruimtelijk, rond parochiekerken gegroeid. Naast de eigen intrinsiek religieuze en cultuurhistorische waarde bezitten deze gebouwen ook een architectonische, landschappelijke, stedenbouwkundige en monumentwaarde. De toenemende secularisering heeft geleid tot een onevenwicht tussen aanbod en gebruik van parochiekerken. Mensen blijven evenwel een behoefte hebben aan publieke plekken waar ze gemeenschap kunnen vormen. Her- en nevenbestemming van kerken kunnen aan deze behoefte een nieuwe invulling geven. We staan dan ook voor de uitdaging om dat patrimonium, met naast zijn intrinsieke religieuze betekenis ook vaak een grote architecturale en cultuurhistorische waarde, veilig te stellen voor de toekomst. In de conceptnota ”Een toekomst voor de Vlaamse parochiekerk” vraagt viceminister-president Geert Bourgeois een toekomstvisie te ontwikkelen inzake beheer en onderhoud voor het geheel van de parochiekerken. Ook hierin wil de stad de rol van facilitator en mede-debator opnemen om tot een gezamenlijk gedragen plan te komen in respect voor de scheiding van kerk en staat. 1.Beleidsdoelstelling : De stad ondersteunt de kerkbesturen op hun vraag. 1.1 Actieplan: De stad staat de kerkfabrieken bij in het beheer van hun kerkelijk gebouwenpatrimonium. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

31 1.1.1 Actiepunten: • In uitvoering van het decreet plegen we regelmatig overleg met het centraal kerkbestuur, waarbij de vragen en noden van de onder hen ressorterende kerkfabrieken kunnen besproken en geadviseerd worden. • De stad staat de kerkfabrieken op hun vraag bij in het opstellen van begroting, rekening, juridische kwesties, subsidieaanvragen. • Gelet op de alsmaar complexere wetgeving op overheidsopdrachten staan we de respectievelijke kerkfabrieken bij in het uitschrijven en opvolgen van de grotere restauratieen/of renovatiedossiers, dossiers van samenaankoop inzake energie, … • De stad verleent steun aan de vzw Al Ihsaan met het oog op het behoud van de moskee op haar huidige locatie. 1.2 Actieplan : De stad staat het centraal kerkbestuur op hun vraag bij in het opstellen van een globale toekomstvisie over de kerken. 1.2.1 Actiepunten: • We ondersteunen het centraal kerkbestuur in het kader van een parochiekerkenplan om een visie uit te werken over de toekomst van de parochiekerken, dewelke als basis kan dienen voor de opmaak of het bijsturen van het meerjarenplan. • De volgende aspecten komen in deze visie aan bod : − het actuele gebruik, − de cultuurhistorische en architecturale waarde van het gebouw en de bouwfysische toestand, − de plaats van de kerk in de ruimtelijke omgeving. • Deze visie kan leiden tot : − integraal behoud voor de bestaande religieuze functie; − medegebruik (door andere geloofsgemeenschappen), − multifunctioneel gebruik, waarbij de kerk occasioneel voor andere zaken kan gebruikt worden, − gedeeld gebruik (creatie van een kleinere liturgische ruimte binnen het kerkgebouw, waarbij de rest van de kerk een andere bestemming krijgt), − herbestemming. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

32 Burgerzaken Visie Het criterium voor de dienstverlening mag niet de interne logica van de directie zijn, maar de vraag van de burger. In het front-office gebeuren moet de klemtoon liggen op dienstverlening-op-maat van de overheid-met-een-gezicht. De situatie en de vraag van de burger staat centraal, waar mogelijk en nodig, met een persoonlijke benadering. Wel dient er steeds voor gezorgd te worden dat de correctheid en uniformiteit in dienstverlening gegarandeerd blijven. Burgerzaken draait om mensen en in de eerste plaats om hun identiteit. Burgerzaken levert namelijk diverse producten en diensten aan burgers in verband met hun identiteit en hun persoonsgegevens. Op de dienst burgerzaken wordt de eerste identiteit bij geboorte of bij binnenkomst van elke nieuwe inwoner vastgelegd. Het vastleggen, beheren en verstrekken van authentieke persoonsgegevens, of dit nu in de akten van de burgerlijke stand, de bevolkingsregisters of het strafregister gebeurt, blijft in de verdere levensloop van de burgers de kerntaak van burgerzaken. De autorisatie van de persoonsgegevens moet van een kwalitatief hoog niveau zijn, omdat via het Rijksregister honderden publieke instellingen en partners deze gegevens gebruiken in hun contacten met diezelfde burger. Om de uitdagingen van de directie burgerzaken te kunnen realiseren is een verdere professionalisering en ondersteuning van de medewerkers noodzakelijk. Zij dienen permanent bijgeschoold en opgeleid te worden. Niet alleen om de burgers op een burgervriendelijke, oplossingsgerichte, neutrale, kwaliteitsvolle en efficiënte manier te woord te staan, maar tevens om up-to-date te blijven over de technische materie. Naast de opleiding is ook de ondersteuning van medewerkers van wezenlijk belang: kwaliteitsvolle en flexibele medewerkers dienen ondersteund te worden door een kwaliteitsvolle en flexibele organisatie die ruimte creëert voor innovatie. Door de organisatie van de verkiezingen draagt de directie burgerzaken fundamenteel bij tot participatie van de burger aan het politiek gebeuren op alle niveaus. Bovenal mag de wettelijke context waarin gewerkt wordt binnen de context van behoorlijk bestuur niet over het hoofd gezien worden. Bovendien neemt de complexiteit van deze wettelijke context gestaag toe. Het correct uitvoeren van de taak blijft van het grootste belang voor de burger. 1.Beleidsdoelstelling: Het aanbieden van een kwaliteitsvolle dienstverlening aan alle burgers door het steeds optimaliseren van deze dienstverlening. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

33 1.1 Actieplan : Nieuwe overheidsinitiatieven worden op lokaal vlak ‘naadloos’ geïmplementeerd, op maat van de Leuvense burger. De werking van de directie wordt in grote mate geregeld door wetten, decreten en besluiten. Veel van deze wetten, decreten en besluiten worden opgemaakt op een hoger beleidsniveau en worden aan het gemeentelijk beleidsniveau aangeboden in overheidsinitiatieven. Deze initiatieven worden dan door de gemeenten concreet geïmplementeerd. De stad engageert er zich toe de nieuwe overheidsinitiatieven te implementeren op een manier zodat de continuïteit van de dienstverlening steeds wordt vooropgesteld. Bovendien zal, waar mogelijk, rekening gehouden met de verwachtingen van de Leuvense burger en de implementatie op de Leuvense burger afgesteld worden. Communicatie erover is een absoluut vereiste schakel in de implementatie van de nieuwe overheidsinitiatieven. 1.1.1 Actiepunten: het rijbewijs in bankkaartmodel wordt ingevoerd. • De omzetting van Europese regelgeving op het rijbewijs naar nationale regelgeving gebeurt door de FOD Mobiliteit en Verkeer. Gevolg is dat een nieuw ‘rijbewijs in bankkaartmodel’ wordt geïntroduceerd. 1.1.2 Actiepunten: biometrische gegevens worden verwerkt in paspoort en elektronische vreemdelingenkaart. • Een Europese verordening maakt binnenkort de afgifte van paspoorten met vingerafdruk verplicht. In België gebeurt dit onder de verantwoordelijkheid van de FOD Buitenlandse Zaken. Om dit te realiseren wordt hiervoor samengewerkt met de FOD Binnenlandse Zaken, die ook binnenkort biometrische verblijftitels voor onderdanen van derde landen zullen uitreiken. 1.1.3 Actiepunten: actieve medewerking wordt verleend aan algemene stadsinitiatieven. • De stad Leuven neemt heel wat initiatieven. Een aantal van deze initiatieven leiden tot een dienstverlening aan de Leuvense burger. Een concreet voorbeeld hiervan is het project ‘verdwijnpalen’. De directie burgerzaken verleent zijn expertise o.a. inzake dienstverlening aan andere stadsdiensten; en waar nodig wordt ingegaan op de vraag naar actieve loket-dienstverlening. 1.1.4 Actiepunten: identiteitsfraude wordt bestreden. • Identiteitsfraude wordt gezien als dé criminele activiteit van de toekomst. De maatschappelijke kost van deze manier van fraude, die aan de basis ligt van een ganse fraude-ketting, is enorm. Leuven zal actief meewerken aan de bestrijding van de identiteitsfraude en hiervoor lokaal een samenwerking met o.a. politie en parket opzetten. 1.1.5 Actiepunten: e-birth • De Leuvense materniteiten (U.Z.Leuven en Regionaal Ziekenhuis Heilig Hart) starten in 2013 met e-birth. Dit project van FEDICT maakt de papieren gegevensstromen tussen de Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

34 ziekenhuizen, de stad Leuven en het agentschap Zorg en Gezondheid van de Vlaamse Gemeenschap volledig elektronisch. Faxen van de ziekenhuizen naar de burgerlijke stand behoren tot het verleden. Burgers hoeven geen postbode te spelen door overheidsdocumenten van het ziekenhuis naar de burgerlijke stand te brengen en de statistische gegevens worden voortaan volledig elektronisch verzameld en doorgestuurd. 1.2 Actieplan: De loketdienstverlening wordt steeds in vraag gesteld ter optimalisering ervan. De burger verwacht terecht een loketdienstverlening die efficiënt en klantgericht georganiseerd is en die bovendien een grote openheid en flexibiliteit aan de dag legt. De sleutel tot succes om op deze nieuwe en hogere verwachtingen en eisen van de burgers in te spelen, ligt - hoe cliché het ook mag klinken - in het centraal stellen van de burger in de dienstverlening. Het moet eenvoudiger worden, niet alleen voor de burger maar ook voor de medewerkers van de dienst. 1.2.1 Actiepunten: verbeteropportuniteiten worden actief opgespoord en werkprocessen worden regelmatig in vraag gesteld, en indien nodig bijgesteld. • Stilstaan is achteruitgaan. In de dienstverlening is dit geen slogan maar een harde realiteit. In deze optiek is dit actiepunt een immer aanwezig gegeven. Bij wijze van voorbeeld worden de openingsuren en het aanbod van dienstverlening in de deelgemeentehuizen aangehaald. Deze worden periodiek onderzocht en geoptimaliseerd. Ook de uitbreiding van het werken op afspraak kan als voorbeeld aangehaald worden. • De basis voor de verbetering van de dienstverlening ligt in een paradigmashift van dienstverlening (‘customer service’) naar gastheerschap (‘hostmanship’). De loketmedewerkers zijn daarbij het gezicht van de stad. Zij willen de burger helpen, leven zich in zijn of haar vragen of problemen in en treden in dialoog om oplossingen aan te reiken. De stad stimuleert hostmanship door de loketmedewerkers te vragen deze open attitudes aan de dag te leggen in combinatie met een gedegen vakkennis. Bij het uitvoeren van het takenpakket krijgen de medewerkers als specialisten loket en dienstverlening verantwoordelijkheid en vertrouwen. Een belangrijke basisvoorwaarde is immers dat de eigen organisatie ook ‘host’ is voor de eigen medewerkers, de eigen medewerkers als gasten beschouwd. • Het spreekt voor zich dat de participatie van de burger in het aanbrengen van verbeteropportuniteiten van essentieel belang is. Die participatieve inbreng gebeurt zowel via de analyse van klachten en bedenkingen van burgers als via een bevraging naar de tevredenheid van de burgers over de dienstverlening. 1.2.2 Actiepunten: in het kader van efficiënt en veilig geldbeheer wordt de promotie van bancontact gecombineerd met de introductie van betaalautomaten voor cashverrichtingen. • Het verwerken van cashverrichtingen aan het loket is een arbeidsintensieve activiteit die de nodige stress met zich meebrengt. Ook wat betreft veiligheid zijn cashverrichtingen verre van de ideale betaalmogelijkheid. Daarom zal de burger gemotiveerd worden om zoveel mogelijk betaalverrichtingen aan het loket via bancontact te voldoen. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

35 Omdat cashverrichtingen niet uitgesloten kunnen worden, zal deze betaalmogelijkheid in de toekomst gebeuren via betaalautomaten. 1.2.3 Actiepunten: investeren in knowledge- en processmanagement. • Het correct uitvoeren van de taak is van het grootste belang voor de burger. Om dit te garanderen wordt geïnvesteerd in knowledge - en procesmanagement. Zowel het investeren in de mensen als in de IT-middelen zijn hier aan de orde. 1.3 Actieplan: De dienstverlening wordt verder gediversifieerd, zodat de burger kan bepalen op welke manier hij op de dienstverlening beroep wil doen. De dienstverlening en de communicatie erover moeten zich richten naar alle burgers. In een wereld waarin de diversiteit toeneemt, dient ook het aanbod van dienstverlening aan de burgers gediversifieerd te worden. 1.3.1 Actiepunten: een uitbreiding van zowel de functionaliteiten als het aanbod van de digitale dienstverlening is aan de orde. • Concreet vertaalt dit zich in: − on-line betaling van diensten aangevraagd via het e-loket − elektronische afgifte van documenten − e-loketverrichtingen zoveel mogelijk digitaal verwerken − opvolgmogelijkheden van de e-loketverrichtingen uitbreiden − de door de elektronische identiteitskaarten geboden mogelijkheden tot verhoging van efficiëntie en veiligheid beter benutten − promotie van de zelfredzaamheid van de burger. 1.3.2 Actiepunten: alternatieve vormen van dienstverlening worden onderzocht • Een voorbeeld hiervan is de aflevering van documenten door andere instanties of door gebruik te maken van andere verzendmethoden dan via bpost. 1.3.3 Actiepunten: de introductie van een CRM-systeem is nodig om de mogelijkheid tot diversificatie van de dienstverlening te kunnen beheren en te sturen • De communicatie over dienstverlening kan veel in efficiëntie en effectiviteit winnen als wordt ingegaan op de door de burger gewenste manier van communiceren met hem. Hiervoor is een aangepast informaticasysteem voor de opvolging van de vragen van de burger (CRM) onontbeerlijk. Ook verwacht de burger dat de silo’s van dienstverlening afgebroken worden. Ook al kan niet elke medewerker elke dienstverlening inhoudelijk in detail kennen, een CRM systeem kan hem ten minste een overzicht en een status geven van de openstaande dienstverlening voor een burger. 1.4 Actieplan: Door netwerking wordt gewerkt aan kennisopbouw en kan gewogen worden op de regelgeving. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

36 Alhoewel de rol van ‘uitvoerder van regelgeving‘ belangrijk is voor de directie burgerzaken, is het verkeerd de directie burgerzaken louter te zien als de uitvoerder van regelgeving. Door de actieve en positieve samenwerking met andere overheden, worden wij regelmatig gecontacteerd als expertisecentrum – zowel voor inhoudelijke thema’s al voor dienstverleningsthema’s – van lokaal bestuur in onze materie. 1.4.1 Actiepunten: meewerken aan pilootprojecten die een toekomstige verbetering van de dienstverlening mogelijk maken. • Modernisering van de burgerlijke stand: Leuven is nauw betrokken bij het project modernisering en digitalisering van de burgerlijke stand (Dienst Administratieve Vereenvoudiging) dat tot doel heeft één centraal register van de burgerlijke stand op te richten met louter elektronische akten van de burgerlijke stand, in een volledig vernieuwd wettelijk kader. • Internationale uitwisseling van de akten van de burgerlijke stand: Leuven participeert in het uittesten van het elektronisch platform van de Internationale Commissie van de Burgerlijke Stand (ICBS) voor de digitale uitwisseling van de gegevens van de burgerlijke stand over de landsgrenzen heen, zonder nood aan vertalingen of legalisaties. • Verder digitaliseren van de akten burgerlijke stand. 1.4.2 Actiepunten: actieve deelname aan werkgroepen en verenigingen die de belangen van de lokale besturen vertegenwoordigen op regionaal, nationaal en Europees niveau • Concreet ingevuld, betekent dit − deelname aan de VVSG werkgroep burgerzaken; − het voorzitterschap van VLAVABBS waarnemen en actief deelnemen aan de vakwerkgroepen; − het ondersteunen van de plannen om het EVS-congres in 2016 in Leuven te organiseren alsook de ondersteuning voor dit congres. 1.5 Actieplan: Een goede organisatie van de verkiezingen maakt dat deze vlekkeloos verlopen. Door de praktische organisatie van de verkiezingen op zich te nemen, draagt de directie burgerzaken fundamenteel bij tot participatie van de burger aan het politiek gebeuren op alle niveaus. Alle aspecten van de organisatie komen hier aan bod. Enkele voorbeelden: het opmaken en ter beschikking stellen van kiezerslijsten, het indelen van kiezers in stemafdelingen, het testen van de stemcomputers, de werking van het stemsysteem demonstreren, de voorzitters van de stembureaus opleiden, het zorgen voor spijs en drank op de verkiezingsdag, … Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

37 III. Veiligheid en preventie Visie De stad Leuven wil volop inzetten op een veilig en leefbaar Leuven. Dit streven naar maatschappelijke veiligheid vertrekt van de premisse dat veiligheid ontstaat door enerzijds een allesomvattende aanpak waarbij veiligheid, leefbaarheid en criminaliteit vanuit diverse elkaar aanvullende invalshoeken worden benaderd, en anderzijds door de gezamenlijke werking van alle mogelijke belanghebbenden (de bestuurlijke en gerechtelijke overheden, de bevolking, de veiligheids- en politiediensten, de bedrijven, de organisaties, de instellingen, de media, ...) die in het netwerk van de maatschappelijke veiligheid een rol (kunnen) spelen. Veiligheid kan en mag in die context niet enkel benaderd worden vanuit een politionele invalshoek. Het leveren van een bijdrage aan de maatschappelijke veiligheid is dus ook een doelstelling in andere beleidsdomeinen van het lokaal bestuur. De veiligheidsdiensten (politie, brandweer) zijn hierin een noodzakelijke en bevoorrechte partner maar daarom niet noodzakelijk de centrale partner. De politie staat, met haar specifieke bevoegdheden, eerder aan het eind van de veiligheidsketen. Het is daarom noodzakelijk dat de bijdrage van de lokale politie in de andere beleidsdomeinen duidelijk wordt afgebakend. De stad Leuven kiest voor een wijk- en buurtgerichte dienstverlening op het vlak van veiligheid en leefbaarheid. Hierbij wil de stad, samen met politie en andere professionele organisaties, uitvoering geven aan een gebiedsgebonden manier van werken die gericht is op de directe leefomgeving, die afgestemd is op de behoeften van haar inwoners en die aansluit bij de specifieke kenmerken van de wijk, de buurt of de doelgroep. Dit moet ervoor zorgen dat vanuit verschillende beleidsdomeinen snel en adequaat ingespeeld wordt op lokale veiligheids- en leefbaarheidsproblemen, dit door een aaneenschakeling van maatregelen en initiatieven, gaande van proactie en preventie, over voorbereiding, reactie/repressie tot en met nazorg. Een lokaal veiligheidsbeleid wordt bepaald door een samenspel van de bestuurlijke en gerechtelijke overheden. Hierbij moet rekening gehouden worden met onder meer het bestuurlijk beleidsplan, het nationaal veiligheidsplan, het beleidsplan van het parket, het zonaal veiligheidsplan, het strategisch veiligheids- en preventieplan, … . Een maximale synergie tussen deze beleidsplannen moet de basis leggen voor een integraal en geïntegreerd veiligheidsbeleid. Een adequaat veiligheidsbeleid is geen statisch gegeven maar moet constant inspelen op actuele veiligheids- en leefbaarheidsproblemen. Een bijzondere krachtinspanning moet in ieder geval worden gericht op drie fenomenen die een permanente aandacht vragen van alle beleidsactoren : • verkeersonveilig gedrag : de daling in de ongevallenstatistieken toont aan dat het gevoerde beleid inzake verkeersveiligheid in Leuven zijn vruchten afwerpt. Niettemin moet verkeersonveilig gedrag (thema waar de Leuvenaar volgens de grootschalige buurtbevraging het meest van wakker ligt) verder worden teruggedrongen door een gericht preventief en sanctionerend beleid (o.m. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

38 inzake snelheid, alcohol, fietsverlichting, gordeldracht). Dit gedrag ligt immers niet zelden aan de basis van de verkeersongevallen. • overlast : de aanpak van storend gedrag in de vorm van overlast en straatcriminaliteit (o.m. uitgaansgerelateerde overlast, hangjongeren, vandalisme, …) moet worden opgedreven omdat dit fenomeen sterk weegt op het (subjectief) veiligheidsgevoel van de burger. Hierbij wordt een beleid inzake bestuurlijke aanpak van overlastfenomenen verder doorgevoerd. Onder meer het gebruik van administratieve sancties wordt verder gezet, zonder hierbij af te wijken van de huidige minimumleeftijd en waarbij verantwoord wordt omgegaan met het boeteniveau. Bijkomende ambtenaren en gemeenschapswachten zullen worden opgeleid tot vaststellende ambtenaren inzake met GAS-sanctioneerbare inbreuken. • drugs- en alcoholproblematiek : er moet nog harder en eenduidiger worden ingezet op zowel preventie als repressie. Alle mogelijke inspanningen moeten worden geleverd om het drugsgebruik zoveel als mogelijk te ontmoedigen (vooral bij de jeugd) en om de drugshandel en de drugsgerelateerde overlast en criminaliteit ondubbelzinnig aan te pakken. Daarnaast wil de stad bijdragen tot het verbeteren van de welzijnspositie van gebruikers (lees : hulpverlening). 1. Beleidsdoelstelling: Waarborgen van een voldoende slagkracht in de aanpak van veiligheids- en leefbaarheids-problemen. 1.1 Actieplan: Beleid van “meer blauw gericht op straat”. Een adequate politionele aanpak van veiligheids- en leefbaarheidsproblemen vraagt onder meer een specifiek beleid van “meer blauw gericht op straat” waarbij gefocust wordt op een intensieve en gerichte inzet op specifieke onveiligheidsproblemen. De druk op de lokale politie in het algemeen en op de interventiediensten in het bijzonder maakt het zo goed als onmogelijk om nog preventief/ontradend te patrouilleren. Een proactieve/preventieve aanwezigheid is nochtans noodzakelijk om de overlast in het centrum te beheersen en voor een aanzienlijk veiligheidsgevoel te zorgen in het centrum en de deelgemeenten van de stad. 1.2 Actieplan: Grotere beschikbaarheid van de politiecapaciteit. Gelijktijdig zal worden gestreefd naar een grotere beschikbaarheid van de politiecapaciteit, onder meer door het verminderen van het aantal administratieve taken van politieambtenaren. 1.2.1 Actiepunten: Dit kan worden bereikt door : Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

39 • een verdere CALOGisering in de personeelsformatie van politie (dit houdt in dat politiemensen vervangen worden door niet-politiemensen op functies waar geen politiebevoegdheden vereist zijn), • het bestendigen en zo nodig optimaliseren van afspraken tussen lokale politie en stadsdiensten met het oog op een nog betere taakverdeling en wisselwerking (bv. met de dienst Bevolking wat betreft de inschrijving van buitenlandse studenten, schijnhuwelijken, … met de dienst Middenstand wat betreft horeca-aangelegenheden, met de brandweer wat betreft veiligheidscontroles van horecazaken, …), • gemeenschappelijke werkprocessen te vereenvoudigen en te automatiseren (bv. uitreiken van vergunningen voor inname openbaar domein, voor parkeervergunningen, …) met het oog op een maximale synergie voor de betrokken actoren (politie, debiteurenbeheer, technische dienst, …) en een maximale transparantie vanuit het oogpunt van de klant, • oneigenlijke politietaken (bv. controles van perimeters in het raam van evenementenbeheer, …) uit te besteden aan externe partners. Ook zal een actief en aangepast rekruteringsbeleid worden gevoerd om het beschikbare contingent van gemeenschapswachten verder op te vullen. 2. Beleidsdoelstelling: Voorzien van de noodzakelijke budgettaire middelen voor technologische ondersteuning in het raam van de aanpak van veiligheids- en leefbaarheidsproblemen. De maatschappij wordt gekenmerkt door een niet te stuiten (r) evolutie op het vlak van innovatie en nieuwe technologieën en dit in tal van domeinen. Om de slagkracht van de organisatie op peil te houden is het noodzakelijk om gelijke tred te houden door voldoende snel in te stappen in dit verhaal (o.a. ICT-ontwikkeling, sociale media, …). Met het oog op het efficiënt inzetten van het personeel dienen op enkele plaatsen automatische camera’s met nummerplaatherkenning te komen. Investeringen in dergelijke technologieën moeten leiden tot een grotere capaciteit voor nabijheidspolitie en voldoende politionele aanwezigheid. Camera’s zijn een waardevol middel in het raam van een handhavingsbeleid. Enkele voorbeelden : • de camera’s in het centrum van Leuven hebben hun toegevoegde waarde al meermaals bewezen. De uitbreiding van dit cameranetwerk is momenteel in fase van uitvoering en zal een belangrijke tool zijn voor politie in het raam van onder meer overlastbestrijding en evenementenbeheer, • de (on)bemande snelheidscamera’s hebben een ontegensprekelijke impact op het rijgedrag van automobilisten omdat de objectieve en subjectieve pakkans voldoende hoog is. Camera’s kunnen ook voor andere verkeersaspecten diezelfde toegevoegde waarde bieden, onder meer voor de problematiek van het rijden in verboden richting (vb. Martelarenplein) of het negeren van toegangsbeperkingen (vb. Professor De Somerplein). Er zal worden onderzocht of investeringen in ANPR-camera’s (automatische nummerplaaterkenning) mogelijkheden bieden om ook voor deze problemen de objectieve en subjectieve pakkans voldoende hoog te leggen. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

40 3. Beleidsdoelstelling: Invulling geven aan een stedelijk mobiliteitsbeleid vanuit een geïntegreerde benadering. Zoals hierboven al gesteld, moeten veiligheid en veiligheidsgevoel ook (in)directe doelstellingen zijn in andere beleidsdomeinen dan politie. Het veiligheidsaspect krijgt hiermee daadwerkelijk een breder draagvlak. Meest markante voorbeeld hierin is verkeersveiligheid versus ruimtelijke ordening, de inrichting van de openbare ruimte en mobiliteit. Een goede ruimtelijke ordening moet hand in hand gaan met een betere bereikbaarheid en met een grotere verkeersveiligheid en leefbaarheid. Het mobiliteitsgegeven kan hierbij niet worden toevertrouwd aan één partner maar vraagt een geïntegreerde benadering en wisselwerking tussen stadsdiensten en lokale politie. De bijdrage van de lokale politie in het raam van het uittekenen en concretiseren van een stedelijk mobiliteitsbeleid ligt hierin dat beroep wordt gedaan op de expertise en ervaring van lokale politie bij de beoordeling van stedenbouwkundige plannen en projecten op hun effecten op mobiliteit en verkeersveiligheid en met het oog op een adequaat politioneel handhavingsbeleid. Men kan/mag van politie niet verwachten om op een efficiënte en doeltreffende manier een handhavingsbeleid te voeren indien onvoldoende rekening wordt gehouden met haar adviezen. Daarnaast wordt verder gestalte gegeven aan een duurzaam parkeerbeleid, als onmisbare schakel in het stedelijk mobiliteitsbeleid, waarin gestreefd wordt naar het beperken van ongewenst autogebruik en het stimuleren van te voet gaan, fietsen en openbaarvervoergebruik (het STOP-principe). Doelstellingen hierbij zijn om het (autoen fiets)parkeren maximaal te koppelen aan de ruimtelijke ontwikkeling van de stad (met oog voor de juiste inplanting van parkeerfaciliteiten) en het parkeerbeleid adequaat te handhaven (objectieve en subjectieve pakkans bestendigen). Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

41 IV. Stadsontwikkeling, Infrastructuur en Wonen Visie Leuven heeft te maken met verschillende uitdagingen, kenmerkend voor de “eeuw van de stad”: • een toenemende concentratie van de bevolking in stedelijk gebied • een groeiende behoefte aan voorzieningen inzake kinderopvang, vergrijzing, mobiliteit, migratie • stijgende problemen van armoede, kansarmoede en vereenzaming • specifiek voor Leuven: de snelle groei van onze universiteit en haar associatie, zowel in ruimte als in aantallen Tegelijkertijd wenst Leuven op haar beperkte oppervlakte het behoud van de schaarse open ruimte, een duurzame mobiliteit en energievoorziening en een veilige leefomgeving te waarborgen. Reeds jaren weet de stad deze dynamiek om te buigen in een sterke vernieuwing en transformatie van het stedelijk weefsel waarbij het ruimtegebruik steeds efficiënter wordt. Deze gebiedsgerichte en projectmatige aanpak kenmerkt de stad en draagt vooral bij tot haar imago. Tot nu toe heeft de groei de algehele kwaliteit van de stad verhoogd omdat ze de reconversie van verwaarloosde gebieden inhoudt. Stilaan groeit de bezorgdheid dat door de groei echter de huidige kwaliteit van de leefomgeving in het gedrang komt. Uit de stadsmonitor en andere analyses blijkt die kwaliteit van de leefomgeving en het aanbod aan goede voorzieningen één van de grote troeven. De stad moet er blijven naar streven om de groei in te zetten als motor om die kwaliteit te behouden en mogelijk te verhogen. Met de ambitieuze doelstelling om tegen 2030 klimaatneutraal te zijn zal de stad de groei ook inzetten om de duurzaamheid en het adaptatievermogen van de stad te verhogen. Met de aanwezigheid van de universiteit en van hoogtechnologische kenniscentra is Leuven het Vlaamse centrum van kennisontwikkeling. De mogelijkheden die de stad heeft om dit verder uit te bouwen en op wereldschaal een rol te spelen, moeten dan ook voor de lange termijn gevrijwaard en verder uitgebouwd worden i.s.m. de relevante partners. De groei houdt het risico in van een duale samenleving. Het woonaanbod, voorzieningen en de tewerkstellingsmarkt moeten bereikbaar blijven voor een brede bevolkingsgroep. Leuven kiest er expliciet voor om deze bevolkingsgroepen aan boord te houden en hiervoor specifieke initiatieven te ontwikkelen. Leuven is een levendige stad, met een talentrijke bevolking waar tal van kleine initiatieven ontstaan die voorloper zijn van nieuwe trends en ontwikkelingen. Dit Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

42 kenmerkt zich in de kenniscentra en kenniseconomie maar evenzeer in de culturele en sportsector. Leuven wil deze inventiviteit en dit creatief kapitaal alle ruimte geven en onderdeel maken van haar DNA en haar imago. 1.Beleidsdoelstelling: Versterken van Leuven als een betaalbare, aangename en duurzame woonstad. 1.1 Actieplan: De stad wil voldoende kwalitatieve (huur- en koop-) woningen bieden en ontwikkelt een bijkomend aanbod aan woningen, met bijzondere aandacht voor de betaalbaarheid en duurzaamheid van de woningen en de diversiteit aan woningtypes. 1.1.1 Actiepunten Aanbod en betaalbaarheid verhogen: • De stad heeft de ambitie om het aanbod aan woningen uit te breiden, zowel door het faciliteren via het vergunningen- en planningsbeleid alsook door het realiseren van eigen woonprojecten. Hiertoe wordt een woonbehoeftestudie opgemaakt en wordt als onderdeel van het RSL (ruimtelijk structuurplan Leuven) het woonbeleid herzien met als doel een kader te creëren voor het eigen patrimonium en de privémarkt. Basisdoelstelling bij het uitwerken van dit woonbeleid is het bewaren van een gezond evenwicht in bevolkingssamenstelling. De marktwerking wordt hiertoe bijgestuurd zodat het aanbod aan woningen voor grotere gezinnen en een aanbod aan betaalbare woningen gegarandeerd blijft. • In het herziene ruimtelijk structuurplan worden de algemene principes hiervoor geformuleerd. Deze principes worden doorvertaald in het regelgevend kader voor de vergunningverlening, zowel in het algemeen als gebiedsspecifiek per wijk. • De stad blijft actief op zoek gaan naar instrumenten rond het vergroten van het aanbod van betaalbare en kwaliteitsvolle huurwoningen op de private markt. • De stad creëert zelf of i.s.m. AGSL (Autonoom Gemeentebedrijf Stadsontwikkeling Leuven) en andere partners een aanbod aan betaalbare woningen voor doelgroepen die niet in aanmerking komen voor een sociale woning. Voorbeelden zijn stadswoningen, starterswoningen en doorgroeiwoningen. • Bij woonprojecten -in het kader van gebiedsontwikkeling- worden normen opgelegd: − inzake sociaal wonen en inzake betaalbaar en bescheiden wonen wordt dezelfde norm gehanteerd, die opgelegd wordt in andere reglementeringen en decreten. − de norm voor grondgebonden woningen bedraagt minimaal 75% van de norm die wordt opgelegd inzake sociaal wonen en betaalbaar wonen. − de norm voor wonen in eigen streek bedraagt minimaal 50% van de norm die wordt opgelegd inzake sociaal wonen en betaalbaar wonen. • We vergroten het aanbod aan woningen enerzijds door het afwerken van lopende woonontwikkelingsprojecten − De stad zet verder in op de ontwikkeling van de Vaartkom, Centrale Werkplaatsen en Kop Van Kessel-lo. − De stad begeleidt bouwheren bij de realisatie van de andere recent goedgekeurde RUP’s (ruimtelijk uitvoeringsplan) voor woningbouwprojecten: woonontwikkelingsgebieden in Kessel-Lo, Wilsele en Wijgmaal, Benedenstad (Janseniushof), … − De stad begeleidt bouwheren bij de realisatie van woningbouwprojecten of gemengde projecten binnen geselecteerde woonontwikkelingslocaties waar geen RUP (ruimtelijk uitvoeringsplan) noodzakelijk is: OCMW-site, Klein-Rijsel. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

43 Anderzijds starten we nieuwe projecten op waarin een belangrijk aandeel van de woonontwikkeling kan worden gerealiseerd. Het belangrijkste project hierbij zal de ontwikkeling zijn van Hertogendal in de Benedenstad. Voor andere projecten worden waar nodig ruimtelijke uitvoeringsplannen opgemaakt, of wordt gewerkt op basis van een inrichtingsplan: ontwikkelingsgebied naast groep T, ACCO-site,… I.f.v. nieuwe projecten worden i.s.m. het AGSL volgende types van acties ondernomen op maat van het project: ontwerpend onderzoek, opmaken van ruimtelijke uitvoeringsplannen, uitvoeren van haalbaarheidsstudies, afsluiten van samenwerkingsovereenkomsten met eigenaars en ontwikkelaars, grond- en pandenbeleid, … • De stad ondersteunt de sociale huisvestingsmaatschappijen bij de voorbereiding en realisatie van projecten. • De realisatie van hoogbouwprojecten wordt gekoppeld aan een compensatie door grondgebonden woningen. • Voorbeelden van concrete projecten: Janseniushof, Hertogeneiland, de verdere herontwikkeling van de Centrale Werkplaatsen, bouwblok Diestsesteenweg-Oude Diestsesteenweg in Kessel-Lo, Klein Rijsel, het woonontwikkelingsgebied aan de SintJansbergsesteenweg, OCMW-site aan de F. Lintsstraat, diverse woonontwikkelingsgebieden in Wilsele en Wijgmaal, ... 1.1.2 Actiepunten Diversiteit van de woningtypes: • De stad kiest ervoor om voor verschillende soorten gezinnen een aanbod aan woningen te voorzien, en tegelijk rekening te houden met de doelstellingen om compact en duurzaam te bouwen. • De stad onderzoekt de vraag om compacter wonen en nieuwe woonvormen (cohousing, zorgwonen, gemeenschapswonen, aangepaste woningen voor mensen met een beperking) te verzoenen met de doelstelling om eengezinswoningen te behouden en betaalbaar te houden, en past de stedelijke regelgeving waar mogelijk aan. • We promoten nieuwe vormen van wonen via sensibiliserings- en promotiecampagnes. • We bekijken hoe we eigenaars kunnen ondersteunen om onderbewoning van grote woningen tegen te gaan, zonder de beschikbaarheid van grondgebonden woningen voor jonge gezinnen te ondermijnen. • We ondersteunen initiatieven van nieuwe woonvormen waar mogelijk, bijvoorbeeld via het AGSL die als partner of coördinator kan optreden. • We promoten een systeem van kotmadam 2.0. • Voorbeelden van mogelijke concrete projecten: Centrale Werkplaatsen appartementen West en Klein Rijsel (patiowoningen) 1.1.3 Actiepunten Duurzaamheid woningen: • De stad wil duurzaam bouwen en wonen aanmoedigen en onderzoeken of er nog andere vernieuwende stimuli zijn dan subsidies, premies, goedkope leningen,… (zie ook actiepunt 2.2.1). • De stad herbekijkt de normering van het isolatie- en energiepeil van de woningen met het doel om ambitieuzere doelstellingen te bereiken dan via de Vlaamse normen kunnen worden bereikt. • De stad realiseert i.s.m. het AGSL en privépartners voorbeeldprojecten inzake energie en isolatie. • Voorbeeld van concreet project: Klein Rijsel (starterswoningen) en appartementen Centrale Werkplaatsen West • (Zie ook actieplan 2.2) 1.1.4 Actiepunten Kwaliteit van de woningen en kamers: • De stad treedt zowel preventief, stimulerend als sanctionerend op om de woonkwaliteit te verbeteren en te bewaken en zal zodra de Vlaamse Wooncode dit wettelijk toelaat, zo snel Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

44 mogelijk procedures rond woonkwaliteit zelfstandig voeren (bestuurlijke ontvoogding) (ongeschikt - en onbewoonbaarverklaring). • We voeren zelf woonkwaliteitscontroles uit in huurwoningen en (studenten)kamers en willen de meest onveilige, onhygiënische en mensonwaardige woontoestanden opsporen en doen verdwijnen. We willen meer preventief en systematisch screenen om wantoestanden sneller te ontdekken en herhuisvesting te vermijden. De samenwerking met andere woon- en welzijnsactoren zal nog verder uitgewerkt worden om de woonkwaliteit van diverse doelgroepen (senioren, alleenstaanden, studenten, kwetsbare gezinnen,…) te verbeteren. • Aandacht voor woonkwaliteit moet zich ook vertalen in het vergunningenbeleid. Bij het beoordelen van vergunningen zal er nog meer aandacht zijn voor elementen die de kwaliteit van het wonen verbeteren zoals voldoende woonoppervlakte en groene buitenruimte, optimaliseren van de mogelijkheden rond verluchten en verlichting, voldoende berging, fietsen parkeerplaatsen,... Dit vergt een intensieve samenwerking tussen de diensten wonen en bouwen en een regelmatige evaluatie van de algemene bouwverordening en toetsing aan woonkwaliteitsnormen. • De stad blijft een actief leegstands- en verkrottingsbeleid voeren via een eigen inventaris en een stedelijke belasting. • We informeren, sensibiliseren en ondersteunen bewoners (huurders en eigenaars/ verhuurders) rond woonkwaliteit via klantgerichte dienstverlening aan het woonloket en advies op maat. We richten ons zowel op woningcontroles als op woonbegeleiding. • De stad zorgt ervoor dat bouwverordeningen toegankelijk en begrijpelijk zijn voor de inwoners. • De stad ondersteunt het renoveren van woningen via eigen premies en gaat op zoek naar instrumenten om ook verhuurders aan te moedigen meer huurwoningen te renoveren. 1.2 Actieplan: De stad wenst de stedelijke woonkernen te versterken door het verdichten van het bestaande bebouwde weefsel met respect voor de ruimtelijke draagkracht en kwaliteit. Het ruimtelijk beleid streeft naar verdere concentratie en compacte ontwikkelingen met zo weinig mogelijk aansnijdingen van de bestaande open ruimte. Deze ontwikkelingen komen voor op locaties die goed ontsluitbaar zijn met openbaar vervoer. 1.2.1 Actiepunten Een ruimtelijk beleid gericht op kwalitatieve verdichting: • De stad toetst de toekomstige woonbehoefte aan de mogelijkheden tot inbreiding en het verdichten van het woonweefsel, en selecteert ontwikkelingsgebieden op een manier waarbij voldoende voorzieningen, voldoende publieke open ruimte en een goede ontsluiting via de duurzame vervoersvormen gegarandeerd blijft. • Bij verdichtingsprojecten wordt erover gewaakt dat de netto-groenoppervlakte niet vermindert. • De principes hiervoor worden opgenomen in de herziening van het ruimtelijk structuurplan Leuven en waar nodig wordt de regelgeving voor de vergunningverlening hieraan aangepast. • De stad zorgt ervoor dat de geselecteerde woonontwikkelingsgebieden op een kwaliteitsvolle manier kunnen worden uitgevoerd door de geëigende instrumenten te gebruiken: RUP (ruimtelijk uitvoeringsplan), stadsontwerp, .. • De stad maakt masterplannen en waar nodig RUP’s op voor de woonontwikkelingsgebieden. Minstens voor Hertogendal wordt een RUP opgemaakt. • We ontwikkelen een visie over waar hoogbouw in de toekomst nog mogelijk is. • De realisatie van hoogbouwprojecten wordt gekoppeld aan een compensatie door grondgebonden woningen. • In een hoogbouwstudie wordt de relatie onderzocht tussen het historisch karakter van sommige wijken en verschillende schaalvergrotende ingrepen die een sterke impact hebben op het stedelijk landschap. De vergunningverlening wordt aangepast aan de resultaten van deze studie. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

45 1.2.2 Actiepunten De stad gebruikt de verdichting als hefboom: • De stad tracht verdichtingsmogelijkheden te koppelen aan voorwaarden voor energetische optimalisatie. Waar relevant, worden ook andere lasten zoals het aanleggen van nieuw openbaar domein of nieuwe infrastructuur, aan woonontwikkeling opgelegd. Bij de herziening van het structuurplan zal de stad het onderscheid tussen de verschillende woonkernen, ook in kader van bevolkingssamenstelling, verder uitwerken. 1.2.3 Actiepunten Participatie: • De stad wil de Leuvenaar blijven betrekken als partner in het beleid (van het bedenken en uittekenen over het beslissen tot het uitvoeren) en per project zal er een informatie- en participatietraject op maat worden opgezet. Hierbij kunnen verschillende partijen betrokken worden. 1.3 Actieplan: De stad streeft ernaar dat in de verschillende stadsdelen een gezonde mix van verschillende bevolkingsgroepen blijft bestaan. 1.3.1 Actiepunten: • De woonbehoefte van de verschillende types gezinnen en bewoners wordt verder in beeld gebracht in het gedeelte woonbeleid van het ruimtelijk structuurplan. • In het ruimtelijk structuurplan differentieert de stad deze mix voor elke woonkern, afhankelijk van de ruimtelijke kenmerken van die woonkern. • De stad streeft ernaar dat gezinswoningen behouden blijven en door gezinnen worden bewoond. Hiervoor wordt zowel het opdelen van deze woningen tegen gegaan als onderzocht hoe eigenaars van “onderbewoonde” panden gestimuleerd kunnen worden enkele kamers in hun “te grote” woning te verhuren. We koppelen regels inzake studentenhuisvesting aan een duidelijk sanctiebeleid voor wie gezinswoningen toch ombouwt tot studentenwoningen. • Voor studenten wordt in een voldoende aanbod voorzien aan kwaliteitsvolle studentenkamers binnen grotere studentencomplexen, zoals opgenomen in het actieplan met de universiteit. Waar nodig worden voor de grootschalige huisvestingsprojecten RUP’s (ruimtelijk uitvoeringsplan) opgemaakt. Daarnaast blijft het mogelijk voor eigenaars om een beperkt aantal studentenkamers te verhuren. We wensen hier een systeem van kotmadam 2.0 te promoten. We streven naar een evenwichtige spreiding van kwaliteitsvolle studentenhuisvesting. 1.4 Actieplan: De stad wil inbreuken op stedenbouwkundige, milieu- en woonkwaliteitswetgeving opsporen, vaststellen en vervolgen om de negatieve impact en hinder van dit soort inbreuken op het wonen te verminderen en te voorkomen. 1.4.1 Actiepunten: • De stad bouwt een kwaliteitsvol handhavingsbeleid en dienstoverschrijdende samenwerking uit rond toezicht en controle in het handhavingsbeleid. • Het handhavingsbeleid wordt vastgelegd in een lokaal handhavingsplan dat zorgt voor transparantie en rechtszekerheid voor de burger. In dit plan worden prioriteiten bepaald en taakafspraken geconcretiseerd. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

46 • Ter uitvoering wordt er een dienstoverschrijdende controleploeg samengesteld die allerlei stedelijke en andere reglementering ter plaatse kan controleren zoals vergunning, woonkwaliteit en veiligheid, parkeerplaatsen, (binnen-)nummering, aangifte verhuur en belastingen… 1.5 Actieplan: De stad wil bestaande open-ruimtegebieden vrijwaren en ruimte voor water en groen in de kernen versterken zodat de publieke ruimte een ontmoetingsruimte wordt voor de inwoners en sociale cohesie bevorderd wordt. 1.5.1 Actiepunten Groen in de stad: • De stad maakt een groenstructuurplan (langetermijnvisie) op als onderdeel van het ruimtelijk structuurplan waarin wordt aangegeven waar men bijkomend groen kan en wil voorzien. Het plan bekijkt op een omvattende en samenhangende manier al de verschillende functies en soorten groen: recreatief groen, natuur, bos, landschap en klimaatgroen. Het geeft voor elke functie doelstellingen en kaarten die tonen hoe dit kan gerealiseerd worden. Openbaar groen en particuliere tuinen krijgen hierin een evenwaardige plaats. • Het bevat ook een actieplan om het groenareaal uit te breiden (o.a. Engels Plein, Sluispark, park Belle Vue, Tweewaters, Hertogendal..). • Er zal nieuwe natuur of groen gecreëerd worden ter compensatie van deze die verdwijnt. • Streefdoel is dat iedere Leuvenaar een buurtpark vindt op 400 m van zijn woning. Nieuwe (woon)projecten moeten voorzien in voldoende groen in de omgeving. • De renovatie van parken zal gebeuren met inspraak en ideeën van buurtbewoners en – verenigingen. Er zal meer ingezet worden op bruikbare en beleefbare parken die tegemoet komen aan de noden van verschillende leeftijdsgroepen (avontuurlijke speelzones, petanquebanen, barbecues,..). • Kleinere groenzones, vaak in het centrum, die door de jaren aan sierlijkheid hebben ingeboet, zullen we renoveren of opnieuw aanleggen. Meer inzetten op kleinschalige groenelementen kan ook bijdragen tot een aangename omgeving. • We bekijken de mogelijkheid om groenzones die momenteel niet in beheer of eigendom zijn van de stad, in te richten en open te stellen voor het publiek (bijvoorbeeld Tuin Dewalque). • Tijdelijk onbruikbare of braakliggende zones maken we bruikbaar voor recreatie, natuurontwikkeling of volkstuintjes. • We wensen ook meer bomen te voorzien in het centrum en de deelgemeenten. Bij de heraanleg van straten en voetpaden worden waar mogelijk straatbomen aangeplant. Rond de bomen wordt er maximaal onverharde oppervlakte behouden voor insijpeling van water en opname van zuurstof. Bomen zijn zeer belangrijke groenobjecten in een stad omdat ze het microklimaat beïnvloeden, een afkoelend effect hebben en luchtzuiverend werken. • We stimuleren het aanleggen van groendaken. • Het stadscentrum en de centra van de deelgemeenten zullen we rijkelijk bebloemen (o.a. met bebloemingssystemen en de uitbreiding van wisselperken). • De botanische tuin bouwen we verder uit. • Initiatieven van wijkcomités naar aanleg of beheer van wijkgroen worden gestimuleerd en ondersteund. • Bewoners worden gestimuleerd om hun privé-tuinen te delen. 1.5.2. Actiepunten Natuur in de stad: • De stad beheert de verschillende natuurgebieden (Parkabdij, De Bron, Keizersberg, Kesselberg,…), tracht het areaal uit te breiden en zorgt dat de belevingswaarde van de gebieden groot is zodat inwoners kunnen kennismaken met de natuurwaarden die in de stad aanwezig zijn. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

47 • Verschillende parkzones, beken en bermen zijn ecologisch waardevol en omvatten in een stedelijke omgeving een aanzienlijk aandeel van de natuurwaarden. De stad wenst het openbaar groen zoveel mogelijk herbicidenvrij en ecologisch te beheren en zet hiervoor verschillende deelprojecten op om de biodiversiteit te vergroten, bijvoorbeeld voor holle wegen, oude muren, hagen en houtkanten of soortenrijke graslanden of kenmerkende diersoorten die voorkomen in de stad (bv de koesterburen campagne). • We willen stadsgroen vrijwaren en zichtbaar maken door sensibilisatie voor natuur in de stad (koesterburen). • Zichtbaarheid van stadsgroen in stedelijk gebied zullen we aanmoedigen door extra subsidiëring te voorzien(voor- en geveltuinen, waardevolle privébomen). • We bestrijden invasieve exoten (o.a. Amerikaanse vogelkers, Japanse duizendknoop). • Bij verdichtingsprojecten wordt erover gewaakt dat de netto-groenoppervlakte niet vermindert. 1.5.3 Actiepunten Water in de stad: • Waar mogelijk zullen we overwelfde rivieren openleggen en zichtbaar maken. • We trekken het Dijlepad als fiets- en wandelroute verder door. • Voorbeelden van projecten: uitvoering van de plannen in de Vaartkom en in Janseniushof, voor het openleggen van de Dijle en/of beter zichtbaar maken van de Dijle, en de aanleg van paden en parken langsheen het water; opnemen van dezelfde principes in de masterplanning voor Hertogendal; nog verder verhogen van de kwaliteit van de verblijfsruimte rond de reeds aangelegde Dijleterrassen aan de Lei. 1.5.4 Actiepunten Ruimte voor voetgangers: • Het autoluw maken van stadsdelen wordt verder gezet, in de eerste plaats binnen de eerste middeleeuwse ringmuur. • We hebben aandacht voor ‘bewonersparkeren’ en de bereikbaarheid van de woningen voor de bewoners. • Het bovengronds parkeren voor bezoekers wordt in de middeleeuwse stadskern en in de omgeving van rotatieparkings afgebouwd; het zoekverkeer wordt zo onmiddellijk naar de parkings afgeleid en uit de woonbuurten gehouden. • We herbekijken het bestaande lussensysteem in de binnenstad met het oog op het creëren van meer open ruimte. • We creëren voetgangerszones en toegankelijke looproutes zoals de Boutslaan, Brusselsestraat, het tweede deel van de Mechelsestraat. Een aantal centrumpleinen worden autoluwe en gezellige ontmoetingsplaatsen: Vismarkt, Hogeschoolplein, Herbert Hooverplein, Sint-Jacobsplein, Damiaanplein, Van Arenberghplein en de gemeentepleinen van Heverlee en Wijgmaal. Ook in de andere deelgemeenten wordt bekeken waar verbetermogelijkheden zijn voor de voetgangers. • We plaatsen verdwijnpalen om straten en buurten in de binnenstad verkeersvrij en enkel toegankelijk voor bewoners te maken. • (Zie ook actieplan 3.2.1) 1.6 Actieplan: De stad wil dat de Leuvense begraafplaatsen herdenkingsparken kunnen zijn. 1.6.1 Actiepunten: • We maken beheerplannen op om de begraafplaatsen meer een parkkarakter te geven. • We zullen waardevolle en historische graven inventariseren en renoveren om ervoor te zorgen dat ons funerair erfgoed in stand wordt gehouden. • We zetten het restaureren van oude kerkhofmuren verder. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

48 • We breiden urnenvelden op alle begraafplaatsen uit. • De stad zal dodenhuisjes renoveren en inrichten als columbariumsite. 1.7 Actieplan: De stad wil minder milieuhinder in de stad om zo een leefbare stad te behouden. 1.7.1 Actiepunten: • De stad werkt een aangepaste lokale regelgeving uit en verschillende diensten oefenen een gecoördineerd toezicht uit om diverse vormen van hinder en overlast in de stad aan te pakken. Voorbeelden zijn hinder van sluikstorten, sluikstoken, horeca- en uitgaansactiviteiten, verkeer, evenementen,… . • We willen met een gerichte aanpak de hinder beperken afkomstig van muziekactiviteiten van evenementen, horeca en particulieren. • Een milieuhandhavingsplan wordt uitgewerkt en uitgevoerd, rekening houdend met de evolutie inzake lokale bevoegdheden. • We vermijden hinder door bedrijven met een uitgewerkte aanpak inzake het afleveren van milieuvergunningen, in samenhang met een planmatige en preventieve controle en een snelle en oplossingsgerichte klachtenbehandeling. 1.8 Actieplan: We willen een stad zijn waar iedereen kan wonen in een goed onderhouden en propere straat en buurt waar mensen zich thuis voelen. 1.8.1 Actiepunten: • De stad zal sluikstorten meer controleren en, indien nodig, beboeten met administratieve sancties. Jongeren zullen gestimuleerd worden om hun boete om te zetten in een alternatieve werkstraf bij de stadsreiniging. • We voeren extra veegrondes in in het stadcentrum tijdens de weekends. • We zullen regelmatig meer kuisen met water op sterk vervuilde plaatsen (o.a. onder de vuilbakjes, op busperrons,..). • Op drukke momenten en bij feestelijkheden ledigen we de vuilbakjes tweemaal per dag in winkelwandelstraten en tijdens het weekend. • We evalueren de frequentie waarmee vuilnisbakken op druk bezochte plaatsen geledigd worden en onderzoeken of het afvalsysteem kan geoptimaliseerd worden, en gaan na of er alternatieven zijn voor de kleine vuilnisbakken. • Bewoners en buurtcomités stimuleren we om hun eigen buurt netjes te houden. • We plaatsen meer ondergrondse glascontainers op pleinen en knelpunten met veel sluikstortproblemen. • Met opruimacties en sensibiliseringscampagnes willen we de inwoners, scholen en jeugdverenigingen verantwoordelijkheid laten opnemen voor een propere buurt. We bekijken de mogelijkheid om het subsidiereglement voor opruimacties te verruimen. • Vrijwilligers van afvalhokken blijven we motiveren en ondersteunen. • We zullen graffiti bestrijden en op private eigendom gratis verwijderen. • Het aantal hondenloopzones breiden we uit. • De stad besteedt veel aandacht aan sneeuw- en ijzelbestrijding op fietspaden. • Bewoners en buurtcomités stimuleren we om in de buurt, ook daar waar geen bewoning is, te helpen om de stoepen en fietspaden sneeuwvrij te houden. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

49 2. Beleidsdoelstelling: Leuven is een boegbeeld inzake het klimaatbeleid en werkt op basis van de beste, beschikbare technologieën resoluut in de richting van een klimaatneutrale stad. 2.1 Actieplan: De stad wil Leuven klimaatneutraal 2030 realiseren als een stadsbreed gedragen project, samen met de bevolking en alle belangrijke actoren. 2.1.1 Actiepunten: • We zullen een globaal actieplan (met maatregelen op vlak van oa gebouwen, mobiliteit, energie en consumptie) uitwerken, opvolgen en periodiek actualiseren, waarbij alle betrokken actoren een engagement opnemen en waarmee de overgang naar een veerkrachtige en klimaatneutrale stad mogelijk wordt gemaakt. Het actieplan wordt geregeld geëvalueerd en bijgestuurd met betrokkenheid van de inwoners en projectpartners. • De stad zal een lange termijn projectstructuur, financiële structuur en communicatieplan uitwerken voor Leuven klimaatneutraal in samenwerking met alle betrokken projectpartners. Op deze manier wordt het beheer en de realisatie van het actieplan verzekerd op lange termijn. • We integreren het duurzaam milieubeleid in andere beleidsdomeinen door intensieve samenwerking met andere stadsdiensten, met als doel dat er zowel voor de interne werking als voor nieuw op te starten projecten rekening wordt gehouden met het streven naar een klimaatneutrale stad. 2.2 Actieplan: De stad streeft naar energetische optimalisatie van woningen en gebouwen en wil dat iedereen deelneemt aan of investeert in acties voor energiebesparende investeringen en hernieuwbare energie. 2.2.1 Actiepunten: • We zullen deelprojecten uit het actieplan waarvoor de stad initiatiefnemer is voorbereiden en uitvoeren en we faciliteren de uitvoering van deelprojecten waarvoor andere partners initiatiefnemer zijn: ruimtelijke energieplanning, selecteren en begeleiden van de renovatie van een zogenaamde “klimaatwijk” voor collectieve renovatie, opmaken van warmtepotentiekaart, onderzoeken van mogelijkheden voor hernieuwbare energieproductie uit wind, zon en biomassa en faciliteren van de uitvoering van dergelijke projecten, opzetten van een energiebedrijf of gelijkaardige financiële structuur om investeringen in het klimaatbeleid, ook van private investeerders, te ondersteunen. • De stad zet een energieloket op met een gerichte en uitgebreide informatieverstrekking voor de verschillende doelgroepen, gaande van senioren, tot studenten, bouwers en verbouwers, kansarmen,… en hiervoor werken we samen met verenigingen, OCMW enz . • De stad zal cvba-so Pendule ondersteunen en uitbouwen tot een instelling die inwoners ondersteuning geeft in de financiering van energie-investeringen, gerichte acties opzet om energieaudits door te voeren en het energiezuiniger maken van woningen (bv samenaankoop isolatie). • We zullen verschillende campagnes uitwerken die inwoners, studenten of andere specifieke doelgroepen ondersteunen in het verduurzamen van hun woning zoals het uitbouwen van een project rond duurzaam bouwen-adviezen (o.a. i.s.m. provincie Vlaams-Brabant), het ondersteunen van het volgen van relevante cursussen, de opmaak van een thermografische opname, het energiesnoeiersproject of sensibilisatiecampagnes voor studenten en Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

50 koteigenaars (zoals het project “Kotdicht” ism KULeuven). 2.3 Actieplan: De stad wil dat de volledige kringloop van materialen bekeken wordt, afval voorkomen centraal staat en maximaal ingezet wordt op de recyclage van materialen of grondstoffen. 2.3.1 Actiepunten: • De stad wil de vooraanstaande plaats die ze in Vlaanderen bekleedt inzake afvalpreventie en zeer goede afvalcijfers behouden en hiervoor diverse projecten opstarten. • We voorzien een brede informatiedoorstroming die voor iedereen toegankelijk is. • Een eerlijke tarifering met sociale correcties blijft de basis van het afvalbeleid. De stad volgt hierbij de richtlijnen van het nieuwe materialendecreet VLAREMA (Vlaams reglement over het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen). • We doen projecten en sensibilisatiecampagnes of acties die duurzaam productgebruik stimuleren. • We werken afvalpreventie-initiatieven uit zoals stimuleren van thuiscomposteren en kringlooptuinieren, afvalarm winkelen of afvalarme feesten, gebruik van katoenen luiers, enz. . • We stimuleren herbruikbare goederen en doorgedreven selectieve inzameling van afval om recyclage mogelijk te maken. • We overleggen met de afvalintercommunale EcoWerf over het onderzoeken van nieuwe hoogtechnologische technieken om de energetische optimalisatie van afvalverwerking (bv vergisting, methaangaswinning) en materialenrecyclage mogelijk te maken. 2.4 Actieplan: We willen de inwoners bewust maken van de invloed van mobiliteit op het milieu, zo een draagvlak creëren voor het realiseren van autoluwe woonkernen in de stad, en we stimuleren duurzame mobiliteitsoplossingen. 2.4.1 Actiepunten Bewustmaking: • We ondersteunen acties die de impact van autoverkeer en de milieuvoordelen van een andere mobiliteit aantonen, zoals Leuven Autovrij, Leuven Fietsstad, ... (zie ook beleidsdoelstelling 3 en actieplannen) 2.4.2 Actiepunten Duurzame mobiliteit: • We zullen projecten opzetten en ondersteunen die de nood aan autoverplaatsingen voor de Leuvenaar verminderen (zie beleidsdoelstellingen 3 en actieplannen). • Voor de invulling van de resterende vraag naar autoverplaatsingen stimuleren we het elektrisch vervoer, door onder andere oplaadpunten voor elektrische wagens te voorzien. • We ondersteunen actief elektrische mobiliteit in nieuwe stadsontwikkelingsprojecten. • Het autodelenproject breiden we uit met nieuwe standplaatsen in deelgemeenten, elektrische wagens, bakfietsen enz. en we ondersteunen bewonersinitiatieven rond autodelen. We bekijken ook de mogelijkheid om voor kansengroepen tussen te komen in een Cambioabonnement. • De stad wil particulier autodelen stimuleren (Autopia). Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

51 2.5 Actieplan: De stad wil een geïntegreerde aanpak van het waterbeheer volgens de principes van het integraal waterbeheer waarbij watersystemen als geheel bekeken worden. 2.5.1 Actiepunten Beekbeheer: • De stad voorziet ruimte voor water door het vrijwaren van beekdalen als elementen van waterbeheersing en natuurlijke structuur, en het aanduiden of creëren van overstromingsgebieden. • We vergroten de ecologische waarde van water door een gepast beekbeheer. • Waar mogelijk leggen we overwelfde rivieren open. 2.5.2. Actiepunten Waterkwantiteitsbeheer: • De stad doet aan waterkwantiteitsbeheersing door een gepast beekbeheer en door infiltratiemogelijkheden, regenwaterinstallaties, groendaken en bufferbekkens. • We zullen het erosiebestrijdingsplan dat opgemaakt is om afspoeling van akkers of uitspoeling van holle wegen en taluds tegen te gaan, gefaseerd verder uitwerken, samen met betrokken landbouwers. 2.5.3. Actiepunten Beheer riolen: • De stad wil voldoende investeren in en goed onderhouden van het rioleringsstelsel om de waterkwaliteit enerzijds en de afwateringscapaciteit anderzijds te garanderen en te verbeteren. • We zetten de inspanningen om regenwater en afvalwater te scheiden verder. • We zetten voldoende in op preventief onderhoud. • De zoneringsplannen voeren we verder uit. • De stad voert het Hydroplan verder uit: − Hoegaardsestraat − Jules Persoonsstraat • De stad wil de Kapucijnenvoer heraanleggen. 2.6 Actieplan: De stad wil dat lokale voedselproductie en stadslandbouw een wezenlijk onderdeel uitmaken van het duurzaam beleid en het project Leuven klimaatneutraal. 2.6.1 Actiepunten: • We willen projecten inzake innovatieve stadslandbouw (bv vertikaal tuinieren), samentuinen, volkstuintjes, tuindelen, enz .uitwerken. • Projecten die partners, zowel beroepslandbouw, verenigingen als inwoners opzetten inzake verduurzaming van de landbouw in onze stad, zullen we ondersteunen. • We zetten in op sensibilisatie over het belang van stadslandbouw zowel op het vlak van voedselproductie, de ecologische impact van consumptie als het belang voor de leefbaarheid van de stad (sociaal en op het vlak van groenvoorziening) en werken hiervoor campagnes of speciale projecten uit zoals natuur- en landbouweducatie in Parkabdij (stadsboerderij). • We houden acties ter promotie van vegetarische voeding, kraantjeswater (i.s.m. VMW)... Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

52 2.7 Actieplan: De stad wil een draagvlak voor duurzame ontwikkeling bereiken met een sterke milieudienst en via samenwerkingsverbanden. 2.7.1 Actiepunten: • We integreren het duurzaam milieubeleid in andere beleidsdomeinen door intensieve samenwerking met andere stadsdiensten en andere verenigingen of instellingen. • Het Leuvense scholenproject CONDOR bouwen we verder uit tot een alomvattend milieuzorgproject waarin zoveel mogelijk scholen en leerlingen bereikt worden. • De stad ondersteunt netwerken en verenigingen die tot doel hebben verschillende actoren en partners te laten samenwerken aan een duurzaam en klimaatneutraal Leuven. • Bewonersprojecten zoals ‘Kom op voor je wijk’ die een kleinschalige duurzame ontwikkeling of vergroening van de buurt tot doel hebben, ondersteunen we. • We zetten projecten op die samen met partners uitgewerkt worden zoals open schuur, stadstuinieren, Leuven klimaatneutraal,… • We zorgen voor een sterke milieudienst die voldoende uitgebouwd is met personeel, informatica, databanken enz voor de lopende taken of initiatieven in de milieuhandhaving en het duurzaam beleid en projecten zoals Leuven klimaatneutraal. 2.8 Actieplan: De stad wil een goed voorbeeld zijn voor het grote publiek op het vlak van interne milieuzorg en interne duurzame ontwikkeling. 2.8.1 Actiepunten: • We voeren een aankoopbeleid waarbij milieuverantwoord productgebruik samen met eerlijke handel centraal staat. We stellen een document op met standaard omschrijvingen die deze waarden duidelijk beschrijven. Dit dient toegevoegd te worden aan elk bestek over aankoop van producten. • We voeren van een doorgedreven afvalpreventie en selectieve inzameling van het bedrijfsafval van de stadsdiensten. • Het gebruik van pesticiden, zelfs bij stijging van het groenareaal, plafonneren we op het huidige niveau en via projecten streven we nog een verdere daling na. Alternatieve bestrijdingsmethodes zullen overal ingezet worden. • We kopen wagens aan die voldoen aan strenge milieuvoorwaarden. De stad stelt raamcontracten op die toelaten dat voertuigen worden aangekocht die enerzijds voldoen aan de hoogst mogelijke milieunormen en anderzijds bedrijfszekerheid en realistische inzetbaarheid garanderen. Zo zal de stad zich samen met externe partners inspannen om op haar grondgebied een CNG-tankstation te laten realiseren. Dit moet toelaten dat haar nieuwe vrachtwagens op relatief korte termijn minder het milieu zullen belasten. Rekening houdend met gemiddelde bedrijfstermijnen van 7 jaar voor personenwagens en bestelwagens en van 15 jaar voor vrachtwagens en speciale voertuigen, zal de stad het wagenpark tegen 2030 CO2-vrij trachten te krijgen. • Het energiezorgsysteem bij de stedelijke diensten wordt continu opgevolgd en bijgestuurd. Daarnaast stimuleren we gedragsmaatregelen en verhogen we het bewustzijn omtrent energierationaliteit bij de medewerkers. • We organiseren ludieke acties om rationeel energiegebruik op de werkvloer en thuis te stimuleren. We zoomen in op kennisvergroting omtrent nieuwe technieken (huishoudelijke installaties) bij de medewerkers. We focussen op energiebesparing. We willen goed huisvaderschap op de werkvloer specifiek naar energieverbruik. • We verbeteren de energieprestaties van de openbare verlichting. • De stad blijft voor haar eigen verbruik 100% groene energie aankopen. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

53 2.9 Actieplan: De stad wil haar publieke gebouwen als pilootprojecten voor klimaatneutraliteit inzetten. 2.9.1 Actiepunten: • We streven stadsbreed en directieoverschrijdend naar compacte en multifunctionele gebouwen en optimaliseren de bestaande gebouwvolumes naar multifunctionaliteit van gebruik en bezetting (cfr brede school; verdichting op gebouwenniveau). We richten een cel op ter bevordering van rationeel ruimtegebruik en het onderzoek naar en begeleiden van optimalisatieprojecten binnen stadsgebouwen. (zie ook actieplan 4.2) • Op korte termijn voeren we energiebesparingsmaatregelen uit voor 15 quick-win gebouwen. • De stad voert een conditiemeting uit van de 42 grootste gebouwen. We werken een beslissingsmodel uit i.v.m. de evolutie van deze gebouwen. We stellen een meerjarenonderhoudsprogramma op dat ook de evolutie naar klimaatneutrale gebouwen moet begroten. • Per gebouw bepalen we het ambitieniveau van de mate van klimaatneutraliteit, met een onderscheid tussen icoongebouwen, bestaande gebouwen en nieuwe of vervangingsprojecten. • Doorlopend monitoren we het energie- en waterverbruik in de stadsgebouwen en belangrijke gebouwdelen gecombineerd met communicatie naar diensten en directies (responsabilisering/wedstrijd en groepsgevoel bevorderend). • We bouwen een meerjareninvesteringsfonds op dat vanaf heden gespijsd wordt door de uitgespaarde recurrente energiekosten als gevolg van energiebesparingsmaatregelen om op langere termijn energiebesparende maatregelen te financieren. • Beslissingen over renovatie van gebouwen bereiden we voor aan de hand van de Trias Energetica, duurzaamheidsindex en Life Cycle analyse die een beter inzicht geven in de kosten over de ganse levensduur van een gebouw. We leggen de focus op een geïntegreerde aanpak van gebouwen en sites om schaalvoordelen en energieuitwisseling te kunnen meenemen in een gecoördineerde aanpak. • Opzetten van een testproject rond Windenergie en een onderzoek en eventuele uitvoer van extra zonnepanelenvelden en het plaatsen van Zonneboilers. • We zetten communicatiekanalen op om gerealiseerde projecten in de kijker te plaatsen en aan kennisdeling te doen over bevindingen aan derden. We zetten een kennisgroep op over best practices en gegevensuitwisseling met andere steden. • We bouwen netwerken op en nemen actief deel aan werkgroepen op regionaal, nationaal en Europees niveau, met als doel kennisopbouw en het wegen op regelgeving. 3. Beleidsdoelstelling: Leuven wil een bereikbare stad zijn, die streeft naar duurzame mobiliteitsoplossingen, enerzijds door het verhogen van de nabijheid van voorzieningen, anderzijds door het faciliteren van een verplaatsingsgedrag geënt op het STOP-principe. In het STOP-principe wordt voorrang gegeven aan Stappen, Trappen, Openbaar Vervoer en dan pas aan de Personenwagen. Een verhoging van het aantal verplaatsingen te voet of per fiets is dan ook het doel dat primair vooropgesteld wordt. Hierna richten we ons op het openbaar vervoer en het autoverkeer. We willen komen tot een vermindering van de verplaatsingsbehoeften door een integratie van het ruimtelijk - en mobiliteitsbeleid en daarnaast door voldoende voorzieningen te plaatsen in de woonkernen. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

54 3.1 Actieplan: De stad streeft naar een geïntegreerd mobiliteits- en ruimtelijk beleid. 3.1.1 Actiepunten: • Bij de herziening van het structuurplan wordt het gedeelte mobiliteit herzien en verder uitgewerkt. • De stad eist bij grote stadsontwikkelingsprojecten en ontwikkeling van tewerkstellingslocaties een mobiliteitsplan dat gericht is op het verkleinen van het aantal autoverplaatsingen. • De werking van de werkgroep verkeer zal geactualiseerd worden zodat ze in staat is om het totaalbeleid ten opzichte van alle vormen van mobiliteit te behandelen. • Om zicht te krijgen op het effect van beleidsmaatregelen op mobiliteitsvlak en om optimale mobiliteitsoplossingen te voorzien, wil de stad de mobiliteitsbewegingen van de bewoners en bezoekers van de stad meten. Met het inzetten van nieuwe technologieën kunnen we data verkrijgen over bijvoorbeeld het aantal fietsers in de stad, de meest gebruikte routes, het gebruik van buslijnen,.. 3.2 Actieplan: We gaan door met het autoluw maken van stadsdelen. In de eerste plaats binnen de eerste middeleeuwse ringmuur. Hierbij zal het mogelijk blijven voor bewoners om hun woning te bereiken en blijft een voldoende mate aan bewonersparkeren mogelijk. 3.2.1 Actiepunten Autoluw maken van de binnenstad: • We creëren voetgangerszones en toegankelijke looproutes. Een aantal centrumpleinen worden autoluwe en gezellige ontmoetingsplaatsen: Vismarkt, Hogeschoolplein, Herbert Hooverplein, en de gemeentepleinen van Heverlee en Wijgmaal. • We plaatsen verdwijnpalen om straten en buurten in de binnenstad verkeersvrij te maken en enkel toegankelijk voor bewoners. • We herbekijken het bestaande lussensysteem in de binnenstad met het oog op het creëren van meer open ruimte. 3.2.2 Actiepunten Parkeerbeleid: • We voeren een gedifferentieerd parkeerbeleid voor bewoners en bezoekers. • Autoparkeren gebeurt zoveel mogelijk ondergronds, bijvoorbeeld in de nieuwe parking Bruul. • Naast parking Bruul, onderzoeken we de mogelijkheid van een tweede rotatieparking voor de benedenstad, het mogelijke transferium ter hoogte van de Kapucijnenvoer en van randparkings, waar bezoekers van de binnenstad op duurzame vervoermiddelen kunnen overstappen. • Waar mogelijk voorzien we buurtparkings voor inwoners uit een bepaalde wijk. • We voorzien instrumenten zodat in grote nieuwbouwprojecten meer inpandige auto- en fietsparkeerplaatsen worden voorzien, dan nodig voor het project zelf. Dit surplus kan aangeboden worden aan de buurtbewoners. • We realiseren bijkomende parkings op het Engels plein. • Een toenemend aantal inwoners en studenten stelt ook extra vragen rond goederendistributie in de stad. Met het oog op een leefbare en veilige woon- en winkelomgeving onderzoeken we in overleg met de handelaren de mogelijkheid van een goederenomslagplaats aan de rand van de stad, waar goederen worden overgeladen in kleinere, milieuvriendelijkere vrachtwagens, bestelwagens of op fietsen met laadbak en van daaruit naar de binnenstad en deelgemeenten worden gebracht. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

55 • Vrachtwagens die de binnenstad en woonwijken willen inrijden, worden beperkt qua tonnage en volume. Hieraan gekoppeld worden de bussen in de binnenstad maximaal beperkt tot nietgelede bussen. 3.2.3 Actiepunten: Verkeersveiligheid verhogen: • Op het vlak van verkeersveiligheid willen we de zone 30 in de binnenstad verbeteren qua visibiliteit en infrastructurele maatregelen nemen langs de belangrijkste invalswegen van de stad. Dit kan via grote aankondigingborden, wegmarkeringen, aanpassingen asfalt enz. De zone 30 wordt verder uitgebreid in de woonbuurten van de deelgemeenten. Hiervoor worden de nodige infrastructurele maatregelen genomen. • In de voorbije jaren kozen wij in de binnenstad voor de aanleg van woonerven in plaats van een klassieke opbouw met voetpaden en wegdek. Dat heeft gezorgd voor trager verkeer en een betere buurtbeleving. In de volgende jaren willen wij die aanpak verder zetten. 3.3 Actieplan: Fiets- en voetpaden moeten er ten alle tijden degelijk bijliggen. Mede daarvoor wordt er een objectieve planning opgesteld voor het preventief onderhoud van stoepen, fietspaden en wegen. Deze planning wordt gebaseerd op relevante parameters zoals tijdstip van de aanleg, de voorziene levensduur van het gebruikte materiaal in combinatie met de intensiteit van gebruik,... Het onderhoud wordt preventief ingepland om op die manier de levensduur te verlengen en dure, volledige heraanleg te vermijden, zodat voor hetzelfde geld meer straten, wijken,… onderhouden kunnen worden. Na het op punt stellen van deze methode wordt nog voor het einde van 2013 een indicatieve planning opgemaakt voor de rest van de bestuursperiode. We voorzien hiervoor bijkomende middelen. 3.3.1 Actiepunten: • We besteden veel aandacht aan toegankelijke stoepen voor rolstoelgebruikers, mensen met een visuele beperking, senioren, en mensen met een kinderwagen. • We creëren extra voetgangerszones en toegankelijke looproutes. Een aantal centrumpleinen worden autoluwe en gezellige ontmoetingsplaatsen: Vismarkt, Hogeschoolplein, Herbert Hooverplein en de gemeentepleinen van Heverlee en Wijgmaal. Er gaat ook aandacht naar andere deelgemeenten (zie ook actieplan 1.5.4). 3.4 Actieplan: We willen het fietsgebruik doen toenemen door de kwaliteit en het basisonderhoud van de fietspaden en de ‘befietsbaarheid’ van straten te verbeteren. 3.4.1 Actiepunten: • Zie ook 3.3.1 m.b.t. onderhoud • Voor maximaal fietscomfort wordt er beroep gedaan op asfalt en verlaagde boordstenen. • Tijdens winterdagen moeten fietspaden nog vlugger sneeuwvrij gemaakt worden en vragen we het Vlaamse Gewest hetzelfde te doen voor hun fietspaden. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

56 3.5 Actieplan: We willen het fietsgebruik verhogen door een betere bereikbaarheid met de fiets te garanderen en de kwaliteit van de fietsinfrastructuur te verbeteren. 3.5.1 Actiepunten bereikbaarheid: • We stellen een fietsbeleidsplan op. • De stad investeert in de verdere uitbouw van een fijnmazig fietsroutenetwerk om de bereikbaarheid en eveneens de snelheid en veiligheid te verhogen. Fietssnelwegen en fietsstraten waarbij fietsers voorrang hebben op andere weggebruikers, kunnen bijvoorbeeld onderdeel uitmaken van het fietsroutenetwerk. • De stad werkt aan een verbeterde fietsontsluiting van de grote tewerkstellingslocaties: Haasrode, Gasthuisberg, wetenschapspark Arenberg. • We werken barrières weg met als doel een goede bereikbaarheid van de binnenstad voor fietsers door te experimenteren met extra groenfases op kruispunten, groene golven en de aanleg van bijkomende fietsbruggen. • We zullen verder overleggen met het Vlaams Gewest om de knelpunten op de gewestwegen aan te pakken. Knelpunten zoals bijvoorbeeld Kapucijnenvoer en de Naamsepoort worden fietsvriendelijk heraangelegd. 3.6 Actieplan: We willen maximaal inzetten op fietsgebruik door het stallen van fietsen beter te ondersteunen en uit te breiden voor zowel kort als langdurig gebruik. 3.6.1 Actiepunten stallen: • Hoewel de stad tot nu toe al 25 000 fietsenstallingen geplaatst heeft, voorzien we nog bijkomende stallingen. We werken aan een structurele oplossing voor extra fietsenstallingen, op locaties zoals bijvoorbeeld de stationsomgeving, parking De Bond, ... Ook bij (tijdelijke) evenementen voorzien we extra stallingen. Daarnaast voorzien we bij elke nieuw aangelegde autoparking nieuwe fietsenparkeerplaatsen. • We creëren extra ruimte voor bakfietsen en fietsenkarren. • Wat betreft het langdurig stallen van fietsen ondersteunen we bewoners bij het binnen stallen van hun fiets. Indien dit voor sommige inwoners of wijken moeilijk realiseerbaar is, experimenteren we met betalende buurtfietsenstallingen, fietskluizen, fietstrommels, …. • We willen de mogelijkheden van de fietsafhandelcentrale optimaal benutten. Medewerkers van de fietsafhandelcentrale zullen fietsen die langer dan 3 weken op dezelfde plaats gestald staan, ruimen en stockeren in de nieuwe fietsafhandelcentrale op de Centrale Werkplaatsen. Het kan hierbij gaan om fout gestalde fietsen, weesfietsen en fietswrakken. Fietseigenaars zullen hun fiets kunnen opzoeken via de website van de fietsafhandelcentrale en tegen een kleine vergoeding afhalen. Daarnaast kan deze centrale ook fungeren als zomerstalling voor bijvoorbeeld studenten die hun fiets tijdens de zomermaanden op een veilige en bewaakte plek willen achterlaten. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

57 3.7 Actieplan: We willen zoveel mogelijk mensen stimuleren om de fiets te gebruiken en dit door verder in te zetten op educatie en beeldvorming over fietsgebruik. 3.7.1 Actiepunten educatie en beeldvorming: • Van jongs af aan mee starten door schoolvervoerplannen voor de Leuvense scholen en fietseducatie in scholen te voorzien (in samenwerking met de politie). Er zal ook gezocht worden naar een bijkomende fietsexamenroute ( dat is een uitgestippeld traject waarop opgroeiende, zelfstandige, jonge fietsers kunnen testen of ze vaardig genoeg zijn om het verkeer te trotseren). • Ook moeilijker bereikbare groepen zoals nieuwkomers, sociaal zwakkeren, enz.. zullen aangesproken worden via de buurtcentra, het OCMW en de integratiedienst van de stad. We bekijken voor deze groepen ook de mogelijkheden van een fietsensamenaankoop. Daarnaast geven we de pas opgerichte fietsschool voor volwassenen verder aandacht. In deze fietsschool kunnen zowel volwassen beginnende fietsers die nooit hebben leren fietsen als degenen die de basisvaardigheden verleerd zijn, terecht. Ook bestaat er de mogelijkheid om de wegcode op te frissen of om een basis fietsonderhoud aan te leren. • We stellen een verantwoordelijke aan voor het ganse fietsbeleid (sensibilisering, educatie en infrastructuur) dat ingebed is in het bredere mobiliteitsbeleid. De stad streeft naar een mobiliteitsbeleid met een duidelijke focus op duurzaamheid en naar een goede samenwerking tussen de verschillende mobiliteitsambtenaren. 3.8 Actieplan: De laatste jaren werd in en om Leuven een zeer dicht openbaar vervoernet gecreëerd dat intensief gebruikt wordt door de Leuvenaars en bezoekers van de stad. Een hertekening van het busnetwerk maakt integraal deel uit van het nieuwe mobiliteitsplan. We willen verder inzetten op het openbaar vervoer. 3.8.1 Actiepunten: • We werken een regionale visie op mobiliteit en openbaar vervoer uit i.s.m. de buurgemeenten en de openbaar vervoermaatschappijen. • We optimaliseren de verbinding van de deelgemeenten met de binnenstad door het openbaar vervoer i.s.m. De Lijn. • De stad pleit voor een verbeterde openbaar vervoerontsluiting van de grote tewerkstellingslocaties: Haasrode, Gasthuisberg, wetenschapspark Arenberg, Remysite… 3.9 Actieplan: De stad wil er bij De Lijn op aandringen om de hinder (door uitlaatgassen, lawaai, ..) van het openbaar vervoer in de binnenstad weg te werken door het busverkeer binnen de ring te verminderen en door kleinere, stillere en schonere bussen in de binnenstad te laten rijden. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

58 3.9.1 Actiepunten: • We sturen streeklijnen niet meer door de binnenstad en stippelen alternatieve routes uit in samenwerking met de lijn (bijvoorbeeld over de ring). • We leggen shuttlebussen in (specifiek in verbinding met de randparkings). • De stad onderzoekt of een light rail of tram in eigen bedding voor Leuven mogelijk is. • We weren gelede bussen in de binnenstad. • De stad wil meer bussen met milieuvriendelijke brandstoffen, bij voorkeur elektrische. 3.10 Actieplan: De stad grijpt structurele ingrepen in het hoger verkeersnet aan, om de ruimtelijke kwaliteit in de omgeving en het functioneren van de lokale verkeersnetten te verbeteren. 3.10.1 Actiepunten: • Onderzoek, samen met minstens AWV en Infrabel, naar de ongelijkvloerse kruising van spoorweg en Naamsesteenweg, gaat gepaard met een masterplan voor de herontwikkeling van het centrum van Heverlee en onderzoek naar de verbinding Heverlee – Haasrode. • Onderzoek, samen met minstens Infrabel, naar de ongelijkvloerse kruising van spoorweg en verschillende straten in Wijgmaal, gaat gepaard met masterplanning voor de (her)ontwikkeling van het gebied van Wijgmaal station tot Wakkerzeelsebaan inclusief studie naar bijkomende functies en bijkomende verbindingen voor langzaam verkeer. • Onderzoek, samen met minstens AWV, naar de herinrichting van de omgeving Bodart en het verwijderen van het Ringviaduct, gaat gepaard met masterplanning voor de gehele omgeving inclusief onderzoek naar wenselijke functies, verbindingen, landschappelijke inrichting, groenen waterstructuur. 3.11 Actieplan: De stad wil een betere toegankelijkheid van het openbaar vervoer voor de minder mobielen. 3.11.1 Actiepunt: • Verhogen van de busperrons voor een vlotte opstap 4.Beleidsdoelstelling: Leuven zorgt ervoor dat ze haar centrumfunctie op verschillende niveaus (buurt, lokaal, regio, gewestelijk) kan blijven waarmaken, aangepast aan de groei en ambitie om ‘eeuwenoud en springlevend’ te blijven. 4.1 Actieplan: De stad past het voorzieningenniveau aan de groeiende bevolking aan en optimaliseert het gebruik van haar patrimonium. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

59 4.1.1 Actiepunten: • De stad bekijkt of ze structuren kan ontwikkelen/versterken om een meervoudig en efficiënter gebruik van patrimonium van derden (privé, andere overheden, KU Leuven, scholen, …) te stimuleren en ondersteunen. • De stad ontwikkelt een regionale visie op voorzieningen in samenspraak met regionale partners. • De stad laat het voorzieningenniveau meegroeien met de bevolking en stelt hiervoor in het ruimtelijk structuurplan een ruimtelijk afwegingskader op waar deze voorzieningen het best gegroepeerd worden. Bijvoorbeeld groepering van voorzieningen in zwembadsite Wilsele, Boudewijnstadion, .. • Bij het uittekenen van grote stadsvernieuwingsprojecten wordt voldoende onderzocht welke gemeenschapsvoorzieningen hierin worden opgenomen. • Er wordt een centrale inventaris opgesteld en bijgehouden van het vastgoed van de ‘groep stad Leuven’: stad, lokale politiezone, autonome gemeentebedrijven, OCMW, … • De stad werkt een geïntegreerde visie op het vastgoedbeleid van de groep uit. Het vastgoedbeleid en –beheer van de groep wordt gebaseerd op uniforme en transparante principes. • De stad onderzoekt of het opportuun is om het administratief patrimoniumbeheer van de groep te centraliseren bij het AGSL, en in dat geval wordt de personeelscapaciteit die bij de betrokken besturen hiervoor verantwoordelijk is, gebundeld bij het AGSL. • In onderling overleg tussen de betrokken besturen wordt het patrimonium van de groep optimaal benut voor de realisatie van de stedelijke beleidsdoelstellingen (bv. activeren van gronden voor woonprojecten). Daarbij wordt het meervoudig gebruik van het patrimonium maximaal mogelijk gemaakt. • Er wordt onderzocht of het in functie van bestuurlijke efficiëntie en/of de realisatie van beleidsdoelstellingen opportuun is om het vastgoed dat de betrokken besturen zelf niet gebruiken in te brengen in of over te dragen aan het AGSL, hetzij in eigendom, hetzij in erfpacht. Concrete afspraken hierover worden vastgelegd in de beheersovereenkomst tussen de stad en het AGSL en in afzonderlijke samenwerkingsovereenkomsten tussen de betrokken besturen. • We willen bestaande en nieuwe infrastructuur gecoördineerd beheren en inzetten als gemeenschapsvoorzieningen. • Voorbeelden van projecten: CW hal 4/5, jeugdcentrum hal 9, nieuw jachthavengebouw, deelgemeentehuizen, scholen zoals bijvoorbeeld De Krullevaart, sport- en cultuurinfrastructuur 4.2 Actieplan: De stad tracht voorzieningen en commerciële activiteiten te concentreren in de bestaande handelskernen en de multifunctionele kernen. 4.2.1 Actiepunten: • Er worden verbindingsmogelijkheden uitgewerkt tussen de winkelstraten in de benedenstad: • het kernwinkelgebied krijgt aan de zijde Benedenstad een kwalitatieve afwerking met verblijfspleinen en autoluwe winkellussen. • De heropleving van het tweede deel van de Tiensestraat wordt gerealiseerd door aan te dringen op snelle maar kwaliteitsvolle ontwikkeling van site Groep T met gemeenschaps- en handelsfuncties. • We starten studies en aanbestedingsdossiers op voor de heraanleg van verschillende pleinen en straten (zie ook luik 1.5.3). • Er wordt een overkoepelende visie (als onderdeel van het structuurplan) uitgewerkt voor voorzieningencentra in de verschillende woonkernen. Op basis hiervan worden toekomstige investeringen bepaald in openbaar domein en infrastructuur voor gemeenschapsvoorzieningen : Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

60 − As kop van Kessel-lo – centrale werkplaatsen – Boudewijnstadion - Heuvelhof // Diestsesteenweg − Zwembadsite Wilsele in samenhang met Aarschotsesteenweg, site deelgemeentehuis − Site Ymeria in Wijgmaal en eventuele uitbreidingszones ten noorden van de spoorweg in Wijgmaal. − Omgeving Naamsesteenweg en deelgemeentehuis in Heverlee 4.3 Actieplan: De stad stelt een strategische visie op voor de Benedenstad en voert deze uit. 4.3.1 Actiepunten: • De stad onderzoekt of in de Benedenstad een podiumkunstenzaal kan worden ingeplant op de site Hertogeneiland. • De stad herbekijkt de verkeerstructuur en parkeeroplossingen van dit gebied. • We definiëren de samenhang met het project Bodart. • De verbinding met parking de Bruul wordt uitgewerkt. • De stad werkt een masterplan uit voor de publieke ruimte in dit gebied om het centrum te versterken als geheel. • De winkelfunctie van de Vismarkt wordt versterkt door een autovrije heraanleg. • Het tweede deel van de Mechelsestraat wordt deels autoluw gemaakt. • We zullen het Sint-Jacobsplein, het Damiaanplein en het Herbert Hooverplein heraanleggen. • We verbreden de stoepen in de Brusselsestraat en de Dirk Boutslaan. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

61 5.Beleidsdoelstelling: De stad werkt aan een duurzaam behoud en beheer van haar onroerend erfgoed. Visie Van 17e-18e eeuwse woonhuizen over kerken, kloosters, abdijen, bossen en colleges tot brouwerijen en wederopbouwpanden: het Leuvense erfgoed is heel divers en het resultaat van een stad die altijd in evolutie was. Ook vandaag zet Leuven steevast in op stadsvernieuwing en -ontwikkeling. Het is van belang dat het Leuvense erfgoed, dat het stadskarakter bepaalt, deel uitmaakt van deze toekomstplannen, door het duurzaam te behouden en maximaal te integreren in de dynamische ruimtelijke ontwikkeling. 5.1 Actieplan : De stad zal een wettelijk kader scheppen om haar waardevol onroerend erfgoed beter te behouden voor de toekomst. 5.1.1 Actiepunten : • de stad stelt een stedenbouwkundige verordening op, die toelaat waardevolle gebouwen en beeldbepalende straatbeelden te behoeden voor sloop en voor verbouwingen die de erfgoedwaarden ernstig aantasten. Dit, op korte termijn in de binnenstad, en in de deelgemeenten zodra hier de inventarisatie van het onroerend erfgoed is gebeurd. Voor de selectie stelt de stad een eigen afwegingskader op. • de stad bepleit bij de Vlaamse overheid de inventarisatie van het onroerend erfgoed in de deelgemeenten. De stad zal deze inventarisatie ondersteunen voor zover de capaciteiten van de diensten dit toestaan. • de stad bepleit bij de Vlaamse overheid de bescherming als monument, landschap of als stadsgezicht van het meest waardevolle erfgoed. De stad zal de voorbereiding van de beschermingsdossiers ondersteunen voor zover de capaciteiten van de diensten dit toestaan. • de stad houdt bij de opmaak van RUP’s en ontwikkelingsplannen rekening met de maximale integratie van en de zorg voor het aanwezige onroerend erfgoed. • de stad bestrijdt de leegstand van erfgoedpanden, via b.v. een actieve ondersteuning van herbestemmingsprojecten en de opheffing van de vrijstelling van de leegstandstaks voor monumenten. • de stad zal op basis van de inventaris ‘versteende getuigenissen’ een beleid van behoud, beheer, bescherming en restauratie van het funeraire erfgoed uitwerken. 5.2 Actieplan: De stad besteedt bijzondere aandacht aan het beheer van het eigen waardevol patrimonium. 5.2.1 Actiepunten : • de stad stelt de restauratiedossiers op en restaureert na toezegging van subsidies: de relicten van de eerste stadsomwalling in het Handbooghof en het stadspark, de verdere restauratiefases van de Sint-Pieterskerk, de Sint-Jacobskerk, de Sint-Geertruiabdij, van de Hallen 4, 5 en 9 van de Centrale Werkplaatsen, de Parkabdij, de burchtmuur Keizersberg, de salons en de pui van het stadhuis en de daken van de stadsschouwburg. Kleinere werken worden al dan niet uitgevoerd zonder subsidietoezegging (het betreft bijvoorbeeld werken aan het Augustinessenklooster, de orangerie van de kruidtuin, poort Schrijnmakersstraat). Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

62 • de stad is voor al haar beschermd gebouwd patrimonium lid van Monumentenwacht waardoor een inspectie op regelmatige basis gegarandeerd is. Op basis hiervan worden de nodige onderhoudsplannen opgemaakt. • de stad heeft een afgesproken overlegstructuur met het agentschap Onroerend Erfgoed voor de bespreking, opvolging en coördinatie van de verschillende lopende restauratieprojecten en dossiers waarbij erfgoed betrokken is. 5.3 Actieplan: De stad speelt een actieve rol bij het beheer van het onroerend erfgoed waarvan de stad zelf geen eigenaar is. 5.3.1 Actiepunten : • de stad verleent steun aan de restauratiedossiers van de Abdij Vlierbeek, Sint-Michielskerk, monumentale en waardevolle kerken, … • de stad geeft ondersteuning voor de opmaak van een masterplan en beheersplan voor de Abdij Vlierbeek. • de stad pleegt het nodige overleg met de kerkraden en het centraal kerkbestuur (zie: erediensten). • de stad voorziet de nodige budgetten voor de subsidieverlening voor restauratiewerken op het grondgebied van Leuven. • De stad kan het bouwheerschap overnemen van verschillende kerkfabrieken en staat deze bij met technisch advies (zie ook: erediensten). 5.4 Actieplan: De stad wil de bewoners bewust maken van haar erfgoedrijkdom en een draagvlak uitbouwen voor het duurzaam behoud en beheer ervan. 5.4.1 Actiepunten : • de stad zal acties opzetten om onroerend erfgoed te ontsluiten (bv. openstellen van waardevol patrimonium i.s.m. Toerisme Leuven en KULeuven, het organiseren van openwerfdagen zoals ‘Parkabdij op zondag’ of van archeologische opgravingen, het openstellen van herbestemde monumenten, erfgoedbijdragen in Mozaiek, …) • de stad werkt mee aan het opstellen en uitvoeren van de conceptontwikkeling van Toerisme Vlaanderen voor de abdij van Park. • de stad neemt actief deel aan de organisatie van Open Monumentendag. • de stad neemt initiatieven om de aanwezigheid van waardevol erfgoed beter bekend en zichtbaar te maken, bijvoorbeeld door het aanbrengen van infoborden op dit erfgoed. • de stad neemt het initiatief voor de organisatie van studiedagen naar aanleiding van haar specifieke restauratieprojecten: studiedag ICOMOS omtrent herbestemming St-Jacobskerk, bezoek aan M, werfbezoek in de abdij van Park, … • de stad zal aan de hand van sensibilisatieacties bewoners bewust maken van de bijdrage die duurzaam beheer van erfgoed kan leveren aan het behalen van de doelstellingen van Leuven Klimaatneutraal. 5.5 Actieplan : De stad zal naast het bouwkundig erfgoed ook het archeologisch en landschappelijk erfgoed een plaats geven in haar werking. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

63 5.5.1 Actiepunten : • de stad werkt een geïntegreerde visie uit voor het bouwkundige, archeologische en landschappelijke erfgoed • de stad zal het onroerend erfgoed - met inbegrip van de archeologie – integreren in de werking van de andere beleidsdomeinen • Bij de herziening van het RSL zal de geïntegreerde visie op het onroerend erfgoed vertaald worden in het hoofdstuk landschapsstructuur • de stad zal een dossier opstellen om erkend te worden als onroerenderfgoedgemeente zodra de nodige capaciteiten voor het uitvoeren van de bijbehorende taken binnen de diensten zijn verzekerd. 6.Beleidsdoelstelling: Leuven versterkt haar rol als kennisstad binnen Vlaanderen. 6.1 Actieplan: De stad voorziet (op lange termijn) voldoende ruimte voor kenniseconomie met bijzondere aandacht voor duurzaam ruimtegebruik, klimaatneutraliteit en multimodale ontsluiting. 6.1.1 Actiepunten: • De stad werkt een masterplan uit voor het wetenschapspark Leuven Noord, waarbij minstens de volgende thema’s worden behandeld: economische profilering, energetisch concept, wateren groenconcept, bereikbaarheid, hinderaspecten, relatie met de omgevende wijken. • De stad begeleidt verder de ontwikkeling van de site Gasthuisberg volgens het goedgekeurde masterplan. • De stad begeleidt verder de ontwikkeling van de zuidelijke Dijlevallei. • De stad werkt verder aan de realisatie van de sites Imec, wetenschapspark Arenberg. • De stad bepleit het behoud van Termunckveld als reservegebied voor de uitbreiding van de universiteit op lange termijn. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

64 V. Leven, Leren en Werken Visie Leven Leuven streeft naar een open, zorgzame en verbonden stad met aangename buurten, waarbinnen iedereen optimaal kan (samen)leven, leren, wonen en werken. Extra aandacht gaat uit naar kwetsbare groepen. Voor een geïntegreerd welzijnsbeleid kiest de stad voor een emancipatorisch OCMW, dat verder de nodige middelen ontvangt voor een optimale werking. Op die manier blijven de inwoners gegarandeerd van het recht op maatschappelijke dienstverlening, zodat zij menswaardig kunnen leven. Daarom is de strijd tegen de kinderarmoede, energiearmoede en voor activering, empowerment, gezondheid en betaalbaar wonen een absolute prioriteit. Tussen de administratieve en logistieke diensten van de stad en OCMW kiezen we voor een verregaande samenwerking. Een plan van aanpak wordt uitgewerkt voor einde 2013. Een toegankelijke, vraaggerichte en geïntegreerde dienstverlening wordt inclusief en preventief aangeboden waar het kan, en is specifiek en curatief waar het moet. De Thuiszorg van OCMW Leuven is een laagdrempelige dienstverlening, waar cliënten, familie en mantelzorgers zich welkom voelen. Deze dienst streeft naar een integrale dienstverlening om thuiswonende senioren en zwaar zorgbehoevende inwoners zo lang mogelijk thuis te laten wonen, met behoud en stimuleren van zelfredzaamheid waar mogelijk, en met respect voor ieders eigenheid en zelfbeschikkingsrecht. Daarnaast is het blijvend aanbieden van hoogstaande en zeer kwaliteitsvolle dienstverlening, waarbij de cliënt centraal staat en waarbij de “zorg op maat”gedachte wordt gehuldigd, op het vlak van de residentiële ouderenzorg en de lokale dienstencentra, primordiaal. De verschillende situaties en generaties van senioren dienen op een gediversifieerde manier te worden benaderd. Het beleid en de dienstverlening van de stad worden afgestemd op hun verschillende behoeften. De diversiteit op Leuvens grondgebied is groot. Naast meer dan 150 verschillende nationaliteiten leven hier zowel ouderen als jongeren, mannen en vrouwen, alleenstaanden en verschillende gezinsvormen, mensen met een beperking, holebi’s en transgenders. De stad zet in op gelijkwaardigheid, gelijkheid, participatie van allen, integrale toegankelijkheid en bestrijdt alle vormen van discriminatie en bedreigingen van fysieke en psychische integriteit. De stad voert een inclusief diversiteitbeleid. Sociale samenhang van de verschillende bevolkingsgroepen wordt gestimuleerd door buurtwerking. Via buurtwerk wil Leuven een open en solidaire stad zijn, waar mensen doorheen verschillen verbonden zijn met elkaar, maar ook met het zuiden en met komende generaties. De stad streeft er naar om mensen van diverse leeftijden en achtergronden op een positieve wijze te laten samenleven. Tevens is buurtwerk een ideaal kruispunt voor kansarmoedebestrijding in de verschillende aandachtsbuurten en is het de brug tussen bewoners en stadsdiensten. Alle Leuvense straten en wijken moeten aangenaam zijn om in te wonen. Wat de gebiedsgerichte werking van de stad betreft, opteert men voor een sociale territoriale invalshoek dat zich richt op alle Leuvense inwoners. Door in te zetten op buurtregie, Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

65 actief burgerschap en buurtbetrokkenheid tracht de gebiedsgerichte werking een kwaliteitsvolle bijdrage te leveren aan de leefbaarheid. Ook kinderen en jongeren moeten zich hier thuis voelen en worden beschouwd als volwaardige burgers. Daarin speelt het stedelijk jeugdcentrum Vleugel F een belangrijke rol en voert daaromtrent een progressief beleid. Rekening houdend met het bijzondere belang van inspraak en participatie bij het vorm geven van jeugdbeleid, geeft de stad de nodige steun aan het georganiseerde en nietgeorganiseerde jeugdwerk. De jeugdinfrastructuur en speelterreinen dienen ook te worden uitgebouwd en verbeterd. Het kinderrechtenverdrag vormt het uitgangspunt van de werking. Kinderen en gezinnen hebben het recht om in de best mogelijke omstandigheden te leven. De afdeling kinderopvang van Stad Leuven investeert immers in een gezinsvriendelijk beleid met als pijlers laagdrempelige gezinsondersteuning op maat van elk gezin, en kwalitatieve en betaalbare kinderopvang. De werkelijke noden van de stad inzake kinderopvang zijn groter dan het aanbod. Het blijvend aandringen bij de bevoegde overheid om de middelen verder te verdelen volgens deze werkelijke noden (o.a. opvang voor zowel kinderen van inwoners als van werknemers die geen inwoner zijn van de stad) is dan ook cruciaal. De stad neemt de lokale regie met betrekking tot kinderopvang op. Inzetten op het behoud en het verhogen van het aantal betaalbare voorschoolse kindplaatsen behoort tot de opdracht, evenals het optimaliseren –in nauw overleg met de scholen- van de werking van binnenschoolse opvang. Alle burgers moeten toegang hebben tot gezondheidszorg. Daarvoor werkt de stad samen met het Lokaal Gezondheidsoverleg Oost-Brabant en relevante gezondheidspartners op haar grondgebied. Naast de Vlaamse gezondheidsdoelstellingen zal Leuven ook aandacht besteden aan lokale noden en behoeften op het vlak van gezondheidspromotie en preventieve gezondheidszorg. Om deze doelstelling te realiseren en een integraal gezondheidsbeleid te kunnen realiseren, wordt een overlegplatform gezondheid opgericht waar alle partijen die een rol spelen in het gezondheidsbeleid vertegenwoordigd zijn. Onze solidariteit en wil tot goed samenleven overschrijdt de Leuvense grenzen met een gemeentelijk ontwikkelingssamenwerkingsbeleid waarvan we het draagvlak willen vergroten. Naast het ondersteunen van de ‘klassieke’ actoren in ontwikkelingssamenwerking willen we rechtstreekse samenwerken met het bestuur van Para in Suriname om er de bestuurskracht te versterken. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

66 Visie Leren Leuven is een onderwijs- en kennisstad die beschikt over een breed regulier scholenaanbod, georganiseerd door verschillende netten. De kwaliteit van dat onderwijs is van hoog niveau. Dat moet in de toekomst zo blijven en zelfs worden versterkt. De stad kiest voor kwaliteitsvolle schoolhuisvesting en voldoende capaciteit. Dat impliceert de bouw van nieuwe infrastructuur, zowel gedeeltelijk als de creatie van een nieuw schoolgebouw, daar waar er nood aan is. Leuven wil de samenwerking met en tussen de Leuvense onderwijsinstellingen verder versterken. Gezamenlijke onderwijsprojecten worden ontwikkeld en ondersteund, zodat iedereen gebruik kan maken van het onderwijsaanbod. Jongeren en volwassenen krijgen gelijke kansen tot het behalen van een diploma. De samenwerking tussen stad, onderwijsinstellingen en welzijnsorganisaties, is hierbij cruciaal. De stad neemt daarvoor de regierol op en stimuleert deze samenwerking. Scholen moeten worden gestimuleerd om hun gebouwen ter beschikking te stellen aan buurtbewoners en verenigingen. Het is de ambitie van de stad om van elke Leuvense school een brede school te maken. Via deze ‘brede’ scholen wordt meer ruimte gecreëerd voor sport, cultuur en ontmoeting. Dit verstevigt de sociale cohesie in de buurt. Visie Werken Leuven wil duurzame, economische groei consolideren door versteviging van haar positie als belangrijke kennis-, innovatie- en studentenstad. Internationalisering van de stad wordt ondersteund via initiatieven die Leuven op de kaart zetten. Daarbij profileert de hele regio zich als kennisgedreven regio met internationaal kader. Samenwerkingsinitiatieven met KULeuven, andere kennisinstellingen, de bedrijvenwereld en ondernemersorganisaties zijn daarbij aangewezen. De inzet is ook om kwaliteitsvol werk te garanderen voor Leuvense inwoners. De stad verkleint tevens de kloof tussen het onderwijs en de arbeidsmarkt. Daarvoor is het secundair onderwijs, als aansluiting tussen het onderwijs en de arbeidsmarkt, een belangrijk aandachtspunt. We blijven inzetten op onze rijke sociale economie. Als stad wensen we onze pioniersrol te consolideren en te versterken. We blijven de koplopers van morgen door nauwe samenwerkingsbanden en unieke synergieën. We waarderen de belangrijke maatschappelijke winst van dit ondernemerschap. Ook de Leuvense handel en horeca is een belangrijke sector met 2300 vestigingen De stad streeft daarom naar een sterk kernwinkelgebied en goeddraaiende boodschappencentra in de deelgemeentes. Dat gebeurt op een actieve manier via kernversterkende initiatieven, ondersteunen van zelfstandig ondernemerschap, een handelspromotiebeleid en een specifiek horecabeleid. De stad verzet zich op haar grondgebied, en daarbuiten, tegen megalomane projecten die ongewenste aanzuigaffecten hebben ten nadele van winkelkernen in het algemeen, en binnensteden in het bijzonder. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

67 Leuven focust tevens op een duurzaam land- en tuinbouwbeleid. De sociale en economische leefbaarheid van land- en tuinbouwbedrijven moet ondersteund worden. De stad wil een voedselstrategie ontwikkelen en daarbij ligt de klemtoon op korte-ketenverkoop, een promotie- en afzetstrategie bij de Leuvense bevolking en op het vrijwaren van landbouwgrond. De toeristische sector is een andere belangrijke economische actor, waarbij Leuven inzet op kwalitatief en duurzaam verblijfstoerisme. De stad wordt daarbij uitgebouwd tot een aangenaam en aantrekkelijk geheel voor verschillende doelgroepen: bezoekers, bewoners, studenten of bedrijven. Leuven focust expliciet op 3 inhoudelijke pijlers: kennis, innovatie en creatie, bier en smaak, en religieushistorisch patrimonium en kunst, die het eeuwenoude, springlevende imago van de stad onderstrepen. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

68 OCMW 1. Beleidsdoelstelling: Het op een emancipatorische manier helpen overbruggen van de kloof die mensen in armoede scheidt van de algemeen aanvaarde leefpatronen van de samenleving, als gevolg van individuele en collectieve uitsluitingen op meerdere gebieden. 1.1 Actieplan: De sociale bescherming van de bevolking verzekeren. Dit zal o.a. gebeuren door het aanpassen van de richtlijnen voor (financiële) steunverlening aan de nieuwe noden van kansengroepen in Leuven, en via de inzet van middelen uit fondsen (energiefonds, Leuvens Fonds ter Bestrijding van de Kinderarmoede, en de gelden voor sociale en culturele participatie) Waar mogelijk willen we rechten automatisch toekennen of aanvragen. Daarnaast moet sociale fraude bestreden worden. We zullen de mensen maximaal informeren, sensibiliseren en ondersteunen op het vlak van duurzaam energiegebruik en duurzame investeringen, via onze energieassistent en in samenwerking met de andere (energie)initiatieven in Leuven (Pendule, energiesnoeiers, dakisolatieproject). De werking van de LAC (Lokale Adviescommissie voor elektriciteit, gas en water) zal geëvalueerd worden met de (organisaties van) mensen in armoede en waar nodig verbeterd. Verder verruimen we onze schuldhulpverlening door preventie en nazorg voor cliënten en scholieren (ism met Open School en CAW), naast een nieuw aanbod voor zelfstandigen (ism met Tussenstap). Onze dienstverlening in de Hulpgevangenis Leuven zal worden verder gezet. 1.2 Actieplan: Terugdringen van de kinderarmoede. Het terugdringen van de kinderarmoede zal o.a. gebeuren door de acties die gefinancierd worden door het Leuvens Fonds ter Bestrijding van de Kinderarmoede. 1.3 Actieplan: Sociale, educatieve en professionele activering. Gelet op de diversiteit van onze doelgroep zetten we maximaal in op sociale (Romproject, Clashproject,…), educatieve (begeleiding bij maken studiekeuze via samenwerking met externe partners) en professionele activering. De professionele activering gebeurt via een aanbod van laagdrempelige trajecten/opleidingen die toeleiden naar beroepen in o.m. de zorgsector, de bouwsector, de horeca en grootkeuken met nadruk op integratie van taaltrajecten in het aanbod. Een lokaal werkgelegenheidsplan zal extra aandacht schenken aan kansarme groepen. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

69 1.4 Actieplan: Aanpak van dak- en thuisloosheid en slechte huisvesting. Er komt een “structureel overleg” met alle huisvestingsactoren dat moet leiden tot concrete aanbevelingen. Tevens zetten we onze acties ter preventie van dak- en thuisloosheid verder. Preventieve acties zullen nog meer doorgedreven gebeuren in geval van een nakende uithuiszetting door een sociale bouwmaatschappij. Er wordt verder geïnvesteerd in kwaliteitsvolle noodopvang en nachtopvang tijdens de wintermaanden, in samenwerking met het CAW regio Leuven. Verder wordt de mogelijkheid van de oprichting van een Lokaal Opvanginitiatief (LOI) voor nietbegeleide buitenlandse minderjarigen onderzocht. 1.5 Actieplan: Toegang tot de gezondheidszorg verhogen. Er zal een preventieplan uitgewerkt worden, met aandacht voor gezonde voeding, sport en geestelijke gezondheidszorg, in nauw overleg met de lokale partners. Wij zullen het aanbod aan organisaties die zich bezig houden met de geestelijke gezondheid nog veel ruimer bekend maken. Het onderzoek naar de verplichte aansluiting bij het ziekenfonds zal worden geïntensifieerd en de samenwerking met de twee wijkgezondheidscentra versterkt. Ook het gebruik van het zgn. Globaal Medisch Dossier en het gebruik van het ‘derdebetalersysteem’ bij onze cliënten zal aangemoedigd worden. Verder zullen we onze medewerking verlenen aan het project ‘eCarmed’, “Elektronische medische kaart”. 2. Beleidsdoelstelling: Zorgen voor een toegankelijke, vraaggerichte, kwaliteitsvolle en geïntegreerde dienstverlening, niet alleen gericht op individuele financiële en curatieve steun, maar ook preventief en groepsgericht. 2.1 Actieplan: Toegankelijkheid van de hulpverlening verhogen. Op basis van de resultaten van de toegankelijkheidsscan willen we onze toegankelijkheid verbeteren en ons engageren voor een dienstverlening die bekend, begrijpbaar, betaalbaar, bruikbaar, beschikbaar, betrouwbaar en bereikbaar is. We zorgen mee voor de organisatie van dialoogmomenten bij de beleidsvoorbereiding en de beleidsuitvoering, in nauwe samenwerking met de armenorganisaties. Het OCMW en de stad, samen met de partners uit het werkveld, zullen zich inzetten voor een actieve opsporing en een radicale bestrijding van de armoede, veelal ook verdoken armoede. De maatregelen zullen opgelijst en verzameld worden in een globaal, geïntegreerd en inclusief armoedebeleidsplan, waarbij in een participatief moment wordt voorzien voor de “Verenigingen waar armen het woord nemen” en andere betrokkenen uit de doelgroep. Zij krijgen de Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

70 mogelijkheid om vanaf de start van de opmaak van het plan mee te participeren. De vooruitgang in de uitvoering van dit armoedebeleidsplan zal jaarlijks worden besproken tijdens een armoedeconferentie met een doorgedreven participatie van armoedeorganisaties en mensen in armoede. 2.2 Actieplan: Kwaliteit van de hulpverlening verhogen. We werken verder aan de uitbouw van een sterk lokaal sociaal beleid, in nauwe samenwerking met de Stad en CAW en andere hulpverleningspartners, met het oog op de verhoging van de efficiëntie en de effectiviteit van de hulpverlening. Het project Het Nieuwe Werken (HNW) moet de Sociale Dienst in staat stellen om op een efficiënte en effectieve manier het werk te organiseren en de toegankelijkheid en de kwaliteit van onze dienstverlening aan de cliënten te vergroten. De behoefte van de cliënt zal leidend zijn bij de vormgeving van de dienstverlening. 3. Beleidsdoelstelling: Een optimaal en performant operationeel (opname)beleid voeren in het kader van de residentiële zorg (woonzorgcentra) om maximaal in te spelen op de noden van (zwaar) zorgbehoevende senioren. 3.1 Actieplan: Het opnamebeleid optimaliseren in functie van zware zorgbehoevendheid. Er wordt een gemeenschappelijke intakecel voor Thuiszorg en WZC’s opgericht en diepgaandere huisbezoeken door maatschappelijk werkers uitgevoerd ter voorbereiding van opname in het WZC. 3.2 Actieplan: In Wijgmaal wordt zo snel mogelijk een woonzorgcentrum gebouwd. 3.3 Actieplan: We nemen ons voor een zorgbedrijf op te richten tegen 1 januari 2015. Ten dien einde wordt er onderzocht op welke wijze dit de meeste toegevoegde waarde kan bieden. 3.4 Actieplan: De toegankelijkheid van de dienstverlening bevorderen door informatie en communicatie. Dit zal gerealiseerd worden door nog meer slagkrachtige samenwerkingsovereenkomsten te sluiten met de zorgpartners om de wederzijdse doorverwijzing te Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

71 faciliteren, door de organisatie van kennismakingsmomenten voor etnisch culturele minderheden in samenwerking met de stad, en door projectmatig en structureel samen te werken met de seniorenconsulent van de stad om een maximale afstemming te bekomen inzake een ver doorgedreven communicatie naar de burgers op vlak van relevante activiteiten en evenementen. 3.5 Actieplan: Inspraak en participatie verhogen met het oog op een betere afstemming tussen vraag en aanbod. Dit gebeurt via de organisatie en optimalisering van gebruikersraden, van tevredenheidsmetingen en via de optimalisering van de klachtenprocedure. 3.6 Actieplan: Zorg op maat door specialisatie en multidisciplinaire werking. De afstemming tussen disciplines in de zorg voor de groeiende groep van ouderen met specifieke ouderdomsverschijnselen en ziektebeelden wordt nog geoptimaliseerd. We verhogen verder de zelfredzaamheid van de oudere door aangepaste behandelingen en activiteiten. 3.7 Actieplan: Verder onderzoek naar en uitwerking van de infrastructurele aanpassingen en projecten. Op basis van de noden van de doelgroep en van de reglementering voorzien we gefaseerd in de realisatie van (verbouw) nieuwbouwprojecten om te voldoen aan de vigerende normen en het hedendaags comfort in de zorgverlening. 3.8 Actieplan: Verhogen van de (her) integratie van de ouderen in het maatschappelijk veld door contacten met de buitenwereld verder te intensifiëren en uit te bouwen. 4. Beleidsdoelstelling: Bevorderen van de zelfstandigheid en de activiteitsgraad van ouderen die nood hebben aan een beschermende woonvorm met de mogelijkheid van zorginterventie. 4.1 Actieplan: Het omvormen van serviceflats naar assistentiewoningen volgens de geldende regelgeving. Hier ligt het accent op het uitbouwen van crisiszorg en overbruggingszorg. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

72 4.2 Actieplan: De zelfredzaamheid en de sociale activiteit van de bewoner zal gestimuleerd worden door de woonassistent. Dit verloopt via groepsactiviteiten, informatiesessies, de ondersteuning van het sociaal netwerk van de resident, verdere afspraken met de Thuiszorg en het verder ontwikkelen van een performante vorm van inspraak om optimaal af te stemmen tussen vraag en aanbod. 5. Beleidsdoelstelling: Het organiseren van activiteiten en dienstverlening in lokale dienstencentra zodat thuiswonende senioren, aanvullend op de Thuiszorg, zo lang mogelijk in hun vertrouwde omgeving kunnen blijven resideren en niet vereenzamen. 5.1 Actieplan: De toegankelijkheid verhogen door een gevarieerd en aangepast programma. Dit kan door de verbetervoorstellen uit de toegankelijkheidsscan te operationaliseren, de informatie zo ruim mogelijk te verspreiden bij de doelgroep en de drempels te verlagen door het organiseren van kennismakingsmomenten en taboedoorbrekende initiatieven. 5.2 Actieplan: Vereenzaming bestrijden. Op dit vlak zullen we acties ondernemen om die groep van ouderen uit hun isolement te halen met zinvolle en op maat gemaakte dienstverlening en door nieuwe buurtbewoners actief te benaderen en te betrekken. 5.3 Actieplan: Samenwerking bevorderen en samenwerkingsverbanden sluiten en versterken tussen lokale zorgpartners om de slagkracht te verhogen in het kader van bekendheid, doorverwijzing en toegankelijkheid. 5.4 Actieplan: Het activiteitenaanbod verbreden door seniorenverenigingen uit het middenveld actief te betrekken in het opzetten van activiteiten. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

73 6. Beleidsdoelstelling: Een degelijke dienst- en zorgverlening aan huis aanbieden om de Leuvenaar zo lang mogelijk zelfstandig te laten wonen. 6.1 Actieplan: Preventief werken door de Leuvense ouderen op scharniermomenten in het leven zo goed mogelijk te informeren en waar nodig toe te leiden naar de meest gepaste hulp- en dienstverlening, om zo lang mogelijk zware zorg te kunnen uitstellen. Dit kan gerealiseerd worden via het project actieve cliëntendetectie, via een screening en analyse van de lichte zorgprofielen op de wachtlijsten van de WZC’s en door aanklampend te werken via het project ouderenzorg voor het doelpubliek dat nog niet openstaat voor de reguliere dienstverlening. 6.2 Actieplan: Onderzoeken of we ook de Thuiszorg incorporeren in het op te richten zorgbedrijf teneinde de dienstverlening op lange termijn op een duurzame, efficiënte, klantgerichte en marktconforme wijze te kunnen blijven organiseren. 6.3 Actieplan: Een sterk prioriteitenbeleid en wachtlijstbeheer voeren opdat bij elke hulpvragende inwoner van Leuven met eenzelfde zorgprofiel op eenzelfde wijze de hulp wordt opgestart. 6.4 Actieplan: Een gevarieerd dienstverleningsaanbod aanbieden. Dit actieplan zal gerealiseerd worden via het uitbouwen van een zorgnetwerk rond de cliëntsituatie, door onregelmatige prestaties aan te bieden, door te onderzoeken hoe cliënten zonder mantelzorgers ook beroep kunnen doen op een personenalarmsysteem, door de cliënten van de Thuiszorg toe te leiden naar de infrastructuur van WZC voor zorg- op- maatprojecten zoals hygiënische zorg, verwenzorg,…en door een voortdurende aftoetsing van de geleverde kwaliteit ( coaches on the field, tevredenheidsmetingen bij de cliënten,….). 6.5 Actieplan: De cliënten van de Thuiszorg zo goed mogelijk voorbereiden, ondersteunen en begeleiden indien ze verhuizen naar een WZC. 6.6 Actieplan: Inspelen op de toenemende complexiteit van zorg door ons te specialiseren in nieuwe doelgroepen zoals de gehandicaptensector. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

74 6.7 Actieplan: Inspelen op de toenemende complexiteit van zorg door ons te specialiseren in nieuwe doelgroepen zoals de cliënten met psychische en psychiatrische problemen. 6.8 Actieplan: Inspelen op de toenemende complexiteit van zorg door ons te specialiseren in nieuwe doelgroepen zoals palliatieve cliënten. 6.9 Actieplan: Onderzoeken welke dienstverlening complementair (en mogelijk ondersteunend) aan de zorgactoren kan aangeboden worden om zo lang mogelijk zelfstandig te kunnen thuis wonen. 6.10 Actieplan: De Leuvenaar nog beter informeren en het imago van de Thuiszorg verder positief laten groeien. 6.11 Actieplan: Toegankelijkheid van de dienstverlening voor specifieke doelgroepen, zoals etnisch- culturele minderheden verhogen. 7. Beleidsdoelstelling: Cliënten ondersteunen in doorbreken/vermijden van vereenzaming. 7.1 Actieplan: Onderzoeken met verenigingen en actoren uit het middenveld hoe we de Leuvenaar kunnen wapenen tegen vereenzaming. 7.2 Actieplan: Door een nauwe samenwerking met de LDC's de Leuvenaar sensibiliseren, informeren en stimuleren om deel te nemen aan activiteiten in de LDC' s en zo ook sociale contacten te hebben. 7.3 Actieplan: Onderzoeken hoe we de sociale contacten voor minder mobiele cliënten kunnen stimuleren. 7.4 Actieplan: De mobiliteit van cliënten stimuleren en in stand houden. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

75 8. Beleidsdoelstelling: Faciliteren van een veilige, comfortabele, duurzame en betaalbare woonomgeving van thuiswonende ouderen. 8.1 Actieplan: Door een betere samenwerking met het Team Wonen, de Leuvense huisvestingsdienst en de sociale huisvestingsmaatschappijen een betere dienstverlening aan onze cliënten bieden. 8.2 Actieplan: Onderzoeken hoe we onze cliënten nog beter kunnen ondersteunen door hen te maximaal te informeren inzake duurzaam wonen en energiegebruik. 8.3 Actieplan: De veiligheid en het comfort verhogen in de woning voor onze cliënten. 9. Beleidsdoelstelling: De specificiteit van de taken van de Thuiszorg en hun medewerkers vergen een aparte aanpak van rekrutering en ondersteuning van medewerkers met het oog op een nog meer kwalitatieve dienstverlening. 9.1 Actieplan: Voldoende en deskundige medewerkers aantrekken. Daartoe zullen we ons meer profileren als werkgever door een actieve stagegever te zijn, onze werking voor te stellen in scholen, deel te nemen aan jobbeurzen, jaarmarkten,…Tevens zullen we, in samenwerking met het Team Tewerkstelling, trachten te voldoen aan de nieuwe regelgeving inzake 60/40 voor dienstenchequebedrijven. 9.2 Actieplan: Nieuwe medewerkers deskundig en op een warme manier onthalen en inscholen. 9.3 Actieplan: Medewerkers laten groeien in hun deskundigheid en professionaliteit. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

76 9.4 Actieplan: Zorg dragen voor onze medewerkers en hen in zo goed mogelijke voorwaarden laten werken. 9.5 Actieplan: De medewerkers ondersteunen in hun mobiliteit voor de uitvoering van hun job. 10. Beleidsdoelstelling: Een transparant financieel beleid voeren voor onze cliënten en financiële toegankelijkheid tot zorg garanderen door inkomstenoptimalisatie. 10.1 Actieplan: Een tijdige correcte facturatie naar onze cliënten blijven voeren. 10.2 Actieplan: Onze cliënten degelijk informeren inzake de nieuwe financiële ontwikkelingen in de Thuiszorg. 10.3 Actieplan: Een actief beleid voeren inzake het optimaliseren van de inkomsten van onze kwetsbare cliënten. 10.4 Actieplan: Onderzoeken hoe we best systematisch voor de meest kwetsbare cliënten een bewindvoerder aanvragen. 11. Beleidsdoelstelling: Om de dienstverlenende departementen te ondersteunen in hun werking wil P&O door een efficiënte personeelsadministratie en een gedragen HR- beleid voorzien in voldoende en goed opgeleide medewerkers en bijdragen tot een aangenaam werkklimaat. 11.1 Actieplan: Personeelsbeleid: uitgroeien tot een volwaardige HR-partner voor alle diensten van OCMW Leuven. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

77 Deze doelstelling zal o.a. gerealiseerd worden via een kostenbewuste en proactieve opvolging van personeelsplanning en –formatie, het aantrekken van kwalitatieve medewerkers via doelgerichte selectieprocedures, en waar mogelijk in samenwerking met de stad (gezamenlijke selectieprocedures, externe mobiliteit). Verder zullen door een leeftijdsbewust personeelsbeleid 50-plussers langer aan de slag blijven, met oog voor kennisoverdracht binnen de organisatie en zal er gericht gewerkt worden aan diversiteit op de werkvloer. Ook zal de tewerkstelling van kansengroepen bevorderd worden via samenwerking met de sociale economie, actieve begeleiding en toepassing van tewerkstellingsmaatregelen. Subsidiëringsmogelijkheden op bovenstaande terreinen worden maximaal aangewend. 11.2 Actieplan: Ontwikkeling: het bieden van maximale ontplooiingskansen aan alle medewerkers. Dit actieplan zal vooral gerealiseerd worden via het verder concretiseren van het competentiemanagement, het verfijnen van het vormingsbeleid en het coachen van leidinggevenden. 11.3 Actieplan: Welzijn: het creëren van een omgeving voor medewerkers waarin welbevinden een positief effect heeft op kwalitatieve maatschappelijke dienstverlening. Dit zal vooral gebeuren door via interne communicatie en participatie de link met de werkvloer te bewaken en te verbeteren (vb. medewerkersbevraging, ideeënbox, intervisie, vraagmomenten P&O, welzijnsprojecten, …) en het aanwezigheidsbeleid te evalueren en bij te sturen. 11.4 Actieplan: Personeelsadministratie: het registreren en uitwerken van een correcte personeelsadministratie als basis van een modern personeelsbeleid. Deze efficiëntiewinst zal gerealiseerd worden via HR-rapportering, doorgedreven automatisering en digitalisering. 12. Beleidsdoelstelling: Om de dienstverlenende departementen te ondersteunen in hun werking willen de Facilitaire Diensten door gerichte investeringen en efficiëntieverhoging zorgen voor een goede en duurzame werkomgeving voor medewerkers en een kwaliteitsvolle woonomgeving, conform de reglementering, voor bewoners. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

78 12.1 Actieplan: Financiering van duurzame investeringen in infrastructuur, bestemd voor kerntaken van het OCMW, door vervreemding van bepaalde delen van het patrimonium, mits grondig onderzoek en via een overlegde en planmatige aanpak. 12.2 Actieplan: Optimaliseren van het patrimonium bestemd voor de kerntaken van het OCMW. 12.3 Actieplan: Energiebesparende maatregelen in het kader van Leuven Klimaatneutraal. Beperken van directe en indirecte emissies. In dit kader zullen o.a. energie-audits van gebouwen en energiebesparende investeringen worden gerealiseerd, evenals de vernieuwing van het wagenpark. Verder komt er een voorlopig moratorium op de vervreemding van OCMWlandbouwgronden (die nog niet bestemd zijn voor een ander doel) op het grondgebied van Leuven, in het kader van een strategisch voedselplan voor Leuven. 12.4 Actieplan: Het verbeteren van de werkomgeving om de efficiëntie en het welzijn van de medewerkers te verhogen. 12.5 Actieplan: Interne werking verder optimaliseren en automatiseren. Het betreft hier o.a. implementatie facility management software, documentbeheersysteem , managementinformatiesysteem, digitale communicatie, automatisering archief, planningsmodules, evenals het onderzoeken van samenwerkingsmogelijkheden met de stad inzake gezamenlijke aankopen, archief,… 13. Beleidsdoelstelling: Het voeren, op een maximaal efficiënte manier, van een klantgericht modern financieel beleid. 13.1 Actieplan: Het invoeren van de beleids- en beheerscyclus vanaf 2014, met voorbereiding in 2013. Dit impliceert het invoeren van nieuwe software ( o.a. boekhoudpakket) , het volgen van opleidingen , het indelen van de nieuwe rekeningnummers in samenwerking met de stad, het ondersteunen en begeleiden van de diverse OCMW diensten, het kritisch analyseren van de bestaande databank,… Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

79 13.2 Actieplan: Het verder automatiseren en implementeren van de invorderingsprocedure. Deze automatisering maakt bovendien een betere rapportage mogelijk. De burger zal via een “Mijn Dossier”knop toegang hebben tot de gegevens in zijn dossier en in communicatie kunnen treden met zijn dossierbeheerder. 13.3 Actieplan: Maximale digitalisering van de Financiële Dienst, via implementatie van specifieke software enerzijds en het bieden van de mogelijkheid aan de leveranciers tot het sturen van digitale facturen anderzijds. 13.4 Actieplan: Door de digitalisering kan het validatieproces in de boekhouding versneld worden, waardoor er sneller kan betaald worden aan de leveranciers, conform de terzake geldende Europese richtlijn. 13.5 Actieplan: Zoeken naar aangepaste financieringsvormen, in samenwerking met de centrumsteden enerzijds en met de Stad anderzijds. Bovendien wordt de evolutie van de markt terzake opgevolgd en gezocht naar nieuwe opportuniteiten. 13.6 Actieplan: Actualiseren van de inventaris van het OCMW, onder impuls van de BBC. Deze inventaris moet worden opgesplitst tussen beheersmatig en bedrijfsmatig goed. Ook de waarde van de goederen moet opnieuw worden bekeken aan de hand van de nieuwe waarderingsregels. 14. Beleidsdoelstelling: Het verder doorvoeren van het ondersteunen en controleren van de werking van het OCMW. 14.1 Actieplan: Het invoeren onderzoeken van een MIS (managementsinformatiesysteem) dat de nodige gegevens van alle diensten snel toegankelijk maakt. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

80 Buurtwerk 1. Beleidsdoelstelling: Het eigen aanbod aan stedelijk buurtwerk is een actief, kwalitatief en divers kruispunt om aan armoedebestrijding en leefbaarheid te werken, in buurten waar vele maatschappelijk kwetsbaren leven. 1.1 Actieplan: De stad optimaliseert de personeelsinzet om de huidige basiswerkingen veilig en kwalitatief voort te zetten. 1.1.1 Actiepunten: • Streven naar consolidering en mogelijks uitbreiding van het team buurtwerk. • Onderzoeken om de huidige werking van De Kettekeet te verankeren. • Voortzetten van de huidige basiswerkingen. 1.2 Actieplan: De werking vanuit de buurtcentra voor individuele emancipatie en maatschappelijke participatie wordt versterkt en verbreed. 1.2.1 Actiepunten: • Het buurtcentrum is een echt centrum in de buurt waar iedereen zich welkom voelt en terecht kan voor vragen, een ontmoeting, een goedkope gezonde maaltijd, een vormingsaanbod op maat,… • Het buurtwerk gaat voort op de ingeslagen weg om het aanbod te diversifiëren op maat van verschillende bevolkingsgroepen van de buurt, zodat met hun individuele behoeften zo goed mogelijk wordt rekening gehouden. De samenwerking met de diversiteitsdienst onder mee door het ondersteunen van de praatgroepen kom-binnen/Combinne en taallessen, wordt verder versterkt. • Het aanbod aan goedkope en gezonde maaltijden in de buurtcentra wordt uitgebreid om zo het bereik te verbreden, vereenzaming mee te bestrijden, de drempel tot de eigen dienstverlening te verlagen… • Aanpassing aan HACCP-normering voortzetten door de geplande keukeninfrastructuuraanpassing in Mannenstraat en Sint-Maartensdal effectief door te voeren. • Vrijwilligers zijn onmisbaar voor de werkingen, en vrijwilligerswerk versterkt de vrijwilligers zelf. De bestaande vrijwilligerswaardering wordt voortgezet en nieuwe vrijwilligers(groepen) gerekruteerd en begeleid. Het stedelijk buurtwerk voert een stevig en participatief vrijwilligersbeleid via de vzw Buren voor Wijken, waar de buurtbewoner en de stad Leuven de verantwoordelijkheid en beslissingen delen. • In het kader van het doorbreken van de digitale kloof: uitbouwen van computerhoeken in de buurtcentra en diversifiëren van het huidige aanbod aan basiscursussen computer i.s.m. de partners Open School, Link in de Kabel, enz. • Alle stedelijke buurtwerkingen leiden jongeren naar reeds bestaande vrijetijdswerkingen van verenigingen toe. • Onderzoeken hoe het aanbod voor kwetsbare kinderen in Wilsele-dorp versterkt kan worden i.s.m. de partners in de buurt: kleuters, tieners schakelen met jongerenwerkingen, aanbod rond huiswerkbegeleiding, noden in Koksijdewijk onderzoeken Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

81 • Het buurtwerk organiseert vormingen op maat van de doelgroep over bvb elektriciteitsfacturen, werken met een gsm, … i.s.m. bvb. Open School, Vormingplus, OCMW,… • De buurtbewoners worden gestimuleerd rond gezondheid en gezonde voeding (vorming, in de maaltijden, bewegen, …), want armoede maakt te vaak ongezond, en ongezond zijn maakt te vaak arm. • De buurtwerkingen blijven inzetten op cultuurparticipatie van de bewoners door de deelname aan cultuuractiviteiten met de groepsbonnen cultuur. 1.3 Actieplan: De stedelijke buurtwerkingen werken samen met de buurt aan het sociale weefsel en de leefbaarheid in de buurt, en vormen een kruispunt binnen de maatschappij voor kansarmoedebestrijding en beleidsparticipatie. 1.3.1 Actiepunten: • De buurtwerking versterkt de samenwerking met partners als sport, jeugd, cultuur, milieu, groen, onderwijs,… en met het OCMW, CAW, Huis van het Kind vzw,… • Het buurtwerk geeft signalen en suggesties naar de verschillende diensten, en is zo een brugfiguur tussen buurtbewoners en stadsdiensten. • Het buurtwerk zet het structureel wijkoverleg met partners politie, OCMW, CAW, gemeenschapswachten en sociale huisvestingsmaatschappij in het kader van een gecoördineerde leefbaarheidsbewaking voort. • Het buurtwerk behartigt mee de belangen van kwetsbare groepen en het belang van sociale duurzaamheid binnen het project Leuven Klimaatneutraal, en heeft in de eigen werking aandacht voor korte-keten voedsel, recycleren, het hergebruiken van zoveel mogelijk materiaal,... • Buurtparticipatie wordt uitgebreid via bewonersgroepen ruimer dan de eigen vrijwilligers, met diverse werkvormen. • Het buurtwerk vertaalt indien nodig en gewenst beleidskeuzes naar de buurt op maat van de bewoners. 1.4 Actieplan: Optimaliseren van buurtgerichte communicatie en informatie om het eigen bereik te verbeteren, en om de toegankelijkheid van het sociaal aanbod in Leuven mee te helpen realiseren. 1.4.1 Actiepunten: • Buurtkranten worden gerealiseerd in cocreatie met groepen bewoners, en nog meer op maat en interesse van de buurt gemaakt. Aparte activiteitenfolder per buurtcentrum en voor de Kettekeet. • Update van de thuis in de buurt brochures in 2015. • Verwelkoming nieuwe buurtbewoners i.s.m. met de gemeenschapswachten wordt voortgezet. • Verder uitbouwen van de aanwezigheid via sociale media. • Stedelijk Buurtwerk intern en extern grotere bekendheid geven om zo een betere maatschappelijke hefboom te zijn. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

82 2. Beleidsdoelstelling: De stad voert de lokale regie rond spreiding, inhoud en optimalisatie van het aanbod aan buurtwerk in Leuven. 2.1 Actieplan: Onderzoeken en optimaliseren van de spreiding van buurtwerk. 2.1.1 Actiepunten: • Een buurtfunctie opstarten voor de buurt Blauwput: Een nieuw samenwerkingsverband tussen team buurtwerk Leuven en de integratiedienst van Leuven om een laagdrempelig buurtcentrum in te richten op de gelijkvloerse verdieping van de integratiedienst. In Blauwput, op de Diestsesteenweg, is er veel bovenwinkelwonen, en is er een bevolkingsgroep middenklasse die zich reeds actief inzetten om de buurt te verbeteren (verschillende straatscomités, parochie,…). Deze 2 doelgroepen zijn een voorbeeld van de sociale mix die het buurtwerk en de integratiedienst wil bereiken. Zij hebben echter beperkte ontmoetingskansen. − Deze samenwerking is een unieke kans om met een divers samengestelde vrijwilligersgroep te starten. − Het onthaal van de integratiedienst is geopend tijdens de kantooruren waardoor het zeer bereikbaar is. − De reeds bestaande comités en verenigingen kunnen gebruik maken van een infrastructuur waar ze kunnen samenkomen en vergaderen. − De toekomstige plannen met hal 4 en 5 op de centrale werkplaats en hal 9 (jeugd) zijn interessante mogelijkheden om de werking in de toekomst verder uit te bouwen. • Hoogland: De buurt Hoogland is te klein om een permanente buurtwerking te beginnen, maar ligt geïsoleerd. Er is wel vraag naar laagdrempelige ontmoeting, vooral vanuit kinderen en gezinnen. De stad onderzoekt hoe we het huidige aanbod in die wijk optimaliseren. Daarvoor moet minstens de nodige infrastructuur voorzien worden. • Wijgmaal: De stad onderzoekt hoe en wat er aan aanbod rond sociale cohesie en basiswerk in Wijgmaal zou nodig zijn, en zoekt samen met partners naar goede oplossingen en kostenefficiënte aanpak. 2.2 Actieplan: Scan van de huisvesting van alle buurtwerk in Leuven in functie van de optimalisatie van de werkingen als ‘buurtcentrum’. 2.2.1 Actiepunten: • Optimalisatie van de infrastructuur in de Ridderbuurt en Casablanca i.f.v. van een uitgebreidere werking - voor Casablanca: uitvoeren bouw buurtcentrum in nieuw gebouw Lolanden; voor de Ridderbuurt: piste onderzoeken voor de bouw van een nieuw buurtcentrum waarbij alle lokale partners nauw betrokken zijn. • Alle stedelijke buurtcentra opfrissen en aanpassen aan de huidige werking. • Onderzoeken extra lokaal buurtcentrum Wilsele-dorp i.f.v. het verbreden van de huidige werking. • Infrastructuur Hoogland vervangen. • Spreiding over Leuven in samenhang met aanwezigheid lokale dienstencentra onderzoeken, in functie van gedeeld gebruik infrastructuur. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

83 2.3 Actieplan: Regie van de inhoudelijke verdieping en uitbouwen van kwalitatief buurtwerk door uitwisseling en samenwerking op het veld. 2.3.1 Actiepunten: • Via het lokaal overleg basiswerkingen de samenwerking en uitwisseling tussen de verschillende basiswerkingen verdiepen. • Samenwerking met de lokale dienstencentra verbeteren, en breder naar elkaar toeleiden. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

84 Gebiedsgerichte werking 1. Beleidsdoelstelling: In de Leuvense wijken neemt de gebiedsgerichte werking een regisserende rol op inzake leefbaarheid. De wijk of de buurt wordt gebruikt als een bevattelijke schaal voor regie. 1.1 Actieplan: De gebiedsgerichte werking pakt samenlevingsproblemen op buurtniveau aan in regie, en nemen daarvoor de nodige acties. Dit doen ze op het terrein, samen met relevante actoren op dat terrein en de relevante partners voor het betreffende leefbaarheidsprobleem (bewoners, wijk- en andere organisaties, stadsdiensten en bestuur). 1.1.1 Actiepunten: • Afwerken van lopende regieprojecten (Hoogland, Casablanca, Heilig Hart Heverlee, Burgemeestersstraat,…) • Inspelen op nieuwe signalen en uitdagingen gesignaleerd door burgers of partners. • Kennis over de wijken en stadsprojecten verzamelen door analyses, terreinwerk en deelname aan overleg. • Waar nodig zet de gebiedsgerichte werking zelf focusgroepen op of neemt deel aan bestaande focusgroepen.(bv. hangjongerenbeleid) • Waar nodig zet de gebiedsgerichte werking zelf ad-hoc overleg op of neemt deel aan bestaande overlegmomenten. (bijv. overleg met gemeenschapswachten, buurtbewoners,…) • De gebiedsgerichte werking zet i.s.m. de politie externe wijkzorgteams op waarin verschillende professionele partners elkaar op structurele wijze ontmoeten. 1.2 Actieplan: De gebiedsgerichte werking spoort proactief noden op door resultaten van projectmatige acties, op basis van de gemaakte wijkanalyses en op basis van bredere evoluties in de samenleving van waaruit algemene noden doorgetrokken kunnen worden tot op wijkniveau. 1.2.1 Actiepunten: • De gebiedsgerichte werking beschikt over wijkanalyses inzake leefbaarheidsaspecten die gebaseerd zijn op objectieve gegevens en wetenschappelijk onderbouwd zijn. • Tijdens de uitvoering van projecten of stadsbrede acties besteedt de gebiedsgerichte werking aandacht aan prominente en ook aan achterliggende noden van de deelnemers. • Iedere wijkmanager heeft voeling met zijn/haar wijk. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

85 2. Beleidsdoelstelling: Leuvense inwoners nemen een actieve en constructieve rol op die ten goede komt aan hun leefomgeving. 2.1 Actieplan: De gebiedsgerichte werking stimuleert en ondersteunt burgers om een actieve en constructieve rol op te nemen en/of verder te zetten. 2.1.1 Actiepunten: • Kom Op voor je Wijk • Toffe Uren Met je Buren • Dag van de buren 2.2 Actieplan: De gebiedsgerichte werking zet in op initiatieven rond sociale duurzaamheid en stimuleert hierbij cocreatie. (Zie ook acties ouderenbeleid en OCMW) 2.2.1 Actiepunten: • Ondersteunen en opzetten van initiatieven rond vereenzaming en vermaatschappelijking van de zorg (in samenwerking met de seniorenconsulent, lokale dienstencentra, buurtwerk,…) • Wijkmanagers zetten in op overleg en acties die verbindend werken en mensen samenbrengt op buurtniveau, over de generaties en doelgroepen heen (bv. studenten-bewoners, jonge gezinnen-senioren,…) • Ondersteunen van initiatieven rond gemeenschappelijk tuinieren en vergroenen van de omgeving (in samenwerking met afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid, groendienst,…) 3. Beleidsdoelstelling: Leuvense inwoners worden als waardevolle partners betrokken bij het lokale beleid, met specifieke aandacht voor moeilijk bereikbare doelgroepen. 3.1 Actieplan: Leuvenaars zijn betrokken bij stedelijke ingrepen die een impact hebben op de leefbaarheid in de buurt. (Zie ook acties onder Algemeen Bestuur, communicatie) 3.1.1 Actiepunten: • Opzetten van participatietrajecten • Inzetten op co-makership door de deskundigheid van specifieke buurtbewoners gericht in te zetten waar dit mogelijk en wenselijk is. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

86 3.2 Actieplan: Leuvenaars zijn betrokken bij algemene beleidsthema’s (zoals ‘Leuven klimaatneutraal 2030’). 3.2.1 Actiepunten: • Opzetten van ronde tafels en discussiegelegenheden. • Samen met bewoners acties uitwerken en uitdragen. • Zichtbaar maken gedragen prioriteiten. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

87 Gezondheidspromotie en preventieve gezondheidszorg 1. Beleidsdoelstelling: Stad Leuven bevordert de gezondheid van alle burgers door middel van een integraal lokaal gezondheidsbeleid. 1.1 Actieplan: Stad Leuven hanteert de Vlaamse gezondheidsdoelstellingen als leidraad voor haar lokaal beleid, aangevuld met lokale prioriteiten op basis van een analyse van noden en behoeften. 1.1.1 Actiepunten: • De fiches rond de zes thema’s van de Vlaamse gezondheidsdoelstellingen, ontwikkeld door LOGO Oost-Brabant, worden als basis gebruikt voor het specifiek Leuvens gezondheidsbeleid. • Er gebeurt een grondige analyse van het huidig beleid, de noden en de behoeften. Deze dient als basis voor het Leuvens gezondheidsbeleid waar stad Leuven een coördinerende trekkersfunctie in opneemt. 1.2 Actieplan: Stad Leuven werkt nauw samen met het OCMW en lokale partners voor het voeren van een integraal lokaal gezondheidsbeleid. 1.2.1 Actiepunten: • Er wordt een lokaal overlegplatform gezondheid opgericht met alle lokale actoren, waaronder LOGO Oost-Brabant. • Samen met het lokaal overlegplatform en het OCMW gebeurt een analyse van het huidig beleid en de praktijk, worden doelstellingen geformuleerd, een aanpak ontwikkeld en het beleid opgevolgd. 1.3 Actieplan: Stad Leuven stelt het bestrijden van gezondheidsongelijkheid als prioriteit in haar integraal lokaal gezondheidsbeleid. 1.3.1 Actiepunten: • Stad Leuven bevordert de toegankelijkheid van het gezondheidszorgaanbod voor iedereen met specifieke aandacht voor maatschappelijk kwetsbare gezinnen in nauwe samenwerking met het lokaal overlegplatform. • Stad Leuven ondersteunt LOGO Oost-Brabant om projecten van gezondheidspromotie of preventieve gezondheidszorg ingang te laten vinden bij de kansarme groepen (via samenwerking andere afdelingen). Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

88 1.4 Actieplan: Stad Leuven zet zelf acties en projecten op en neemt maatregelen, waar nodig. 1.4.1 Actiepunten: • Stad Leuven streeft ernaar het label ‘gezonde gemeente’ te verkrijgen. • Er worden specifieke acties opgezet rond gezonde voeding en beweging, in overleg met de partners. • Inzake alcohol- en drugpreventie wordt er ingezet op vroeginterventie en streven we zoveel mogelijk kinderen en jongeren te informeren. 1.5 Actieplan: Stad Leuven neemt haar voorbeeldfunctie op als werkgever. 1.5.1 Actiepunten: • Stad Leuven stimuleert haar werknemers om met de fiets naar het werk te komen, d.m.v. een fietspremie, comfortabele fietsenstallingen,… • Stad Leuven stimuleert het fietsgebruik voor dienstreizen. • Stad Leuven wil inspanningen leveren voor fruitverdeling onder het personeel. • Stad Leuven onderzoekt in hoeverre groente- en fruitmanden voor privégebruik van het personeel kunnen geleverd worden in samenwerking met de sociale economie en de lokale landbouwers. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

89 Ouderenbeleid 1. Beleidsdoelstelling: Ouderen zo lang mogelijk in de vertrouwde omgeving laten wonen. 1.1 Actieplan: De stad Leuven stimuleert en bewaakt de leefbaarheid op buurtniveau in samenspraak met burgers en stadsdiensten. 1.1.1 Actiepunten: • Samenwerking met buurtcentra, de LDC’s en de gebiedsgerichte werking voor het verstevigen van het sociale weefsel en de sociale netwerken. • Inzetten op het verenigingsleven − Financieel en inhoudelijk ondersteunen van de verenigingen die zich richten op ouderen − verspreiden van informatie • Er wordt in samenwerking met Seniorama een project voorbereid in het kader van vereenzaming van ouderen. • Sociale veiligheid bewaken bij ruimteontwikkeling. 1.2 Actieplan: De stad Leuven ondersteunt het platform “Innovage” . 1.2.1 Actiepunt: • Expertise van het zorgnetwerk en kennis van de doelgroep ter beschikking stellen. 1.3 Actieplan: De stad Leuven wil de bestaande werking voor ouderen verder zetten. 1.3.1 Actiepunten: • Na het afschaffen van de gratis taxicheques wordt er een samenwerkingsovereenkomst afgesloten met de Minder Mobielen Centrale (MMC) voor het project Cissonius. • Het toelagereglement voor de financiële ondersteuning van het personenalarm wordt behouden. 2. Beleidsdoelstelling: Het beleid en de dienstverlening van de stad wordt afgestemd op de verschillende behoeften van ouderen. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

90 2.1 Actieplan: De stad Leuven heeft aandacht in haar beleid en dienstverlening voor de grote diversiteit binnen de groep ouderen. 2.1.1 Actiepunten: • Er wordt een gezamenlijke aanpak uitgewerkt rond armoedebestrijding bij ouderen in de buurtcentra en de LDC’s. • De acties voor ouderen zijn nu voornamelijk gericht op de oudere senioren. • Er wordt onderzocht op welke manier de jongere ouderen bereikt kunnen worden en op welke manier we hen kunnen betrekken bij het beleid. • Er wordt veel aandacht besteed aan de senioren die al aangesloten zijn bij een vereniging of deelnemen aan activiteiten van de dienstencentra. • Er wordt onderzocht hoe we ouderen kunnen bereiken die niet aangesloten zijn bij een vereniging zodat we ook aan hen het aanbod bekend kunnen maken, informatie kunnen geven, en onze en andere dienstverlening bekend kunnen maken. • Samenwerking tussen de stad en OCMW 3. Beleidsdoelstelling: Stimuleren van participatie door ouderen. 3.1 Actieplan: De stad Leuven faciliteert de mogelijkheid tot een structurele participatie van ouderen aan het lokaal beleid. 3.1.1 Actiepunten: • De seniorenraad wordt inhoudelijk en logistiek ondersteund door de afdeling samenleven en diversiteit. • De seniorenraad in haar huidige vorm wordt geëvalueerd en hervormd. Er wordt gezocht naar een model met volgende doelstellingen: • Een breder bereik van leeftijdsgroepen. De huidige seniorenraad bestaat voor het grootste deel uit 75+ ers. • Verschillende vormen van engagement kunnen aanbieden zowel qua inhoud als qua tijdsinvestering. • Actievere betrokkenheid van de senioren op het vlak van advisering. • Expertise toeleiding van ouderen voor participatie op andere domeinen zoals sport, cultuur, … 4. Beleidsdoelstelling: Een dementievriendelijke gemeente zijn. 4.1 Actieplan: De stad Leuven wil een dementievriendelijke gemeente zijn. Sinds twee jaar is er een samenwerking tussen stad en OCMW voor het project dementievriendelijke gemeente. Tot nu toe werd dit voornamelijk Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

91 financieel mogelijk gemaakt door subsidies, fondsen en sponsoring. Daardoor bleef dit tot nu toe ook een project. 4.1.1 Actiepunten: • Van project naar een structureel gegeven • Netwerk stimuleren en uitbreiden tussen de verschillende zorgpartners. • Het project ‘vergeten naar buiten komen’ structureel inbedden. • Sensibiliseren van de socio-culturele sector zodat hun deuren openstaan voor personen met dementie. 5. Beleidsdoelstelling: Organisatie van vrijetijdsactiviteiten, cursussen en informatie voor ouderen. 5.1 Actieplan: De stad Leuven wil de bestaande werking voor ouderen verder zetten. 5.1.1 Actiepunten: • Er wordt een samenwerkingsovereenkomst afgesloten met de seniorenraad voor de organisatie van een lentefeest en de seniorenweek. • Er wordt jaarlijks een nieuwe versie van de senioreninfo uitgebracht en verdeeld. • Er wordt een feest voor de 60-jarigen georganiseerd. • De seniorenverenigingen worden financieel ondersteund via een toelagereglement. • Er wordt een samenwerkingsovereenkomst afgesloten met de vzw Seniorama voor de uitvoering van een project in opdracht van de stad. • Het toelagereglement voor optredens van Leuvense muziek- en dansverenigingen in woonzorgcentra en serviceresidenties wordt gecontinueerd. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

92 Jeugd 1. Beleidsdoelstelling: De stad organiseert en ondersteunt het jeugdwerk, en heeft een eigen jaarwerking en vakantiewerking op maat van diverse groepen kinderen en jongeren. 1.1 Actieplan: De stad voorziet zelf een aanbod aan activiteiten in de schoolvakanties en tijdens het jaar, dat kwalitatief, veilig en speels is, verspreid over het grondgebied, en dat meegroeit met de stad. 1.1.1 Actiepunten: • De stad organiseert speelpleinwerkingen in de paas- en zomervakanties in de deelgemeentes en Leuven-centrum • De stad organiseert een Grabbelpasaanbod binnen en buiten de stad(skern) • De stad organiseert MAC en wijkspeelplein • De stad ondersteunt particuliere speelpleinen • De stad heeft een eigen jaarwerking kinderen en kleuters, en financiert derden voor een bijkomend aanbod • De stad organiseert de Winterspeeltuin om kinderen de kans te geven zich fysiek uit te leven tijdens de donkerste wintervakantie • De stad onderzoekt hoe het succesvolle Sinterklaashuis op een kwalitatieve en betaalbare wijze kan voortgezet worden, zodat Leuven een fijne ‘Sintstad’ blijft • Hal 9 op de Centrale Werkplaatsen wordt de centrale uitvalsbasis voor de jeugddienst, en jongeren krijgen er een ontmoetingsplaats • De stad behoudt ook na de verhuis van het Jeugdcentrum naar Hal 9 op de Centrale Werkplaatsen een uitvalsbasis voor een vrijetijdsaanbod in de benedenstad, minstens voor de Grabbelpas vakantiewerking en zaterdagactiviteiten 1.2 Actieplan: De stad ondersteunt het particulier jeugdwerk zodat kinderen en jongeren kunnen deel uitmaken van een veilige en kwalitatieve werking. 1.2.1 Actiepunten: • De stad voorziet financiële ondersteuning voor jeugdwerk via bvb. een jaarlijkse werkingstoelage, projectenfonds, het reglement kadervorming voor animatoren in het jeugdwerk. Ook toelagen voor papierophalingen en opruimacties blijven behouden. • Het reglement infrastructuur blijft verbouwing aan jeugdlokalen en investeringen in brandveiligheid aanzienlijk betoelagen. • Jeugdwerklokalen met een lage kwaliteitsscore worden prioritair aangepakt en ondersteund. • De stad helpt jeugdverenigingen bij het zoeken naar geschikte huisvesting (bv. voormalige schietstand), naar subsidies, en naar antwoorden op allerlei vragen. • De stad biedt ook logistieke en organisatorische ondersteuning van het jeugdwerk, onder meer door het organiseren van gratis kampvervoer voor het materiaal, en een uitleendienst. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

93 • De stad biedt ook inhoudelijke ondersteuning en werkt daarvoor samen met de koepels van jeugdverenigingen en het jeugdwerk. • De stad leidt jongeren actief toe naar animatorencursussen. • De stad ondersteunt de jeugdverenigingen bij eventuele problemen bij het samenleven met bewoners rond de jeugdlokalen. • De stad ondersteunt jeugdhuizen in hun rol en functie, en werkt samen met hen aan een hernieuwd bereik en relevantie in de stad en in de jeugdcultuur. • De stad ondersteunt jeugdverenigingen zoals jeugdhuizen bij het voldoen aan nieuwe decretale verplichtingen, zoals de brandveiligheid en installatie van geluidsmeters. 1.3 Actieplan: De stad voert een inclusief kinderen- en jongerenbeleid, met extra aandacht voor maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren. 1.3.1 Actiepunten: • De stad ondersteunt organisaties met een eigen werking met maatschappelijk kwetsbare jeugd financieel en in samenwerkingsverbanden. • De stad organiseert een eigen werking MKJ in wijken waar er geen partner of ander aanbod is (bv. Sint Maartensdal, Sancta Maria). • De stad bewaakt de optimale inzet van overheidsmiddelen in Leuven, zodat de grootst mogelijke groep kinderen en jongeren effectief geholpen wordt door de vele initiatieven. • De stad neemt actie om alle jeugd toe te leiden naar het bestaande vrijetijdsaanbod. • De stad voert een taalbeleid en integreert taalstimulering Nederlands in allerlei eigen werkingen en eigen aanbod, waaronder de speelpleinwerkingen. • De stad onderzoekt intern of een vrijetijdspas of kansenpas een nuttig instrument is (gebeurt in samenwerking met directie cultuur). 1.4 Actieplan: De stad voert een duidelijke communicatie naar ouders en kinderen over het eigen aanbod aan vakantiewerking en ontsluit de informatie over jeugdwerk van derden. 1.4.1 Actiepunten: • De stad ontwikkelt een eengemaakt loket voor het aanbod aan vakantiekampen in Leuven voor sport en jeugd, met een online inschrijvingstool. Het aanbod voor kinderen en jongeren aan vakantieactiviteiten wordt zo overzichtelijk en eenvoudig gecommuniceerd, en inschrijven kan online. • De stad heeft de bedoeling dat dit eengemaakt loket 1 gemeenschappelijke toegangspoort wordt voor ouders die op zoek zijn naar vakantie-activiteiten voor hun kinderen. • De website ‘mijnLeuven.be’ wordt herdacht en toegankelijker gemaakt, specifiek de oudermodule. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

94 2. Beleidsdoelstelling: Leuven biedt ruimte aan kinderen en jongeren, om te spelen, te leven en op te groeien. 2.1 Actieplan: De stad blijft investeren in voldoende en veilige speelterreinen, in elke buurt en op maat van de buurt, met aandacht voor avontuurlijke en natuurlijke speelruimte. 2.1.1 Actiepunten: • De stad onderhoudt de 86 Leuvense speelterreinen en legt er jaarlijks minstens drie opnieuw aan. De stad streeft hierbij naar een speelvoorziening voor kinderen te realiseren op maximaal 400 m wandelafstand. • De stad houdt bij aanleg van nieuwe speelterreinen en heraanleg van bestaande terreinen rekening met de groeiende vraag om avontuurlijke en natuurlijke speelruimte te creëren, naast vaste speeltoestellen • De stad optimaliseert het onderhoud van de speelterreinen in samenwerking eventuele partners. • Burgers kunnen bij de stad terecht voor ad hoc vragen over speelterreinen, en op deze vragen wordt altijd een duidelijk antwoord geformuleerd. • De stad heeft bij stadsontwikkelingsprojecten zowel oog voor informele ruimte als aan formele speelruimte. 2.2 Actieplan: De openbare ruimte is een waardevolle informele ontmoetingsruimte en fijne verblijfplaats voor alle Leuvenaars, inclusief kinderen en jongeren. 2.2.1 Actiepunten: • De stad maakt een speelweefselplan op, en implementeert dit plan in de volgende jaren en bij heraanleg van wegen en bij stadsontwikkelingsprojecten. • De stad stimuleert en faciliteert blijvend initiatieven van derden en buurtcomités in het kader van de Buitenspeeldag en organiseert ook een eigen initiatief die dag. • De stad blijft het organiseren van speelstraten-leefstraten stimuleren, en houdt bij het beoordelen van de aanvragen rekening met de bereikbaarheid van de buurt en de omliggende straten. • De stad stelt speelkoffers ter beschikking. • De stad organiseert regelmatig kinder- en jongerenactiviteiten in de openbare ruimte. 3. Beleidsdoelstelling: De stad gelooft in de kracht van haar jeugd, en stimuleert kinderen en jongeren om actief deel te nemen aan beleid, en om zich met plezier te engageren voor de maatschappij. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

95 3.1 Actieplan: De stad betrekt het middenveld, stakeholders zoals ouders én uiteraard de kinderen en jongeren zelf bij de totstandkoming en de uitvoering van het beleid, en dit zowel ad hoc als op structurele wijze. 3.1.1 Actiepunten: • De stad vernieuwt de structurele participatie via de jeugdraad naar participatievormen op maat van de diverse groepen jeugd. • De stad organiseert een vaste commissie van advies om het bestuur van de vzw Stedelijk Jeugdwerk Leuven met raad en daad bij te staan. • De stad werkt vindplaatsgericht om jongeren en kinderen te bereiken voor deelname aan beleid, bvb. op school, en versterkt daarvoor ook de samenwerking met de scholen en andere sectoren zoals onderwijs, sport en cultuur. • De stad zorgt ervoor dat ook nieuwe groepen jongeren aandacht op maat krijgen, zodat elk kind en jongere de kans heeft zijn stem te laten horen. • De stad ontwikkelt digitale tools op maat van jongeren om ze bij het beleid te betrekken, en stelt bijvoorbeeld het college voor op jongerenmaat. • De stad betrekt altijd en in een zo vroeg mogelijke fase de buurt en de kinderen en jongeren bij werken aan jeugdinfrastructuur en openbare ruimte • De stad betrekt bij de aanleg of heraanleg van jeugdterreinen altijd de jeugd en bewoners uit de buurt van deze terreinen. • De stad betrekt het middenveld via jeugdwelzijnsoverleg en jeugdwerkoverleg als structurele partners van jeugdbeleid in Leuven. • De stad ondersteunt participatieve initiatieven die kinderen en jongeren de kans geven inspraak te hebben (bv. KRAS-scholierenparlement). 3.2 Actieplan: De stad wil vrijwilligerswerk voor jongeren aantrekkelijker maken door het opzetten van gerichte en innovatieve acties. 3.2.1 Actiepunten: • De jeugddienst zet rekruteringsacties op die rechtstreeks jongeren aanspreken en motiveren om zich te engageren voor deze maatschappij • De jeugddienst voert een actief waarderingsbeleid op maat van jongeren voor haar eigen werkingen, met een gedegen jaarwerking. • De jeugddienst voert een actief vormingsbeleid voor animatoren, met een specifiek luik voor doelgroepjongeren. • De jeugddienst differentieert in zijn aanbod aan vrijwilligerswerk, zodat ook kort een heel specifiek engagement mogelijk is. 4. Beleidsdoelstelling: De stad biedt actief plaats aan jongeren in de stad, en is naast een jonge stad ook een stad op maat van jongeren. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

96 4.1 Actieplan: De mijnLeuven-werking werkt voort rond het Leuven-gevoel bij jongeren, en voert een actief communicatie- en informatiebeleid op maat van jongeren. 4.1.1 Actiepunten: • De stad gebruikt een mediamix op maat van jongeren (beeld, video, radio, tekst) waarbij de boodschap door en voor jongeren gebracht wordt. • De stad blijft inzetten op de samenwerking met mCrew, jongeren als communicator voor andere jongeren. • mijnLeuven Magazine voor én door jongeren, met thema's die hen aanspreken, blijft een belangrijk communicatiemiddel, en zal blijvend worden verspreid in de Leuvense middelbare scholen. • Jongeren “doen” alles online en daarvoor moet de website mijnLeuven er staan als informatiebron, als interactieve tool, als toegang tot de stad. • De jongeren moeten de informatie krijgen daar waar ze op het web actief zijn, en dus zet de stad meer en meer in op sociale media. • de communicatie naar ouders en kinderen over het aanbod wordt behouden zowel online als gedrukt via Hinkedoe, maar deze communicatie wordt geoptimaliseerd • mijnLeuven algemeen, jeugdinformatie, participatie en jeugdcultuur blijven de pijlers van de mijnLeuvenwerking, waarbij bottom-up jongereninitiatieven en begeleiding het traditionele aanbodgericht werken vervangt. • mijnLeuven communiceert continu met jongeren. De stad onderzoekt hiervoor de mogelijkheid tot gratis Wifi over heel de stad. 4.2 Actieplan: De stad behartigt belangen van jongeren in verschillende sectoren, leidt toe, en vraagt aandacht voor hun noden en ruimte voor hun eigenheid. 4.2.1 Actiepunten: • De stad integreert de skate- en blade en BMX kampen binnen het gewone aanbod aan sportkampen indien mogelijk en wenselijk, en integreert op deze manier nichecultuur van jongeren in het mainstreamaanbod. • De stad werkt eraan om jongerenmuziek en –dans zoals hiphop een volwaardige plek binnen de Leuvens culturele en jongerenscène, zodat deze talentontplooiing een kans krijgt voort te groeien binnen reguliere circuit. • De stad werkt vindplaatsgericht in scholen en samen met scholen om jongeren toe te leiden naar cultuur met het project mijnGoesting. 4.3 Actieplan: De stad investeert in jongerencultuur en ondersteunt jeugdcultuureigen uitingsvormen, ondersteunt jongeren bij hun ideeën en stimuleert de samenwerking die ontstaat van onderuit. 4.3.1 Actiepunten: • De stad Leuven onderzoekt hoe skaten in de openbare ruimte veilig en leefbaar kan gefaciliteerd worden. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

97 • De stad faciliteert legale vormen van street art en graffiti binnen een coherent graffitibeleid, en stelt actief legale muren ter beschikking. • De stad biedt nieuwe jongerentrends een kans vanuit een fundamenteel respect voor kinderen en jongeren als de toekomst van deze maatschappij. • Aanbieden van ruimte om ‘aan cultuur te kunnen doen’. • Subsidiëring van kleinschalige concerten binnen een jeugdconcertenfonds. • Subsidiëring van projecten voor en door jongeren. • De stad werkt een fuifbeleid uit waar samenleven van burgers en fuivende jongeren een vanzelfsprekendheid is. 4.4 Actieplan: De stad richt ambulant jongerenwerk in om enerzijds actief het samenleven op bepaalde plekken te bewaken, en anderzijds kinderen en jongeren vindplaatsgericht te benaderen en toe te leiden naar de vele vormen van jeugdwerk en jeugdactiviteiten die Leuven rijk is. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

98 Kinderopvang en gezinsbeleid Beleidsdoelstelling 1: Er zijn voldoende kwalitatieve, betaalbare, en toegankelijke voorschoolse kinderopvangplaatsen in Leuven. 1.1 Actieplan: De werkelijke noden van de stad inzake kinderopvang (o.a. opvang voor zowel kinderen van inwoners als van werknemers die geen inwoner zijn van de stad) zijn groter dan het aanbod. Daarom zal blijvend worden aangedrongen bij de bevoegde overheid om de middelen verder te verdelen volgens deze werkelijke noden. In afwachting worden alle initiatieven ondersteund die kunnen leiden tot het lenigen van de nood. 1.2 Actieplan: De stad neemt de lokale regie met betrekking tot het aanbod van kinderopvang op. 1.2.1 Actiepunten: • Initiatief tot regionaal overleg rond voorschoolse kinderopvang nemen zodat een afgestemd beleid rond kinderopvang kan gevoerd worden met alle betrokken partners. • Het aantal kinderopvangplaatsen (kwantiteit) permanent opvolgen via het digitaal loket. • Kinderdagverblijven stimuleren om ook de plannings- en facturatiemodule van het digitaal loket te gebruiken, zodat ook deze cijfers uit het digitaal loket correct zijn. • Opportuniteiten voor uitbreiding proactief bekijken, bijvoorbeeld: − bij nieuwe stadsontwikkelings- en bouwprojecten ruimte voorzien waar kinderopvang kan gerealiseerd worden in overleg met gebiedsgerichte werking en ruimtelijke ontwikkeling − grote werkgevers en bedrijven stimuleren om kinderopvang voor hun personeel te voorzien of erin te investeren bij derden, of hoe ze nog kunnen bijdragen tot het realiseren van een kwalitatief aanbod waar hun werknemers gebruik van kunnen maken. • Actief inzetten op het behouden of verhogen van het aantal betaalbare voorschoolse kindplaatsen. − alle groepsopvang: − individuele dossiers onderzoeken en ondersteunen, bijvoorbeeld bij verbouwingen of herhuisvesting; − opstartdossiers onderzoeken en met expertise ondersteunen, ook mee zoeken naar geschikte huisvesting en locaties; − nieuwe pistes verkennen zoals bijvoorbeeld coöperatieve kinderopvang; − toelagereglement evalueren i.f.v. mogelijke bijsturing zodat meer kinderdagverblijven opstarten of bestaande kinderdagverblijven meer kindplaatsen aanbieden; − zelfstandige niet-IKG-kinderopvang: Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

99 − niet-IKG plaatsen: berekenen wat de kosten zouden zijn om hen een bijpassing te geven zodat ook zij inkomensgerelateerde ouderbijdragen vragen – daaraan via reglement regels voor opnamebeleid koppelen; − aanpassing lokaal woonbeleid opvolgen en bekend maken (aanpassing woonrichtlijn zodat gezinswoningen gebruikt kunnen worden voor kinderopvang voor de duur van deze herbestemming) • Nieuw decreet Kinderopvang van Baby’s en peuters en de uitvoeringsbesluiten opvolgen en implementeren, inspelen op mogelijke gevolgen voor de Leuvense initiatieven. • Digitaal loket verder optimaliseren ifv gebruiksvriendelijkheid zodat de Leuvense kinderopvanginitiatieven er effectief door ondersteund en ontlast worden. • Dienst voor onthaalouders: onderzoeken op welke manier we mensen kunnen stimuleren om als onthaalouder op te starten bij de stedelijke dienst voor onthaalouders. • Samenwerking met OCMW in functie van noodaanvragen kinderopvang behouden. 1.3 Actieplan: De stad optimaliseert haar eigen aanbod aan kwalitatieve en toegankelijke voorschoolse kinderopvang. 1.3.1 Actiepunten: • Optimalisatie van het aantal kindplaatsen door bundeling van al onze ‘erkende en gesubsidieerde’ plaatsen op één locatie in kindcentrum De Girafant. • Van kinderdagverblijf Heuvelhof en Craenendonck zelfstandige kinderdagverblijven maken, waarbij (op termijn en gedeeltelijk ook nu al) kan gekozen worden voor een stedelijke uitbating, of uitbating door derden. • Optimale bezetting nieuw KDV Sint-Maartensdal. • Onderzoek naar nood aan zaterdagopvang in de binnenstad voor o a werknemers van handelszaken, met vermoedelijke uitbreiding van openingsuren tot gevolg. • Blijven inzetten op Reggio Emilia pedagogiek, kwaliteit en vorming van personeel, sociale en pedagogische functie van kinderopvang, i.s.m. OCMW. • Blijven inzetten op gezonde ontwikkeling van de kinderen door voldoende buitenactiviteiten, gezonde en gevarieerde voeding, samenwerking met Kind en Preventie, … • Opnamebeleid verder optimaliseren in functie van diverse toestroom, sociale mix, en opnemen tijdelijke en noodvragen. • Stad werkt een menselijk systeem voor moeilijke betalers uit in al haar opvanginitiatieven. • Gezinsopvang – dienst voor opvanggezinnen: de manier van ondersteuning en rekrutering van onthaalouders verder aanpassen aan de huidige maatschappelijke ontwikkelingen. • Er gebeurt een analyse van het huidige aanbod thuisopvang ziek kind. Sinds de start van de dienst 15 jaar geleden is de context sterk veranderd, zoals het aanbod van de mutualiteiten. Op basis van de analyse wordt de dienst uitgebreid, anders georganiseerd of afgebouwd. 1.4 Actieplan: De stad heeft aandacht voor de sociale en pedagogische functie van (voorschoolse) kinderopvang en regisseert en faciliteert de kwaliteit en toegankelijkheid van het aanbod aan voorschoolse kinderopvang. 1.4.1 Actiepunten: • Het digitaal loket wordt behouden, verder uitgebouwd en geoptimaliseerd. • De samenwerking met de toeleiders wordt versterkt. • We stimuleren het kwalitatief en toegankelijk (betaalbaar, divers opnamebeleid) karakter van de bestaande en nieuwe kinderopvanginitiatieven; Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

100 − sterk blijven inzetten op Centrum voor kinderopvang (CKO) als netwerk voor kwalitatieve kinderopvang in Leuven; − samenwerking rond vorming bestendigen, mogelijkheid onder nieuw decreet tot inspringen in elkaars kinderdagverblijven onderzoeken, uitwisseling door stage,… − toelagereglement evalueren i.f.v. mogelijke bijsturing zodat meer kinderdagverblijven een toegankelijk opnamebeleid voeren of bestaande kinderdagverblijven meer toegankelijke kindplaatsen aanbieden. • We onderzoeken op welke manier de ondersteuning van onthaalouders aangepast kan worden aan de huidige maatschappelijke ontwikkelingen, zodat de pedagogische kwaliteit van de aangesloten onthaalouders gegarandeerd kan worden. • Onderzoeken van de nood aan een project rond vakantieopvang voor kleuters van 2,5 tot 6 jaar, i.s.m. afdeling jeugd en studenten en BKO. • IBO ’t Koetshuis voortzetten maar onderbrengen in vzw De Bloesemboompjes i.p.v. vzw Kinderopvang Leuven (omwille van uitbreiding BKO-project en subsidievorm). 2. Beleidsdoelstelling: Er is een versterkt, gestroomlijnd, laagdrempelig, vraaggestuurd, participatief en behoeftedekkend aanbod gezins- en opvoedingsondersteuning voor alle gezinnen in Leuven, met bijzondere aandacht voor maatschappelijk kwetsbare gezinnen. 2.1 Actieplan: De stad neemt de lokale regie met betrekking tot gezins- en opvoedingsondersteuning op zich en neemt eigen initiatieven. 2.1.1. Actiepunten: • We bekijken gezins- en opvoedingsondersteuning breed in samenwerking met gebiedsgerichte werking, buurtwerk en andere stadsdiensten. • De stad trekt het samenwerkingsverband LOOO (Lokaal Overleg Opvoedingsondersteuning). • Het preventieve gezinsondersteunend aanbod van Leuven bundelen we in ‘Huis van het Kind’ in samenwerking met lokale partners, en gebiedsgericht werken we met antennes. • Het Huis van het kind in de Savoyestraat nemen we in gebruik, en op middellange termijn maken we plannen voor optimalisatie van de huisvesting van Huis van het Kind. • We volgen Huis van het Kind op in Kessel-Lo (Lolanden), bouwen Huis van het Kind uit in Heverlee (Kindcentrum Girafant) en onderzoeken waar en hoe er een antenne in Wilsele en Wijgmaal kan uitgebouwd worden. 3. Beleidsdoelstelling: Leuven is een kind- en gezinsvriendelijke stad waar alle gezinnen zich thuis voelen. 3.1 Actieplan: We bewaken het kind- en gezinsperspectief bij het ontwikkelen van nieuw beleid en dit over de verschillende domeinen (ruimtelijke ordening, mobiliteit, milieu, integratie, gelijke kansen, jeugd, onderwijs,…) heen. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

101 3.2 Actieplan: We spelen in op noden en behoeften van ouders en kinderen, met specifieke aandacht voor maatschappelijk kwetsbare gezinnen. 3.2.1. Actiepunten: • We maken het aanbod gezins- en opvoedingsondersteuning beter bekend bij alle jonge gezinnen, met bijzondere aandacht voor maatschappelijk kwetsbare gezinnen (bv. d.m.v. een folder, een gesprek,…). • Materiaal-o-theek: we onderzoeken of er een project kan uitgewerkt worden om bedjes, stoel, potjes,.. uit te lenen aan maatschappelijk kwetsbare gezinnen, in samenwerking met een partnerorganisatie zoals een vereniging waar armen het woord nemen, Spit, sociale kruidenier,… • We stimuleren het geven van borstvoeding (label borstvoedingsvriendelijke stad). We ondersteunen kinderdagverblijven om hun moeders te stimuleren om borstvoeding te blijven geven, ook nadat hun kind gestart is in een kinderdagverblijf,… • We stimuleren zoveel mogelijk diensten om een kindvriendelijke reflex te hebben. We proberen zoveel mogelijk vanuit de ogen van een kind naar de stad te kijken. Een stad die toegankelijk is voor kinderen is dat voor iedereen. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

102 Studentenbeleid Het unieke karakter van Leuven hangt samen met de gezellige drukte van de talrijke studenten. Door in te zetten op goede afspraken zorgen we ervoor dat we het voor iedereen gezellig maken en houden. Overleg tussen de studenten, de kennisinstellingen en de stad Leuven is zeer belangrijk. Uit deze specifieke overlegstructuren volgen gepaste acties. We hebben de afgelopen jaren met deze samenwerking grote stappen gezet inzake het formuleren van charters, talloze acties en concrete maatregelen. Hierbij onthouden we als apotheose ‘de Leuvense symbiose’. We breien een vervolg aan de symbiose en vertalen dit naar het brede beleid van de stad. 1. Beleidsdoelstelling: Leuven, studentenstad bij uitstek. 1.1 Actieplan: Studentenhuisvesting moet betaalbaar, veilig en kwalitatief zijn. 1.1.1 Actiepunten: • In overleg met de betrokken stadsdiensten, kennisinstellingen, studenten en andere (privé)partners trachten we waar mogelijk en onderbouwd bijkomende studentenhuisvesting te voorzien. • We waken over de kwaliteit van de huisvesting en voeren actieve controles uit. • We onderzoeken of de bestaande premie (Wonen Boven Winkels) voor de realisatie van studentenhuisvesting voldoende is en evalueren of heroriënteren dit toelagereglement. • Klachten rond huisvesting worden ernstig genomen en gepaste actie wordt hieraan gekoppeld. • We monitoren vraag en aanbod samen met de dienst studentenhuisvesting van de KULeuven en spelen in op het fluctuerend studentenaantal. • We sensibiliseren en voeren een brede communicatie over “het ideale kot”. • We stimuleren het buur- en buurtcontact. 1.2 Actieplan: Studenten kunnen student zijn in Leuven. 1.2.1 Actiepunten: • We investeren in het goede imago van de stad en dat van onze studenten. • We investeren in een leefbare stad waar studenten zich thuis en welkom voelen. • We blijven inzetten op een leefbaar uitgangsleven waar studenten respect hebben voor de inwoners van Leuven. • Vast overleg wordt georganiseerd wanneer grote fuiven/manifestaties worden gehouden. • We stippelen samen met studenten en betrokken partners een gedragen fakbarbeleid uit. • We voorzien, waar mogelijk, bij onze stedelijke vrije tijdsorganisaties studentspecifieke kortingen. • We willen studenten zoveel mogelijk laten participeren bij het cultuuraanbod. • We ondersteunen LOKO. • We werken goede en gedragen sensibiliseringsacties uit. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

103 • In de uitvoering van de charters ondersteunen we de studenten vb. opleiding stewards. 1.3 Actieplan: Leuven: Een goed studieklimaat. 1.3.1 Actiepunten: • Tijdens de blok werken we acties uit hoe we de studenten kunnen ondersteunen in hun zoektocht naar de perfecte match tussen studie en ontspanning. • We overleggen nauw met de dienst studentenvoorzieningen en waar nodig spelen we als stad mee in op studentspecifieke noden. • Tijdens de blokperiode stellen we rustige studieplaatsen ter beschikking van de studenten. 2. Beleidsdoelstelling: Studenten verrijken de stad. 2.1 Actieplan: Studenten zijn lokaal, nationaal en internationaal ons uithangbord. 2.1.1 Actiepunten: • We werken een communicatieplan uit waar studenten als ambassadeurs van onze stad kunnen uitgezonden worden. • Kennis mag niet verloren gaan. We zetten zoveel mogelijk in om de aanwezige kennis op te nemen in onze werking en zorgen voor ruimte voor creatieve inbreng om het leven in de stad te verbeteren. • In functie van de studieachtergrond stellen we stageplaatsen binnen de stad open. • Studenten die zich graag maatschappelijk willen engageren voor de stad moedigen we aan. • We werken een aantrekkelijke communicatie uit. We zetten in op een online interactief platform. • We stimuleren studenten om creatief te zijn en praktische problemen mee te vertalen in (digitale) oplossingen. 3. Beleidsdoelstelling: Studenten kunnen zich veilig en makkelijk bewegen in de stad. 3.1 Actieplan: We zetten in op een duurzame mobiliteit. 3.1.1 Actiepunten: • We blijven inzetten op preventieve campagnes inzake veilig fiets- en wandelverkeer. • We stimuleren zoveel mogelijk het STOP-principe, waarbij we studenten aanmoedigen om zoveel mogelijk zich op duurzame wijze te verplaatsen. • We ontmoedigen het gebruik van de wagen voor zowel verplaatsingen naar de stad als in de stad. • De subsidiëring van het gratis busvervoer voor studenten wordt geëvalueerd, afgebouwd en geheroriënteerd. • We blijven inzetten op het goede partnerschap met vzw Velo en zorgen zo voor fietsverhuuren hersteldiensten aan zeer democratische prijzen. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

104 • We bepleiten bij De Lijn specifieke noden van studenten. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

105 Gelijke kansen 1. Beleidsdoelstelling: Een veilige privéleefomgeving voor iedereen. 1.1 Actieplan : De stad Leuven wil dat inwoners ook in hun privéleven gevrijwaard blijven van geweld en wil daarom inzetten op de bestrijding van het fenomeen intrafamiliaal geweld. Intrafamiliaal geweld is één van de geweldsvormen die het meest voorkomen in onze samenleving en heeft een grote impact op plegers, slachtoffers en getuigen van deze vorm van geweld. Deze impact kent ook zijn gevolgen in het openbare leven. De stad Leuven wil via jaarlijkse algemene sensibiliseringscampagnes de brede bevolking bewust maken dat intra familiaal geweld niet getolereerd kan worden. Hiervoor kan de afdeling samenleven en diversiteit zelf initiatieven uitwerken of samenwerken met andere diensten/overheden zoals de preventiedienst, jeugddienst, integratiedienst en de provinciale of Vlaamse overheid. 1.1.1 Actiepunten: • Jaarlijkse sensibiliseringsactie in de periode van de werelddag tegen geweld op vrouwen • Jaarlijkse infoartikels in de infokrant • Leuvense diensten en organisaties die in aanraking komen met IFG informeren over de Leuvense aanpak en het netwerk IFG 2. Beleidsdoelstelling: De stad hanteert een multidisciplinaire ketenaanpak van intrafamiliaal geweld. 2.1 Actieplan: Ter preventie en bestrijding van de gevolgen van intrafamiliaal geweld is een multidisciplinaire ketenaanpak van groot belang. De stad Leuven wil de coördinatie van het overleg tussen de verschillende partners betrokken bij de preventieve en curatieve dienstverlening aan plegers en slachtoffers verder uitbouwen. Als neutrale, openbare instelling is de stad Leuven hiervoor het best geplaatst. 2.1.1 Actiepunten: • Twee maal per jaar ronde tafel IFG voor brede welzijnsveld Leuven. Doel: informeren over de ontwikkeling van de aanpak IFG en netwerkvorming om tot een betere samenwerking en ketenaanpak te komen. • Implementatie van de nieuwe wet op tijdelijk huisverbod. Doel door de uitbouw van de regiefunctie door de stad als neutrale en onafhankelijke instelling alle beleid- , justitiële- en Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

106 welzijnspartners samenbrengen om op termijn te komen tot een ketenaanpak op het niveau van de stad Leuven. • Via projectmiddelen het CAW ondersteunen in zijn opdracht van slachtoffer en plegerhulp naar aanleiding van partnergeweld en intra familiaal geweld. 3. Beleidsdoelstelling: Discriminatie omwille van seksuele geaardheid tegengaan en bestrijding van homofoob en transfoob geweld. 3.1 Actieplan: De stad Leuven wil dat alle burgers ongeacht afkomst, leeftijd, seksuele geaardheid of andere kenmerken zoals beschreven in de antidiscriminatiewet, harmonieus kunnen samenleven in Leuven. Hiervoor ondersteunt de stad Leuven de diverse holebi- en transgenderorganisaties die verenigd zijn onder de koepel van het holebihuis. Waar nodig neemt de stad Leuven initiatieven om holebi en transfoob geweld te voorkomen of aan te pakken. 3.1.1 Actiepunten: • Organiseren van weerbaarheidstrainingen homofoob en transfoobgeweld; • Organiseren informatiesessies met alle partners die betrokken zijn bij het behandelen van meldingen/aangiftes homofoob en transfoob geweld; • Jaarlijks ondersteunen van wereldaidsdag door middel van logistieke ondersteuning en publiceren van informatie in het gemeentelijk informatiekatern; • Aandacht voor transgenders door de ondersteuning van de organisatie van een fototentoonstelling ism met het holebihuis; • Informatie over de holebi-organisaties op de website; • Ondersteunen van ad hoc acties die de holebi organisaties organiseren • Jaarlijks uithangen van de regenboogvlag aan het stadskantoor tijdens de regenboogweek • Aandacht voor gelijke kansen en non discriminatie van holebi’s in de sport: dit kan door het opnemen van de panthlonverklaring in het subsidiereglement voor sportclubs • algemene sensibilisering door:affiches tegen homofoob en transfoob geweld te verspreiden, bekendmaken van ondersteunende organisaties en diensten zoals de holebifoon, het telefoonnummer tegen geweld… 4. Beleidsdoelstelling: Inwoners met een functiebeperking via een gepast aanbod ondersteunen in hun mobiliteitsbehoefte. 4.1 Actieplan: De mobiliteit van personen met een functiebeperking te garanderen via kwalitatief aanbod van aangepast vervoer. De stad zal de komende jaren het bestaande aanbod behouden, efficiënt organiseren en waar nodig uitbreiden, rekening houdend met de evoluties als gevolg van de implementatie van het decreet aangepast vervoer. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

107 4.1.1 Actiepunten: • Ondersteuning vrijwilligers aangepast vervoer: • Deelname aan overleg via een vertegenwoordiging in de Raad van bestuur; • Netwerkvorming om het aangepast vervoer bekend te maken; • Opvolgen van de Vlaamse ontwikkelingen aangepast vervoer en het lokaal beleid hierop afstemmen; • Het aanbod aangepast vervoer in Leuven aanbod- en kosten efficiënt maken; 5. Beleidsdoelstelling: Opvoeding en integratie van kinderen en jongeren met een functiebeperking ondersteunen via een jaarlijkse toelage. 5.1 Actieplan: De stad Leuven wil dat kinderen met een handicap kansen krijgen om zich te ontplooien en deel te nemen aan het maatschappelijk leven. Om dit te realiseren voorziet de stad een jaarlijkse toelage voor opvoeders van een kind met een handicap. De stad zorgt ervoor dat deze toelage welvaartsvast blijft. 5.1.1 Actiepunten: • Bekendmaken van de premie bij het doelpubliek via netwerking en organisaties die het doelpubliek bereiken zoals mutualiteiten, VAPH, .. 6. Beleidsdoelstelling: Ondersteunen van organisaties en projecten van en voor personen met een functiebeperking. 6.1 Actieplan: De stad Leuven ondersteunt initiatieven en projecten die de integratie van personen met een functiebeperking en hun evenwaardige deelname aan het maatschappelijk leven bevorderen. Hiervoor werd een toelagereglement ontwikkeld dat uit drie delen bestaat: • Werkingstoelagen voor instellingen en organisaties die een dienstverlening ontwikkelen of sociaal culturele activiteiten organiseren voor personen met een functiebeperkingen hun naaste omgeving. • Projecttoelagen voor projecten die de ontmoeting tussen Leuvenaar met een functiebeperking en Leuvenaars zonder een functiebeperking stimuleren • Toelagen voor handelaars die de toegankelijkheid van hun handelszaak willen laten onderzoeken. 6.1.1 Actiepunten: • De stad Leuven wil in de toekomst de effectiviteit van dit toelagereglement en de huidige dienstverlening voor personen met een functiebeperking evalueren en waar nodig bijsturen. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

108 7. Beleidsdoelstelling: Volwaardige deelname van personen met een functiebeperking aan alle aspecten van het maatschappelijk leven. 7.1 Actieplan: De stad Leuven wil inwoners met een functiebeperking de kans geven om volwaardig deel te nemen aan alle aspecten van het maatschappelijke leven. Een noodzakelijke voorwaarde hiertoe is een maximale toegankelijkheid van het openbaar domein, openbare gebouwen en openbare dienstverlening. De stad betrekt hierbij de gebruikers via de adviesraad toegankelijkheid. Waar nodig zal de stad deskundig advies inwinnen of zich laten bijstaan door externe deskundigen voor welbepaalde projecten. 7.1.1 Actiepunten: • In overleg met de adviesraad de aanbevelingen van het memorandum 2013-2019 realiseren; • Opvolging van de aanbevelingen geformuleerd door de werkgroep van het ISEMOA onderzoek zijn; • Verder bekendmaken van het belang van toegankelijkheid van het openbaar domein en gebouwen met publieksfunctie door het ondersteunen van Leuvense organisaties die hiervoor ijveren, door regelmatige communicatie met alle stakeholders en door informatieverspreiding via de stedelijke communicatiekanalen; • Netwerkoverleg met alle stedelijke diensten die acties ontwikkelen die de toegankelijkheid bevorderen 8. Beleidsdoelstelling: Mogelijke ongewilde negatieve gevolgen van gendergerelateerde rolpatronen en maatschappijbeelden tegengaan. 8.1 Actieplan: De stad Leuven wil blijvend aandacht besteden aan mogelijke ongewilde negatieve gevolgen van gendergerelateerde rolpatronen en maatschappijbeelden. Vooral sterk gekleurde negatieve effecten zullen blijvende aandacht vragen. Zo zijn vrouwen vaker slachtoffer van geweld en gender gerelateerde discriminatiemechanismen. Waar nodig zal de stad Leuven dit via acties en campagnes onder de aandacht brengen. Leuvense middenveldorganisaties die dit thema op hun agenda plaatsen zullen ondersteund worden door de stad. 8 maart: internationale vrouwendag en 11 november: tegen geweld op vrouwen zullen jaarlijks gepast gevierd worden. Het kunstwerk ‘onbekende oorlogsvrouw’ zal verder gepromoot worden. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

109 8.1.1 Actiepunten: • ondersteuning van Leuvense vrouwenorganisaties die ijveren voor geweldloosheid en vrede op nationaal en internationaal vlak; • samenwerken met andere stedelijke diensten die acties ondernemen tegen internationaal en nationaal geweld op vrouwen zoals de herdenking van WO I; • promoten van het video-kunstwerk ‘I am Milica Tomic’, als sensibiliseringsmiddel bij vrouwen en vredesactivisten. • deelname aan het provinciale vrouwenoverleg • netwerkvorming met stedelijke diensten die werken rond gendergerelateerde thema’s. • sociale veiligheid in de openbare ruimte bewaken en in samenwerking met andere bevoegde diensten ervoor zorgen dat bij stadsontwikkelingsprojecten sociale veiligheid als aandachtspunt mee wordt opgenomen in de beleidscyclus Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

110 Diversiteit 1. Beleidsdoelstelling: De stad wil de toegankelijkheid van haar diensten vergroten. 1.1 Actieplan: De stad voert een actief en transversaal diversiteitsbeleid vanuit haar eigen diensten en voorzieningen, met oog voor een correcte beeldvorming en een voldoende gediversifieerd en toegankelijk aanbod, teneinde een kwaliteitsvolle dienstverlening en een aanbod voor alle burgers te garanderen. 1.1.1 Actiepunten: • De stad bouwt zijn integratiedienst verder uit tot een expertisecentrum etnisch-culturele diversiteit. Een centrum waar kruispuntdenken en een inclusieve benadering van dit thema noodzakelijk zijn. De integratiedienst verandert hiervoor van naam en krijgt een naam die meer de Leuvense diversiteit uitdrukt. • De stad regisseert intern een algemeen diversiteitbeleid waarbij de acties van stadsdiensten rond diversiteit afgestemd worden en waar mogelijk gebundeld. • De stad engageert zich om horizontaal de verschillende diensten die rond diversiteit werken op elkaar af te stemmen, en in elke directie iemand als aanspreekpunt aan te duiden voor diversiteitacties en –beleid. • De stad ontwikkelt een aanbod van externe/interne vorming en ondersteuning voor de verschillende diensten die rond diversiteit werken (bijv. vorming “duidelijke taal” voor loketdiensten, vorming rond interculturalisering en toegankelijkheid, werken met interculturele competenties, coaching rond Kruispuntdenken,…) • De stad werkt sensibiliserings- en beeldvormingsprojecten rond de Leuvense diversiteit uit (bijv. “Ik kom van ver”, een interactieve tentoonstelling in M en een fotoboek over meer dan 40 Leuvense vrouwen, of de aanmaak van een interculturele kortfilm rond “ontmoetingen in Leuven”). 2. Beleidsdoelstelling: De stad wil de toegankelijkheid van niet-gemeentelijke voorzieningen vergroten. 2.1 Actieplan: De stad versterkt en/of stimuleert de niet-gemeentelijke organisaties en voorzieningen in relevante domeinen bij het bereiken van de bijzondere doelgroepen uit het integratiedecreet en het vergroten van hun betrokkenheid met het oog op gelijke kansen voor alle burgers. 2.1.1 Actiepunten: • De stad biedt ondersteuning aan scholen en verenigingen via een educatief aanbod rond interculturele competenties en positieve beeldvorming rond etnisch-culturele diversiteit: Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

111 − Uitbouw van het project “Wereldkleur” (visie, matching, administratie, vorming en ondersteuning van allerlei interculturele workshops) − Verhuur mobiele tentoonstelling “Geland in Leuven” − Promotie van Soccerdas! (vormingspakket over Leuvense woonwagenbewoners) • De stad organiseert overleg met alle relevante lokale actoren om activiteiten rond het onthaal van nieuwkomers en etnisch diverse minderheden in Leuven op elkaar af te stemmen. • De stad werkt een toelagereglement uit voor de ondersteuning van samenwerkingsinitiatieven met lokale etnisch diverse verenigingen en middenveldorganisaties, bijvoorbeeld: − een lokale erfgoedvereniging werkt een project uit samen met een lokale etnisch diverse organisatie. − een lokale etnisch diverse organisatie organiseert een intercultureel feest in een dienstencentrum of een woonzorgcentrum voor ouderen. 3. Beleidsdoelstelling: De stad wil samenleven in diversiteit stimuleren. 3.1 Actieplan: De stad versterkt de sociale samenhang in Leuven door wederzijdse kennis, openheid en respect tussen mensen te bevorderen, door deelname aan het gemeenschapsleven te stimuleren, door ontmoeting en samenwerking tussen personen van diverse herkomst en diverse levensbeschouwingen te faciliteren en door een consequente aanpak van discriminatie. 3.1.1 Actiepunten: • De stad blijft inzetten op het verhogen van sociale cohesie op vlak van cultuur en vrije tijd, en dit door gerichte toeleidingen (bijv. “Bijt in je vrije tijd” i.s.m. CBE Open School, CVO’s en ILT, toeleiding naar sport- en jeugdverenigingen via onthaalklassen anderstalige nieuwkomers (OKAN), werken met groepscultuurbonnen, …) • De stad betrekt en informeert de Leuvense etnisch diverse organisaties bij de organisatie van lokale evenementen (bijv. Wereldfeest, Carrousel, …) • De stad stimuleert ontmoeting tussen bevolkingsgroepen (bijv. via praatgroepen Kom Binnen in Leuvense buurtcentra of wijkwerkingen, …) • We stimuleren interculturele ontmoetingen, zowel in groep als individueel, o.a. via een aangepast toelagereglement ondersteuning van etnisch diverse organisaties, • We gebruiken de methodiek “Samen inburgeren” om persoonlijke 1/1 relaties op te zetten waaruit sociale contacten kunnen groeien (bijv. fietskoppels in overleg met de Leuvense fietsschool). • De stad blijft een regierol opnemen in het samenwerkingsverband rond de jaarlijkse Partycipation Week (week van de diversiteit rond 21 maart) en in het Leuvens overleg diversiteit i.s.m. KU Leuven, groep T en KH Leuven. • De stad blijft inzetten op de strijd tegen discriminatie en volgt de beleidsontwikkelingen op in verband met het meldpunt discriminatie. • De stad maakt de Internationale dag tegen racisme en discriminatie – 21 maart – kenbaar via een jaarlijkse straatactie in Leuven. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

112 4. Beleidsdoelstelling: De stad wil participatie aan het lokale beleid van de bijzondere doelgroepen uit het integratiedecreet vergroten. 4.1 Actieplan: De stad faciliteert de mogelijkheid tot een structurele participatie van de bijzondere doelgroepen uit het integratiedecreet aan het lokaal beleid. 4.1.1 Actiepunten: • De stad organiseert thematische inspraakfora waar nieuwe inspraakmethodieken gehanteerd worden om de etnisch diverse doelgroepen te betrekken bij het beleid en samen in gesprek te gaan met relevante middenveldorganisaties. • De stad zet gerichte acties op om evenredige participatie van etnisch diverse doelgroepen aan bestaande inspraakinitiatieven (zoals jeugdraad, cultuurraad, seniorenraad, …) te garanderen. • De stad past, in overleg met etnisch diverse organisaties en federaties, het toelagereglement ondersteuning etnisch diverse organisaties aan zodat de Leuvense etnisch diverse organisaties meer inclusief en inhoudelijk worden aangesproken. • Wij werken samen met Leuvense islamitische organisaties rond beeldvorming over islam ( bijv. infoavonden in de door federale en Vlaamse overheid erkende moskee Al Ihsaan, samenwerking voor de organisatie van voldoende tijdelijk erkende slachtplaatsen voor Leuvense moslims tijdens het jaarlijkse islamitisch offerfeest, …) • De stad onderzoekt de oprichting van een thematische adviesraad rond diversiteit en armoede. 5. Beleidsdoelstelling: De stad wil empowerment en emancipatie van de bijzondere doelgroepen uit het integratiedecreet vergroten. 5.1 Actieplan: De stad gelooft in het informeren en extra inzetten op versterken van individuen zodat mensen zelfredzaam worden en gemakkelijker hun weg vinden binnen de samenleving. 5.1.1 Actiepunten: • Wij werken samen met het project Changemakers van het Minderhedenforum en bieden etnisch diverse Leuvenaars zo een persoonlijk ontwikkelingstraject waardoor ze in een lokale adviesraad of organisatie kunnen participeren. • De stad organiseert praktische infosessies voor Leuvense etnisch diverse organisaties (bijv. rond de werking van het fonds vrijetijdsparticipatie of nieuwe inschrijvingsmodaliteiten in het onderwijs) • De stad voorziet een betaalbaar aanbod van vergaderzalen voor Leuvense organisaties die werken rond diversiteit. • Wij zorgen voor een aanbod van laagdrempelige vormingsmomenten en brengen verschillende thema’s aan als gespreksonderwerp (bijv. leren in je buurt, praatgroepen Kom Binnen of computercursussen). Dit gebeurt i.s.m. het team buurtwerk. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

113 • De stad ondersteunt en begeleidt mensen i.f.v. zelfredzaamheid, bijv. coaching op het Leuvense woonwagenterrein, of op een correcte manier doorverwijzen van mensen die met vragen komen aan onthaalbalies en loketten, … • De stad ontwikkelt– vanuit de participatiegedachte - positief beeldvormingsmateriaal en bereikt hiermee via publieksacties een grote groep Leuvenaars (bijv. fotoboek “Ik kom van ver”) 6. Beleidsdoelstelling: De stad wil een taalbeleid in functie van gelijke kansen voeren. 6.1 Actieplan: De stad voert een taalbeleid met het oog op het verhogen van gelijke kansen en participatie aan de samenleving. 6.1.1 Actiepunten: • De stad voert een taalbeleid binnen alle stedelijke diensten en voorzieningen door bijv. richtlijnen uit te werken over hoe men omgaat met mensen die het Nederlands nog onvoldoende machtig zijn om belangrijke info te begrijpen. • De stad zet in op meer oefenkansen Nederlands voor anderstaligen, bijv. via extra reeksen gratis uitspraaklessen en via praatgroepen Kom Binnen in buurtcentra, in wijkwerkingen en in het gebouw van de integratiedienst en onderzoekt daarnaast mogelijke uitbreidingen (bijv. in 2013 in het nieuwe gebouw van CBE Open School). • Wij blijven elk jaar een zomerschool Nederlands organiseren tijdens 3 weken in augustus voor anderstalige kinderen die in september naar de laatste kleuterklas en het eerste leerjaar gaan. • De stad regisseert het taalstimuleringsproject “De Taalcaravaan” op het woonwagenterrein in de Dijledreef waarbij door vrijwilligers voorleessessies en spelletjes bij de kinderen en ouders worden binnengebracht. • De stad zoekt via zijn afdeling jeugd en dienst diversiteit naar mogelijkheden i.v.m. het aanbod rond taalstimulering in de Leuvense speepleinwerking en grabbelpas (bvb. via vorming monitoren). Er wordt nagedacht over een aanbod Nederlandse taalkampen voor jongeren van OKAN • Er is veel aandacht voor de voordelen van meertaligheid, bvb. door het ondersteunen van “schooltjes in eigen taal” en project Taalruil Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

114 Ontwikkelingssamenwerking 1. Beleidsdoelstelling: De stad Leuven verbreedt en verdiept het draagvlak voor ontwikkelingssamenwerking in Leuven. 1.1 Actieplan: De stad Leuven neemt (aspecten van) ontwikkelingssamenwerking en het streven naar een mondiale solidariteit op in de werking van de hele organisatie en draagt mondiale solidariteit zo op vele manieren uit naar de Leuvense bevolking. 1.1.1 Actiepunten: • De Stad Leuven communiceert regelmatig zowel intern als extern over de eigen NoordZuidinitiatieven, en over de Noord-Zuidinitiatieven die ze coördineert, mee organiseert of ondersteunt. • De Stad Leuven neemt cultuur van het zuiden op in haar reguliere cultuurprogrammatie. • De Stad Leuven voorziet in een aanbod van basisinformatie over ontwikkelingssamenwerking. De Stad Leuven breidt het gamma uit van haar duurzame aankopen met producten van eerlijke handel, productie die voldoet aan internationaal aanvaarde minimale arbeidsnormen,… • De Stad Leuven biedt een vorming rond duurzaamheid aan het nieuwe personeel aan (duurzaamheidsspel). • De Stad Leuven neemt aspecten van ontwikkelingssamenwerking op in de werking van Netwerk Duurzaam Leuven en Leuven klimaatneutraal. • De Stad Leuven voorziet in een aanbod rond het thema Noord-Zuid voor de Leuvense jeugd. 1.2 Actieplan: De stad treedt op als actor, coördinator en/of facilitator voor acties rond ontwikkelingssamenwerking in Leuven. 1.2.1 Actiepunten: • De stad Leuven ondersteunt en organiseert mee het Leuvens Wereldfeest • De stad Leuven ondersteunt de avonden van Leuven Zuid • De stad Leuven ondersteunt en neemt deel aan de Zuiddag • De stad Leuven ondersteunt en coördineert mee de 11.11.11-campagne in Leuven. • De stad Leuven ondersteunt het Afrika Filmfestival in Leuven • De stad Leuven dynamiseert en coördineert de FairTradeGemeente-campagne in Leuven. • De stad Leuven dynamiseert en coördineert de participatie van het Leuvense middenveld aan het beleid ontwikkelingssamenwerking en voorziet hierin een plaats van de erkende adviesraad (derdewereldraad) • De stad Leuven keert Noord-Zuidtoelagen uit aan verenigingen en samenwerkingsverbanden die in de stad Leuven werken rond informatie en educatie over het Zuiden, aan Leuvense ontwikkelingshelpers die in projecten werken met rechtstreekse steun in het Zuiden, en aan de jaarlijkse 11.11.11-actie. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

115 • De stad Leuven onderzoekt of zij de Noord-Zuidtoelagen aan Leuvens ontwikkelingshelpers die in projecten werken met rechtstreekse steun in het Zuiden verhoogt van € 500 tot € 750 of € 1.000 • De stad Leuven brengt de diverse actoren van ontwikkelingssamenwerking die in Leuven actief zijn in kaart en ontsluit deze informatie voor het brede middenveld. • De stad Leuven grijpt de geplande herdenking van WOI in 2014 aan om vrede jaarlijks een belangrijker plaats te geven in de Leuvense activiteitenkalender. • De Stad Leuven maakt het aanbod aan mondiale vorming bekend bij Leuvense scholen. 2. Beleidsdoelstelling: De stad Leuven versterkt de bestuurskracht van het district Para in Suriname (decentralisatie, goed lokaal bestuur, lokale democratie). 2.1 Actieplan: De stad Leuven verdiept de stedenband met Para binnen de geselecteerde beleidsdomeinen vooraleer deze – eventueel – te verbreden naar andere domeinen. De geselecteerde beleidsdomeinen zijn onderwijs, milieu (afval, ondernemerschap streekproducten ~ cassave), gezondheidszorg, toerisme, bestuurlijke organisatie (decentralisatie en subsidiariteit ~ financiën en planning, ~ participatie). 2.1.1 Actiepunten: • De stad Leuven evalueert de stedenband samen met Para en hernieuwt deze tot en met 2019 na een positieve evaluatie. • De stad Leuven werkt samen met het bestuur van Para aan de verdere uitbouw van de afvalvoorkoming, -selectie, -ophaling en -verwerking in Para. • De stad Leuven werkt samen met het bestuur van Para aan de verdere uitbouw van de financiën en planning in Para. • De Parkschool (SBLO) en de school SO/VSO Fajalobi sluiten na exploratie een scholenband af. • De stad Leuven vergroot de bekendheid van de stedenband met Para in Leuven. • De stad Leuven betrekt een bredere groep partners bij de stedenband met Para binnen de geselecteerde beleidsdomeinen. • De stad Leuven verdiept het thema ‘participatie’ binnen de stedenband met Para. • De stad Leuven ondersteunt en coördineert mee een selectie acties van het Leuvense middenveld binnen de geselecteerde beleidsdomeinen • De stad Leuven voorziet in een investeringsbudget voor de stedenband met Para. • De stad Leuven werkt samen met het Leuvens hoger onderwijs binnen de stedenband met Para. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

116 Leren Onderwijs 1. Beleidsdoelstelling: De stad wil de kwaliteit van het onderwijs in Leuven behouden en versterken. 1.1 Actieplan: We willen scholen stimuleren om hun gebouwen nog meer ter beschikking te stellen aan inwoners en verenigingen uit de buurt. Dit geeft de mogelijkheid om meer ruimte te scheppen voor sport, cultuur en ontmoeting dicht bij huis. Anderzijds is dit een manier om via deze ‘brede’ scholen mensen in contact te brengen met elkaar en met de school, waardoor de samenhang in de wijken steviger wordt. 1.1.1 Actiepunten: • De stad diept het concept en het reglement Brede School verder uit. • We analyseren de aandachtspunten van de wijken en de behoeften van de scholen in die wijken. • We bekijken met partners in de buurt van de school welke gezamenlijke doelstellingen en projecten kunnen worden opgezet en zetten netwerken in de buurt op. • We stimuleren de samenwerking tussen de Leuvense scholen en de stedelijke academie en het conservatorium. • De stad moedigt het delen van infrastructuur aan. • We zetten in op vorming en projecten die gemeenschapszin/ burgerschap aanbrengen, die kinderen betrokken maken op de buurt en bredere samenleving (bijv. scholen uit de buurt organiseren een gezamenlijke opruim- en veegactie, Wilsele Carrousel,..). We zetten hier in op dienst- en sectoroverschrijdende samenwerkingen (bijvoorbeeld onderwijs en cultuur, leefmilieu, …) 1.2 Actieplan: We willen het project Binnenschoolse Kinderopvang uitbreiden en versterken door het aanbieden van verschillende verrijkende activiteiten en door het inzetten van kwaliteitsvol personeel. 1.2.1 Actiepunten: • De stad zal in de toekomst voor een 25-tal scholen de Binnenschoolse Kinderopvang organiseren. • Voor een kwalitatieve opvang is kwaliteitsvol personeel de basis. We bouwen hiervoor een volwaardig personeelsbeleid uit. Er wordt een coördinator personeelszaken aangesteld die het personeelsbeleid en de personeelszaken behartigt. • We blijven inzetten op de opleiding van de personeelsleden door hen te stimuleren de opleiding educatief kinderwerker (samenwerkingsverband stad en CVO Sociale School Heverlee) te volgen en door afgestudeerden van deze opleiding aan te werven. De stad Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

117 streeft ernaar voldoende personeel aan te trekken, en hierbij wordt de norm van 1 begeleider op 20 kinderen gehanteerd. • We willen een aanbod aan verrijkende activiteiten aanbieden. Een teamverantwoordelijke zorgt voor de planning en opvolging hiervan (voor enkele scholen). • Bij de uitbouw van de Binnenschoolse Kinderopvang wenst de stad de samenwerking met de scholen te behouden en te versterken. • We bekijken de mogelijkheid van een aanbod van degelijke kinderopvang tijdens de schoolvakanties. 1.3 Actieplan: We wensen de taalvaardigheid (taalexpressie en meertaligheid) van Leuvense kinderen te verbeteren. 1.3.1 Actiepunten: • We werken een gezamenlijk taalbeleid uit i.s.m. basis- en secundair onderwijs. • De stad zet een project taalexpressie en welbespraaktheid op i.s.m. SLAC en andere cultuurverenigingen. • We stimuleren scholen om vanaf het 3e leerjaar BAO een tweede taal aan te leren. • We nemen een aanbod aan vreemde talen op in BKO. • We stimuleren een uitwisseling met andere scholen over de taalgrens. • We zetten een taalgemengde speelpleinwerking op. (zie ook Vrijetijd) 1.4 Actieplan: We streven ernaar de leerlingen in hun schoolcarrière optimaal te begeleiden om ervoor te zorgen dat iedereen alle kansen krijgt om zijn/haar talenten optimaal te ontwikkelen. De stad wil blijven inzetten op het versterken van het welbevinden van de Leuvense scholieren. 1.4.1 Actiepunten: • We evalueren het zorgsysteem (over de netten heen). • We werken een gecoördineerd zorgbeleid uit samen met het CLB en alle netten met als doel het welbevinden van de kinderen te doen toenemen. • De stad stimuleert alle basisscholen om te werken met een leerlingvolgsysteem. • We versterken het Buddy-project. • Jongeren die dreigen af te haken in het onderwijs, begeleiden we intensief met projecten zoals RISK of Tander. • We zetten een project op rond het verbeteren van het schoolklimaat (welbevinden) i.s.m. KU Leuven en de preventiedienst. 1.5 Actieplan: We evalueren de kwaliteit van het eigen stedelijk onderwijs en ondernemen acties ter versterking van het eigen onderwijs. 1.5.1 Actiepunten: • We laten een doorlichting uitvoeren • De stellen een actieplan op Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

118 • Acties uitvoeren: nieuw schoolwerkplan, zorgbeleid, GWP beleid, pestbeleid e.d. • We introduceren het project ter verbetering van het schoolklimaat in onze eigen stedelijke scholen. • We werken een missie en visie uit en werken vanuit deze visie aan een pedagogisch beleid • We ondernemen acties zodat leerkrachten en leerlingen in een positief en gunstig klimaat kunnen werken en leren. • We evalueren de resultaten. 1.6 Actieplan: We werken samen met verschillende partners en stimuleren samenwerking tussen partners onderling. 1.6.1 Actiepunten: • We richten een platform op waar bedrijfsleven en scholen elkaar kunnen inspireren en ontmoeten voor overleg rond stageplaatsen, betere afstemming van vraag en aanbod, curriculum, sponsoring en andere ondersteuning, enz… • We versterken de inhoudelijke samenwerking tussen CBE Open School met andere beleidssectoren (bijvoorbeeld rond taal en oefenlessen) • De stad blijft de Onderwijsraad verder versterken. • We versterken de samenwerking met het Lokaal Overlegplatform (LOP). 1.7 Actieplan: We richten een internationale school op i.s.m. de KUL, IMEC en VIB. 2. Beleidsdoelstelling: De stad wil inzetten op meer onderwijskansen om te groeien en sociale mobiliteit blijven stimuleren. 2.1. Actieplan: We willen de kennis van het Nederlands van de leerlingen versterken. 2.1.1. Actiepunten: • We werken een gezamenlijk taalbeleid uit i.s.m. basis- en secundair onderwijs. • We zetten taalprojecten op, waarbij we ernaar streven de (instructie)taal (voor alle leerlingen) te versterken, als hefboom om sterker te staan. Een taal kan je leren dichtbij huis. Wijkprojecten i.s.m. de Integratiedienst en CBE Open School worden versterkt. • Kinderen vanaf 2,5 jaar moedigen we aan om naar de kleuterschool te gaan, zodat ze geen leerachterstand oplopen. • Kinderen die het nodig hebben krijgen speciale ondersteuning, liefst binnen de eigen klas (via een goede zorgcoördinatie binnen de school, zie ook actieplan 1.4) • We willen de studiebegeleiding via het buddy-project uitbreiden en versterken (aantal leerlingen met Buddy verhogen). We bekijken ook de mogelijkheid voor buddies voor andere dan schoolse kennis en vaardigheden (bijvoorbeeld voor sociale vaardigheden). Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

119 • We stimuleren studenten om tijdens hun lerarenopleiding aan te leren hoe om te gaan met sociale achterstelling en diversiteit in de klas (door deelname aan het Buddy-project te promoten). • We versterken het 2de kansonderwijs (TKO) en basiseducatie. • Anderstalige kinderen geven we de mogelijkheid om hun kennis van het Nederlands op een speelse manier te onderhouden en bij te spijkeren tijdens de zomerschool. • We zetten in op instroom en doorstroom naar hoger onderwijs voor bepaalde doelgroepen door acties te ondersteunen van de hoger onderwijsinstellingen. • De stad biedt stage- en werkplaatsen aan voor jongeren als brug naar reguliere werkplaatsen. 2.2. Actieplan: We willen de ouderbetrokkenheid van andertalige ouders op de school vergroten. 2.2.1. Actiepunten: • De stad breidt het aanbod van CBE Open School uit en stimuleert anderstalige ouders hun Nederlands bij te spijkeren. • We vergroten ouderbetrokkenheid bij de school door de schooldrempels te verlagen. Dit doen we o.a. door informele ontmoetingen tussen ouders en de school te stimuleren, en de kennis van het onderwijssysteem bij de ouders te vergroten. • We ondersteunen ouders om hun kinderen te helpen studeren, te helpen bij het maken van keuzes en bij het inschrijven. • We willen dat leerkrachten hun drempels naar ouders toe verlagen. We stimuleren dat studenten al tijdens hun lerarenopleiding leren omgaan met diversiteit en sociale achterstelling in de klas. We werken aan de beeldvorming bij (toekomstige) leerkrachten via projecten. • We ondersteunen projecten i.s.m. Eureka school rond de professionalisering van leerkrachten. 3. Beleidsdoelstelling: De stad wil kwaliteitsvolle infrastructuur en voldoende capaciteit bieden. 3.1. Actieplan: De stad regisseert de capaciteit van het aanbod aan basis- en secundair onderwijs, en streeft ernaar dat elk kind naar een (basis)school kan gaan in zijn of haar buurt. 3.1.1. Actiepunten: • De stad volgt de capaciteit continu op en laat een capaciteitsstudie maken op basis waarvan bekeken kan worden waar binnen de scholen kan worden uitgebreid en waar eventueel nieuwe scholen moeten komen. • De stad ondersteunt (i.s.m. het LOP) de scholen om een eerlijk inschrijvingsbeleid te voeren, dat een goede leerlingenmix realiseert. • De Stad Leuven coördineert een Taskforce en zorgt voor de indiening van dossiers bij de Vlaamse Overheid. • De stad voert noodzakelijke renovatiewerken uit aan SKLO. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

120 • De stad werkt de campus Parkschool af. • Aan de Vaartkom wordt een nieuwe basisschool gerealiseerd. De stad onderzoekt de beste realisatie- en beheersformule. • Om capaciteitsproblemen op korte termijn het hoofd te bieden, voorziet de stad tijdelijke ondersteuning afgestemd op de noden. • Scholen worden multifunctioneel ingezet (zie ook actieplan 1.1.1.). • De stad onderzoekt of een aanmeldingssysteem aangewezen is. 3.2. Actieplan: Schoolgebouwen worden duurzamer op vlak van energie en isolatie. 3.2.1. Actiepunten: (zie beleidsnota Stadsontwikkeling, Infrastructuur en Wonen) Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

121 Deeltijds kunstonderwijs Beleidsdoelstelling 1: Het SLAC biedt een kwaliteitsvolle deeltijdse kunstopleiding aan binnen de domeinen muziek, woord, dans en beeldende kunsten, en werkt hierbij zowel vaktechnisch verdiepend als discipline- en organisatieoverschrijdend. 1.1 Actieplan: De uitbreiding van de mogelijkheden voor het conservatorium en de academie wordt onderzocht. In het bijzonder wordt nagegaan welke opportuniteiten een podiumkunstenzaal als multifunctioneel centrum kan bieden. 1.1.1 Actiepunten: • De gebouwen aan de Lei worden toegankelijk gemaakt en ontsloten, met een gemeenschappelijke ingang voor het hele complex, voldoende fietsstallingen, en een logische en veilige verbinding, zowel ruimtelijk als visueel, met het omliggende stadsweefsel. • De nieuwbouw voor de academie op de centrale werkplaatsen in Kessel-Lo wordt gestart en afgewerkt volgens plan; in de tussentijd worden goede oplossingen voorzien voor tijdelijke huisvesting, bijvoorbeeld in Lolanden, voormalig VMW-gebouw in de Spaartstraat en tijdelijke containerklassen in de nabijheid van het Prins Regentplein. • De inbedding van de conservatoriumafdeling van Kessel-Lo op de Centrale werkplaatsen hallen 4 en 5 wordt grondig onderzocht en indien haalbaar zo snel mogelijk gerealiseerd. • De plaats voor SLAC in de nieuwbouw Parkschool aan de Ruelensvest in het kader van een brede schoolwerking wordt uitgevoerd volgens plan, en bijgestuurd naar eventuele nieuwe noden en behoeftes. • De stad bereidt zich voor op de gevolgen van het nieuwe decreet op het deeltijds kunstonderwijs voor de infrastructuur, wat bvb. grotere lokalen zal vereisen. • De stad zoekt actief naar ruimtes waar de leerlingen van het SLAC samen kunnen musiceren en podiumervaring opdoen • De Predikherenkerk blijft beschikbaar voor woord- en orgellessen • In Wilsele zullen in de zaal van de Bosstraat, na een grondige verbouwing, 2 leslokalen voorzien worden voor SLAC/Academie, ter vervanging van het huidige gebruik van lokalen in het buurtcentrum, de locatie waar het nieuwe zwembad gebouwd zal worden. 1.2 Actieplan: Het huidige opleidingsaanbod wordt voortgezet en geoptimaliseerd. 1.2.1 Actiepunten: • Alle bestaande richtingen binnen het SLAC worden behouden • De werking met wijkafdelingen over heel Leuven voor minstens de lagere en middelbare afdeling wordt behouden om een optimale in- en doorstroom, en nabijheid en bereikbaarheid voor gezinnen met jonge kinderen, te realiseren; • De filialen in Holsbeek, Kortrijk-Dutsel en Bierbeek worden behouden. In het kader van het groeiende succes wordt bekeken of een uitbreiding wenselijk en realiseerbaar is. Daartoe Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

122 wordt de huidige samenwerking en overleg met de gemeentebesturen van deze gemeentes voortgezet • De stad Leuven volgt de hervorming van het deeltijds kunstonderwijs door Vlaanderen op de voet, en bereidt zich actief voor op de gevolgen van deze hervorming om pedagogisch, infrastructureel en financieel vlak. 1.3 Actieplan: Het SLAC kiest categoriek voor digitalisering in de leerlingen- en oudercommunicatie en in de interne werking, ter ondersteuning van haar dynamische en innovatieve pedagogische aanpak. 1.3.1 Actiepunten: • De stad investeert in een nieuw communicatieplatform, zodat de leerlingen en ouders efficiënt kunnen geïnformeerd en de leerlingen optimaal pedagogisch gevolgd kunnen worden • In het gebouw aan de Lei zal gratis wifi aangeboden worden • Elk lokaal beschikt over een eigen pc • De ICT-klassen worden up-to-date gehouden qua infrastructuur en software, en de snelle toegang voor alle leerlingen en leerkrachten buiten het stedelijk netwerk om is verzekerd • Het SLAC zet blijvend in op afdelingen zoals multimedia en digitale technieken, en blijft daarvoor de nodige investeringen in uitrusting doen, zowel hardware als software. 2. Beleidsdoelstelling: Het DKO is een belangrijke actor inzake artistieke beoefening en kunstopvoeding, en wil daarbij een breed en divers bereik realiseren. Ze neemt actief deel aan het diverse socio-culturele leven in de Leuvense regio, en werkt samen met het leerplichtonderwijs aan “brede leefscholen”. 2.1 Actieplan: Het SLAC heeft een eigen aanbod aan kunst en versterkt daarbij haar samenwerking met andere actoren (M, STUK, KUL, KHL, 30CC, professionele kunstinstellingen, bibliotheek, amateurgezelschappen , kunstenaars, curatoren, enz.…) 2.1.1 Actiepunten: • De academie behoudt haar aanbod aan tentoonstellingen in huis en buitenhuis. • De academie versterkt haar huidige samenwerking met M o.a. via het verder ontwikkelen van het M-atelier. • De Academie is deelnemer van het Artefactfestival extra via het atelier digitale kunst. • De academie doet regelmatig artistieke/pedagogische projecten i.s.m. KUL en KHL • De academie wil deelnemen aan de stadsbrede projecten in samenwerking met het conservatorium en KHL. • Het conservatorium organiseert jaarlijks in samenwerking met vzw Crignon het orgelfestival. • Het conservatorium organiseert jaarlijks in samenwerking met vzw Artrium concerten, voorstellingen, workshops, masterclasses, educatieve uitstappen. • Het conservatorium organiseert optredens extra-muros ism andere actoren: bib, museum M, Matrix, HAFABRA, culturele verenigingen Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

123 • Het conservatorium zoekt naar samenwerking met culturele en educatieve actoren uit de zustersteden. 2.2 Actieplan: Het SLAC zet haar leerlingen actief aan tot het bijwonen van kunstevenementen allerhande en voedt hen op tot een kunstminnend publiek. 2.2.1 Actiepunten: • Het conservatorium bezoekt met de studenten het lokaal en (inter)nationaal cultuuraanbod • Het conservatorium maakt afspraken met culturele partners voor aantrekkelijke tarieven voor de studenten • Het conservatorium nodigt gasten uit voor optredens, workshops, lezingen,… • De academie organiseert 5 tot 6 lezingen/voordrachten per schooljaar door kunstenaars/critici/theoretici in SLAC zelf en in M (SLAC in M) • De academie heeft met M een overeenkomst over het bezoeken van tentoonstellingen door studenten en docenten • Nieuwsbrieven/info van andere actoren in Leuven worden actief verspreid binnen de ateliers van de academie • ‘Nieuwsbrief SLAC’, ontwikkeld door het reclameatelier van de Academie, wordt verspreid intern, binnen en buiten Leuven (o.a. naar alle academies in DKO) • In de Hall van de academie staat een infomuur met folders/info/affiches van lokale en interlokale actoren. Ook een rek met tentoonstellingen in binnen- en buitenland. 2.3 Actieplan: Het SLAC integreert in zijn jaarprogramma’s maatschappelijke thema’s en acties die leven in de lokale en de bredere maatschappij, enz. 2.3.1 Actiepunten: • Het SLAC werkt actief mee aan de herdenking 2014 waarbij het conservatorium een tweedaags programma organiseert. • De academie werkt jaarlijks aan tijdelijke projecten met het Leuvense middenveld, bvb. het stationsproject,… 2.4 Actieplan: Het SLAC heeft veel aandacht voor een inclusieve werking en bereik van kansengroepen, en doet dit in samenwerking met lokale actoren zoals de buurtwerkingen, jongerenwerkingen, sociaal-artistieke werkingen, enz. 2.4.1 Actiepunten: • Het conservatorium behoudt de braillecursus algemeen muzikale vorming en zoekt ook telkens ad hoc naar goede beleidingsmanieren in samenhang met het algemene gelijkekansenbeleid van de stad • De academie zet haar samenwerking met de ziekenhuisschool voort • Het SLAC streeft naar toegankelijkheid van alle lokalen voor personen met een fysieke of mentale beperking, al dan niet met begeleider Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

124 • De stad onderzoekt of en welke financiële of andere drempels er bestaan voor deelname van (kans)arme leerlingen aan het deeltijds kunstonderwijs, en onderzoekt in overleg met de lokale partners binnen de kerngroep vrijetijdsparticipatie wat een goede aanpak is • Het SLAC versterkt de samenwerking met de buurtwerkingen en sociaal-artistieke werkingen om kwetsbare groepen op een alternatieve manier te laten genieten van de kwaliteit van hun werking en opleiding, en doet dit onder meer via projecten 2.5 Actieplan: Het SLAC onderzoekt met het project binnenschoolse kinderopvang hoe kunsteducatie op een kwalitatieve manier kan aangeboden worden na de schooluren zodat de mogelijkheid geboden wordt aan kinderen om zich creatief te ontplooien en talenten te ontdekken. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

125 Werken Economie en Werk 1. Beleidsdoelstelling : De stad streeft naar een kwaliteitsvolle dienstverlening t.a.v. ondernemers en andere stakeholders. 1.1 Actieplan: De stad continueert de algemene werking van de afdeling economie en handel en optimaliseert de dienstverlening aan ondernemers en stakeholders. 1.1.1 Actiepunten: • De stad voorziet voldoende middelen en personeel om de dagelijkse werking van de dienst economie en handel te verzekeren. • De stad zet een 1-loket op. Er wordt een eenduidig aanspreekpunt voor ondernemers opgezet. De website www.ondernemeninleuven.be wordt verder uitgewerkt en zoveel mogelijk documenten worden gedigitaliseerd. • We zetten een informatiedatabank op. Om de dienstverlening te vereenvoudigen worden er in samenwerking met VVSG, AO en andere economische actoren fiches (digitaal) opgemaakt, die een antwoord bieden op de meest gestelde vragen. • De stad voorziet een cliëntvolgsysteem. Er wordt een cliëntregistratie- software aangekocht en geïmplementeerd, zodat de cliënt erkenbaar en volgbaar wordt. We creëren ook een kwantitatieve en kwalitatieve databank die de reële behoeften en vragen van ondernemers en burgers groepeert en een belangrijke ondersteuning ter verbetering van de dienstverlening betekent. • De stad zal i.s.m. de andere economische actoren een digitale ‘economische nieuwsbrief’ verspreiden met alle belangrijke ‘Leuvense’ economische nieuwsfeiten. Hiervoor kan beroep worden gedaan op alle mogelijke digitale nieuwskanalen. • Twee keer per jaar worden de ’nieuwe’ ondernemers (naar analogie met de nieuwe inwoners) ontvangen in het stadhuis en voorgesteld aan de Leuvense beleidsverantwoordelijken en wordt de werking van de afdeling economie & handel voorgesteld. • De stad stimuleert de vraag naar doelgroepenwerkgelegenheid door de toegang tot het vernieuwde Vlaamse instrument “dienstenwijzer” voor de burger te vereenvoudigen. 2. Beleidsdoelstelling: Met het oog op de consolidatie van de economische groei in de toekomst, verstevigt Leuven haar positie als belangrijke kennis-, innovatie- en studentenstad en neemt de stad het voortouw in de profilering van de regio als innovatieve, creatieve kennisgedreven economische regio in een internationaal kader. (zie ook beleidsdoelstelling 6 en acties onder Stadsontwikkeling, Infrastructuur en Wonen) Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

126 2.1 Actieplan: We willen Leuven profileren als internationaal centrum van kennis- en innovatieve economie en zetten daartoe een doorgedreven samenwerking op met verschillende partners. 2.1.1 Actiepunten: • De stad richt een Leuvens strategisch platform op, een structurele samenwerking tussen de belangrijke economische actoren. Dit formeel samenwerkingsverband tussen de kennisinstituten, de bedrijven, de overheden en publieke samenleving (volgens Quadruple helix model) richt zich o.a. op de gezamenlijke profilering van de Leuvense regio als internationale kennisregio. Voorbeelden van partners van de stad zijn KU Leuven, Imec, VOKA, Leuven Inc. enz. • De stad zet een strategische samenwerking op tussen de Bi-pool specialisatiecluster Leuven – Genk met als uitvoerende partners KU Leuven LRD , Imec en de verschillende wetenschapsparken om in een gezamenlijke inspanning deze as bij buitenlandse investeerders te promoten. • De Leuvense kennisregio wordt een economisch ‘merk’, een ‘Leuven inside’ label. In samenwerking met de andere Leuvense actoren wordt er geïnvesteerd in een internationale economische branding van de Leuvense regio. • Voor deze internationale profilering worden er duidelijke afgebakende cluster keuzes gemaakt op basis van de Leuvense krachten. − Life & Health sciences en bio tech met als speerpunten de UZ campus gasthuisberg, de vele Leuvense onderzoeksgroepen en de verankering van kennisinstellingen als de KU Leuven, de KU Leuven associatie, imec, de VIB en het iMinds Future Health departement. − ICT & software ontwikkeling met als speerpunten de ‘slimme processen’ (DSP Valley) en de ontwikkelingen op het wetenschapspark Arenberg. − Mechatronics met als speerpunten Rappid prototyping , aan belang winnende sectoren als LASA (Leuven research centre in Aero- & space Science, technology & Applications) − Nanotechnologie voornamelijk toegespitst op de domeinen hierboven beschreven. • Voor deze clusters wordt er in samenwerking met Leuven research en development een positioneringsnota uitgewerkt. • De stad Leuven neemt een faciliterende en ondersteunende rol op in het gezamenlijk streefdoel van de kennisinstituten om Leuven op de kaart te plaatsen als deel van de Europese KIC (knowlegde and innovation centre) healthy aging. • De stad is partner in het E.U., interreg C project, “health4growth”. • De stad profileert zich als actief lid binnen internationale netwerkorganisaties die gemaakte strategische keuzes ondersteunen. De stad is samen met een aantal strategische Leuvense actoren, zoals KU Leuven en een aantal bedrijven, lid van de Ariane steden (Cluster ICT software ontwikkeling gericht naar de Europese ruimtevaartprogramma’s). • Samen met haar strategische partners gaat de stad proactief op zoek naar internationale samenwerkingsverbanden die passen in de gemaakte clusterkeuzes en neemt deel als partner aan meer Europese projecten. • Voor het realiseren van deze ambities doet de stad waar mogelijk beroep op bestaande subsidiemechanismen. • De stad onderschrijft de oproep van IWT en richt samen met partners een zorginnovatieplatform op ‘InnovAge’. • De stad brengt grote internationale evenementen naar Leuven en zal daarin een faciliterende en/ of regisserende rol opnemen. • De stad realiseert samen met partners het Leuven India House. Hiervoor wordt samengewerkt met Leuvense/Vlaamse partners en met Europese en Indiase partners (zoals het ICCR). (Budget: hiervoor worden naast eigen middelen en middelen van de partners gezocht naar inbreng vanuit India en andere subsidiekanalen evenals het genereren van eigen middelen.) • De stad onderzoekt de mogelijkheid om ‘aanleunend’ lid te worden van het E.U. netwerk Eurocities dat grote steden (> 250.000 inw.) verenigt. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

127 • De bestaande samenwerking ELAt wordt geëvalueerd en versterkt door meer bilaterale contacten te leggen tussen de verschillende steden in samenwerking met LRD. • De mogelijkheid wordt onderzocht om een deel van de website ‘www.ondernemeninleuven.be’, beschikbaar te stellen in het Engels ten behoeve van buitenlandse investeerders. Er wordt ook samengewerkt met de andere Leuvense actoren voor het opzetten van een gezamenlijk aanbod (brochures, website). 2.2 Actieplan: De stad trekt toponderzoekers, -kenniswerkers en internationale studenten aan. 2.2.1 Actiepunten: • We richten een internationale basisschool in Leuven i.s.m. de KU Leuven, imec, VIB en bestaande scholen. (Budget en financiering: opstart en aanloopperiode: oprichtende partijen - na 5 jaar: bedoeling break even te draaien) • We richten een 1-loket (virtueel en fysiek) “expat centre” op. Hier kunnen kenniswerkers en toekomstige kenniswerkers alle mogelijke informatie verkrijgen over alle aspecten van leven en werken in Leuven. Er worden samenwerkingen opgericht met Leuvense en internationale actoren. Voor de realisatie hiervan wordt er o.a. naar E.U. financieringsmogelijkheden gezocht. • De stad ondersteunt projecten die Leuven internationaal profileren als kennisstad naar studenten toe zoals ‘ The case competion’ in 2013 in Leuven georganiseerd door KHLeuven. • De stad stelt samen met de kennisinstituten een communicatieplan op om ‘high level’ afgestudeerden (en post docs) voor te stellen aan Leuvense bedrijven en stageplaatsen aan te bieden. 3. Beleidsdoelstelling: Leuven verkleint de kloof tussen het onderwijs en de arbeidsmarkt. 3.1 Actieplan: De stad wil technische en beroepsopleidingen meer aanpassen aan de arbeidsmarkt. 3.1.1 Actiepunten: • De stad brengt bedrijven en onderwijsinstellingen bij elkaar om tot een positief overleg te komen waarbij er advies wordt gegeven en/ of materialen, machines ter beschikking kunnen worden gesteld. • Er worden i.s.m. bestaande mechanismen/organisaties (bv. Via VKW, VDAB) bedrijfsstages en bedrijfsbezoeken aan jongeren uit het technisch- en beroepsonderwijs aangeboden. 3.2 Actieplan: Jongeren worden aangemoedigd om de ‘juiste’ beroepskeuze te maken. 3.2.1 Actiepunten: • De stad steunt projecten als het Flanders DC kinderfestival ikanda, waar 12 jarigen tot creatieve beroepskeuzes worden aangemoedigd. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

128 • De stad neemt een peter/meterschap op in projecten waarbij meisjes worden aangemoedigd tot het kiezen voor technische studiekeuzes. (techniekclub voor meisjes). • De stad neemt partnerschappen op met beroepsverenigingen (knelpuntberoepen) om de link naar de arbeidsmarkt te verkleinen. (bijvoorbeeld: de bouwsector). 4. Beleidsdoelstelling : Leuven streeft naar een gediversifieerd economisch en werkgelegenheidsaanbod met als speerpunten kennis- en creatieve economie, KMO’s die de lokale markt bedienen, een bloeiende handelsstad, een innovatieve dienstensector en sociale economie. 4.1 Actieplan: De stad stimuleert ondernemerschap, enerzijds door meer mensen de stap te doen zetten naar het ondernemerschap en anderzijds door de slaagkansen van starters te vergroten. (Co-creatie en participatie van ondernemers stimuleren.) (zie ook beleidsdoelstelling 1) 4.1.1 Actiepunten: • Via bestaande organisaties (o.a. Fablab, Flanders DC, VOKA, unizo) stimuleert de stad mensen om zich laten te begeleiden bij het opmaken van een ondernemingsplan. • Samen met partners uit de reguliere en de sociale economie werken we een model uit dat zich specifiek richt naar starters uit de sociale doelgroepen. • De haalbaarheid van de inplanting van een sociaal restaurant (waar doelgroepen tewerkgesteld worden) wordt onderzocht i.s.m. bestaande sociale economie projecten. • De stad organiseert ‘info/ontbijtsessies’ i.s. m. verschillende economische partners gericht aan ondernemers met als doel informatie te verstrekken over bijvoorbeeld subsidiemogelijkheden, grote projecten enz. De stad wil de bedrijven meer betrekken bij de werking van de stad als geheel. • De stad gaat partnerschappen aan met partners/studenten (bijvoorbeeld het student start-up forum). 4.2 Actieplan: De stad wil zich binnen de regio op de kaart plaatsen als centrum van creatieve en innovatieve economie. Dankzij de aanwezigheid van een uitgebouwde cultuursector, ‘creative minds’ aan de vaartkom en een innovatieve economie willen we als stad het voortouw nemen in onze profilering als thuishaven voor creatieve geesten. Hiervoor willen we sectoroverschrijdend werken. 4.2.1 Actiepunten: • We richten een ‘creativiteitsplatform’ op met de quadruple helix partners (bedrijven, scholen & kenniscentra, stakeholders uit de culturele sector, Flanders DC en de stad). Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

129 • De stad is in 2015 gaststad voor het ‘creativiteit festival’ dat ze samen met Flanders DC organiseert. Dit is een groot evenement dat meerdere dagen duurt, waarbij stadsbreed wordt ingezet met als doel Leuven in Vlaanderen op de kaart te zetten als creatieve, innovatie kenniseconomische stad. • Leuven versterkt haar aanwezigheid in het Fablab door het opzetten van een structureel partnerschap met de KU Leuven. Binnen dit partnerschap blijft de doelgroep ‘sociale economie’ het eerste en belangrijkste speerpunt, doch bij uitbreiding wordt het Fablab ingezet om creatieve mensen aan te zetten tot ondernemerschap. • De stad zal actief samen werken Flanders Smart Hub development in de nieuw op te starten werkgroep ‘createch’. 4.3 Actieplan: Leuven stimuleert het werkgelegenheidsaanbod voor kansengroepen op de arbeidsmarkt. 4.3.1 Actiepunten: • Het jobcoachproject wordt omgezet in een reguliere tewerkstelling binnen de afdeling economie & handel van de stad Leuven – de kennis om de doelgroepen te begeleiden wordt structureel ingebed in de eigen werking Budget: gedeeltelijk onder te brengen in het stedenfonds. • In samenwerking met het OCMW worden er werknemers in het kader van artikel 60§7 ingezet op de milieudienst. • Er wordt een nieuw project opgezet met vzw VELO met als doel de fietsvriendelijkheid van de stad te bevorderen. • Voor het onderhoud van het openbaar domein en het straatmeubilair wordt waar mogelijk samengewerkt met opleidingsprojecten uit de sociale economie. (busschuilhuisjes, URILIFT, windschermen busstation etc). • Daar waar mogelijk maakt de stad in haar aanbestedingen voor eenvoudige werkzaamheden gebruik van de sociale clausule. (bijvoorbeeld bussen van folders etc). De mogelijkheid om aan het eigen personeel diensten aan te bieden zoals het leveren van ‘groentenpakketten’ en bijvoorbeeld strijkdiensten wordt onderzocht. (eventueel uit te breiden naar werknemers uit de buurt). 5. Beleidsdoelstelling: Leuven streeft naar efficiënt gebruik van en uitbreiding van de beschikbare ruimte voor economisch gebruik. 5.1 Actieplan: De stad werkt samen met de betrokken actoren en faciliteert de ontwikkeling en de uitbreiding van de nodige bedrijfsterreinen. 5.1.1 Actiepunten: • De stad start onderhandelingen met de POM Vlaams Brabant over het beheer van de ambachtenzone in Heverlee met als doel dit bedrijventerrein te moderniseren. • Er wordt een ‘gemeenschap adviescomité’ opgericht voor invulling en de opvolging van de verschillende bedrijvenzones, eventueel als werkgroep van het hierboven genoemd samenwerkingsplatform. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

130 • De KMO zone parkveld wordt ontwikkeld i.s.m. Interleuven (bediening van de plaatselijke markt, plaatselijk ondernemerschap stimuleren). • Er wordt een ontwerp op basis van een eerste onderzoek opgemaakt om de kavels langs de vaartzone te ontwikkelen als KMO zone. • Er wordt een locatie gezocht voor de inplanting van een plaatselijk city depot (overslag voor belevering van de stad met aangepast vervoer met als doel het zware verkeer uit de stad te weren.) • De stad faciliteert de verdere uitbouw en ontwikkeling van het wetenschapspark Arenberg waar de nadruk ligt op de invulling en de clustering van ICT bedrijven en Bio tech bedrijven. • De ontsluiting van de researchzone Haasrode wordt prioritair besproken met de Lijn en de NMBS (mobiliteit, moeilijke uren, Leuven klimaat neutraal) – dit wordt samen met de economische actoren opgenomen. (zie ook beleidsnota Stadsontwikkeling, Infrastructuur en Wonen) • De stad ondersteunt het bedrijvencentrum voor de sociale economie ‘veilingsite’ door de bouwheren een subsidie te geven ter ondersteuning van de aflossingen van de lopende leninglast. • De stad laat een economische behoeftenstudie uitvoeren inzake de strategische positionering van het wetenschapspark Leuven Noord, als economisch onderdeel voor de opmaak van het ruimtelijk masterplan. 5.2 Actieplan: De stad streeft naar een kwaliteitsvolle invulling van de bestaande economische ruimte. (Zie ook acties onder handel) 5.2.1 Actiepunten: • Het bestaande parkmanagement wordt samen met VOKA geëvalueerd en er wordt een nieuw concept uitgewerkt. De stad neemt een proactieve rol op bij het onderzoeken/implementeren van projecten naar efficiënter transport en samenwerking (zie ook beleidsnota Stadsontwikkeling, Infrastructuur en Wonen) • Er wordt een formele samenwerking opgestart met de buurgemeenten en de omliggende steden met als doel afspraken te maken inzake de spreiding van bedrijven en bedrijventerreinen. • De afdeling economie fungeert als aanspreekpunt voor potentiële investeerders. We voeren een gericht communicatie- en promotiebeleid (van detailhandelaar tot toekomstige investeerders) • De stad inventariseert de leegstaande en verwaarloosde bedrijven > 5 are. • De stad maakt een stedelijk belastingsreglement op voor leegstaande bedrijven > 5 are. • We brengen de leegstand van handelspanden in het kernwinkelgebied in kaart. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van de bestaande GIS applicaties. • We ontwikkelen een methodologie om deze handelspanden terug te vermarkten. • Er wordt een nieuwe GIS applicatie ontwikkeld die leegstaande bedrijfspanden visualiseert, deze wordt op termijn gelinkt aan de website. (ruimteplanner) • Er wordt i.s.m. Interleuven, Voka, de bedrijven op de researchzone een model ontwikkeld voor een grootschalig kinderopvang initiatief. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

131 Handel en horeca 1. Beleidsdoelstelling: Zelfstandig ondernemerschap ondersteunen en stimuleren. 1.1 Actieplan: Begeleiden van startende ondernemers. De stad hecht belang aan alle ondernemers en wil een beleid voeren dat zelfstandige ondernemers extra kansen biedt. Zelfstandige ondernemers, of het nu gaat over vrije beroepen of uitbaters van handels- of horecazaken, zijn van belang omdat zij sterk bijdragen in de authentieke economische uitstraling van de stad. Maar daarenboven hebben zij eveneens een sterke lokale functie naar de bewoners van de stad zelf. 1.1.1 Actiepunten: • Het samenwerkingsverband met UNIZO, VOKA en Horeca Leuven om startende bedrijven te begeleiden en te ondersteunen wil de stad verder uitbouwen door een nog meer gerichte doorverwijzing naar mekaars diensten. Het Centrummanagement begeleidt vandaag succesvol kandidaat-starters (project Voka-Unizo) en ondersteunt hen op het vlak van haalbaarheidsanalyse, locatiemogelijkheden en concurrentieanalyse. Deze dienstverlening sluit aan op de dienstverlening die Unizo en VoKa aanbieden. Om de rol van de stad beter in de schijnwerper te plaatsen zal de website www.ondernemeninleuven.be uitgebreid worden met een speciale simulatiemodule voor starters. • Wij moedigen starters aan om zich te vestigen op commercieel interessante plaatsen zoals aanloopstraten of in buurtwinkelcentra, in plaats van op solitaire locaties. Er wordt flexibeler opgetreden met zaken die zich willen vestigen in zones van de stad die verderaf liggen van winkelgebieden, zoals Wilsele-dorp en het centrum van Wijgmaal en Egenhoven, die zelf weinig aanbod van handels- en horecazaken hebben. • De inschrijvingskost bij de kruispuntbank voor ondernemingen wordt gesubsidieerd door de stad om een positief signaal te geven naar handelaars en zicht te krijgen op de starters. Er moet een uniek loket voor ondernemers komen dat handelaars de weg helpt vinden in bestaande steunmaatregelen, reglementeringen, vergunningen en toelatingen aan de stad. De dienstverlening dient uit te groeien tot een vorm van accountmanagement. Hierdoor wordt de administratie voor zelfstandige ondernemers vereenvoudigd. (zie ook acties onder economie) 1.2 Actieplan: Ondersteunen en stimuleren van innovatie en creativiteit. Innovatie is een belangrijke motor voor de economie. Dat is zeker het geval voor sectoren als handel en horeca. Immers, deze sectoren worden zeer intensief geconfronteerd met onderlinge concurrentie. Leuven telt 140 café’s, 240 restaurants en tavernes, 135 kledingswinkels voor dames, 29 nachtwinkels, 120 kappers…. Concurrentie alom in alle deelsectoren. Het onderscheidend vermogen van handelaars ten overstaan van mekaar neemt constant af, en wie wil overleven dient bijgevolg constant als vernieuwer naar buiten te komen. Omgekeerd neemt het aantal buurtwinkels, zoals warme bakkers en beenhouwers, af, niet zozeer omdat de vraag naar deze zaken afneemt, maar omdat het beroepen zijn, die blijkbaar minder aantrekkelijk zijn geworden. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

132 Het is daarom van belang dat deze sectoren aangemoedigd worden tot innovatie en creativiteit. In een snel veranderend economisch landschap is het voor hen van cruciaal belang om te kunnen rekenen op een efficiënte meedenkende lokale overheid. 1.2.1 Actiepunten: • Wij haken in op de ondersteuningsmogelijkheden die Agentschap ondernemen biedt en herlanceren een oproep naar handels- en horecasectoren om deel te nemen aan innovatietrajecten.. Het traject commerciële innovatie wordt verder gezet en deels financieel ondersteund door de stad. Ook de bestaande klassieke winkelwijken krijgen als groep de kans om in te stappen in commerciële innovatietrajecten. Het stadsbestuur zal, in overleg en in samenwerking met derden, het nodige doen om deze projecten uit te werken en kansen te geven. • Er komt een jaarlijkse campagne die specifieke groepen van handels- en horecazaken in de schijnwerper zet door te focussen op hun creativiteit, hun innovatieslagkracht of gedurfd ondernemerschap. 2. Beleidsdoelstelling: De handels- en horecafunctie wordt evenwichtig ingepast in het stedelijk weefsel. 2.1 Actieplan: Versterken van winkelgebieden. Handels- en horeca-activiteiten hebben een belangrijke functie in het stedelijk weefsel. Zij voorzien bewoners en bezoekers van goederen en diensten en zijn tegelijkertijd een belangrijke werkverschaffer. Een historisch stadscentrum is nog altijd aantrekkelijker dan een kil shoppingcenter. Wij blijven daarom fors investeren in het aanleggen van aantrekkelijke winkelstraten en een groot winkelgebied in het stadscentrum. Wij moeten daarenboven de kwaliteit en de leefbaarheid van de handel en horeca versterken door te waken over de uitstraling van de handelspanden en de toegankelijkheid van de winkelstraten. 2.1.1 Actiepunten: • Wij verlengen en promoten de renovatietoelagen met focus op de handelspanden. De gevelrenovatiepremies worden verder gezet. Daarenboven zal ook worden ingezet op winkelrenovatiewerken voor zover deze verantwoord kunnen worden met kernversterkende of duurzaamheidsargumenten (toegankelijkheid, energiezuinigheid, veiligheid….) • Premies allerhande voor handelaars worden enkel gegeven voor handelsgebieden die in de afgebakende zones van het kernwinkelgebied en de deelgemeentes liggen. • Onderzoek naar de lokalisatie van Fakbars. • Het sterk uitgebouwde nachtwinkelbeleid wordt verder opgevolgd en geëvalueerd; het aantal nachtwinkels dient meer verspreid te worden en tegelijk wordt het imagoverlagende karakter van hun etalages aangepakt. • Wij zoeken netwerken van partners die de mogelijkheid hebben om tijdelijke winkels maximaal kansen te bieden. Zo kunnen nieuwe concepten van starters gedurende een afgebakende periode in leegstaande panden (pop-upstores) of in een herbestemd gebouw bv. de Sint-Jacobskerk opduiken. Vooral de aanloopstraten Mechelsestraat, Tiensestraat en Brusselsestraat zijn geschikt voor starters. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

133 • Het anti-leegstandsbeleid wordt uitgebreid door de ontwikkeling van meer ad hoc informatie over leegstand in winkelgebieden en het aanpakken van langdurige leegstand via de leegstandstaks. Omdat informatie over beschikbare locaties zowat de meest voorkomende zorg en vraag is van al dan niet startende ondernemers wordt met de directie informatie en facilitair beheer (GIS) naar een module gezocht om de leegstand te visualiseren. • Er wordt verder gestreefd naar een ruimere afbakening van de ‘benedenstad’ waardoor wandelroutes mogelijk worden door de verhoging van de verblijfskwaliteit en waardoor ook meer ruimte vrijkomt voor zelfstandigen en starters. (zie acties onder stadsontwikkeling). 2.2 Actieplan: Zorgvuldig afgestemde branchering gebaseerd op kennis en feitenmateriaal. Een gericht vestigingsbeleid wordt in eerste instantie gezien als een stimuleringsbeleid. Hiermee dienen startende handelaars aangespoord te worden om de juiste lokalisatiekeuzes te maken en bestaande zaken dienen argumenten aangereikt te krijgen om een herlokalisatie van hun zaak te overwegen. 2.2.1 Actiepunten: • De stad stelt een ‘brancheringscommissie’ in die tot doel heeft de evolutie van de branchering in de centrumgebieden op te volgen en acties te ondernemen tot bijsturing. Het verlenen van socio- economische vergunningen behoort tot de taken van de brancheringscommissie. Deze commissie dient ook de implementatie van een nieuw vergunningenbeleid te realiseren conform de plannen terzake van de Vlaamse regering. • Om een divers winkel- en horeca-aanbod te bekomen wordt geprobeerd speciaalzaken aan te trekken zodat Leuven zich nog meer kan onderscheiden. Daartoe worden de contacten met makelaars, verhuurders, vastgoedeigenaars en projectontwikkelaars die in de markt, en in het bijzonder in Leuven werkzaam zijn, geïntensifieerd. • De dienst middenstand moet groeien om het uitgebreide takenpakket aan te kunnen. Het Centrummanagement begeleidt en initieert innoverende handelsprojecten en actualiseert winkelmonitor (leegstandsontwikkeling, actueel inzicht in aanbod, evaluatie koopbinding, passantentellingen, koopstromenonderzoek). De passagetellingen worden twee keer per jaar uitgevoerd. • Het detailhandelsplan en horecabeleidsplan worden verder uitgevoerd en geactualiseerd. 2.3 Actieplan: Gericht marketing- en promotiebeleid. De stad Leuven wenst haar vooraanstaande positie als winkelstad in Vlaanderen te handhaven en zo mogelijk te versterken. Belangrijk middel daarbij is een gericht marketing- en promotieplan, dat in samenwerking met de dienst Toerisme, dienst Cultuur en andere betrokken partners wordt opgesteld en vooral gericht is op stadsbeleving van het product Leuven. Imagovorming van Leuven als winkelstad is daarbij het belangrijkste doel (“Liefst Leuven”). 2.3.1 Actiepunten: • Wij blijven Leuven verder promoten als winkel- en horecastad rond het thema ‘Liefst Leuven’ Via de middenstandsraad en het Centrummanagement intensifiëren wij de contacten hieromtrent met handelaarsverenigingen die hetzelfde doel nastreven. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

134 • Het is al lang niet meer de vraag of de communicatie naar de winkelende bezoeker een online of een offline karakter moet hebben. De beide kanalen moeten tegelijk worden aangeboord. Daarenboven moet de ganse ontwikkeling van communicatie via sociale netwerken eveneens geïntegreerd worden in onze communicatiekanalen. Het te volgen credo op dit vlak moet zijn om aan de winkelende bezoeker de juiste informatie te bieden op het juiste moment. Concreet wil dat zeggen dat onze website zal worden aangepast om accurate informatie te bieden aan de winkelende bezoeker. Daarbij wordt de link naar gebruikers van Smartphones niet vergeten. Op het inhoudelijke vlak (welke informatie is wanneer gewenst) worden de antwoorden gezocht in de markt en via overleg met de diverse partners. • Wij ondersteunen handelsverenigingen zoals in hun ambitie om nieuwe concepten te ontwikkelen om nieuwe shoppers naar Leuven te halen en bestaande shoppers te entertainen tijdens topmomenten in het jaar. Bij grotere initiatieven moet hierover een jaarlijkse financiëleen samenwerkingsovereenkomst worden gesloten. • De boodschappencentra en buurtwinkels in de deelgemeentes verder laten groeien door de acties van de handelswijken te ondersteunen. 2.4 Actieplan: Evenwichtig aanbod van flankerende activiteiten. Handel en horeca dragen bij in de verspreiding van welvaart, maar hebben tegelijk ook een recreatief karakter. Vooral het kernwinkelgebied, met zijn vele snuisterwinkels en flaneermogelijkheden en aangevuld met diverse horeca, heeft een hoog recreatief karakter. Het is dan ook van belang dat de stad dat recreatieve karakter versterkt door flankerende activiteiten te ondersteunen en door zelf flankerende activiteiten op te zetten. 2.4.1 Actiepunten: • Markten in Leuven verhogen de gezelligheid en moeten ondersteund worden in commerciële uitstraling. Een uitgebreidere vlooienmarkt kan op Sint-Jacob. We ondersteunen de biomarkt van Leuven in de Diestsestraat. • Evenementen zoals ‘de langste dag’, ‘hapje tapje’, de ‘kerstmarkt’ enz… krijgen logistieke en desgevallend ook financiële steun, dat laatste onder de voorwaarde dat deze evenementen niet zelfbedruipend zijn. • Eigen evenementen zoals ‘de langste tafel’, de ‘jaarmarkt’ worden verder gezet met permanente aandacht voor de bijsturing van de concepten. • Via de huidige impulsbudgetten worden kleinere nieuwe initiatieven van groepen van handelaars van financiële zuurstof voorzien, die hen de kans moet bieden om te kunnen groeien. • Koopavonden zijn nodig. De bestaande koopavonden worden geëvalueerd en de concepten ervan worden bijgestuurd in overleg met de betrokken handelaars. 3. Beleidsdoelstelling: Optimaliseren van bereikbaarheid van winkelgebieden. 3.1 Actieplan: Bereikbaarheid dient gemonitord en waar nodig gestuurd te worden. Bereikbaarheid is een cruciaal belangrijke noodzakelijke voorwaarde opdat handelsen horecazaken kunnen functioneren; Een stad met een goed en groot aanbod van Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

135 goederen en diensten volstaat niet. Het moet een toegankelijk aanbod zijn. Bereikbaarheid slaat op de bezoekers maar ook op de laad- en losproblematiek en het oplossen van de hinder bij langdurige wegenwerken. Met de groei van webshopverkoop, ook in de bestaande winkels, wordt het laden van goederen, een groter aandachtspunt in de toekomst. Bereikbaarheid moet vooral slimmer aangepakt worden. 3.1.1 Actiepunten: • Slimme stadsdistributie zorgt voor een aangenamere stad door oplossingen van binnenstedelijke belevering van handelaars. Wij houden de vinger aan de pols en onderzoeken nieuwe toekomstgerichte oplossingen, zoals bv een city-depot, voor laden en lossen in drukke winkelgebieden. Voor diverse winkelgebieden worden bevoorradingsprofielen van het handelsapparaat opgesteld om na te gaan of en waar er efficiëntiewinsten realiseerbaar zijn die een win-win voordeel opleveren voor stad en de betrokken sector. (zie ook acties onder stadsontwikkeling en economie) • Er wordt binnen het huidige personeel een bereikbaarheidsadviseur aangesteld per project in een overleg tussen politie, handel, openbare werken en infohuis, die er over waakt en ook communiceert, dat handelszaken bereikbaar blijven tijdens grote werken en evenementen. • Met winkelgebieden die geconfronteerd worden met langdurige wegenwerken wordt een actieplan opgesteld. • Het verstrekken van de juiste informatie op het juiste moment is een zeer belangrijk onderdeel van bereikbaarheid: een goed functionerend parkeergeleidingsysteem, en een verder ontwikkeld P+BUS systeem moeten aangevuld worden met specifieke informatiekanalen via mobiele toestellen. • De stad waakt over de toegankelijkheid van handelszaken voor personen met een handicap en evalueert en stimuleert gepaste maatregelen. (zie ook acties gelijke kansen) Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

136 Toerisme 1. Beleidsdoelstelling: Leuven als toeristische bestemming in de markt zetten in binnen- en buitenland (en hiervoor de nodige randvoorwaarden creëren). 1.1 Actieplan: De intrinsieke toeristische aantrekkelijkheid van Leuven verhogen door het toeristisch aanbod (zowel het generieke kernproduct als het thematisch geprofileerde) uit te diepen en uit te breiden. De afgelopen jaren is er stevig gewerkt aan de aantrekkelijkheid en leefbaarheid van Leuven. Ook toeristisch plukt Leuven hier de vruchten van en het is wenselijk dat hierop verder wordt ingezet. Typische en unieke kenmerken van Leuven worden tastbaar vertaald voor toeristische bezoekers. Het betreft kenmerken die samengaan met de wordingsgeschiedenis van de stad, zoals de aanwezigheid van de universiteit, het bier brouwen of het religieus-historisch patrimonium. 1.1.1 Actiepunten : • focus op eigen toeristische product- en profiellijnen Toerisme Leuven focust in haar eigen productontwikkeling op de gekozen profiellijnen. Dat betekent dat bij de ontwikkeling/aankoop van souvenirs, businessgifts en nieuwe toeristische producten (wandelingen, fietsroutes, …) rekening gehouden wordt met de inhoudelijke focus. Innovatie en duurzaamheid zijn hierbij steeds belangrijke aandachtspunten. • samenwerking en ondersteuning van externe partners Toerisme haalt zijn ‘grondstof’ als het ware uit het aanwezige cultuuraanbod, de monumentenzorg, het openbaar domein, de natuur, de middenstand en vele andere beleidsdomeinen. Toerisme Leuven begeleidt partners in hun subsidieaanvraag bij bovenlokale overheden (o.a. ikv impulssubsidie kunststeden-Brussel). Daarnaast ondersteunt Toerisme Leuven (financieel) activiteiten en acties van externe partners die de toeristische aantrekkelijkheid van Leuven verhogen en passen binnen de strategie van Toerisme Leuven. Concreet betekent dit dat partners een aanvraag voor een ‘impulstoelage voor toeristische activiteiten en projecten ter ondersteuning van het toeristisch beleid van de stad Leuven’ (o.b.v. reglement) kunnen indienen. • ontsluiting universitair patrimonium/collecties De ontsluiting van het universitair patrimonium en de universitaire collecties, zal de zichtbaarheid van zowel historische gebouwen en hun omgeving als van een aantal interieurs en historische collecties versterken en speelt daarmee ook rechtstreeks in op de profiellijnen ‘kennis, innovatie en creatie’ en ‘religieus-historisch patrimonium en kunst’. Toerisme Leuven staat, samen met M en het team van de universiteitsbibliotheek, in voor de ontsluiting van de toren van de universiteitsbibliotheek. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

137 Toerisme Leuven ontsluit het anatomisch amfitheater reeds een paar jaar voor publiek in de weekends van het toeristisch seizoen. Gelet op het belang van dit pand in de geschiedenis van Leuven, pleiten we ervoor deze openstelling te continueren. Daarnaast onderzoekt Toerisme Leuven de haalbaarheid van de verdere ontsluiting van patrimonium van de KU Leuven. • toeristische ontsluiting Abdij van Park De restauratie, ontwikkeling en ontsluiting van de Abdij van Park-site zitten in een stroomversnelling en maken van de Abdij van Park een potentieel belangrijke trekpleister, ook voor toeristen. Indien Leuven de Abdij van Park volwaardig mee wil opnemen in het toeristisch kernaanbod, dan dient ook de bereikbaarheid en het onthaal ervan geoptimaliseerd te worden, zowel voor voetgangers en fietsers, als voor bezoekers met eigen wagen of openbaar vervoer. Toerisme Leuven engageert zich in een haalbaarheidstraject dat uitgezet werd door Toerisme Vlaanderen voor de toeristische ontsluiting van de abdij en bekijkt welke rol Toerisme Leuven speelt na de effectieve implementatie hiervan. • uitbouw bierbeleving • samenwerking met M – Museum Leuven M genereert een grote nationale en internationale belangstelling voor Leuven. Voor M geldt bovendien ook dat het effectief deel uitmaakt van het ruimere cultuurtoeristisch product. Toerisme Leuven werkt structureel samen met M na op verschillende domeinen: − Planning van de toeristisch relevante evenementen in M − Internationale promotie van M en haar projecten − Samenwerking op toeristisch onthaal − Samenwerking op vlak van productontwikkeling • toeristisch evenementenbeleid Vanuit toeristisch oogpunt pleiten we voor een internationaal relevant evenementenbeleid met aandacht voor evenementen van langere duur, van grote kwaliteit en met wervende kracht op een groot aantal (dag- en) verblijftoeristen. Toerisme Leuven zetelt in het cultuurplatform en werkt structureel samen met Kunst Leuven voor grootschalige, stadbrede cultureel-toeristische projecten. Toerisme Leuven zetelt in het directiecomité van Leuvenement en geeft actief input voor de uitbouw van een nieuwe zomerprogrammatie. Op termijn werkt Toerisme Leuven structureel samen met Leuvenement voor grootschalige, stadbrede cultureel-toeristische projecten in de zomerperiode. • realiseren van een openluchtrecreatief domein voor campers De stad Leuven waakt erover dat er op haar grondgebied diverse logiestypes ondergebracht worden. Toerisme Leuven biedt elk van hen ondersteuning bij opstart en ondersteuning in communicatie. Waar er op heden al diverse categorieën in Leuven aan bod zijn, ontbreekt er evenwel de categorie van openlucht recreatief domein voor campers. Dit hiaat invullen biedt extra mogelijkheid aan deze vormen van toerisme. Toerisme Leuven onderzoekt de haalbaarheid van een vergund openluchtrecreatief domein voor campers. 1.2 Actieplan: Organiseren, stimuleren van en deelnemen aan toeristische partnerwerking/netwerking, zowel op lokaal vlak als op bovenlokaal (nationaal en internationaal) niveau. Het is cruciaal om strategische samenwerkingsverbanden te ontwikkelen met relevante partners. Voor de hand liggende partners zijn de belangrijke publieke en private spelers zoals de KU Leuven, de Leuvense toeristische en culturele sector, de andere beleidsdomeinen, de andere kunststeden, de provincie Vlaams-Brabant en Toerisme Vlaanderen. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

138 1.2.1 Actiepunten: • structureel overleg en samenwerking met alle – voor toerisme relevante – actoren Toerisme Leuven werkt ook nu reeds in allianties en samenwerkingsverbanden. De band met de partners bestendigen en verder intensifiëren is een belangrijk punt binnen de werking van de dienst. Hefboomeffecten kunnen gerealiseerd worden door een uitgebreide, volgehouden en systematische samenwerking met de private aanbieders in Leuven. Toerisme Leuven organiseert in dit kader systematisch een salesoverleg voor de logiessector. De vinger aan de pols houden van belangrijke evoluties in vraag en aanbod en het ontwikkelen van complementariteit zijn belangrijke uitdagingen voor Toerisme Leuven. Door de organisatie van een jaarlijks sectormoment voor alle partners van Toerisme Leuven én het organiseren van individuele trefmomenten met elk van hen, kunnen bestaande samenwerkingsverbanden en allianties strategisch en actief worden ingevuld. Toerisme Leuven verzamelt en genereert cijfermateriaal van en voor haar partners en laat dit ook circuleren. Cijfermateriaal is immers niet alleen van cruciaal belang om de eigen marktstrategie te bepalen en als dusdanig gebruikt te worden voor beleidsvoorbereidend werk, maar ook om Leuven toeristisch te positioneren t.o.v. van andere (Europese) steden. Delen van cijfermateriaal met partners bevordert niet alleen de samenwerking, maar biedt iedereen inzicht in het toerisme in Leuven. Toerisme Leuven neemt actief deel aan (internationale) workshops en congressen. Lidmaatschap van én deelname aan congressen/workshops van European Cities Marketing, een internationaal stedenverhaal met specifieke aandacht voor het toeristische aspect, is een belangrijk gegeven. • verderzetten samenwerking Leuven - Vlaamse Kunststeden De samenwerking met de andere Vlaamse kunststeden en Brussel is voor een kunststad als Leuven een belangrijke hefboom, zowel op informeel als formeel vlak. De reeds gerealiseerde samenwerkingsprojecten die hieruit voortvloeiden, zijn mooie voorbeelden van hoe dergelijke projecten als hefboom voor de lokale dienst voor toerisme kan werken. Toerisme Leuven blijft lid van de vzw Kunststeden Vlaanderen en neemt hierbinnen de rol van penningmeester op zich. De stad ondersteunt de basiswerking van de vzw financieel. Daarnaast voorziet Toerisme Leuven ook de nodige kredieten voor projectwerking via de vzw. Concreet betekent dit ook dat Toerisme Leuven inzet op, in samenwerking met de Vlaamse Kunststeden, de realisatie en het systematisch gebruik van een Custumor Relationship Managamentsysteem (CRM) en een DataManagamentSysteem (DMS). Toerisme Leuven blijft een actieve rol spelen binnen de informele overlegmomenten tussen de kunststeden en Brussel. 1.3 Actieplan: Het (efficiënt) inzetten van zowel online als offline tools en het inspelen op internationale marketingtrends en – tendensen om de stad toeristisch in de markt te zetten. In het strategisch plan van Toerisme Leuven worden strategische keuzes gemaakt, die rechtstreeks impact hebben op de marketingwerking. Niet alleen focussen we expliciet op de toeristische bezoeker (i.p.v. de lokale en regionale recreanten binnen de klassieke 30km-zone), we leggen ook uitdrukkelijk de nadruk op een proactieve (i.p.v. reactieve/receptieve) marketingwerking. We kiezen hier ook expliciet voor het inzetten op specifieke doelgroepen (met keuze van doelgroep zowel naar herkomst als naar type), zodat het rendement van de eigen inspanningen verhoogt. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

139 1.3.1 Actiepunten: • structureel inzetten op pers- en tradewerking Toerisme Leuven zet in op twee hefbomen die tot het traditionele instrumentarium van de toeristische diensten behoren, namelijk perswerking en tradewerking. Voor alle markten is een goed uitgebouwde perswerking (incl. blogs) een basisvereiste. Materiaal aanreiken voor verhalen en reportages, logistieke steun bieden voor persreizen die door buitenlandkantoren worden georganiseerd, zelf actief inzetten op perswerking in eigen land: het is een investering die zeker de moeite loont. Ook de organisatie van grote persevents naar aanleiding van relevante activiteiten is belangrijk. Voor alle markten is een goed uitgebouwde tradewerking een basisvereiste. Omdat touroperators en reisagenten heel dominant aanwezig zijn in de communicatie naar consumenten, is het belangrijk dat Leuven aanwezig is in hun kanalen. Ook hier kan Toerisme Leuven mee ondersteuning bieden, vooral dan bij kennismakingsreizen (familiarisation trips of studiereizen) die door Toerisme Vlaanderen worden georganiseerd. Daarnaast kan Toerisme Leuven – waar relevant – ook mee investeren in gemeenschappelijke promotieacties met tradepartners (joint promotions). Deelname aan vakbeurzen en workshops staat ook mee op het programma. Een andere trade-taak voor Toerisme Leuven is het faciliteren van de reisindustrie door relevante “bouwstenen” aan te reiken en dit alles overzichtelijk bijeen te brengen • Uitwerking stadsbrede communicatie- en marketingacties in de toeristische dalperiodes (weekends, winter en zomer) De vrije logiescapaciteit situeert zich momenteel vooral in het weekend, in de zomer en rond de kerstperiode. Om die op te vullen is een prioritaire focus op vrijetijdstoeristen zeer logisch. Het opzetten van acties om voldoende ingevulde capaciteit te genereren, vormt voor Toerisme Leuven een belangrijke doelstelling. Toerisme Leuven continueert, in samenwerking met partners, het concept ‘Wintertijd’ en ‘Hartje Zomer’. (koppeling actiepunten 1.1) • Ontwikkeling online en offline communicatietools De definitie van de kerntaken en de inhoudelijke keuzes met betrekking tot product-marktbelevingscombinaties (PMBC’s) moeten vertaald worden in het hele communicatiepalet van de dienst voor toerisme, gaande van brochurepakket, website, online onthaal en promotie. Daarnaast moet Toerisme Leuven voor de proactieve, rechtstreekse benadering van individuele toeristen veel meer prioritair vertrekken vanuit het online gegeven. • Toerisme Leuven zet in op een eigen wervende, inspirerende en informatieve website voor toerisme (als deel van de stedelijke website), aangepast aan de noden van de toeristische marketing en communicatie. Deze website zet expliciet in op sfeerschepping en op de inhoudelijke vertaalslag van de pijlers van het strategisch plan. Daarnaast gaat Toerisme Leuven ook aan de slag met feedback en bevindingen van bezoekers (“user generated content”), zowel op de eigen website als via websites van derden of communitysites allerhande. Op sociale media, die eveneens op toeristisch vlak een steeds grotere impact hebben, wordt actief ingezet en wordt ook gescreend wat gepost wordt en in hoeverre deze posts geïntegreerd kunnen worden in eigen kanalen. Toerisme Leuven zet in op de ontwikkeling van digitale toepassingen en apps, die in een belevingseconomie een zeer belangrijke rol spelen. Toerisme Leuven beschikt reeds over een aantal gedrukte communicatietools. Permanente monitoring en opvolging van deze tools is belangrijk om te kunnen inspelen op de vraag van de consument. Op korte termijn zal de toeristische informatiegids aan een grondige update onderworpen worden. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

140 Toerisme Leuven onderzoekt de haalbaarheid van het inplanten van extra free wifi zones in toeristische relevante delen van de stad en dit in samenwerking met partners. • samenwerken met Toerisme Vlaams-Brabant en Toerisme Vlaanderen i.k.v. van respectievelijk binnen- en buitenlandmarketing In samenwerking met Toerisme Vlaams-Brabant en Toerisme Vlaanderen onderneemt Toerisme Leuven actie om op de prioritaire markten het toeristisch profiel van de stad te versterken en de potentiële bezoekers te overtuigen om een bezoek aan Leuven te brengen. Toerisme Leuven werkt samen met Toerisme Vlaams-Brabant in kader van binnenlandmarketing. Toerisme Leuven werkt samen met Toerisme Vlaanderen in kader van buitenlandmarketing. 1.4 Actieplan: Continueren en uitbouwen van de meetingwerking van Toerisme Leuven. Meeting Leuven is een structurele samenwerking tussen de belangrijkste partners op het Leuvense terrein, nl. KU Leuven, Toerisme Leuven (stad Leuven) en Toerisme Vlaams-Brabant. Via een uniek loket ter ondersteuning van de meetingsector wordt kosteloos informatie verschaft aan de klant. 1.4.1 Actiepunt: • continueren en uitbouw van Meeting Leuven De huidige overeenkomst tussen de 3 partners inzake Meeting Leuven (KULeuven, provincie Vlaams-Brabant, stad Leuven) loopt tot eind 2013. De partners bekijken samen hoe de dienstverlening hierna op de best mogelijke manier gecontinueerd en uitgebreid kan worden. Toerisme Leuven levert zowel personeelsmatig als op vlak van financiën ondersteuning voor Meeting Leuven en speelt op deze manier in op een belangrijk segment van de toerist, nl. de congresganger. 1.5 Actieplan: Optimaliseren van het onthaal van de toerist in de stad. Toeristisch onthaal omhelst vele facetten: van werken aan de algemene uitstraling van de stad tot digitaal onthalen van de toerist. Maar uiteraard ook expliciet instaan voor de kwaliteit en dienstverlening van de eigen balie. Toerisme Leuven pleit voor één bemand onthaal in de Leuvense binnenstad en stimuleert daarnaast Leuvense ambassadeurs en partners die als contactpunt willen optreden. 1.5.1 Actiepunten: • realiseren van een zichtbaar, kwalitatief en ruim onthaal voor toeristen in het historisch stadhuis Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

141 Het toeristisch onthaal is vandaag gelegen aan de rechterzijde van het stadhuis, op een minder zichtbare locatie. Bij de herbestemming van het historisch stadhuis wordt geopteerd voor een inbedding van de onthaalbalie, zodat de dienst centraal én makkelijk toegankelijk in het centrum gelegen en rechtstreeks toegang heeft tot het stadhuis zelf. Het spreekt voor zich dat we ons aligneren met de noden die Toerisme Vlaanderen uittekent in het kader van internationaal onthaal. Toerisme Leuven onderzoekt de mogelijkheid van een nieuwe onthaalbalie in het historisch stadhuis (ingebed in het ruimere herbestemmingsverhaal van het stadhuis) en staat, na positief haalbaarheidsonderzoek, in voor de implementatie ervan. • herbestemmen van het historisch stadhuis, een traject waarin de 3 profiellijnen van Toerisme Leuven samenkomen en waar zowel de individuele als de groepstoerist een eerste kennismaking met de stad krijgt. Het stadhuis zelf is de plek bij uitstek om het verhaal van Leuven te vertellen op een eigentijdse, innovatieve en interactieve wijze. Van belang is dat dit gebeurt vanuit een bovenlokaal en zelfs internationaal perspectief zodat dit verhaal niet alleen relevant is voor de bewoner maar ook voor de toerist/bezoeker. Voor de inhoudelijke invulling worden bij voorkeur de prioritaire toeristische profiellijnen als leidraad gehanteerd. Toerisme Leuven werkt samen met de erfgoedcel het herbestemmingstraject voor het historisch stadhuis uit. • realisatie van extra onthaalpunten in de stad Het onthaal van toeristen omhelst zoals gezegd vele facetten. Samenwerking met partners die als ambassadeur van Leuven kunnen fungeren of contactpunten waar een eerstelijns onthaal mogelijk is, vormen een hefboom in de werking van het onthaal van toeristen van Toerisme Leuven in de stad. Toerisme Leuven staat (mee) in voor de organisatie van workshops/opleidingsmomenten voor partners die als ambassadeur van de stad kunnen optreden, zodat deze medewerkers de rol van ambassadeur van Leuven op zich kunnen nemen. Niet alleen medewerkers uit horeca of taxichauffeurs kunnen hierin een rol spelen, maar ook Erasmusstudenten. Specifiek met de logies wordt bekeken welke rol zij kunnen krijgen als ‘contactpunt’ binnen de onthaalcyclus van Toerisme Leuven. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

142 Landbouw 1. Beleidsdoelstelling: Leuven behoudt zijn landbouwgronden. 1.1 Actieplan: Agrarische bedrijven krijgen rechtszekerheid, ontwikkelingskansen en voorrang op andere functies conform het gemeentelijk structuurplan. 1.1.1 Actiepunten: • Het stadsbestuur zal bij het herzien van het ruimtelijk structuurplan het huidig niet-bestemde areaal landbouwgebied handhaven. • De vlotte ontsluiting van de in het RSL geselecteerde landbouwzones wordt nagestreefd. 2. Beleidsdoelstelling: Leuven heeft een voedsel- en landbouwadviesraad die adviseert over een voedselstrategie voor Leuven. 2.1 Actieplan: De uitbouw van een netwerk van land- en tuinbouwers in de nabijheid van Leuven. 2.1.1 Actiepunten: • De informele voedsel- en landbouwraad wordt geformaliseerd in samenspraak met betrokken actoren. • De voedsel- en landbouwraad geeft advies over een voedselstrategie voor Leuven die de ecologische voetafdruk van Leuven verkleint. 3. Beleidsdoelstelling: Leuven steunt een systeem van distributie van lokale landbouwproducten. 3.1 Actieplan: Een Leuvense korte keten van streek-en hoeveproducten kan de lokale afzet en consumptie sterk uitbreiden. 3.1.1. Actiepunten: • De stad zoekt actief mee naar een plaats waar lokale boeren en voedselproducenten hun streek en hoeve-producten kunnen verkopen. • De stad promoot de producten van lokale boeren en voedselproducenten. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

143 4. Beleidsdoelstelling: De stad ontwikkelt nieuwe stadslandbouwinitiatieven in kader van het Europese Project “Pure Hubs”. 4.1 Actieplan: De uitbouw van een ontwikkelingsstrategie, waarbij gefocust wordt op 3 richtingen: • de levering van publieke diensten door landbouwers • het leggen van belevingseducatieve verbindingen tussen kinderen uit Leuven en het omliggende platteland. • het ontwikkelen van een afzetstrategie voor hoeveproducten vanuit de directe nabijheid bij de Leuvense bevolking. 4.1.1. Actiepunten: • Het genereren en organiseren van agrarisch aannemingswerk ter ondersteuning van de Leuvense groen- en strooidienst. • Het ontwikkelen van duurzame ‘peterschapsrelaties’ tussen Leuvense scholen en landbouwers waarbij scholen op regelmatige basis op bezoek gaat bij de landbouwer zodat een intensieve belevingseducatie tot stand kan komen. • De versterking van de Leuvense jaarmarkt met activiteiten rond hoeveproducenten en plattelandseducatie. • De ontwikkeling van een promotie- en afzetstrategie voor regionale hoeveproducten naar Leuvense horeca, waarbij ook de vegetarische keuken wordt gepromoot. 5. Beleidsdoelstelling: Leuven voert een beleid waardoor er in volkstuinen en in privétuinen meer voedsel geproduceerd wordt. 5.1 Actieplan: Leuven kan als ‘go-between’ optreden voor vragers en aanbieders van tuinen. 5.1.1. Actiepunt: • Leuven stelt per initiatief een organisatie van boeren of tuinbouwers aan om volkstuinen en tuindelen te organiseren en bewerkers van volkstuintjes en gemeenschapstuinen bij te staan met raad en daad. 6. Beleidsdoelstelling : De stad steunt kwaliteitsvolle productiemethodes van boeren die sociaal verantwoord, milieu- en diervriendelijk zijn. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

144 6.1 Actieplan: De stad werkt aan erosiebestrijding. 6.1.1. Actiepunt: • Verdere uitvoering van het erosiebestrijdingsplan Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

145 VI. Vrije tijd Visie Leuven staat de volgende jaren voor enkele grote uitdagingen. Zo stellen we vast dat de stad een sterke groei beleeft en dat die trend zich in de toekomst allicht zal verder zetten. Meer mensen wil in principe ook zeggen dat het aanbod en de kwaliteit van dat aanbod op alle vlakken mee moet groeien. Dit geldt ook voor het vrijetijdsaanbod. Het stadsbestuur blijft inzetten op een kwalitatief, ruim en divers cultureel, sportief, evenementen- en erfgoedaanbod. Om dit te kunnen realiseren in een almaar groeiende stad, moeten we voldoende ambitie aan de dag leggen. Zo wil Leuven het sport- en beweegcentrum van Vlaams-Brabant (Vlaanderen) zijn. We willen door een doordacht evenementenbeleid en het verstevigen van samenwerkingsverbanden in de stad de aantrekkingskracht van de stad voor bezoekers uit binnen- en buitenland verhogen, zonder daarbij de eigen bewoners en handelaars uit het oog te verliezen. Op vlak van cultuur willen we de laatste hiaten opvullen en het belang van een stadscultuur benadrukken. We zien cultuur en de beleving ervan als het cement, het bindmiddel van de stadsbeleving. Om in het aanbod te voorzien is er in de eerste plaats voldoende en goed uitgeruste infrastructuur nodig. Het infrastructuurbeleid van de stad Leuven berust enerzijds op renovatie en verbeteren van de bestaande infrastructuur en anderzijds op het opsporen van behoeften aan nieuwe infrastructuur en op basis daarvan het realiseren van deze nieuwe infrastructuur die moet voldoen aan kwalitatieve, publieksgerichte en duurzaamheidstandaarden. Waar mogelijk kunnen gebouwen multifunctioneel zijn en gebruikt worden door diverse groepen. Voor het cultureel infrastructuurbeleid betekent dit dat we specifieke aandacht hebben voor een aantal sectoren die door de veranderende context achterop dreigen te raken, namelijk film, het circus, het historisch patrimonium en de podiumkunsten. De culturele sector legt hierbij zo veel mogelijk de link met de toeristische sector zodat beide sectoren elkaar waar mogelijk versterken en de te renoveren of te bouwen infrastructuur aan meerdere doelstellingen kan voldoen. Het planmatig sportinfrastructuurbeleid dat de stad Leuven wenst te voeren, berust op een tweesporen beleid. We wensen een infrastructuurbeleid te voeren met aandacht voor zowel sport als beweging.. Dit impliceert dat we inzetten op de traditionele sportinfrastructuur (m.n. sporthallen, zwembaden, …), specifieke sportinfrastructuur (m.n. turnhal, topsportinfrastructuur, …), als sportinfrastructuur in de vrije ruimte (m.n. Finse piste, fitocity, buurtterreintjes…). Ook andere beheersvormen (o.a. PPS, DBMO, DBMFO,…) behoren tot de beheersmodaliteiten van de sportinfrastructuur op stedelijk niveau. In de tweede plaats bieden we als stad zelf een ruim vrijetijdsaanbod aan via de eigen instellingen en diensten of organiseren we tal van evenementen en (officiële) plechtigheden die het toeristische, culturele en sportieve imago van de stad versterken of die een belangrijke PR-functie vervullen. Tot slot voeren we als stad ook een doordacht ondersteuningsbeleid naar de sportsector, de culturele en erfgoedsector en de individuele culturele en sportorganisaties op ons grondgebied. Het moet de ambitie van de stad zijn om het vrijetijdsaanbod van alle organisaties, instellingen en clubs te bevorderen, te Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

146 ondersteunen, te informeren, op elkaar af te stemmen en samenwerkingsvormen na te streven. Doen doen is minstens even belangrijk als zelf doen. Hierbij erkent de stad de gezamenlijke kracht van de individuele aanbieders en de toegevoegde waarde die deze spelers bieden. De groei van de stad houdt ook uitdagingen in op vlak van participatie en diversiteit. Deelname aan het vrijetijdsaanbod komt het samenleven ten goede. Op sportief vlak willen we elke inwoner levenslang laten sporten en bewegen omdat beweging en sportparticipatie tal van positieve maatschappelijke effecten genereert. Met meer kwaliteitsvolle beweegacties en sport wordt Leuven een warme stad met een sterk sociaal weefsel van mentaal fitte en fysiek gezondere inwoners. Het sporten beweegbeleid zal zo gevoerd worden dat maximale kansen geboden worden aan zowel recreatiesport, competitiesport als topsport. Ook vanuit cultuur blijven we kijken naar de wereld in al zijn diversiteit en maken we deze toegankelijk en begrijpelijk voor iedereen. Cultuur is als element van zelfexpressie enerzijds en als element van maatschappelijke beleving anderzijds immers noodzakelijk voor een evenwichtige samenleving, is belangrijk voor het democratisch principe en voor de persoonlijke ontwikkeling van mensen. We willen dus àlle Leuvenaars de kans geven om deel te nemen aan sport, cultuur en zowel inwoners als bezoekers laten genieten van tal van evenementen. Dit doen we door goede communicatie en promotie, door sensibilisering, door informatiebegeleiding en daarnaast vooral via toeleidingsmaatregelen, via inspraak, via kwalitatief hoogstaande activiteiten en evenementen die toegankelijk zijn voor een breed publiek en via het samen creëren van programma’s en projecten. Op deze manier willen we als stad ook ingaan tegen de dreigende duale samenleving. Naast deze twee grote uitdagingen, werken we verder aan de sterktes van Leuven. Leuven staat voor innovatie en experiment. We blijven richtinggevend op cultureel en sportief vlak in de regio en Vlaanderen. Ook ons evenementenbeleid is toonaangevend. Creativiteit en talent blijft hierbij het codewoord. Leuven wil deze inventiviteit en het creatief kapitaal onderdeel maken van haar DNA. Daarom spitst het cultureel beleid zich in de volgende legislatuur meer toe op de individuele kunstenaar en de creatieve ondernemer die alle kansen moet krijgen om zich te kunnen ontwikkelen. Talentontwikkeling in de sport start bij de breedtesport. We wensen een breed motorisch beweegvlak aan te bieden aan alle inwoners en talentdetectie van de ‘goede bewegers’ te bevorderen zodat er een doorgroeimogelijk is naar een kwaliteitsvolle sportspecifieke opleiding en eventueel topsport. Topsport vormt dan weer het uithangbord van het Leuvense sport- en beweegcentrum. Dit centrum genereert topsporters uit eigen regio en zorgt mede voor de sportieve uitstraling van onze stad. Met de verscheidenheid aan unieke topsportevenementen in onze stad wensen we het topniveau naar Leuven te halen enerzijds en anderzijds de bevolking warm te maken om te sporten. Bovendien biedt het unieke Leuvense topsportplatform een kwaliteitsvolle ondersteuning en uitbouw voor de topsport. De stad wil dus een vrijetijdsbeleid dat niet alleen ontspannend, gezond en entertainend is, maar een beleid dat durft en uitdaagt, een beleid dat experimenteert Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

147 en vernieuwt en de lat hoog legt. Het vrijetijdsbeleid moet talent de kans geven om te groeien en moet organisaties de ruimte bieden voor innovatie. Leuven is ook bij uitstek een kennisstad met haar uitgebreid hoger onderwijs, haar universiteit en haar kenniseconomie. Het stadsbestuur benadrukt dit gegeven al vele jaren in projecten die het ontwikkelt en in samenwerking die op poten wordt gezet. Binnen het vrijetijdsbeleid is dit netwerk van immens belang. We blijven daarom inzetten op overleg met en samenwerking met de onderwijssector en de kenniseconomie en streven ernaar deze elementen zichtbaar en beleefbaar te maken. Voor de sector cultuur is in de ontwikkeling van mensen, en in het bijzonder van kinderen en jongeren, het verwerven van cultureel kapitaal ontzettend belangrijk. We willen hen voldoende mogelijkheden bieden om zich te ontwikkelen tot sociale en kritische mensen die greep hebben op hun eigen situatie en hun omgeving. Cultuur is een middel bij uitstek dat mogelijkheden tot persoonlijke ontwikkeling genereert. Cultuur- en erfgoededucatie spelen een rol bij het doorgeven van normen en waarden, maar ook het actief beleven en participeren zorgt voor een meerwaarde bij de ontwikkeling van ieder persoon. Ook de sportsector biedt uitgebreid mogelijkheden om mensen een persoonlijk ontwikkelingstraject aan te bieden waarbij waarden als fairplay en teamspirit hand in hand gaan met gezonde competitie en ambitie. Via het Leuvense vrijetijdsbeleid accentueren we het ‘Leuvengevoel’. Dit ‘Leuvengevoel’ is de idee dat de Leuvenaars hun stad zien als een gezellige ontmoetingsplaats waar iedereen iedereen kent. De stad straalt een compacte gezelligheid en een aparte sfeer uit. Het ‘Leuvengevoel’ ligt ook in de spanning tussen dynamisch en behoudsgezind. “Leuven, eeuwenoud, springlevend” blijft als slogan deze identiteit goed weergeven. Enerzijds de drang naar het nieuwe, de Leuvenaar die open staat voor innovatie en verlangt naar creatieve chaos, anderzijds de hang naar de veiligheid van het bekende en de netheid voor de eigen deur. Het is deze spanningsboog, deze gelaagdheid die een voedingsbodem moet zijn om interessant werk te leveren: confrontaties tussen oud en nieuw, dichtbij en ver weg, gekend en vreemd, behoudsgezind en experimenteel, lokaal en globaal, consolideren en vooruitgaan. Het is de uitdaging om beide elementen binnen deze interactie voldoende ruimte te geven. Via cultuur, sport en een doordacht evenementenbeleid brengen we de wereld binnen in onze stad en brengen we onze stad naar de wereld. Een internationale ambitie binnen een lokaal vrijetijdsbeleid is mogelijk en wenselijk. De grote topevenementen en de internationale tentoonstellingen in M zijn de speerpunten in dit beleid dat sterk ondersteund wordt door de afdeling toerisme. We willen natuurlijk ook binnen Vlaams-Brabant en Vlaanderen ons netwerk uitbouwen. Zeker de regionale werking zal ruime aandacht krijgen. Samenwerking met de provincie en met de Vlaamse steunpunten is belangrijk. Samenwerking met de KU Leuven, met andere grote instellingen en met de sector vanzelfsprekend ook. Het stadsbestuur wil enerzijds een voorwaardenscheppende rol opnemen t.o.v. de culturele en sportactoren en de organisatoren van evenementen in de stad. Het Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

148 culturele en sportieve Leuven is immers vooral een gedeelde verantwoordelijkheid en iedereen moet zijn steentje bijdragen. Een beleid moet ondersteunen waar het kan en mogelijkheden bieden waar het moet. Zo is de sportdienst niet langer de enige aanbieder van sportfaciliteiten. De opdracht van de stedelijke sportdienst krijgt dan ook een andere dimensie waarbij deze ondersteunende, coördinerende en regisserende rol centraal zal staan. Voor de culturele sector wordt de ondersteunende rol van de stad steeds groter, ook als gevolg van het feit dat de provincie zich vanaf 2014 minder zal kunnen engageren in persoonsgebonden materie. De directie cultuur heeft als opdracht om de vinger aan de pols te houden. Anderzijds speelt het stadsbestuur een actieve rol op het vlak van prioriteiten die door de Vlaamse Gemeenschap decretaal zijn vastgelegd: de coördinatie van het lokaal cultuurbeleid, de cultuurspreiding en educatie via het cultuurcentrum en de bibliotheek, het erfgoedbeleid via de erfgoedcel en het archief, sportdecreet, … Binnen de eigen directies, instellingen en cellen wordt tot slot ook een sterk management gevoerd dat vertrekt vanuit een aantal premissen: kostenefficiëntie, flexibiliteit, duurzaamheid, motivatie en resultaatgerichtheid. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

149 Een ruim en divers kwalitatief aanbod 1. Beleidsdoelstelling: De stad zorgt voor een ruim en divers kwalitatief vrijetijdsaanbod. Ze doet dit enerzijds door het ontwikkelen van eigen programma’s en activiteiten. Anderzijds door de kwalitatieve uitbouw van organisaties, verenigingen en clubs op het Leuvens grondgebied structureel te ondersteunen en professionalisering te stimuleren. 1.1 Actieplan: De stad biedt een rijk en divers cultureel aanbod aan voor jong en oud dat door alle afdelingen van de directie cultuur wordt gerealiseerd. 1.1.1. Actiepunt: • Via de eigen stedelijke culturele instellingen en afdelingen werkt de stad aan een aanbod van podiumkunsten, beeldende kunst, literatuur en roerend erfgoed. Speciale projecten en vieringen, zoals START!, de Bibliotheekweek, Jazz Leuven, M-idzomer, de stadsambassadeurs, enz… geven extra kracht aan dit aanbod. 1.2 Actieplan: De stad ondersteunt de vele culturele organisaties en verenigingen die een cultureel aanbod genereren voor de Leuvenaar. 1.2.1. Actiepunt: • De professionele en niet-professionele culturele organisaties in Leuven krijgen zowel financieel als logistiek voldoende ondersteuning om een culturele werking uit te bouwen. Als organisaties en aanbieders zijn zij enorm belangrijk voor de rijkdom van het culturele leven in Leuven. 1.3 Actieplan: De stad wil haar public relations blijven verzorgen en de acties van verenigingen ondersteunen. 1.3.1. Actiepunten: • Organiseren van recepties, ontvangsten en plechtigheden De organisatie van tal van officiële ontvangsten, recepties, officiële plechtigheden, inwijdingen, inhuldigingen, de viering van honderdjarigen, de organisatie van goede-doelacties en kermissen blijven ook de volgende jaren op de agenda staan van de cel evenementen en feestelijkheden. • Ondersteunen van de (acties van) verenigingen en medeorganisatie van folkloristische feesten. De organisatoren van onder meer de Carnavalstoet, de internationale folklorefeesten / Paasfeesten, de Meyboomplanting, de zomer- en kioskconcerten, de activiteiten van het Verbond der Jaartallen kunnen blijvend rekenen op de medewerking van of de ondersteuning door de cel evenementen. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

150 Tenslotte blijft ook de opvolging van tal van subsidiedossiers behoren tot de werking van de cel. • De banden met de zustersteden en het adoptiedorp bestendigen en verstevigen. De cel evenementen zal net als in het verleden acties uitwerken om de banden met de zustersteden (Den Bosch, Lüdenscheid, Rennes, Krakau) en het adoptiedorp (Cristian) te bestendigen en te verstevigen. Meer concreet zal de cel de bezoeken van (officiële) delegaties uit en naar de zustersteden opvolgen, contacten tussen verenigingen stimuleren en waar nodig de verenigingen ondersteunen bij hun voorbereidingen om de zustersteden te bezoeken. 1.4 Actieplan: Leuven wenst de kwalitatieve uitbouw van de sportverenigingen te ondersteunen. 1.4.1. Actiepunten: • We leggen de focus op clubondersteuning op maat door de kwaliteit van de clubwerking te belonen via subsidiëring en/of door zelf instrumenten aan te reiken om die kwaliteit te verhogen, bijvoorbeeld door vrijwilligersondersteuning. We stimuleren ook de ontwikkeling van 'doorgroeiclubs'. Dit zijn clubs waar van jong tot oud, zowel op recreatief als competitief vlak, kan gesport worden. Zij bieden het meest garantie op levenslang sporten. • We investeren in sport voor senioren. 50-plussers hebben een grote vraag naar sport- en recreatieve activiteiten. Toch zijn er weinig sportclubs die hier specifiek op kunnen of willen inspelen, waardoor de drempel om naar een sportclub te stappen voor senioren vaak hoog is. Ouderen moeten zowel overdag als ‘s avonds kunnen sporten. Clubs die inspanningen doen om een degelijk aanbod te voorzien voor mensen vanaf 50 jaar, verdienen extra ondersteuning (via subsidiedossiers). • Sportclubs moeten meer jongeren van allochtone afkomst aan het sporten krijgen: ze moeten vaker lid worden van sportclubs en deelnemen aan sportevenementen. In dat kader zetten we tevens in op doelgroepencommunicatie, een item dat tevens wordt beloond in het subsidiedossier. • Het subsidiesysteem zal in de toekomst verder worden gedigitaliseerd zodat de clubs alles gemakkelijk digitaal kunnen ingeven. Dit zal de verwerking hiervan ook vergemakkelijken. • We stimuleren samenwerking tussen sportclubs, bijvoorbeeld voor de organisatie van de gemeenschappelijke actie 'Leuven beweegt': zoveel mogelijk mensen laten proeven van verschillende sporten om een goede keuze te kunnen maken. • We zetten sportclubs aan om met scholen samen te werken, in het kader van brede schoolprojecten. De sport-na-school-pas (SNS-pas) en SOS-sport zijn acties gericht op de samenwerking tussen de sportclubs en een sportproeverij voor de schoolgaande kinderen. • We stimuleren aangepaste sportactiviteiten voor personen met een handicap. We hebben ook ruime aandacht voor de creatie van een ruim en degelijk sportaanbod voor personen met een motorische handicap. We werken een solide promotienetwerk uit om personen met een handicap toe te leiden. We werken samen met de verschillende specifieke onderwijsinstellingen, woonzorginstellingen, externe organisaties, ...en de eigen sportverenigingen. 1.5 Actieplan: Leuven wenst de professionalisering in de sportclubs te stimuleren. 1.5.1. Actiepunten: • We ondersteunen de sportclubs. Het aanbod moet kwaliteitsvol en betaalbaar zijn voor iedereen. Zowel de competitieve als recreatieve sportverenigingen verdienen blijvende aandacht. De opleiding en vorming van jonge sporters op een verantwoorde manier blijft prioritair. Daarom blijven we de clubs en andere initiatieven die hiervoor inspanningen leveren Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

151 ondersteunen. Daarom zetten we meer dan ooit in op de opleiding en vorming van die sportbegeleiders. Planmatig infrastructuurbeleid voor sport en cultuur 2. Beleidsdoelstelling: De stad bouwt planmatig en duurzaam culturele- en sportinfrastructuur en/of ondersteunt het bouwen ervan om huidige en toekomstige noden of hiaten in het culturele, sportieve en toeristische aanbod te lenigen. 2.1 Actieplan: Leuven zet in op renovatie- en nieuwbouwprojecten voor sport. 2.1.1 Actiepunten: • Stade Chomé aan de kazerne in Heverlee: verdere uitbouw zodat hockey verder kan groeien zowel op vlak van topsport als jeugdwerking en de wielerschool een uitvalsbasis heeft. • Sportsite Wilsele: nieuw zwembad met volwaardige sporthal. • Sportsite Ymeria - masterplan: optimalisatie sportsite Ymeria Wijgmaal met specifieke turnhal, volwaardige sporthal, volwaardige voetbalsite met aanleg van bijkomend kunstgras terrein, verbinding met groene ruimte en uitbreiding naar het aangekochte voetbalveld in de Verbroederingsstraat in Wilsele • Optimalisatie voetbalsite Bruineveld: bijkomend kunstgrasveld, uitbreiding cafetaria en kleedkamers. • Sportsite Kessel-lo - masterplan: optimalisatie sportsite Kessel-lo - Boudewijnstadion - tennisterreinen en doortrekken vrijetijdsas richting NMBS-hallen - en voorzien van bijkomend kunstgrasveld • Aankoop gronden Kessel-lo ter verbetering van de rugbyterreinen. • Optimalisatie exploitatie Redingenhof en mogelijkheden onderzoeken voor een bijkomende sporthal/sportschuur voorzien aan Redingenhof. Renovatie van de Rijschool tot een eigentijdse sporthal met alle sportfaciliteiten die nodig zijn om als enige volwaardige sporthal te fungeren in de stadskern. • Verder uitwerken van het parcours van de Fit-O-City naar de deelgemeenten. • Aanleggen van Finse pistes (aan de Vaart, stadsparken, buurtterreinen) en openbaar sportinfrastructuur zoals fitnesstoestellen, sportveldjes, trapveldjes, petanqueterreinen, ... in parken van de stad en de nieuwe ontwikkelingsgebieden. • Vernieuwing van rolschaatspiste in Provinciaal Domein in samenwerking met de Provincie. • Behouden en in orde houden van de fit-O-meter in Heverleebos. • Samen met zwemclubs op zoek gaan naar locatie en financiering van 50meter-bad in VlaamsBrabant samen met provincie en sportclubs. • Mogelijkheden zoeken voor een overdekte atletiekpiste in samenwerking met de universiteit. 2.2 Actieplan: Leuven zet in op een duurzaam sportinfrastructuurbeleid. 2.2.1 Actiepunten: • We gaan resoluut voor duurzaamheid op het vlak van de sportinfrastructuur. We willen samen met de sportsector de globale CO2-uitstoot van de sportinfrastructuur drastisch verminderen en aansluiten bij ‘Leuven klimaatneutraal 2030’. Bij nieuwe infrastructuur investeren we in klimaatvriendelijke sporthallen en zwembaden, die via energie- en transportplannen hun CO2uitstoot verminderen. Bestaande infrastructuur ondergaat een energiescan om te onderzoeken welke ingrepen er kunnen gebeuren om de energieperformantie te vergroten. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

152 2.3 Actieplan: Leuven zet in op buurtgericht en toegankelijke sportinfrastructuur. 2.3.1 Actiepunten: • Een kwaliteitsvolle en eigentijdse sportinfrastructuur is dé basisvoorwaarde om te kunnen sporten. Het is dan ook een basisdienstverlening voor de bevolking. Sportspecifieke infrastructuur biedt kansen voor sportclubs om verder te groeien. Inzetten op kleinschalige buurtgerichte infrastructuur (Sportschuren, Finse pistes etc.) of beweegvriendelijke openbare ruimtes draagt bij tot het sociale weefsel van wijken en deelgemeenten en dit met een minimale investering. • We maken optimaal gebruik van de bestaande infrastructuur van scholen ('Brede School - brede opvang'). Die wordt ter beschikking gesteld voor sport na schooltijd. Bij de vernieuwing van de schoolinfrastructuur bekijken we of de sportdienst mee kan ondersteunen. Op die manier investeren we via het sportbeleid mee in betere (school)sportinfrastructuur. We onderzoeken hoe we beroep kunnen doen op de sociale economie voor het beheer ervan. • Ook personen met een handicap vinden vaak moeilijk aansluiting bij het bestaande sportaanbod. We spelen hier in de komende jaren meer op in, door te investeren in toegankelijke sportinfrastructuur en de clubs hiervoor aan te sporen. 2.4 Actieplan: De stad wil haar bestaande culturele infrastructuur duurzaam onderhouden, inkleden en waar nodig restaureren. 2.4.1 Actiepunten: • De restauratie van de Schouwburg, de optimalisering van de huisvesting van de verschillende bibliotheekfilialen en de restauratie van de schatkamer van St. Pieter zijn projecten die deze legislatuur kunnen worden gerealiseerd ook mede dankzij subsidies van de Vlaamse Gemeenschap. 2.5 Actieplan: De gerealiseerde projecten uit de vorige legislatuur zijn M, Het Depot en OPEK/TPAKT. De stad subsidieert deze werkingen via een werkingssubsidie of via een subsidie voor de erfpachtcanon. 2.5.1 Actiepunten: • De overeenkomsten met de genoemde organisaties worden verder opgevolgd. 2.6 Actieplan: De stad voorziet in de bouw van noodzakelijke en duurzame culturele en toeristische infrastructuur. • Door het wegvallen van de Studio-filmtheaters is er een hiaat ontstaan binnen het filmaanbod. Cinema Zed zal dit trachten in te vullen zonder haar eigen specifieke werking uit het oog te verliezen. De stad zal de bouw van het nieuwe filmcomplex ism KULeuven ondersteunen. Fonk vzw zal de exploitatie op zich nemen. • Cirkus in Beweging breidt al jarenlang uit en is vragende partij om ook op vlak van infrastructuur meer mogelijkheden te krijgen. De stad realiseert de verbouwing van de Ruelensvest voor SLAC en Cirkus in Beweging. Cirkus in Beweging werkt mee aan een circusbeleid in de stad. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

153 • Het stadhuis van Leuven staat leeg. Er is door de directie cultuur, het archief, de cel erfgoed en de afdeling toerisme Leuven een concept uitgewerkt voor een herbestemming van het stadhuis. Het moet een dynamisch ankerpunt worden van waaruit de Leuvenaar, de bezoeker, de toerist kan kennis maken met de stad , haar verhalen, haar verleden, heden en toekomst. Een ontvangst-, kennismakings-, en presentatieplek met actieve participatie van de bezoeker. De stad renoveert en herbestemt het Stadhuis tot een erfgoedhuis en een toeristisch trekpleister/startpunt. • Bij nieuwe bouwprojecten moet er aandacht zijn voor gemeenschapscentra omdat deze overal dreigen te verdwijnen vanwege niet rendabel. De stad heeft hier een opdracht te vervullen. Op de Centrale Werkplaatsen wordt een gemeenschapsruimte voorzien. • Op de Centrale Werkplaatsen is ook een filiaal van de Bib Leuven voorzien. • Als mogelijke inplantingslocatie voor een nieuwe podiumkunstenzaal als multifunctioneel centrum zal de ziekenhuissite in de benedenstad onderzocht worden. In afwachting kan de noodzakelijke voorbereiding starten met de opmaak van een degelijk financieringsplan dat rekening houdt met de valorisatie van onroerende goederen die vrij zouden komen. Voor de uitbating moet vooraf een realistisch en bedrijfseconomisch onderbouwd exploitatieplan opgemaakt worden. Diversiteit, participatie en gemeenschapsvorming 3. Beleidsdoelstelling: De stad biedt kansen aan iedereen die wil deelnemen aan cultuur en sport om effectief deel te nemen. Ze doet dit door een goede communicatie, door sensibilisering en informatiebegeleiding, door samen programma’s en projecten te realiseren (cocreatie), drempels weg te nemen, toeleiding te organiseren, middelen ter beschikking te stellen en in te zetten op inclusieve projecten. De stad wenst mensen samen te brengen in verenigingen, buurten of nieuwe vormen van gemeenschap en culturele of sportieve ontmoeting. Ze doet dit door middelen ter beschikking te stellen en initiatieven te realiseren die dit versterken. 3.1 Actieplan: De stad subsidieert organisaties die bijzondere aandacht hebben voor deze thema’s. Vanzelfsprekend vindt hier ook de subsidiëring en ondersteuning van het gemeenschapsleven en de verenigingen een plaats. 3.1.1 Actiepunten: • De stad voorziet financiële middelen voor structurele en projectmatige ondersteuning van participatieprojecten en activiteiten die het gemeenschapsleven bevorderen. 3.2 Actieplan: De stedelijke culturele instellingen werken acties uit die gemeenschapsvorming en culturele participatie bevorderen. De samenwerking en het Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

154 uitbouwen van het netwerk maakt het mogelijk om een stadsbrede visie te ontwikkelen en die te vertalen in acties. 3.2.1 Actiepunten: • De verschillende stedelijke culturele instellingen en afdelingen organiseren buurtprojecten en activiteiten als Amateurama, Carrousel, A-Mee-zing,… Ze werken structurele acties uit voor specifieke doelgroepen. • De stedelijke culturele instellingen en afdelingen werken aan een netwerk binnen de stad waardoor het mogelijk wordt om overkoepelend te werken rond cultuurparticipatie en gemeenschapsvorming. 3.3 Actieplan: Leuven wenst iedere Leuvenaar met plezier aan het bewegen te krijgen en een levenslange sportparticipatie te garanderen. Iedereen met plezier aan het sporten krijgen en dit een leven lang zo houden is de algemene uitdaging. 51% van de Leuvenaars doet 1 keer per week aan sport. Voor ons komt het erop aan om vooral de niet-participanten toch aan het sporten te krijgen. In Leuven bedraagt deze groep nog 30% van de totale bevolking. Aandacht voor kansengroepen is hier tevens een belangrijk punt. 3.3.1 Actiepunten: • Omdat iedereen recht heeft op sport en de drempel vaak hoog is, moeten we in het stadscentrum en in de wijken sport aanbieden voor jong en oud. We werken via buurtsport doelgroepgericht in de wijken, ook dat aanbod wordt afgesteld op wat leeft in de buurt. De buurtbewoners krijgen een doorslaggevende stem in de sportprogrammatie • Vooral jongeren willen we op die manier betrekken en responsabiliseren. Via opleidings- en tewerkstellingstrajecten kunnen jongeren 'buurtsportwerker' in de eigen buurt worden. • We zetten in op de 'anders georganiseerde sport' . We versterken het buurtgevoel nog extra door het stimuleren van vaste 'sportmomenten' op buurtniveau (bv samen lopen op een vast moment in de week). We laten de Leuvenaars bewegen op het fitocityparcours, de fit-o-meter, buurtterreintjes,… Voor de begeleiding en logistieke ondersteuning kan er eventueel samengewerkt worden met bewegingscoaches, bestaande clubs, verenigingen en instellingen. • We zetten sociale media in om de niet-georganiseerde sporter de kans te geven om met anderen samen te sporten. We hebben enerzijds een Facebookpagina Tofsport Leuven en anderzijds een Facebookpagina Buurtsport Leuven beiden gelinkt aan een twitteraccount. • Beweging en sport moet voor iedereen een evidentie zijn. Mensen die moeilijk de eindjes aan elkaar kunnen knopen beknibbelen vaak als eerste op hun sportactiviteiten. Leuven ijvert voor gezonde sport- en bewegingsactiviteiten voor mensen die moeilijk rondkomen, door samenwerking tussen verenigingen en het OCMW en het sportchequesysteem. Hierbij investeert de stad ook in andere dan financiële drempels zoals duidelijke communicatie en stimuleert clubs tot een goed onthaal en opvolging van maatschappelijk kwetsbare groepen. • We stimuleren dokters om sport als medicatie voor te schrijven. Samenwerking met Bewegen op Voorschrift (BOV) moet leiden naar meer sportparticipatie. Drempelverlagende sportinitiatieven in samenwerking met deskundigen (kinesisten, dokters, …), sportclubs en professionelen moeten specifieke doelgroepen leiden naar meer bewegen. De Fitocity moet gepromoot worden bij huisartsen, buurthuizen, wijkgezondheidscentrum,… • Jong geleerd is oud gedaan. We lanceren een bewegingsschool binnen het 'brede school' en 'brede opvangconcept' van de Stad Leuven om kinderen en jongeren op een laagdrempelige manier op een verantwoorde manier aan lichaamsbeweging te laten doen. • We hebben grote aandacht voor nieuwe (vormen van) sporten of alternatieve/laagdrempelige organisatievormen zodat het aanbod zo ruim mogelijk is. Het sportaanbod en de promotie Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

155 worden op maat gemaakt. Nieuwe initiatieven ter ondersteuning en promotie van de sporten die voor het ogenblik in Leuven minder of (nog niet) aan bod komen. • We inventariseren alle sport- en jeugdkampinitiatieven, vullen het aanbod aan indien nodig en maken ze toegankelijk voor iedereen. We promoten dat aanbod in één campagne en zorgen er voor dat de potentiële gebruikers aan één e-loket terechtkunnen voor informatie en reservatie. Creativiteit en talent 4. Beleidsdoelstelling: De stad wil talent de kans geven om zich te ontwikkelen, goede sportieve prestaties te leveren en uitstekend artistiek werk te creëren. Dit doet ze door kwaliteitsvolle breedtesport aan te bieden, artistieke begeleiding aan te bieden, kunstenaarsateliers ter beschikking te stellen en ondersteuning te bieden op financieel en logistiek vlak. 4.1 Actieplan: De stad zoekt atelierruimtes die ze kan ter beschikking aan kunstenaars uit Leuven, de regio of Vlaanderen die een interessante ambitie hebben en die veel belovend zijn. Binnen de samenwerking met de KU Leuven kan het ook gaan om internationale studenten/artiesten die tijdelijk hier willen werken. De selectie van de kunstenaars zal op een gestructureerde manier gebeuren. 4.1.1 Actiepunten: • De stad werkt via de directie cultuur en in samenwerking met andere belangrijke partners en de Leuvense kunstenaars een structureel onderbouwde atelierwerking uit. 4.2 Actieplan: De stad ondersteunt de ontwikkeling van kunstenaars via begeleiding op maat, individuele opdrachten of opdrachten aan culturele organisaties. 4.2.1 Actiepunten: • Het stadsbestuur realiseert ontwikkelingstrajecten en biedt culturele organisaties de mogelijkheid om artistieke producties te realiseren. • Via het Cultuurplatform worden ideeën verzameld die het mogelijk maken kunstenaars en culturele organisaties te ondersteunen en kansen te bieden. 4.3 Actieplan: De stad ondersteunt haar stadsgezelschappen. 4.3.1 Actiepunten: • Er worden overeenkomsten gesloten met Braakland/Zhebilding, fABULEUS en La Petite Bande. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

156 4.4 Actieplan: De stad stippelt een beleid uit dat als doelstelling heeft om een ondersteuning te bieden aan de specifieke economische sector van de creatieve industrieën.2 4.4.1 Actiepunten: • De stad brengt samen met de KU Leuven de bestaande sector in Leuven in kaart. • De stad werkt een visie en actieplannen uit met als doelstelling deze sector te ondersteunen 4.5 Actieplan: De stad wenst de talentontwikkeling in de sport te bevorderen. Talentontwikkeling in de sport start bij de breedtesport door iedereen te laten bewegen van jongsaf aan. We wensen een breed motorisch beweegvlak aan te bieden aan alle inwoners en talentdetectie van de ‘goede bewegers’ te bevorderen. Dit kan door een beweegschool te organiseren in samenwerking met clubs waar kinderen terecht kunnen voor het kiezen van de gepaste sport zodat een doorgroei mogelijk is naar een kwaliteitsvolle sportspecifieke opleiding en mogelijks topsport. Topsport 5. Beleidsdoelstelling: Leuven zet in op topsport. 5.1 Actieplan: Leuven zet in op topsportevenementen. 5.1.1 Actiepunten: • Naast het ondersteunen van topsportevenementen van clubs via het huidige subsidiereglement wil Leuven waardevolle topsportevenementen met uitstraling selectief ondersteunen. Dit zorgt ervoor dat de inwoners internationale topsporters kunnen aanmoedigen, maar ook dat inwoners kunnen participeren aan een opleiding of recreatief gedeelte gekoppeld aan het evenement zodat ze worden warm gemaakt om te sporten / te bewegen. Hierbij denken we o.a. aan het verder uitbouwen van de Tofsportnacht als evenement met internationale uitstraling, de organisatie van de jaarlijkse veldcross en de Brabantse Pijl maar ook aan het binnenhalen van evenementen zoals EK badminton, Internationaal Beach Volley Kampioenschap, WK wielrennen en de Organisatie van Belgische Special Olympics. 2 In 2012 werd een werkgroep opgericht met leden uit de culturele sector en de KUL. De bedoeling is om na te gaan in hoeverre er een beleid kan worden uitgestippeld dat bijzondere aandacht heeft voor de creatieve industrieën. Deze werkgroep is gestart met een inventarisering van de Leuvense creatieve economische sector. De opdracht is gegeven aan enkele studenten economie binnen het departement economie. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

157 5.2 Actieplan: Leuven zet in op haar topsportplatform. 5.2.1 Actiepunten: • Leuven wil van het Topsportplatform een klankbord maken voor universiteit en stad op vlak van topsport. De opportuniteit van het topsportplatform moeten worden uitgebuit: gaande van gemeenschappelijk gebruik infrastructuur, ticketing, contacten tussen clubs en het organiseren van grootse evenementen. Hiervoor werkt het Topsportplatform faciliterend naar clubs en atleten (sponsordossier), supporters (topsportpaspoort) en stad (logo, sportgala). Educatie, kennis en onderwijs 6. Beleidsdoelstelling: De stad stimuleert de ontwikkeling van initiatieven die haar burgers, en in het bijzonder kinderen en jongeren, leren omgaan met culturele referentiekaders en die actieve artistieke beleving en praktijk (uitoefening) mogelijk maken. De stad stimuleert eveneens de motorische ontwikkeling bij deze doelgroep. Ze wil elk kind een traject aanbieden tot culturele en motorische zelfontplooiing. 6.1 Actieplan: De stad ondersteunt organisaties die zich bezig houden met cultuureducatie op financieel en logistiek vlak. 6.1.1 Actiepunten: • De stad subsidieert de cultuureducatieve organisaties en ondersteunt de coördinatie van het educatief netwerk cultuureducatie (Magda/ENCE). 6.2 Actieplan: De stad organiseert punctuele acties met de bedoeling om kinderen, jongeren, maar ook volwassenen, het noodzakelijke cultureel kapitaal bij te brengen. 6.2.1 Actiepunten: • De stedelijke culturele instellingen en afdelingen werken een uitgebreid scholenprogramma uit en stimuleren kinderen en jongeren om actief en passief hun cultureel kapitaal te ontwikkelen. • Projecten en festivals als Rode Hond, Inktvis, Bibliot, Gedichtendag, de Klimaatweek, de Digitale Week,… maken deel uit van de programmatie. 6.3 Actieplan: De stad stimuleert de motorische ontwikkeling bij kinderen en jongeren. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

158 6.3.1 Actiepunten: • Cfr. Actie 3.3.5: Jong geleerd is oud gedaan. We lanceren een bewegingsschool binnen het 'brede school' en 'brede opvangconcept' van de Stad Leuven om kinderen en jongeren op een laagdrempelige manier op een verantwoorde manier aan lichaamsbeweging te laten doen. • Cfr. Actie 1.4.6 We zetten sportclubs aan om met scholen samen te werken, in het kader van brede schoolprojecten. De sport-na-school-pas (SNS-pas) en SOS-sport zijn acties gericht op de samenwerking tussen de sportclubs en een sportproeverij voor de schoolgaande kinderen. Cultureel erfgoed (roerend en immaterieel erfgoed) 7. Beleidsdoelstelling: De stad werkt aan een structureel erfgoednetwerk. Dit netwerk heeft als doel om het erfgoed blijvend onder de aandacht te brengen en kennis en expertise te delen. De thematische zwaartepunten die prioritair aandacht krijgen zijn het documentair erfgoed in de culturele archieven en M, het religieus erfgoed en het onderwijserfgoed. 7.1 Actieplan: Het erfgoedbeleid 2013-2018 situeert zich op de terreinen erfgoednetwerken en expertise-uitwisseling, erfgoedzorg en digitalisering, erfgoededucatie, erfgoedcommunicatie en vrijwilligerswerking. 7.1.1 Actiepunten: • De erfgoedcel en het archief zoeken naar samenwerking, zowel in Leuven als met de buurgemeenten, en bouwen een netwerk uit via overleg met de erfgoedorganisaties (deelraad erfgoed, CRKC, KADOC, …). Ze werken met de provincie en verschillende partners (M, CRKC,…) samen rond een mogelijk erfgoeddepot. • De erfgoedcel en het archief ontwikkelen een toekomstvisie rond de digitalisering en ontsluiting van roerend en immaterieel erfgoed en van historische archiefcollecties. • De erfgoedcel en het archief werken specifieke projecten uit rond erfgoedzorg, digitalisering en erfgoededucatie zoals Itinera Nova, Erfgoedplus.be, Collection Day e.a. • De erfgoedcel en het archief ontwikkelen specifieke websites voor de ontsluiting van roerend en immaterieel erfgoed en begeleiden en ondersteunen de sector op communicatief vlak. • De erfgoedcel en het archief werken aan de uitbouw van een netwerk rond vrijwilligers, ze brengen hen samen en ondersteunen hen. Ze ontwikkelen een gezamenlijke communicatie rond werving en aanbod vrijwilligerswerk en erfgoed in Leuven. 7.2 Actieplan: De stad voert een ondersteuningsbeleid via de erfgoedcel. 7.2.1 Actiepunten: • De stad voorziet subsidies en verdeelt die op structurele wijze op basis van een reglement. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

159 7.3 Actieplan: Het stadhuis wordt een plek bij uitstek voor een publieksgerichte en participatieve uitwerking. 7.3.1 Actiepunten: • Het stadhuis ontvangt de Erfgoeddag en andere wisselende presentaties en tentoonstellingen. De erfgoedcel ontwikkelt een visie en trajecten rond erfgoed, inspraak en cocreatie. Evenementenbeleid 8. Beleidsdoelstelling: De stad werkt verder aan een gestructureerd evenementenbeleid met een sterke visie. Een vernieuwde evenementenprogrammering zal onze stad verder positioneren als een creatieve, gezellige en gastvrije stad. 8.1 Actieplan: De zomerprogrammering van evenementen in de stad wordt geëvalueerd en bijgestuurd om te komen tot een kwaliteitsvol en vernieuwend aanbod dat zowel Leuvenaars als een bovenlokaal publiek kan aantrekken. 8.1.1 Actiepunten: • Optimaliseren van de samenwerking tussen de cel evenementen en feestelijkheden en de vzw Leuvenement De omvorming van de vzw Leuvenement tot een EVA (extern verzelfstandigd agentschap) en – als gevolg daarvan - de nauwere samenwerking met een aantal stedelijke diensten (in het bijzonder de cel evenementen en feestelijkheden) en het stadsbestuur biedt interessante perspectieven. Op (korte) termijn zal de werking van de vzw Leuvenement en deze van de dienst evenementen en feestelijkheden op mekaar worden afgestemd voor wat de organisatie van de (grotere) outdoor evenementen betreft. Het personeel van de vzw kan hiervoor rekenen op de ondersteuning door het personeel van de dienst evenementen en omgekeerd. Gezien de vele spelers in Leuven heeft het geen zin om een nieuwe entiteit te creëren maar is het, vanuit het oogpunt van de continuïteit, interessanter om de bestaande structuur - vzw Leuvenement - te sturen in een nieuwe richting. • Naast ‘Winter in Leuven’ zal de cel evenementen de vzw samen met de vzw Leuvenement sleutelen aan het programma van ‘Hartje Zomer’. Naast ‘Winter in Leuven’ zal de cel evenementen samen met de vzw Leuvenement mee helpen sleutelen aan het outdoor programma van ‘Hartje Zomer’. Hiertoe is er reeds een eerste aanzet gegeven in een werkgroep die ad hoc werd opgestart. De werkgroep vertrekt van de premisse dat Leuven een interessant zomeraanbod, met verschillende vaste waarden heeft maar dat het ontbreekt aan een smoel. Bedoeling is om tegen de zomer van 2014 een voorstel uit te werken dat de huidige initiatieven op een zinvolle manier integreert in het nieuwe zomerprogramma maar dat breder gaat dan het huidige aanbod, dat de zomerperiode toeristisch en gastronomisch versterkt en dat meerdere doelgroepen aanspreekt door te diversifiëren in het aanbod. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

160 8.2 Actieplan: In 2014 werken de cel evenementen en feestelijkheden, de afdeling toerisme, de erfgoedcel, het museum M en het SLAC de organisatie uit van de groots opgezette plechtigheden i.v.m. de herdenking van WOI. 8.2.1 Actiepunten: • De tentoonstelling ‘Ravage’ in M – Museum Leuven. In 2014 brengt M de tentoonstelling ‘Ravage’ met als centraal thema de ‘cultural atrocities’, de vernietiging van cultureel erfgoed in periodes van conflict. Deze expositie, waarin historische en hedendaagse kunst elkaar opnieuw zullen aanvullen, zal een cultuurhistorische invalshoek hebben. De brand van Leuven in 1914, bij de aanvang van de ‘Grote Oorlog’, zal de rode draad door de opstelling vormen. Op die manier wil Leuven zich te midden van de vele herdenkingen rond het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog profileren. Maar de ambities reiken verder: de emblematische behandeling van de ‘misdaden tegen de cultuur’ zal M in staat stellen boven de plaatselijke geschiedenis uit te stijgen en het onderwerp in ruimte en tijd te verbreden. M – Museum Leuven staat in voor de volledige organisatie van de tentoonstelling. • Samenwerking Martelarensteden. Er wordt een programma uitgewerkt met de Martelaarsteden Aarschot, Andenne, Dendermonde, Dinant, Sambreville en Visé. De coördinatie van dit programma berust in handen van de Vlaamse projectvereniging ‘Martelaarsteden’ en de Waalse vzw “Villes Martyes 1914-2014”. De praktische uitwerking van het Leuvense luik wordt opgevolgd door de afdeling toerisme en de erfgoedcel. • Muzikale opvoering op het Mgr. Ladeuzeplein, aangevuld met een lichtspel. Op het Mgr. Ladeuzeplein zal het Requiem van Mozart te samen met een nieuwe compositie van P. Swerts onder leiding van Fred Brouwers opgevoerd worden. Aansluitend staat een lichtspel op de gevel van de universiteitsbibliotheek op het programma dat de brand evoceert en eveneens de vredesboodschap uitstraalt. Specifiek voor Leuven zal, om de opstelling op het Mgr. Ladeuzeplein optimaal te benutten en Leuvense culturele partners een forum te geven, volgend programma uitgewerkt worden: zaterdag zondag maandag dinsdag 23 augustus 2014 Belle Epoque avond (met dansvloer) 24 augustus 2014 opvoering Requiem + lichtspel 25 augustus 2014 opvoering Requiem + lichtspel 26 augustus 2014 opvoering conservatorium (percussie en piano + Leuvense koren) woensdag 27 augustus 2014 taptoe (kapel gidsen). • De ontsluiting van de toren van de universiteitsbibliotheek De toren van de universiteitsbibliotheek – als eerste toren in Leuven – wordt permanent ontsloten voor het publiek en dit zowel voor individuele bezoekers als voor bezoekers in groep. Op die manier wordt een eerste stap gezet in de ontsluiting van het universitair patrimonium in de Leuvense binnenstad. Op een evocatieve en innovatieve manier zal de verwoesting en de wederopbouw van de stad Leuven naar aanleiding van de Eerste (en in mindere mate van de Tweede) Wereldoorlog zichtbaar gemaakt worden in het gesloten deel van de toren. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

161 8.3 Actieplan: De directie cultuur ondersteunt de stadsbrede culturele projecten die door de vzw KU[n]ST Leuven in opdracht van de stad en de KU Leuven worden georganiseerd. De projecten zijn Vesalius (2014), Utopia (2016) en mei ’68 (2018). De uitwerking gebeurt in nauwe samenwerking met de afdeling toerisme. 8.3.1 Actiepunten: • De stad ondersteunt KU[n]ST Leuven financieel en logistiek. De stad zet daarnaast ook de werking van het Cultuurplatform als centrale overleginstelling en inhoudelijke ondersteuning voor KU[n]ST Leuven verder. Communicatie 9. Beleidsdoelstelling: De stad communiceert het vrijetijdsaanbod en de werking van haar directies en cellen op een performante, efficiënte en ecologische manier. Voor sport gebeurt dit via Tofsport vzw en Buurtsport, voor cultuur via de cel cultuurcommunicatie (het c-team) en het communicatieteam van M, voor het evenementenbeleid via de verschillende vzws (Leuvenement vzw en KU[n]ST Leuven vzw). Toerisme Leuven neemt de internationale toeristische communicatie en marketing op zich. 9.1 Actieplan: De directie sport sensibiliseert en communiceert naar haar publiek via initiatieven van de vzw Tofsport en Buurtsport. 9.1.1 Actiepunten: • De directie sport zet zowel in op printcommunicatie als op digitale communicatie. Ze maximaliseert het gebruik van (semi-)externe kanalen zoals de uitdatabank, InfoLeuven, mediaschermen, mijnleuven.be, enz. • Cfr. Actie 3. 3. 2 We zetten sociale media in om de niet-georganiseerde sporter de kans te geven om met anderen samen te sporten. We hebben enerzijds een Facebookpagina Tofsport Leuven en anderzijds een Facebookpagina Buurtsport Leuven beiden gelinkt aan een twitteraccount. 9.2 Actieplan: De directie cultuur communiceert de werking en het aanbod en de werking van de directie en haar culturele instellingen/afdelingen via de cel cultuurcommunicatie (c-team) en het communicatieteam van M. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

162 9.2.1 Actiepunten: • De directie cultuur zet zowel in op printcommunicatie als op de uitbouw van de digitale communicatie in functie van een multikanaalstrategie. Ze ontwikkelt verschillende (mobile) websites (stadsambassadeur, Leuven Jazz, Amateurama, School met cultuur, Rode Hond, Uit in Leuven, Carrousel, M-idzomer, 30CC, de Bib/kinderbib, De FactorY,…) en neemt initiatieven rond sociale media. • De directie cultuur zet een goede perswerking op poten via Uit in Leuven, persberichten, persconferenties, … • De directie cultuur maximaliseert het gebruik van (semi-)externe kanalen zoals de uitdatabank, InfoLeuven, mediaschermen, mijnleuven.be, … • De directie cultuur werkt aan een internationale toeristische communicatie in overleg met M en de afdeling toerisme Leuven. Dienstverlening en management 10. Beleidsdoelstelling: De stad optimaliseert haar (interne en externe) dienstverlening. Dit doet ze door enerzijds de interne samenwerking tussen directies sterk uit te bouwen en anderzijds door een efficiënte en performante management waarbij ieder personeelslid perfect op de hoogte is van zijn opdracht en ook de vaardigheden en middelen heeft om deze opdracht goed uit te voeren. Kostenbeheersing, flexibiliteit, duurzaamheid, motivatie en effectiviteit zijn de uitgangspunten. 10.1 Actieplan: De cel evenementen zal uitgroeien tot het coördinatiepunt inzake de outdoor evenementen op het grondgebied van de stad Leuven om een aantal zaken operationeel stadsbreed aan te pakken. Op het grondgebied van de stad worden er jaarlijks tientallen out-door evenementen georganiseerd, hetzij door de stad zelf hetzij door tal van stedelijke vzw’s of door externen. De organisatie van de ‘eigen’ activiteiten zit momenteel verspreid over heel wat directies en op verschillende plaatsen worden er overzichten bijgehouden van alles wat er op het grondgebied van de stad plaatsvindt (Excel-databank bij de dienst evenementen en feestelijkheden, de cultuurdatabank, de activiteitenkalender van de diensten communicatie en toerisme, de database bij de politie en bij de directie algemene zaken, enz …). Geen enkele afdeling of dienst is op de hoogte van alle out-door evenementen waardoor het niet ondenkbaar is dat er op dezelfde dag meerdere evenementen plaatsvinden. De mogelijke voordelen van een eventuele integratie van verschillende out-door evenementen gaat hierbij verloren. Om aan bovenvermelde euvels te verhelpen zal de cel evenementen en feestelijkheden er werk van maken om het proces ‘coördinatie van out-door evenementen’ uit te tekenen. Op termijn kan de cel uitgroeien tot centraal coördinatiepunt voor alle out-door evenementen die plaatsvinden op het grondgebied van de stad. Het coördinatiepunt heeft allerminst tot doel om de autonomie van de directies te beperken m.b.t. het inhoudelijke beleid. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

163 10.1.1 Actiepunten: • uittekenen van een proces ‘coördinatie van out-door evenementen’ De cel evenementen zal een proces ‘coördinatie van out-door evenementen’ uittekenen waarbij de cel uitgroeit tot centraal coördinatiepunt van alle buitenevenementen om een aantal zaken stadsbreed (en in samenspraak met de andere directies en rechtstreeks betrokken diensten) aan te pakken. Hierbij wordt gedacht aan: de registratie van alle out-door evenementen, het afstemmen en adviesverlening bij plannen van out-door evenementen, informatieve communicatie over activiteiten en bezetting van het openbaar domein, het opstellen van richtlijnen m.b.t. de organisatie van buitenevenementen, het proactief communiceren over tijdstip en locatie a.d.h.v. een complete databank (internet, sms, brief, evenementenkalender ..), …. , dit alles in nauwe samenwerking met de cel evenementen van de politie en de cel evenementen van de directie facilitair beheer. 10.2 Actieplan: De stad investeert in de opleiding, ondersteuning en begeleiding van haar personeel. 10.2.1 Actiepunten: • De directies realiseren recurrente acties via de eigen werking in samenwerking met de directie personeel, data en facilitair beheer, de aankoopdienst, .. Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

1 Online Touch

Index

  1. 1
  2. 2
  3. 3
  4. 4
  5. 5
  6. 6
  7. 7
  8. 8
  9. 9
  10. 10
  11. 11
  12. 12
  13. 13
  14. 14
  15. 15
  16. 16
  17. 17
  18. 18
  19. 19
  20. 20
  21. 21
  22. 22
  23. 23
  24. 24
  25. 25
  26. 26
  27. 27
  28. 28
  29. 29
  30. 30
  31. 31
  32. 32
  33. 33
  34. 34
  35. 35
  36. 36
  37. 37
  38. 38
  39. 39
  40. 40
  41. 41
  42. 42
  43. 43
  44. 44
  45. 45
  46. 46
  47. 47
  48. 48
  49. 49
  50. 50
  51. 51
  52. 52
  53. 53
  54. 54
  55. 55
  56. 56
  57. 57
  58. 58
  59. 59
  60. 60
  61. 61
  62. 62
  63. 63
  64. 64
  65. 65
  66. 66
  67. 67
  68. 68
  69. 69
  70. 70
  71. 71
  72. 72
  73. 73
  74. 74
  75. 75
  76. 76
  77. 77
  78. 78
  79. 79
  80. 80
  81. 81
  82. 82
  83. 83
  84. 84
  85. 85
  86. 86
  87. 87
  88. 88
  89. 89
  90. 90
  91. 91
  92. 92
  93. 93
  94. 94
  95. 95
  96. 96
  97. 97
  98. 98
  99. 99
  100. 100
  101. 101
  102. 102
  103. 103
  104. 104
  105. 105
  106. 106
  107. 107
  108. 108
  109. 109
  110. 110
  111. 111
  112. 112
  113. 113
  114. 114
  115. 115
  116. 116
  117. 117
  118. 118
  119. 119
  120. 120
  121. 121
  122. 122
  123. 123
  124. 124
  125. 125
  126. 126
  127. 127
  128. 128
  129. 129
  130. 130
  131. 131
  132. 132
  133. 133
  134. 134
  135. 135
  136. 136
  137. 137
  138. 138
  139. 139
  140. 140
  141. 141
  142. 142
  143. 143
  144. 144
  145. 145
  146. 146
  147. 147
  148. 148
  149. 149
  150. 150
  151. 151
  152. 152
  153. 153
  154. 154
  155. 155
  156. 156
  157. 157
  158. 158
  159. 159
  160. 160
  161. 161
  162. 162
Home


You need flash player to view this online publication